nnnnnnnnnnnnnnn
nnnnuunnnnnnnnn
Hartelijk bedankt hoor, we komen
nog wel eens terug" zei hij tegen de
oudjes, sprong in de boot, duwde met
een riem af en roeide met een paar
krachtige slagen naar de langzaam drij
vende motorboot,
.Hallo! vangen!" riep de schipper en
een touw suisde door de lucht en kwam
precies in de boot terrecht.
Em pakte het direct beet. Toen had
Kees het in 't zelfde oogenblik ook te
pakken en hij maakte het voor aan de
boot vast.
De motor werd weer in gang ge
zet. Van Straten zette zich weer aan
't stuur van 't schip. Kees in 't kleine
bootje aan 't stuur en weldra kreeg
„de Meeuw" een schokje, het touw
spande zich en met een flink gangetje
gleed de boot achter de motor aan.
Dat ging schitterend.
Vooral voor Rein was dit een prach
tige uitkomst.
Schipper van Straten moest nog voor
bij 'thuis van mijnheer Visser zijn. Toen
ze dit naderden, riep Kees op echte
schippers-manier„Hallo!" en van Stra
ten begreep wel uit Kees zwaaien en
wijzen naar het huis, dat de jongelui
daar moesten zijn. Even stopte hij, waar
door Kees ruimte in 't touw kreeg om
het los te maken. Van Straten haalde
het in en toen Kees met de handen aan
zijn mond hem toeschreeuwde „Wij be
danken je wel" wuifde hij als of hij
zeggen wou„Maak maar gauw dat je
met je zieke thuis komt en stop hem
onder de wol."
Nu dat gebeurde ook.
De dokter woonde naast de deur en
daar hij thuis was, zat hij gauw naast
Rein's bed; „Niet zoo heel erg, op 't
oogenblik nogal koorts, kou en zenuw
achtigheid."
Maar toen hij de meisjes zag in de
kleeren van vrouw Vaarman, begon hij
zóó onbedaarlijk te lachen, dat hem de
tranen over de wangen rolden.
(Dat zouden jullie ook allemaal ge
daan hebben. Trekken jullie anders maar
eens de kleeren aan van je grootmoeder
of die van van de grootmoeder van de
werkster
(Wordt vervolgd).
OPLOSSINGEN
van de raadsels uit ons bijblad van 31 Jan.
A. 1. Drie namen, die van voor naar
achter en van achter naar voor
dezelfde zijn, zijn o.a. Otto, Rei-
nier en Anna.
2. De koe van den melkboer eet 't
minst in Februari, want die maand
heeft maar 28 dagen.
3. Paar, jaar, daar, maar. (Maar
zegt men in sommige streken
voor „Merrie").
B. 1. Wie voor den spiegel staat, ziet
er zich tevens achter, maar wie
achter een spiegel gaat staan,
ziet er zich niet voor.
2. Laars, baars, saar,
3. De letter I.
Goede oplossingen gaven
Eva Benders
Joke Mulder
Jan Sluiter
Door loting viel de prijs ten deel aan
EVA BENDERS
die hem aan ons kantoor de Genestet-
weg 23, kan komen afhalen.
Voor de volgende maal wordt uit
geloofd
een mooi kinderleesboek,
HET LAMMETJE EN DE GLIMWORM.
CORRESPONDENTIE.
Er waren deze keer weer veel te
weinig oplossers en dit spijt me zeer.
Ik hoop maar op betere dagen. Zoo
moeilijk waren de raadsels toch niet?
Nu moeten jullie eens goed luisteren.
Mijn plan is om in dit blad een soort
brievenbus in te richten, dan kun je
alles vragen wat je weten wilt of an
dere dingen schrijven aan mij en het
antwoord zal dan steeds in de kinder
courant -vermeld staan.
Nog steeds heeft de onbekende op
losser van de vorige week zich niet
bekend gemaakt. Ik hoop dus de volgen
de keer meer oplossingen te zullen
ontvangen en natuurlijk alleen goede,
Je Oom de raadselredacteur.
RAADSELS.
A. voor de kleineren.
1. Schrijf eens onder elkaar een stad in
Friesland, twee steden in Noord-Holland,
een stad in Utrecht en een in Groningen
zoodat de eerste letters van boven naar on
der gelezen, den naam vormen van een
groot dier.
2. Als ik er niet was, zou een dobbelsteen
geen dobbelsteen, een naald geen naald
zijn en een aardappel niet groeien. Wie
ben ik?
3 Wat staat precies in 't midden van de
aarde
B. Voor de grooteren.
1. Wat voor een mensch ik ben
Zult ge toch heel gauw weten,
Lees omgekeerd mijn naam
Dan kunt ge mij wel eten.
2. Ik ben een boom van vier letters, verander
mijn derde letter dan ben ik een andere
boom, verander diezelfde letter nog eens,
dan ben ik een water.
3. Probeer deze hokjes te vullen met letters
maar zbö, dat van de a bovenaan tot de a
onderaan 't zelfde woord komt te staan
als van a links naar a rechts; van b boven
naar b beneden, 't zelfde als van b links
naar b rechts; van c boven naar c beneden
't zelfde als van c links naar c rechts; van
d boven naar d beneden 't zelfde als van
d links naar d rechts, a—a is een plaatsje
in Limburg, waar een bekende veldslag is
geleverd; b—b moet er zijn op school en
in huis ;c—cis een groote rivier in Duitsch-
landd—d is een lekkere roode vrucht.
a b c d
a
A J.GEM EEN E RAADSELS
EN GRAPPEN.
Hier zijn weer de twee vierkanten
c b
Trek ik in het eerste de twee diago
nalen (dat zijn de lijnen van a naar b
en van c naar d, dan heb ik bij elkaar
vijf stukken, n.l. de vier driehoeken van
't eerste vierkant en het tweede. Nu
kan ik langs iedere zijde van het tweede
vierkant een driehoek leggen van 't
eerste vierkant. Wie het probeert zal
zien, dat die driehoeken precies aan
sluiten aan elkaar zoodat er een nieuw
vierkant wordt gevormd.
WIE IS DE BESTE
't Stormde. 'tWas midden in den nacht.
Vlak vöör de kust was een schip, dat door
wind en golven werd voortgejaagd.
Plotseling werd het door een geweldige ruk
wind op de rotsen geworpen. -
Toen schoot de kapitein in den donkeren
nacht vuurpijlen af als bede om hulp.
De torenwachter zag het en luidde de nood
klok. 't Bamde door den stormwind heen en
de visschers ontwaakten in hun huisjes.
„Daar is een schip in nood" zei de eerste
tegen zijn vrouw, toen ze wakker werden door
t klokgelui, „wat een geluk dat wij hier veilig
en warm liggen". En hij draaide zich om en
sliep weer in.
„Daar is een schip in nood" zei de tweede
tegen zijn vrouw, toen ze wakker werden door
't klokgelui.
„Hoe vreeselijk! Ik hoop maar dat ze gered
zullen worden door moedige menschen". Hij
bleef even luisteren en sliep weder in.
„Daar is een schip in nood" zei de derde
tegen zijn vrouw, toen ze wakker werden door
't klokgelui. „Wees rustig en moedig, vrouw,
maar ik hoor God in mijn hart mij tegenroepen,
dat ik het goede voorbeeld moet geven. Ik ga
in de reddingsboot". En hij gaf zijn vrouw een
kus en ging en redde met enkele anderen als
hij de schipbreukelingen.
Wie was de beste, enop wie van deze
drie willen jullie gelijken?
