Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort
tweede Meisje
Bollenschuur.
Aan Haarlem's nieuwen
Burgemeester.
t
HAARLEMSCHE BANKVEREENIGING
CINEMA PALACE
PROGRAMMA
FEUILLETON.
DE LEELIJKE VROUW.
13e Jaargang.
ZATERDAG 21 JUNI 1919.
No 25.
BLOEMENDAALSCH WEEKBLAD
Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 5003
Voorbeelden van een advertentie van f 1.en een van 50 cent.
Door ziekte der tegenwoor
dige wordt direct een
gevraagd, voor noodhulp of voor
vast. Loon f 200. Waschgeld f 40.
Zich te vervoegen bij Mevr.
te Overveen.
Te huur gevraagd een ruime
Aanbiedingen bur. v. d. blad.
Abonnementsprijs tot 31 Dec. 1919 f 2.voor een vol jaar f 4.
LOSSE NUMMERS 10 CENT.
Advertentiën 15 cent de regel, bij afname van 500 regels of meer wordt
een belangrijke korting toegestaan.
Advertentiën voor vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop,
worden, voor 50 cent en f 1.— geplaatst ter grootte als hiernaast is
aangegeven, mits deze bij de opgave worden betaald.
Directies van Tooneelgezelschappen,
Bioscope-Theaters e.d. kunnen de aan
dacht op hare inrichtingen vestigen door
geregelde publicatie in deze rubriek.
De bijzondere voorwaarden worden
op aanvrage gaarne medegedeeld.
DE ADMINISTRATIE.
Dit nummer bestaat uit vier bladzijden.
In de ons naburige gemeente, die
groote bekoorlijkheden heeft en hare
deugden, maar die staat naar vernie
tiging van onze zelfstandigheid zijt gij
met welwillendheid ontvangen. Ook
onzerzijds welkom burgemeester der
naburige gemeente blijf d t nog
lang. Houd nog lang tusschen u en ons
een grens. Opdat wij met u in goede
nabuurschap kunnen leven.
Als redactie van een plaatselijk or
gaan uit den omtrek van uw stad zien
wij het nut er niet van in uw verleden
of uw heden te doorzoeken. Of gij
altijd met iedereen op voet van zoeten
vrede hebt geleefd, of gij geleerd zijt
of niet? Het boezemt ons maar weinig
belangstelling in.
Wat wij voor uwe stad hopen en dus
ook voor ons want een goede buur is
beter zelfs dan een verre vrind, is dat
gij een karakter zijt, een persoonlijkheid,
een man. Karakters zijn schaarsch in
dezen tijd. Wat is schoon in een man?
Zichzelf te vergeten, bezorgd te zijn
voor anderen en rustige lijn te hebben
in zijne daden. Niet deftigheid, niet een
houding van gezag, niet stijfheid van
lijn maken een bewindsman nuttig en
bemind. Maar mede op zijn karakter
steunt de staat. In het verleden ligt het
heden. Laat uw verleden voorzoover
gij daarop kunt terugzien met de inner
lijke zelfvoldoening van een goed ge
weten, niet verdoezelen. Vertrouw op
menschenvloed vol leven en geluiden vanuit
alle stadswijken, achterbuurten, zijstraten, zóó
naar het lokkende centrum der stad met zijn
helschlichte café's en theaters, zijn gloeiend
bonte decors en poovere ledigheidmaar het
meest aangrijpend wel is na dezen wildsten
vloed de ebbe in den nacht, als, gelijk trieste
stuurlooze vaartuigen de alwederom teleurge
stelde menschen uit de stad en haar sjofele
vermaken, weer langzaam terugdrijven naar
hun arme huiselijke havens, nacht in nacht
Wat zoo vraagt men zich wel eens af
wat zou toch wel de oorzaak van zoovele en
zoo wreede, zoo alle levensgeluk fnuikende
teleurstelling der menschen wezen
Stelt de mensch zijn leven niet te zeer in op
het uiterlijk? Kleur, leven, gloed, uitwendig
heid plegen ons te bekoren, doch de zin ont
gaat ons. We verzadigen ons aan de schoone
bontheid van het schouwspel rondomme, doch
die veelkleurigheid mat ons af, verveelt ons,
en we wenden ons moe en geblaseerd van die
bonte uiterlijkheid af; we zijn verbitterd over
haar bedriegelijkheid, haar ledigheid, en be
merken niet hoe het onze eigen ledigheid is,
die ons lijden doethoe onze begeerigheid naar
BLOEMENDAAL.
Bloemendaalscheweg 113
Kapitaal en Reserve c.a. f 5.000.000.
Effecten, Prolongatiën, Coupons, Vreemde Munt.
Neemt Fondsen in Leendepót en vergoedt daarop Leengeld.
Open en gesloten Bewaarneming.
Koop, Verkoop en Incasseering van Wissels op Binnen- en Buitenland.
LOKET-KLUIZEN.
hoogere machten dan gijzelf zijt, maar
wees niet zoo modern te wanen, dat
in eene maatschappij als de onze die
nog steeds helaas beheerscht wordt door
het broodvraagstuk, de Pers die zelf
moet scharrelen om er te komen, eene
hoogere macht zou zijn.
Chr.
BLOEMENDAAL
N. V. D. Hogenbirk en Zoon's Sme
derij, Constructie-werkplaats, Machine
fabriek en Draadvlechterij In de ge
wone jaarl. algem. vergadering van
aandeelhouders werd het verslag over
1918 uitgebracht. Daaruit blijkt dat de
vennootschap ook dat jaar met gunstig
resultaat heeft gewerkt. Na afschrijvin
gen werd het dividend bepaald op 5
pCt. of f 50 per aandeelterwijl per
oprichtersbewijs f4.18 is beschikbaar
gesteld. Tot commissaris werd benoemd
de heer P. J. E. Lefèbvre te Haarlem.
Mej. Zuster Greeve verzocht ons te
vermelden dat het door haar te openen
verblijf van zenuwpatiënten aan de
Zomerzorgerlaan een „algemeen zieken
en herstellingsoord" wordt.
Een goedevooruitgang B'j
het eindpunt der electrische tram is
sedert eenigen tijd een atax gestatio"
neerd. Voorwaar een goede verbetering-
Gevaarlijk! Er staat bij het
Kopje een bord, ter waarschuwing dat
het zeer gevaarlijk is, er met fiets of
motorrijwiel af te rijden. Toch wordt dit
nog altijdgedaan. Zondagmiddag kwamen
er weer in volle vaart een heer en dame
afrijden. Toen zij bijna beneden waren,
konden zij het stuur niet meer meester
blijven, met het gevolg, dat beiden op
den grond tuimelden. Wonder boven
wonder kwamen zij er heelhuids af. De
fietsen echter waren in een staat, dat
zij het maken niet meer waart waren.
Hoeveel menschen hebben met dat ge
vaarlijk spelletje al niet een ongeluk
gekregen. Het schijnt of de menschen
nooit wijzer worden. Wil de mensch dan
bepaald zijn eigen ongeluk En dan
zien ze nog neer op muggen die in
de kaars vliegen. (Dit is geen zinspeling
op den naam muggen, die voorheen door
de Haarlemmers werd gedragen.)
Zondagochtend reed er door ons dorp
iets, dat men niet alle dagen ziet in
droote Houtstraat 111113 Haarlem.
van 20 tot en met 26 Juni.
1. HET VANGEN VAN WILDE DIEREN.
Interessante Natuuropname.
2. WAT EEN MOEDER LIJDEN KAN.
Levenstragedie in 5 afd.
3. Optreden van Mej. ANTOINETTE
SOHNS en den heer BERNARD DE
VRIES. Operette Duetten.
PAUZE.
4. HOE WALRUS ZIJN BRUID
NIET.KREEG.
Klucht in 2 afd.
DINSDAGSAVONDS GEEN EXPLICATIE.
ons land. De in Amerika welbekende
Auto-Pedsch, daar ter lande een alge
meen vervoermiddel. De eenvoudigste
Auto-Pedsch vinden wij hier ook wel.
Dikwijls ziet men jongens en meisjes
daarmede zeer handig rijden. Het is
een zeer eenvoudige constructie. Een
plank, waaronder twee wielen bevestigd
zijn met eenen langen stok, als stuur.
Met het eene been staat men op de
plank en het andere been gebruikt men
om af te zetten. Zoo kan men dan loo
pend rijden.
Zoo reed' er ook één Zondagmorgen
over het dorp, bestuurd of moet men
zeggen bemand door een heer. Deze
werd echter gedreven door een motortje.
Het is mij na gedane dagtaak vaak een be
hoefte, op het terras of voor het venster van
een of ander café in het centrum der stad zoo
eens een uurtje de bedrijvigheid van het ver
keer gade te slaan. Er is iets onzegbaar me
lancholieks, zoo leek mij altijd, in het ebben
der menigte omtrent het etensuur en het kl
leeger worden vau het grijze asphalt, terwijl
de winkellichten worden ontstoken her en der
in de schemeringhoe zonderling is, een uur
nauwelijks later, weer het stijgen van den
vorm en kleur, hoe ons verlangen naar wat
van de zinnen is, zonder naar den geest der
dingen te speuren, noodwendig op deze groote
trieste levensteleurstelling moest uitloopen
Zoo mijmerend was ik onlangs op een luwen
zomeravond op het terras van een der café's
aan het Rembrandtplein gezeten. Over het grijze
asphalt spoelde het blauwwitte licht uit de elec
trische lampen, die als een reeks van manen
zijn. Door het plantsoen over mij schemerden
de intérieurs van café's aan de andere zijde en
dat plantsoen deed week en vlot aan als een
groen water, waarop dat rosse lichtgewemel
trillend werd weerkaatst. In een onzettenden
vloed, en als gold het een hoogste goed, zoo
vol van begeerigheid en zoo koortsig van pols-
klop, trokken de dichte menigten op naar the
aters en bioscopen, waaruit zij armer en hulpe-
loozer dan ooit tegen den nacht weder weg
ebben zouden naar hunne havens der leege
eenzaamheid-met-zich-zelven.
Ineens wekte een tik op mijn schouder mij
uit mijn mijmerij. Ik keek op, en zag vóór mij
een groot, donker uitziend man, dien ik niet
herkende. Hij noemde mijn naam, en ik keek
hem verwonderd aan.
Ken je mij niet meer? vroeg hij vrindelijk-
vroolijk, bezie me eens goed.
Plotseling herinnerde ik me dat gezicht
William Harmsriep ik verrast en ver
heugd uit, want William had steeds tot mijn
beste vrienden behoord.
Accoord, dezelfde, riep hij blijmoedig,
terwijl hij me de enorme hand toestak het
zou ook werkelijk te gek zijn geweest, als jij
me niet herkend had.
Hij klopte me eens op den rug. Ouwe
jongen, ouwe jongen, dat doet me nu eens
plezier, zei hij, me hartelijk toeknikkend, en
toen kwam hij bij mij aan het tafeltje zitten.
Nu en dan keek hij me met zijn groote, rustige
oogen aan, en dan streek een plezante lach
van voldaanheid over zijn gezellige knappe
gezicht. Je bent veranderd, zei ik. Gééft
niet, gééft niet, als je bedoelt: van buiten. En
dat bedoel je, lachte William, maar dat is niets;
de menschen bedoelen altijd van buiten, jongen,
als ze ten minste wat bedoelen.
En ik:
Wel, wel, kerel, jij bent een soort philo-
soof geworden, bemerk ik
En William
Hm, philosoof en philosoof is twee, hé
Maar ja, het zou wel heel ongelukkig wezen
wanneer je in tien jaar van je leven tien
jaren vol ervaring niet eens vooruitgekomen
was
Ja, ja, natuurlijk. Nu, en dat bèn jij
Ja, bedoel je van buiten gekte hij, ter
wijl hij zijn gul goedlachsch gezicht, waarin een
grond van mooien goeden ernst was, naar mij
toewendde, neen, hoor, ik weet wel beter
Maar vertel jij me nu eens hoe het jou in die
jaren gegaan is.
Ik vertelde hem dan van mijn ervaring tijdens
zijn afwezigheid, kort, zakelijk, en als mijn
verhaal, waarvoor hij meer dan verdiende be
langstelling getoond had, ten einde was, begon
hij me het relaas van zijn wedervaren te doen.
Ik ben, zoo je weet, hier vandaan naar
Indië vertrokken. Daar heb ik het niet lang
uitgehouden. Na twee jaar zat ik al te New-
York. 'n Niet onaardig baantje had ik er op
het hoofdkantoor van een groote fruitteelt
maatschappij, maar al heel gauw wist ik me
midden in Californië zelf op een plantage te
laten overplaatsen; daar werd ik bedrijfsleider;
een leven van werken, hard werken, maar hoe
verrukkelijk dat leven in die rijke natuur! Te
paard de streek af, bijna aldoor op inspectie
met mijn assistent. Een ongelooflijk mooi, af
wisselend en vaak avontuurlijk bestaan.
Het landschap is er als een hemel, elke dag
heeft een nieuwe schoonheid, men raakt er niet
van verzadigd En ik voelde me daar als
een bevoorrecht sterveling, wanneer ik dacht
aan de vele kameraden, die hier in de triestig
heid van grijze kantoren, die op nog grijzer
binnenplaatsen uitzien, hun schoone jonge
levens verslijten Ik was uit dat bekoorlijkste
paradijs, dat men zich voorstellen kan, dan ook
nooit weggegaan, als er niet iets met mij ge
beurd was. Ik kreeg een oogziekte. Mijn ge
zicht verminderde erg; soms had ik stekende
pijnen, en er waren dagen, dat ik bijna blind
was. En dat ik, die leefde van een dagelijkschen
aanblik van aldoor weer andere, verrukkelijk
mooie landschappen
Ik was zoo moedeloos en gedeprimeerd als
men zich maar denken kan. Op een goeden
dag ben ik naar San Francisco gereisd om een
vermaarden oogarts te bezoeken, en die beloof
de me, mij te genezen, als ik een paar weken
in het ziekenhuis wilde komen. Wanneer ik
me niet behandelen liet, zoo voegde hij er
bij, zou ik binnen eenige maanden volsla
gen blind zijn en dat voor mijn heele leven. Ik
meen dat mijn kwaal een verdroging van het
hoornvlies was. Lang heb ik er niet over ge
dacht; nog denzelfden avond besloot ik mij
naar het ziekenhuis te begeven. Daar werd ik
door mijn dokter onderzocht, en hij bepaalde,
dat ik na eenige dagen geopereerd worden
zouIk ben misschien wat wijdloo-
pig, maar aan die gebeurtenis dank ik een
grooten ommekeer in mijn leven mijn huwelijk.
Dus je bent getrouwd riep ik verrast
uit, getrouwd Jij die altijd een verstokt
vrijgezel was, en jezelf gezworen had nooit te
trouwen, omdat alle meisjes bij nadere kennis
making je te leelijk waren. Jij met je theoriën
over de „volmaakt schoone vrouw" met een
neus zóó, oogen zóó, haren zóó, en zooveel
centimeter schouderbreedte en zooveel voeten
hoog tot de kruin gemeten, gewicht zooveel
kilo, herinner je je nog? Ste\nen.
(Slot volgt).