Li d 'B' - VOORGEVEL. ACHTERGEVEL. BEGANE GROND. Kamers. B. Slaapkamers. C. Keukens. D. Gang. Naar aanleiding van de hangende plan- u voor den bouw van arbeiderswoningen urd door een architect in de buurt een zer lezers gewezen op de woningen, die heer Van Zetten indertijd te Beune- rek bouwde en welke in de praktijk uit- mend voldoen. Wij vinden daarin aan- Jing hiervan iets bekend te maken, op- t de betrokken personen hiermede zoo gelijk alsnog hun voordeel doen. De woningen beslaan alle eene gelijke pervlakte, zij verschillen wat betreft de eeling op den beganen grond. Het type van woningen met de drie be- Jenvertrekken heeft beneden een voor- iner ter oppervlakte van 15 ML', een pkamer van 8.75 M2 en nog een keu- n van ongeveer 8.75 M2 grondopper- iakte. KELDERPLAN. ZOLDERPLAN. B. Slaapkamers. E. Zolders. F. Kelders. Het tweede type van woning heeft be neden een voorkamer groot 13 M2 en een achterkamer of kamerkeuken groot onge veer 19 M-'. Behoudens deze verschillen zijn de beide woningtypen aan elkaar gelijk. Iedere woning heeft n.l. een kelder, in de voorkamer twee kasten en schoorsteen, in de keuken en kamerkeuken een aanrecht met twee onderkastjes, een glaskast en schoorsteen, en in het achterportaal een gootsteen voor afvoer vuil water met wa terleiding en een privaat. Op den zolder bevinden zich in iedere woning twee slaap kamers groot ieder 9 M2 met openslaande ramen (deze slaapkamers kunnen naar ver kiezing aan de voor- of achterzijde komen te liggen) en het overige gedeelte der zol derverdieping kan voor berging worden gebruikt of kan door afscheiding nog als slaapkamer worden ingericht. Het verdient overweging, voor elk paar woningen een gemeenschappelijke regen bak te maken, voor werk- en waschwater. De bouwprijs dezer woningen bedraagt 1950,voegt men hierbij de kosten van grondaankoop a 500,— per woning, dan zal eene eengezins-woning geheel kant en klaar kosten 2450, De huur van deze woningen behoeft, in dien de gelden voor den aankoop van den grond en voor het bouwen worden ver- kregen volgens artikel 29 der Woningwet, niet meer bedragen dan 2,70 per week, welk bedrag nog verlaagd wordt, wanneer de gronden door de gemeente in erfpacht worden uitgegeven. ie moet weten, lezers, dat in een vorige gadering met algemeene stemmen be ten was, Speenhoff voor de vereeniging ii liederavond te doen geven, maar nadat :i de ,,N. Haarl. Courant" een stuk tegen i besluit had gestaan, verzetten 22 room ie leden zich plotseling tegen Speenhoff's reden, gelukkig nog bijtijds. Vandaar 'e spoed-avond. De voorzitter der vereeniging, de heer lieer, deelt mede, dat er anonieme brie- ■n zijn ingekomen, waarbij hij echter ver uit te vermelden, dat schrijvers van ke brieven, geen knip voor hun neus rd zijn. Voorts verdedigt de heer Leer Speenhoff op gepaste wijze. De Henning zegt, dat de heer Wester- ip zei, dat zijn vrouw zei, dat een gees- ke zei, dat Speenhoff eens op een ad, toen zij onder zijn gehoor waren, s onbetamelijks zei. Maar de heer sterkamp zegt, dat zijn vrouw zei, dat betamelijke man Speenhoff niet ge est was, maar een ander. De heer Holt ,t, dat Speenhoff „nu eenmaal'' de man er roomschen niet is, q. e. d. De heer Van i int zegt, dat Speenhoff plat en gemeen en uit beginsel dient geschuwd. De heer Van Liemt vraagt, of het bestuur wel weet, w lo en wat Speenhoff is, en leest dan cita ten uit rechtsche bladen voor, waaruit blijkt, dat Speenhoff voor de vrije liefde en de lieve vrijheid is. Velen der roomsche leden worden hierdoor van walging bevan- ;eii, en de heer Ganzenboom spreekt tot stichting de onvergetelijke woorden, welke boven dit verslag staan, maar dat kon de beer Ganzenboom toen niet weten, anders had hij uit het ophanden nummer van „Het Bloemendaalsch Weekblad" niet geciteerd. Na eenige verstandige en nog meer onver standige vragen en antwoorden, besluit de vergadering met 31 tegen 18 stemmen, den Spcenhoff-avond te laten doorgaan, waarop de heer Ganzenboom de bloedverstijvende niededecling doet, dat hij, natuurlijk schrif telijk, voor het lidmaatschap bedanken zal. hen aantal andere leden voegt zich bij hem. Men vreest, dat Speenhoff een spotlied op de Groote-Houtstraat-vereeniging maken zal, en dat lijkt ons ook niet heelemaal on mogelijk. /Ie vierde kunstlezing door het comité- Bierens de Haan c.s. werd Woenslag 1.1. in •De Kroon'' gegeven. Het was thans de beurt aan dr. Jan Veth met het onderwerp „Vredes-verwoestingen. Die verwoestingen iii vredestijd worden aangericht door de toomelooze slooppar- tijen, welke den laatsten tijd niet van de lucht af zijn. Te Amsterdam houdt de ver nielzucht geducht huis, en de mooiste stuk ken stadsschoon vallen vaak ten offer, zon der dat vrijwel iemand daartegen in verzet komt. Het heet altijd: de uitbreiding van het verkeer eischt het. Of er veel aan te doen zal wezen Ach, gesteld er kwam een wet tegen het euvel tot stand, dan zouden wellicht daardoor afgelegen dorps- hoeken hier en daar gespaard blijven, maar in de groote steden, waar die eischen van het verkeer, soms schromelijk overdreven, zich doen gelden, zou die wet maar luttel uitwerken. Spreker meent, dat het bijbren gen van eerbied voor oude bouwwerken, aan de jeugd reeds, later invloed hebben kon; museumwandelingen, besprekingen van oude bouwkunst op school, goede re clame, in den geest der Verkade-albums met afbeeldingen van mooie bouwwerken en b. v. daaraan verbonden prijsvragen, wellicht kon dat uitkomst geven. Het Nederlandsche volk weet niet welk een schat van steden-schoon het bezit. Spreker voelde in het buitenland herhaal delijk bij de aanschouwing van leelijke nieu were gebouwen, hoe veel schooner en in niger het in ons vaderland toch is gesteld met de oude schilderachtige bouwkunst. Met een aanhaling uit Ruskin verdedigt Spreker het denkbeeld, dat niemand het recht heeft, schoone oude gebouwen af te breken. Van den kant der goede bouwmees ters dreigt het gevaar niet. Het zijn ech ter de mannen der uitsluitend practische bouwerij, die de schoonheid niet eerbiedi gen en geen gelegenheid om te sloopen on benut laten. Hierin moet verandering ko men. Men beroept zich steeds maar bij het afbreken op de dwingende eischen eener zich steeds vergrootende welvaart, maar wat ter wereld hebben we aan een wel vaart, die toch nooit geluk geven kan, wijl ze zonder schoonheid is. Ziehier de korte inhoud van dr. Veth's rede. Wij moeten.er bij voegen, dat dit alles op een onovertrefbaar saaie manier werd voorgelezen, met niet meer geestdrift dan een gramophoon. Gaarne gelooven wij dat dr. Veth een zeer knap man is, en uitge breide studies heeft gemaakt over dit en nog een veelheid van andere onderwerpen; wat hij zeide, was grootendeels ook waar, doch daarvoor behoeven, dunkt ons, geen lezingen te worden gehouden; het be schaafde publiek, dat deze kunstvoordracht bijwoont, leerde weinig of geen nieuws; daarop had Spreker het in zijn inleiding ook voorbereid. Maar waartoe dient zoo'n lezing dan? Zouden we haast vragen. Te veel vocht is onaangenaam, dat on dervinden de geteisterde polderbcwoners in Noord-Holland, maar zoo droog als het Woensdagavond in de schouwburgzaal van „De Kroon" was,.neen, daar voel je je toch ook niet op je gemak. S. Museum van Kunstnijverheid. In het museum van kunstnijverheid is de verza meling houtsneden met eenige stukken uit gebreid. De volgende week zal eene tentoonstel ling van reproducties naar werken van Quinten Matsijs gehouden worden. Zondag is de toegang kosteloos. RECHT EN WET. Vonnis van de Arrondissements-Recht- bank te Haarlem, gewezen tusschen: Pie- ternella Helena Rijkers, zonder beroep, wettig gedomicilieerd te Haarlem, verblijf houdende te Rotterdam, echtgenoote van Pieter Johannes van Bodegom, eischeres, procureur mr. M. Slingenberg; en Pieter Johannes van Bodegom, laatstelijk gedomi cilieerd te Haarlem, aan het Nieuw Heilig land n". 15, thans zonder bekende woon- of verblijfplaats binnen het koninkrijk, ge daagde, niet verschenen. De arrondissements-rechtbank te Haar lem; gezien de dagvaarding, overwegende dat in deze is gedagvaard een gedaagde, die geene bekende woon- of verblijfplaats binnen het koninkrijk heeft, door aanplak king van een afschrift van het exploit van dagvaarding aan de hoofddeur van de ge hoorzaal der arrondissements-rechtbank te Haarlem, terwijl een 2e afschrift door den exploiteerenden deurwaarder is overgege ven aan den officier van justitie van ge noemde rechtbank, die het origineel voor gezien heeft geteekend; overwegende dat echter het exploit van dagvaarding niet is aangekondigd in een der dagbladen van de plaats, waar de rechtbank zitting houdt, welk voorschrift bij art. 4, sub 7jto. 94 B. R. op straffe van nietigheid moet worden nagekomen; overwegende dat de procureur van ei- scher aan de rechtbank heeft medegedeeld, dat de nakoming van dit voorschrift in deze onmogelijk was, nu de te Haarlem verschij nende dagbladen weigeren het exploit van dagvaarding kosteloos te plaatsen) overwegende dat dit echter niet weg neemt dat aan het wettelijk voorschrift in deze niet is voldaan, zoodat de Rechtbank genoodzaakt is, de dagvaarding nietig te verklaren en het gevraagde verstek te wei geren; Rechtdoende; verklaart de dagvaarding nietig; weigert het gevraagde verstek te verlee- nen. Aldus gevonnist bij de rechtbank voor noemd, den 10 Januari 1916, door de hee- ren mrs. Losecaat Vermeer, president, Van Nes van Meerkerk, en Dorhout Mees, rech ters enz. t Uit bovenstaand stuk kunnen de betrok ken partijen en alle kosteloos rechtzoeken- den in Haarlem e. o. opmaken, hoe de te Haarlem verschijnende dagbladen hun so ciale roeping opvatten; de spraakmakende menigte, die den ondergrond vormt van de bestaansmogelijkheid van ieder blad, moge ook hieraan aandacht schenken. T. VAN HIER EN DAAR. Het woord „Oorlog". Oorlog is afge leid van het oud-Germaansche Urlog of Godsgericht. Ordel is Urthel is (gods)oordeel, vandaar den naam Ordaliën of gerechtelijke gods gerichten. die in vroegere tijden werden ingeroepen als de rechters een geval niet konden uitmaken. Hierbij speelde ook het tweegevecht een groote rol; de overwon nene werd voor schuldig gehouden. Het Engelsche War is afgeleid van het laag-Latijnsche warra en het oud-Duitsche werra (het Duitsche Wirren beteekent ver warring). Het oud-Duitsche wer en het Latijnsche wir beteekent zoowel „man" als krijgs man. Ook het Fransche „guerre" is van „war ra" afgeleid. De belangstelling der pers voor de vrouw. Van verschillende zijden heeft men mij meer dan eens gevraagd naar een goed tijdschrift voor dames. Nu. daar zijn er verscheidene. Om ze alle op te noemen in de volgorde waarin ik ze onlangs aantrof: als nummer een komt het maandblad „De Vrouw en Haar Huis", waarin de geest van Elis. M. Rogge leeft. „De Hollandsche Lelie" is het bekende orgaan van Anna de Savornin Lohman. „De Vrouw" is het sympathieke 14-daagsch blad van Ida Heijermans. Ook „Voor Moeders" heeft onze volle achting, evenals „Martha". Luch tiger van kout is de Haagsche Dameskro niek. Wil men zwaardere en ernstiger lec tuur. dan leze men „De Vrouw in de 20ste Eeuw" of „Evolutie". Belang en Recht" is ook al aan de emancipatie der vrouw ge wijd, evenals het „Maandblad van de Ver eeniging voor Vrouwenkiesrecht". Ver meldenswaard zijn verder: „De Hol landsche Huisvrouw", en dan „Onze Kleeding", het orgaan der Vereeniging tot verbetering van Vrouwen- en Kinderklee- ding". „Ons Kind", het orgaan van de Ne derlandsche Vrouwenbond tot verhooging van het zedelijk bewustzijn, zijn met hun vele manlijke medewerkers niet zuiver als damesblad te noemen. Er zijn dus niet minder dan vijftien periodieken, die ge regeld voor de vrouw verschijnen. Of de vrouw om al die lectuur gevraagd heeft, of zwijgend in al die ballast berust Het laat ste lijkt meer op de waarheid. Wat de uit gevers er dan toch toe mag brengen, tel kens weer een uitgaaf aan te vragen? Wel, de reden ligt niet diep. De vrouw is de- geen, die de portemonnaie in de hand heeft, die vaak alleen te beslissen heeft over de uitgave van eenige duizenden guldens inkomen, en die dus als het meest „koop krachtig" te boek staat. Vandaar de graagte, waarmee heeren adverteerders toehappen op een aanlokkelijk advertentie contract. En wie slechts even een kijkje achter de schermen der kranten-uitgeverij genomen heeft, weet, dat een krant veelal van zijn annonces bestaat. De bacteriën-doodende werking van lino leum. De bovengenoemde eigenschap is door dr. Ludwig Bitter aangetoond. Lino leum kan voortdurend het groote aantal micro-organismen, dat hoofdzakelijk door de schoenen er op wordt gebracht, vernieti gen; vooral bij bevochtiging gaan deze kie men snel te gronde. De typhusbacillen heb ben over het algemeen geen levensvatbaar heid op een linoleumbodem. Op 'n 's avonds druk beloopen linoleumvlak, vond Bitter des morgens geen kiemen van bacteriën. Deze kiemdoodende werking moet, volgens Bit ter, aan de geoxydeerde lijnolie worden toegeschreven. Deze kan rijkelijk met zuur stof verzadigd zijn en daarom een groot aantal oxyde-groepen bevatten, die een verdere ontwikkeling van de bacteriën zeer waarschijnlijk onmogelijk maken. In tegenstelling met lijnolie toonde olijf olie een geringe werkzaamheid; in proeven met olijfolie konden bacteriën aangetoond worden en een reeks van pathogene-bac- teriën kon 10 dagen levensvatbaar gehouden worden. Het oxydatie-proces van vette oliën gaat gepaard met het ontwijken van zure gas sen, vooral mierenzuur, die aan deze ver schijnselen zeker een aandeel hebben. De ondermijning van het godsdienstig bewustzijn in het nederlandsche volk door het materialisme van een vijftig jaar gele den, is de schuld van de tegenwoordige naar beneden wijzende geestesrichting. Wie roomsch is geweest, kan niet zon der de pijnlijkste innerlijke hervorming de waarheid van het protestantsche Godsbe grip gevoelen. H. A. Ritter. EMS ER WATER. Met warme melk het vanouds bekende meest doeltreffende middel tegen Hoest en Verkoudheid. Alleen echt met dit Handelsmerk 29 cent per heele kruik.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1916 | | pagina 3