BIJVOEGSEL „BLOEMENDAALSCH WEEKBLAD" Zaterdag 1 Mei 1920. VAN Hl KB EN DAAB. Ludwig Wüllner. Voor de vele bewonderaars van Dr. Ludwig Wüll* ner zal het aangenaam zijn te vernet men, dat de groote declamator een voordrachtavond zal geven op Woensdag 5 Mei in den Schouwburg Jansweg, te Haarlem. Het schieten op arrestanten. Voor eenige dagen meldden wij, zoo schrijft de O. H. C., dat tijdens het luchten van de provoost in de ka* zerne te Maastricht een soldaat poogt de te ontvluchten en doodgeschoten werd, toen hij na een waarschuwing niet bleef staan. Naar aanleiding hiervan schrijft prof. mr. B. M. Taverne in het Weekt blad van het Recht een artikel waarin hij protesteert tegen dergelijk optre= den van de militaire macht. Wij ontt leenen hieraan: De provoost wordt gelucht en een arrestant heeft blijkbaar de gelegent heid om te ontvluchten. Hij wordt tet ruggeroepen, maar de 21tjarige jongen waagt het er op en wordt doodget schoten. Laten wij nu maar dadelijk aannet men, dat die arrestanten wisten, dat er op hen zou worden geschoten, int dien zij zouden trachten de vrijheid te herwinnen en niet, na aangeroepen te zijn, hun vlucht zouden staken. Dan noem ik 't feit nog ongehoord, ja ten hemel schreiend. Het gaat niet aan om te zeggen: hij wist wat er op stond. Want dan zou elke, ook de meest wreede behandeling reeds alleen door hare bedreiging gerechtvaardigd zijn. Het gaat ook niet aan om te zeggen: als een schildwacht niet zoo op mag treden, dan gaat de eerbied voor het militair gezag naar de maan. Want die zocht; 74 schedels heeft hij gebruikt uit Komeinsche sarcophagen van ae eerste eeuw na Christus; ae tweede groep zijn schedels uit den tijd uer volksverhuizing; verder 260 stuks uit de 20ste eeuw uit n dorpje dicht bij Boedapest; de nieuwste dateeren uit de 19de eeuw. Uit de onderzoekingen van genoemden geleerde bnjkt nu, dat tandcaries bij al deze scbedels veelvuldig voorkwam, n.l. in meer dan 80 gevallen op 100. De vroegere menschheid was er in dat opzicht dus nog ongelukkiger aan toe dan de te* genwoordige, want de tandheeikun* dige techniek stond nog niet op de hoogte van tegenwoordig! Haarsuitval na griep. In het Zeit* schritt für Physikalische und Diateti* sche Therapie" behandelt Dr. Hage» müller het uitvallen van het haar na griep. „De Gezondheid" schrijft daar* van: Klinisch en anatomisch is deze haaruitval niet te onderscheiden van die, welke optreedt na typhus en der* gelijke ziekten. Alle grieplijders heb* ben last van dit verschijnsel, echter in zeer verschillende mate. Het ernstig* ste doet zich dit voor bij griep=pa* tienten, die buitengewoon hevige koortsen hadden; zij verliezen dik* wijls veel haar per dag. Meestal treedt deze haaruitval 2 a 3 maanden na de ziekte op en vooral personen tusschen de 20 en 30 jaar zijn er aan onderhevig. Ook de nagels worden soms aangetast en vertoonen diepe kloven en groeven, die eerst langza* merhand verdwijnen. Het land van den modelsechtgenoot. Een der vele veranderingen op de wereldkaart, welke de oorlog heeft meegebracht aldus een beschou* wing in „De Aarde en haar Volken", is de overgang van Duitschland's koloniën in andere handen; en aan een daarvan, aan de groep der Marshalleilanden met hun 15000 be* woners, schenkt Travel eenige aan» dacht, omdat men dat land het land tot haar plicht, maar hij neemt ook die taak op zicb; net zal wel aan hem lig» gen, uenkt bij en onderwerpt zich, wordt naast keukenmeisje, huishoud* ster en naaister, ook nog kinder» meisje! V an vader op zoon wordt de vrouw als een hooger wezen beschouwd; vandaar dus, dat de vrouwen zich ook gaan beschouwen als wezens van hoo* gere orde, die voor hun mannelijke omgeving eigenlijk te hoog zijn. Hun lichamelijke schoonheden mogen niet blootgesteld worden aan de blikken van een vulgair man; de dames hullen zich in lange gewaden, die geen enkel, geen voet, geen teen zelis laten zien en ruim op den grond rusten. Wie in aanwezigheid van een man dat kleed durft oplichten en een enkel durft te laten zien, wordt uitgestooten als een verdorvene. De Marshall*eilanders leven in kleine koninkrijkjes. Elke lagune heeft een koning en koningin met hun ge» volg van onderkoningen en onder* koninginnen, een soort adelstand vor* mend. Sommigen van die potentaatjes leven op z'n Europeesch in goedge* meubelde woningen, met een heel be» dienden*personeel, ambtenaren en se» cretarissen om zich heen; de bevol» king is zeer onderdanig, beschouwt zichzelf als slaven, omdat de eilanden en alles wat erop groeit van de ko» ningsfamilie zijn. De koning of koningin leiden een lui leventje; zij weten niets van hun huishouden af, laten zelfs het beheer van hun kleeding aan de onderge* schikten over. Een koningin heeft minstens drie slavinnen om haar haar op te maken; uren lang wordt haar haardos geolied en geparfumeerd, ge* kamd en geborsteld. Het lange, zwarte haar maakt de trots uit van de dames. Op de reizen van het koninklijk gezin wordt dit begeleid door een heel ge* volg met bagage; minstens tweemaal per dag kleeden Hunne Majesteiten zich geheel uit en weer opnieuw aan, 2e. op de hoeveelheid teruggekaatst, diffuus licht. Practisch is elke plaats, waar geen rechtstreeks hemellicht valt (men legge een vlak spiegeltje op de lesse» naar) af te keuren. Men beginne dus met de bepaling der hemellichtgrens in de klasse. Maar ook de plaatsen, die daarbin* nen vallen, in de onmiddellijke nabij* heid van de grens, moeten soms wor* den afgekeurd. Rechtstreeksch zonlicht wordt at* gekeurd. Het zou verblindend wer* ken, tot oververhitting voeren; de gunstige stralen zijn door het glas reeds geabsorbeerd; het bacteriedoo» dend vermogen is zeer gering. Vroolijkheid in de klasse hangt af van het onderwijs, en de zon als aan» toonster van stof en vuil in het lokaal, is alleen van belang tijdens de schoon* maak, als er geen leerlingen zijn. Wat de ventilatie betreft, maken niet de chemische veranderingen, maar de physische, met name de ver» zadiging met waterdamp, bij verblijf van verscheidene personen in een af» gesloten ruimte, luchtverversching noodzakelijk. Centrale luchtverwarmings*inrich* tingen met ventilatoren zijn voor scholen veel te kostbaar, en eischen veel te veel toezicht. Praktisch geheel afdoende is het, als gedurende de pauze tusschen de schooltijden, gedurende 210 minu* ten, ramen en deuren ruim worden gc* opend, zoodat bij afwezigheid der kinderen een flinke trekking ontstaat. In veel gevallen is dan tijdens de les» sen geen ventilatie meer noodig. 's Zomers zal men intusschen ter opfrissching ook tijdens de lessen de vensters geopend kunnen houden. WETENSCHAP. Ontroering en lichamelijke afwijkingen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1920 | | pagina 7