li
Firma J. II. KIL Ir.
Brandstoffen.
VAN VEEN C °bj Hofleveranciers,
Metischen-verdwazing. Onder dezen
titel vinden wij in „De Toekomstige Vre
de", een artikel, waaraan wij het volgende
otitleenen
Waar is hij, die nog durft te spreken van
den „frisschen en vroolijken krijg", die
eens een keer komen moest, om de volke
ren voor verval, voor dégeneratie te be
hoeden
Want zóó luidden toch de frazen van
hen, die reeds lang vóór Augustus 1914
een Europeeschen oorlog in uitzicht stel
den? In den beginne leek het er ook wat
op. Vol uitbundige geestdrift schaarden
zich de volkeren ten strijd. De nationale
hymnen weerklonken, bloemen werden in
de geweren gestoken, de kanonnen ver
sierd. Vooral wie achterbleven bij den
haard, prezen den oorlog als een schoone
wereldgebeurtenis, vol romantisme en rid
derlijkheid. Men droomde van roem en
overwinning, van glorie en zegepraal. De
„vijand" zou alle kosten betalen en dan
zou de wereld er beter uitzien dan vóór
den oorlog.
Heel spoedig werd alles anders!
Toen Kerstfeest 1914 voorbij was, begon
men reeds te vragen, waar die spoedig be
loofde vrede bleef. Het werd intusschen
Kerstfeest 1915 en we schrijven nu 1916.
De oorlog duurt voort, en hoe De men-
s henlevens worden versnipperd, groote
beslissingen worden niet genomen, het suk-
k lt triestig en ellendig voort en niemand
weet, waar nog het einde is. De „frisch-
hfid" en de „vroolijkhcid" van den oorlog
i zelfs waar ze in de fantasie van som
migen heeft bestaan, voor goed weg. Een
aintal oorlogsleveranciers verdient veel
g ld, in de hoofdsteden worden bioscopen
e theaters als van ouds bezocht, maar in
c'loopgraven heerscht de misère van den
llingsoorlog en diep in het hart der vol-
1 ren leeft de wanhoop aan het einde van
a' deze ellende. In Duitschland waart de
i nger rond, in België is de armoede troef,
i Frankrijk en Engeland heerschen leed
i rouw en drukken de zorgen over de uit-
P itting der natiën. De doodsengel zweeft
eral grijnzend rond!
Leest, wat zij die het weten kunnen, over
i n oorlog schrijven. Majoor Morath b. v.
- drijft in het „Berliner Tageblatt", hoe
ok achter het Duitsche front van liever-
le in den loop der zware worsteling de
1 ide stemmen, die den vijand verkleinden
fanfare bliezen, zijn gedaald. Nooit zal
t, zoolang wij leven, worden vergeten,
n de menigte zal niet meer de fraze na
liepen, die den oorlogstijd als den heer-
Asten durfde voorstellen." Ziedaar de
i itnuchtering van een hoofdofficier zei
ven!
„Je gaat er zoo mee achteruit," schreef
jonge man, een Hollander, die een jaar
voor een misverstand der Duitsche over
heid in de loopgraven was geweest; „je
ebt er iets bij verloren wat je nooit meer
terugkrijgt, hoe jong je ook bent. Want je
>rdt er een beest, allemaal beesten on
der den grond
En wilt ge het van Fransche zijde Zie
llier:
„Het vertrek ten strijde was overal, in
mie landen zoo mooi, met opwekkende
vreugde en geestdrift, met glimlachen en
bloemen in de geweren," schrijft de cor
respondent der „N. R. Ct." reeds in Sep
tember 1914. „Maar allen, die troepen ge
zien hebben, van welke nationaliteit ook,
die ernstig den vuurdoop ondervonden had
den, uit het vuur teruggekeerd of in bivak
oprukkend, hebben den indruk gekregen
van een als verstompte, zich aan het blinde
noodlot overgeleverd wetende, beklagens
waardige legerschare."
„Ze hadden zeker wat anders verwacht,
dan ze te hooren en te zien gekregen heb
ben," luidt een andere correspondentie uit
Frankrijk. „Zij kenden den oorlog uit ver
halen, uit tragische of heldhaftige verha
len; zij wisten van leed en rouw en van
strijd en glorie en zij verbeeldden zich
daar iets van romantisch, sterk dramatisch
of grootsch effect bij. Zij wisten nog niet,
dat alles wat werkelijk met de ellende, de
ontbering, de uitputting en de blinde ver
nieling van den oorlog in onmiddellijke
aanraking is of geweest is, dof triestig,
grauw en neerdrukkend ernstig is."
En als het dan sterk dramatisch is, b. v.
in het afschuwelijk handgemeen?
„Zooals je weet," schreef een Fransch
soldaat naar huis, „heb ik een zachten
aard; maar het gezicht en vooral de reuk
van menschenbloed maakt de instinkten
van het dier in ieder van ons wakker. Het
is gelukkig dat het zoo is, want geen
mensch kan in zijn gewonen toestand^zijn
medeschepselen aan de bajonet rijgen.
Ziedaar de oorlog in enkele regels. En
dan denken we nog niet aan al die onge-
lukkigen, die verliezen wat hun dierbaar
EMSER WATER.
Met warme melk het vanouds bekende
meest doeltreffende middel tegen Hoest
en Verkoudheid. Alleen echt met dit
Handelsmerk. 29 cent per heele kruik.
is, en aan de mannen, die voor hun leven
geknakt, de menschenslachterij overleven.
En dat alles waarom, waarvoor Om
doeleinden, die zelfs de machthebbers zich
niet klaar voor oogen stellen. Om zaken,
die op andere wijze kunnen worden ver
kregen, als geen menschen-verdwazing een
rol speelt.
i) Zie„-N. R. Ct." van 10 Febr. '16.
ONTVANGEN BOEKEN, ENZ.
Onder den titel „De zware Kroon" za
gen bij den uitgever C. A. J. van Dishoeck. I
te Bussum René de Clercq's „Verzen uit
den oorlogstijd", het licht. Een aantal van
deze verzen stond in „De Vlaamsche Stem"
en, bewonderaars als we ervan zijn, na
men we daar nu en dan wel eens een uit
over in „Het Bloemendaalsch Weekblad".
Het doet goed deze krachtige, manne
lijke en zoo natuurlijk aandoende gedichten
bijeenen te zien, en het is een genot, zoo
op goed geluk dit boeksken open te slaan,
en waar het ook gevalt dat ge het opent,
het is altijd treffend. Want deze René de
Clercq is een waarachtig goed en groot
dichter, en het werk van dezulken in zijn
woning steeds nabij te hebben is een ge
luk. En tegen hoe luttel een offer kan
men zich dat geluk verschaffen; het gan-
sche bundeltje, met Dishoeckschen smaak,
dat wil zeggen voortreffelijk verzorgd,
kost slechts 90 cents. Een ieder, die het
schoone vers liefheeft, moét het bezit
ten. S.
Wij ontvingen zes voordrachtliedjes van
J. F. J. H. Clinge Doorenbos. Ziehier de
titels„Arm Paatje", Brief van een Bak-
visch aan een Bakvisch", „Brief van een
oud-landweerman", „Harten met opschrif
ten", „Het Vogeltje op Nellie's Hoed", „Zijn
Vaderlandsche Vlag". Het zijn frissche,
nogal aardige stukjes, zoowel wat muziek
als tekst betreft. De omslag-teekeningen
zijn van Willy Sluyter, en meer opvallend
dan mooi. Maar als gezegd, de inhoud is
aardig. Clinge Doorenbos, gemobiliseerd,
geeft overal voor de militairen, liederavon
den; hij is door de militaire autoriteiten
daarvoor zelfs blijkbaar aangesteld. Maan
dag treedt hij in „De Kroon" op.
De uitgever C. Morks Cz„ te Dordrecht,
zond ons het derde deeltje uit zijn reeks
van leerzame boekjes, „Natuur en Sport",
en wel een handleiding voor het voetbal
spel. De prijs is 25 cents.
Men zond ons een aantal op den oorlog
betrekking hebbende geschriften, uitgaven
der bekende uitgeversfirma Thos. Nelson
Sons te Londen, alle vertaald door onzen
aldaar woonachtigen landgenoot mr. W. de
Veer. Deze geschriften zijn: „De Pinkste
ren der beproeving", door Owen Wister,
„Engelands Aandeel in den oorlog", door
H. A. L. Fisher, en „De schoof der aanbid
ding", door Alexander Gray. Deze zonder
ling aandoende titel vindt zijn verklaring
in deze aanhaling uit het boekje: „Indien
de Duitscher van heden zijn zinsbegooche
ling heeft, is het er een als die van den
oud-testamentischen droomer, met zijn vi-
zioen van de overeind staande schoof,
waarvoor de andere schoven in aanbid
ding bogen."
De vereeniging „Haerlem" heeft weer
een goed werk gedaan, na de vele die wij
reeds op haar credit mochten schrijven, zij
heeft n.l. nu een boekje uitgegeven over
„Haarlemsche straatnamen". Het is een
naamlijst der bestaande straten, pleinen,
stegen en bruggen van Haarlem, voorzien
van historische en ophelderende aanteeke-
ningen. Bewerker is de heer W. P. J.
Overmeer. Liefhebbers kunnen heel wat
profiteeren van dit leerzame en aardige
boek; er is ook nog een heel mooie kaart
van Haarlem bij; gewoon een genót, die
kaart zoo voor je op tafel uit te leggen, en
alles zoo eens na te snuffelen. Dit boek
is weer een aanwinst van beteekenis voor
de Haarlem-literatuur, het is, zooals alles
wat uit de handen van de firma Erven F.
Bohn komt, keurig in orde; de prijs is
2,25, maar de liefhebber kijkt en leest er
mèer van af. Zoodat we maar zeggen wil
len, dat wie pleizier in deze soort dingen
heeft, zich dat boek moet aanschaffen. Het
is een genoeglijk en goed bezit.
Het Evangelie in Spanje van Januari be
vat o. m. een belangwekkend artikel over
I „De toestand van het Protestantisme in
Spanje", de heer E. L. Smit, theol. docts.,
goed bekend met de toestanden in dat land,
is de schrijver van dat artikel. Hij is be
reid met voordrachten over de evangeli-
I satie in Spanje, hier te lande op te treden.
Men kan zulke voordrachtavonden bij hem
aanvragen, adres Katwijk a/Zee of bij den
heer jhr. dr. M. F. v. Lennep, te Aerden-
hout.
De Hollandia-drukkerij te Baarn zendt
ons n". 3 van haar reeks geschriften „Sta
ten en Volken", getiteld „Engeland en de
Vereenigde Staten", door dr. C. te Lintum,
privaat-docent in de politieke geschiedenis
aan de universiteit te Utrecht. Het is een
heldere uiteenzetting van verhoudingen,
waarvan wij hier te weinig weten. De Ver.
Staten zullen, naar de schrijver verwacht,
hunne onzijdigheid met'eer blijven hand
haven, wat niet het minst aan den tact hun
ner staatslieden te danken zal zijn. De ver
houding tusschen Engeland en Amerika
aldus schrijver toont de mogelijkheid dat
twee groote naburige landen onder allerlei
wrijving een eeuw lang in vrede samen
kunnen leven.
Bij de „Theosophische Uitgevers-Maat
schappij", te Amsterdam, verscheen een
boekje „Godsdienst en Wetenschap". Het
werkje omvat een reeks artikelen door
verschillende mannen der wetenschap ge- i
schreven, en door „De Middaghoogte" uit
gegeven ter bevestiging van het streven
dezer vereeniging: den godsdienst door de
wetenschap te handhaven. Dr. A. H. de
Hartog schreef de inleiding.
De prijs van het werkje is 1,
LEGER EN VLOOT.
Vrijwillige Landstorm. De opperbe
velhebber van Land- en Zeemacht heeft de
volgende „Order voor de Landmacht" uit
gevaardigd
„Het is mij gebleken, dat meermalen mili
tairen der Landmacht, onder wie zelfs die
met een rang bekleed, zich niet ontzien om
vrijwilligers van den Landstorm buiten
dienst op spottende, minachtende of belee-
digende wijze te bejegenen, ja zelfs nala
ten den hun door bedoelde vrijwilligers ge-
brachten militairen groet te beantwoorden.
I Ik keur dergelijk optreden zeer af en ver
lang dat daartegen met gestrengheid worde
opgetreden. De troepencommandanten zul
len hun ondergeschikten onder het oog
brengen, dat de vrijwilligers van den Land
storm zich onverplicht opofferingen in het
belang des vaderlands getroosten; dat zij
van geen enkele wettelijke militaire ver
plichting zijn vrijgesteld en dat zij in geval
van oorlog aan dezelfde taak zullen mee
werken en aan dezelfde gevaren zullen zijn
blootgesteld als de overige deelen der
Landmacht; dat daarom hun streven, zich
voor die taak te bekwamen, waardeering
verdient en in elk geval elke geringschat
tende behandeling misplaatst en met de
militaire tucht in strijd is."
VOOR ONZE DAMES.
Coöperatief wandelen. Door de Duit
sche vrouwen wordt op echt Duitsch-prac-
tische manier van alles bedacht, om maar
goed en goedkoop huis te houden. De
nieuwste vinding is coöperatief wandelen.
De kinderen mogen aldus redeneeren
zij er niet onder lijden, dat we geen
kindermeisjes meer kunnen houden of dat
de dienstbode is afgeschaft. Zij moeten
evengoed in de lucht. Maar tijd om met
ze naar buiten te gaan, hebben we niet, nu
we zelf aan moeten pakken en in de zaak
onze echtgenooten hebben te vervangen.
Welnu, laten we clubjes maken met vrou
wen hiernaast en hierover en drie huizen
verder, en dan om beurten de zorg voor de
kleintjes op ons nemen. Misschien kunnen
we met z'n allen wel een juffrouw daarvoor
betalen.
Zoo wikt en weegt de vrouw, en ver-
j vult haar taak in den oorlog.
Dienstboden in Bulgarije. Bulgarije is
nog een van de zeldzaam gelukkige lan
den, die geen dienstbodennood kennen. In
tegendeel, de verhouding is er allerbest.
In den regel maakt de huisvrouw kennis
met haar dienstmeisje op de jaarlijksche
groentenmarkt. De boeren uit den omtrek
brengen daar behalve hun producten ook
hun 12- of 13-jarige dochters ter markt.
De huisvrouwen doen dan haar keuze en
nemen het meisje, dat als uitzet niet an
ders bij zich heeft dan twee prachtige, ste
vige hemden van ouderwctsch-degelijk
soort, mee naar huis. Daar wordt het
meisje onderricht in alle huishoudelijke
kunsten en uiterst zelden gebeurt het, dat
het meisje niet bevalt. Gewoonlijk blijft ze
in die betrekking tot ze huwt.
Een andere eigenaardigheid van het Bul-
gaarsche volksleven is de patriarchale
geest in den familiekring. Er heerscht
groote eerbied voor de ouders niet alleen,
doch ook voor de eerdergeboren broers en
zusters. Deze hoogachting is van dien
aard, dat een jongere zuster of broer niet
zal trouwen, zich zelfs niet zal verloven,
voor hunne oudere broers en zusters in den
echt zijn getreden.
MUZIEK.
Opera Italiana. Woensdag geeft de
Italiaansche Opera in „De Kroon" haar
laatste voorstelling voor dit seizoen. Op
gevoerd worden „Cavaleria Rusticana"
en „Paljas".
Instituut voor Muziek. Derde kamer
muziekavond, op Dinsdag 29 Fe
bruari, 8 uur; bovenzaal „Vereeni
ging", door heeren en dames leera
ren en leeraressen van het Insti
tuut: Johan de Veer, klavier; H.
Leijdensdorff, viool; mevrouw A.
Thierie, alt-viool; Th. Canivez,
violoncel en het vrouwenkoor on
der leiding van mevrouw W. de
VeerDe Lange.
Wederom een programma, rijk aan af
wisseling. Eerst het kwartet g. kl. t. (Kö-
chel n°. 478) van Mozart, een mooi werk,
vol melodie en één en al welluidendheid,
zooals Mozart-muziek bij uitnemendheid is.
De klank van dezen grooten modernen
concertvleugel leek mij echter te zwaar; te
massief werd daardoor het geheele werk.
Als instrumentaal werk hoorden we verder
a. Passacaglia van G. F. Haendel; b. Vogel
als Profet, van R. Schumann en c. Nocturne
bes kl. t. van F. Chopin, voor piano-solo,
waarvan eerstgenoemde mij 't meest boeide
en voldeed. Voorts Sonate g. kl. t. en so
nate F. gr. t. van B. Marcello (1686—1739)
waarvan de „Adagio"- en „Largo"-deelen
vooral zeer mooi klonken. De „Havanaise"
voor viool, van C. Saint Saëns (met klavier
begeleiding van mejuffrouw A. Bertram)
maakte den indruk van moeilijke, maar
dankbare muziek. Van de vocale werken
noem ik in de eerste plaats, de beide vrou
wenkoren „Laudate Pueri" uit 't Motet van
F. Mendelssohn en „Psalm 23" van F. Schu
bert, en „Holland's Zee" van D. de Lange
als zeer goed gezongen, vooral de Psalm
klonk uitstekend; daarvan is ook de bege
leiding bizonder mooi. In de a-capella-
koren „Cantique des cantiques" van Johan
de Veer, „Nuit d'étoiles" van Tournemire
en „Wie dat sich selfs verheft" van Vale
rius was de klankverhouding der stemmen
te bewonderen, 't Is duidelijk merkbaar dat
er ernstig gestudeerd wordt, 'tgeen ook
blijkt uit de goede uitspraak, zoodat koor
leden en leidster veel succes hadden. Over
de vele goede hoedanigheden der instru
mentalisten schreef ik reeds de vorige
malen, dus ditmaal alleen die herdenking
als bewijs van waardeering van
Haarlemsche Bachvereeniging; zesde
concert, op Dinsdag 7 Maart 1916,
8 uur. Het Residentie-orkest, on
der leiding van den heer mr. Henri
Viotta, (eerelid der H. B. V.) So
liste: mevouw Tilly Cahnbley
Hinken, zang.
Buitengewoon was dit concert, om veel
redenen, o. a. ook omdat er nu eens een
werk van Bach werd uitgevoerd, n.l. een
„Toccata"; dat was een mooi, een sober
begin. In de aria „Idomenco" van Mozart,
voor zang met orkest-begeleiding, heb ik
genoten van de fijnheid der muziek en be-,
wonderd de enorme zangtechniek, die
adembeheersching en bizondere p.p.'s
waren wel buitengewoon voor een zan
geres met zulk een „groote" stem.
Na de pauze: vier „moderne" liederen,
n.l. a „Morgen" van R. Strauss, b „Mittel-
alterliche Venushymne" van Eug. d'Albert,
c. „Verrat" van H. Pfitzner en d. „Wiegen
lied" van E. Humperdinck, die alle vier in
hun soort door de voordracht èn als com
posities veel succes hadden. „Morgen
van Strauss trof mij ditmaal buitenge
woon, door de zeldzaam mooie instru
mentatie der begeleiding, die veel groot-
scher indruk maakte dan de piano-begelei
ding van hetzelfde lied. Tot slot: „Salomé s
Tanz" van R. Strauss, geniaal-mooie ge
deelten, en geniaal-absurde geluiden! To
taal-indruk: dankbaar voor 't vele schoone.
OVERVEEH.
Telef. 1617.
D. VAN ZETTEN,
Architect Haarlem.
Gedempte Oude Gracht 63
TELEFOON 2670.
D. MIEZEHUS, Kleèrmaker,
Leidschevaart 92. Telefoon 815.
Z ij 1 w e g 87. Telefoon 2016.
SLECHTS EEN KEER
een proef en U blijft gebruiken onze geurige en smakelijke
Kruisstraat 34, HAARLEM. Telefoon 1543.