MICHEUN RIJWIELBANDEN
Vraagt BRONSTEE's
Plaatselijk Nieuws.
MODELMELK
KARNEMELK
YOGHURT
N.V. Modelboerderij
BRONSTEÊ,
Algemeen erkend als DE BESTE Riiwl°[ja^laren
VICTORI A=WATER
De term van een der raadsleden luidt: een
absoluut onbegaanbaar pad.
Toch is hun wensch, d. w. z. die der adres
santen over voetgangers geen woord meer
niet zoo onuitvoerbaar als de geachte
raadsleden durven denken. Voor of achter de
begraafplaats langs is er gelegenheid te over
om een zijtak aan den Zeeweg te verbinden
en voor den eigenaar van die terreinen zou
het een niet te versmaden buitenkansje zijn
indien dat terrein als bouwterrein in aanmer
king kwam.
't ls te hopen, dat de eigenaar van die ter
reinen geen bewoner van den Militairen weg is,
anders zou „men" allicht gaan denken, dat ge
noemd adres een wensch bevat, die maar al te
zeer m 't voordeel kon uitloopen van een der
adressanten.
Opmerker.
BLOEMENDAAL.
Alhier wordt een begin gemaakt met liet
aanleggen van ondergrondsche telefoonkabels.
De bovengrondsche telefoondraden met bijbe-
hoorende palen, verdwijnen dus geheel. Dit is
een groote verbetering, daar met storm enz.
steeds draden braken en voor houders van te
lefoons dit een groot ongerief was. Zooals men
weet zullen telefonisch aangeslotenen uit Bloe-
tnendaal, Overveen en Santpoort niet meer
door het Haarlemsche telefoonkantoor verbon
den worden, maar wordt dit door het Bloenten-
daalsche telefoonbureau mettertijd gedaan.
Verder krijgt ieder aangeslotene een toestel
waarmee hij zichzelf verbinden kan en dus niet
meer afhankelijk behoeft te zijn van telefoon
juffrouwen. Met het aanbrengen van deze toe
stellen wordt echter gewacht totdat het nieuwe
postkantoor er is, hetgeen nog wel eenigen tijd
zal duren.
Maandag 1 Augustus a.s. viert de heer C. W.
C. van Rietschoten, directeur van het Bloe-
mendaalsche postkantoor, zijn 40-jarig jubi
leum. Dan is het 40 jaar geleden, dat de heer
van R. als directeur bij de Nederlandsche Pos
terijen kwam. Moge het hem op dien dag door
vrienden en kennissen tot een onvergetelijken
dag gemaakt worden.
Wederom zijn van een der boomen op den
Vijverweg een paar takken afgevallen. Een
groote zware tak is terecht gekomen in den
tuin van den heer Polak, terwijl een kleinere
op den weg neerkwam. Het is steeds dezelfde
boom, waarvan de takken vallen en het zou
wenschelljk zijn, hoe jammer het ook is, dezen
boom te verwijderen, daar de takkenregen een
groot gevaar oplevert voor het verkeer.
Dinsdagmiddag had er een botsing plaats tus-
schen een fietsrijder en een automobiel. De
wielrijder schonk zijn aandacht aan andere
dingen en zag geen auto en hoorde ook geen
signalen, een aanrijding was dan ook onvermij
delijk. Met een groote vaart kwam de fiets
rijder tegen de auto terecht. Doordat de chauf
feur spoedig stopte, wist hij verdere ongeluk
ken te voorkomen. Van de auto werden eenige
spiegelruiten ingedrukt, terwijl het linker spat
bord vol met deuken zat. De wielrijder be
kwam een niet ernstige kniewond. Zijn kleeding
was geheel gescheurd. Niettegenstaande dit,
mag hij nog van geluk spreken dat hij er nog
zoo goed vanaf is gekomen. Het rijwiel werd
dit ongeval geen schuld. Den chauffeur treft bij
dit ongeval geen schuld.
Door de langdurige droogte, die zeer zeker
wel een plaatsje in onze geschiedenis zal in
nemen, daar zooiets in jaren niet is voorge
komen, is het met de watervoorziening en de
groei van boomen en planten overal treurig ge
steld. In Gelderland is het watergebrek zeer
groot en betaald men gaarne 20 a 30 ets. voor
een emmer water. Het gras der weilanden
heeft haar groene kleur verloren en alles wal
er op staat is verdord door de hee'te zonne
stralen. De boeren zijn radeloos en weten niet
hoe ze hun vee te drinken moeten geven. Vele
koeien sterven dan ook, omdat zij niet genoeg
voedsel hebben. In de Haarlemmermeer, waar
in gewone omstandigheden water te veel is, is
ook alles kurk-droog. De machines der stoom
gemalen staan te verroesten. De wegen, die
anders wel goed zijn, zijn in een stoffige massa
verandert en haast niet meer te berijden. In
Schoten zelfs wordt door vele inwoners ge
brek geleden aan water. Degenen, die geen wa
terleiding hebben en dit uit de pomp moeten
V'V.yïg^:
HEEMSTEDE TELEF.1790.
Telefoon van 9—12 en 2—5* uur.
Sé MASSIEF EIKEN LINNENKAST, geslepen glas, f 70.— mooi degelijk AMEUBLE- S S
MENT t 90.-; groote SPIEGEL t 35.— SCHILDERIJEN f 15.- per paar; SLAAP-
SS KAMERAMEUBLEMENTEN pracht BUFFETTEN, enz. direct van Meubelmagazijn SS
SS EGELANTIERSGRACHT 104, Amsterdam. S S
halen, zijn thans geheel van water verstoken.
Bij het pompen komen er wel slakken, torren
en andere heerlijkheden naar boven, i,,au.
water komt er niet, daar de wellen geheel
droog zijn. Bij een overbuur of buurman inoet
dan een emmer water gehaald worden, waar
voor 5 ets. of meer gerekend wordt. En hoe is
het in onze gemeente gesteld? Ook niet erg
rooskleurig. Aan water hebben we gelukkig
geen gebrek. Het gras evenwel, vooral van aan
gelegde perken, is geheel verdroogt. De jonge
boompjes op den Bioemendaalscheu weg, Vij
verweg en elders zijn ia een staat van ver
slapping en als er niet spoedig water koini,
verdroogen ze heelemaal.
Het Bloemendaalsche bosch ziet er eveneens
treurig uit en als men er door heen wandelt
krijgt men een gewaarwording of het herist is.
De heer Harry Elte, architect, heeft aan de
firma B. H. Alarse te Laren opgedragen het
bouwen van een landhuisje aan den Vondel
laan en Schulpweg voor den prijs van 15,350.
De bewoner van dit landhuisje zal zijn de heer
M. B. A. Timmer, uit Amsterdam, die den ar
chitect met den bouw heeft belast.
De schoolkinderen van de R. K. School te
Driehuizen hebben Donderdag een uitstapje ge
maakt naar Bloemendaal, Overveen en via de
nieuwe Zeeweg naar Zandvoort; 21 boeren
wagens, die voor dit doel door de boeren vrij
willig waren afgestaan, zaten vol met jongens
en meisjes. Dat de jeugd dien dag veel genoten
heelt, is begrijpelijk.
In de vergadering der Atdeeling Bloemen
daal van het Nat. Verbond van Gem. Ambte
naren, gisteren gehouden, werd in plaats van
den heer C. W. de Jong, die als Voorzitter had
bedankt, gekozen de heer de Vos; als commis
saris werd in diens plaats aangewezen de heer
De Boer.
Tot vertegenwoordiger bü de Commissie
van Overleg werd aangewezen de heer Van
Wamel, als plaatsvervanger de heer De Boer.
In ons vorig nummer namen wij een ingezon
den stuk op van een motorrijder, die meende,
dat een verkeersagent aan den nieuwen Zee
weg niet zijn plicht had gedaan en daardoor
hem als motorrijder aan gevaar had blootge
steld.
Aan de oprechtheid van die persoon en te
vens aan zijn doel, n.L door publiciteit aan dit
geval te geven, de verkeersagenten tot rncer
waakzaamheid aan te sporen, mogen wij niet
twijfelen. Wel echter kunnen wij hem mede-
deelen, dat wij deze week een zelfde geval in
Haarlem hebben meegemaakt en dat wij juist
tot bü den agent genaderd waren toen bü Int
sein tot stoppen gaf. Wij reden door, konden
niet anders, doch bemerkten tevens, dat bet
hem bijna niet mogelijk was ons eerder een
sein te geven.
In hoeverre de bedoelde agent uit het be
wuste bericht schuld had, mogen wü niet be-
oordeelen, wel weten wü en hebben dit zelf
ook geconstateerd, dat ook een verkeersagent
per slot maar twee oogen heeft en momenten
meemaakt van tweestrijd, hoe te handelen.
Redactie.
OVERVEEN.
Voor solozang is bü een gehouden examen
der Nederl. Toonkunstenaarsvereeniging ge
slaagd onze plaatsgenoote mej. C. P. Igesz.
VOGELENZANG.
Aan mej. Dijkgraaf van hier is door de Huis
houd- en Industrieschool te Haarlem een di
ploma voor costuumnaaien uitgereikt.
SANTPOORT.
Maandagmorgen brak er brand uit in het
bosch gelegen aan den spoorlijn nabij den Bre-
derodeweg. Het vuur vond voedsel in over
vloed en spreidde zich snel uit. Door eenige
spoorwegarbeiders werd de brand opgemerkt
en met veel moeite gebluscht. Aan hen is het
dan ook te danken, dat er geen groote bosch-
brand gekomen is. De brand was ontstaan door
dat er een vonk uit een locomotief in het ver
droogde gras was gevallen.
school kan dus spoedig tegemoet gezien
worden. De aannemer van dit bouwwerk is de
heer Baïs, uit IJmuiden.
Aan Mej. Bremerkamp alhier, is door de
Huishoud- en Industrieschool te Haarlem, een
diploma voor costuumnaaien uitgereikt.
Bü de O. L. school hier ter plaatse, wordt
een school gebouwd voor uitgebreid lager on
derwijs. Het gebouw zal bestaan uit vier lo
kaliteiten met een groote hal. De onderwüzers-
woning, die vlak aan de school grenst, wordt
reeds afgebroken. De bouw van deze nieuwe
Het zoontje van den heer J. alhier was inet
eenige makkertjes naar IJmuiden gegaan.
Daar aangekomen was het strand spoedig be
reikt. Kleeren werden uitgetrokken en even
later spartelde het jeugdige gezelschap in het
zilte nat. Door onbekende oorzaak geraakte
het zoontje van den heer J. te ver in zee en
stapte in een kuil of een ongelijkheid en ver
loor daardoor zijn evenwicht. Een der jongens
begon daarop zoo ontzettend te gillen, dat di
rect een heer het ongeval bemerkte, zich ge
deeltelijk pntkleedde en het genoegen mocht
smaken met veel mceite den jongen te redden.
Hij was echter reeds bewusteloos. Geruimen
tijd is men daarop bezig geweest met te trach
ten door kunstmatige ademhaling de levens
geesten weder op te wekken, wat ten slotte
gelukte. Onder geleide van een inspecteur van
politie werd het knaapje daarna naar zijn ouder
lijk huis teruggebracht.
T O O N E E L.
De Stadsschouwburg. De Haarlemsche
Stadsschouwburg heeft wel bewezen te kunnen
concurreeren met de beste schouwburgen in
Nederland. Men behoeit als Haarlemmer of als
Bloemendaler werkelük niet naar Amsterdam
oi naar eenige andere groote stad te gaan om
iets goeds te zien op tooneelgebied.
Het afgeloopen speelseizoen heeft liet bewijs
daarvan wederom geleverd: de mooiste en
meest-eischende stukken werden in onzen
schouwburg opgevoerd en, wat naar onze mee
ning de meeste voldoening schenkt, de schouw
burg was steed.s goed bezet; het publiek uit
Haarlem en omstreken toonde een groote be
langstelling voor hetgeen de dichters en tou-
neeischrijvers aan het luistergrage publiek tc
zeggen hebben.
De naainlooze vennootschap „Het Schouw-
tooneel", directie Adr. v. d. Horst en Jan
Musch, geeft voor het, speelseizoen 1921^*22
couponboekjes uit, die stellig tot een nog me-
nigvuldiger schouwburgbezoek aanleiding zul
len geven.
De prijzen dezer boekjes zijn als volgt:
per boekje
pr. p. coupon aan de kas v. 12 coupons
Stalles 2.50 3.— 30.—
Loge 2.50 3.30.
Fauteuil 2.2.50 24.
Parket 1.50 2,— 18.—
Parterre 0.75 1.25 9.
Wij wenschen den Haarlemsohen Stads
schouwburg voor het komende speelseizoen
een druk bezoek toe en onszelven vele goede
stukken.
ONTVANGEN BOEKEN.
„De Vader", Drama door August Strindberg,
uitgegeven door J. M. Meulenhoff, Amsterdam.
„Elke Hercules vindt zijne Omphale", zegt
het spreekwoord. Ook de Ritmeester in Strind-
berg's drama „De Vader" is züne Oinphale niet
ontloopen.
Hoe zij bij elkander gekomen zün, Laura en
de Ritmeester, Iaat Strindberg hun vertellen in
de vijfde scène der tweede akte, waar Laura
zegt: „Herinner je je, dat het als je tweede
moeder was, dat ik voor het eerst in je leven
kwam?" Dat herinnert zich de Ritmeester zeer
goed. Hü, de man, die door spectraal-analyse
geniale ontdeklcingen doet, die meer oog heeft
voor de groote levensproblemen dan voor de
kleine vraagstukken van het dageljjksche leven,
hij heeft in Laura vooral aanbeden het moeder
lijk zorgende: hü heeft zich geheel aan haar
overgegeven. „Jü hebt altijd de overmacht ge
had; jij kon mij wakend hypnotiseeren, zoodat
ik niet meer zag en niet meer hoorde, maar
slechts gehoorzaamde", bekent de Ritmeester.
Wanneer Laura geweest ware gehjk die
andere Laura, die eens Petrarca tot zijn hoog
ste dichterlijk bewustzijn voerde, dan ware den
Ritmeester een gelukkig en roemrük leven ten
deel gevallen, doch des Ritmeesters Laura
breekt af, hetgeen de ander' otpboowt.
Zij is een typische hysterica, met den zieke-
lijken „Wille zur Macht", zooals de moderne
psychiater, dat voor ons leeken onverklaarbare
verschijnsel noemt, dat een mensch met al zün
krachten drijft tegen zijn eigen huisgenooten en
tegen degenen, die hem het naaste zijn.
Laura's broer, de predikant, getuig! reeds in
den aanvang van het drama omtrent haar:
„Zóó. Laura wil niet! Ja, weet je, dan ben ik
bang voor moeilijkheden. Toen zü een kind wis
hield zij zich altüd dood tot zij haar zin kreeg,
en als ze gekregen had, wat ze wilde, gaf ze
het, wanneer het een voorwerp was, terug met
de verklaring, dat het haar niet om het voor
werp te doen was, maar om haar zin te krü-
gen." De Ritmeester antwoordt: „Was zij toen
ai zoo? Hm! Soms heeft zü werkelük zulke
aanvallen, dat ik bang voor baar ben en denk,
dat zü ziek is."
Het iatale moment gaat komen, wanneer de
Ritmeester begint in te zien,.dat de opvoeding
van zün dochter Bertha op een bankroet zal
uitloopen in het huls yan Laura en de vrouwe-
lüke trawanten, die deze om zich verzameld
heeft. Dan besluit bü Bertha in de stad (de
Ritmeester woont ten platten lande) voor
leerares op te laten leiden en haar daartoe
naar zijn vriend, den rechter Savberg te
zenden.
De moeder, met haar ziekelijke zucht naar
invloed en macht, begrijpt oniniddellük, dat het
om een zieltje gaat, hetgeen blijkt uit haar ge
sprek inet den Ritmeester: „Geloof je, dat een
moeder haar kind bij slechte menschen laat
wonen, die haar leeren, dat al wat haar moe
der haar inprentte, domheden zün, zoodat zü
voortaan door haar dochter geminacht wordt,
heel haar leven?"
Voor Laura is dan ook het oogenblik geko
men om den grooten frontaanval tc beginnen,
een aanval, waarbü zij voor geen middel, hoe
duivelsch ook, terugdeinst.
Met lasteren en intrigeeren weet zü den
Ritmeester, die een hals in het booze is, geheel
te vervreemden van zün omgeving, hem totaal
te isoleeren en zoodanig te irriteeren, dat hij
ten slotte, in een dwangbuis gesloten, van uii-
putting sterft.
Er is hier in Nederland eenige jaren geleden
een strijd gevoerd over de vraag of de patho
logie wel thuis behoort in de literatuur, bij
welke gelegenheid zich bij mij de overtuiging
gevestigd heeft, dat alleen zulk een ziekte-
verschünsel, dat door zijne frequentie het maat
schappelijk leven aantast of kleurt, een literair
bestaansrecht kan hebben.
Dat volgens Strindberg de hysterie aan
dezen eisch voldoet, blijkt uit hetgeen hij den
Ritmeester laat zeggen, wanneer hü deze laat
zoeken naar de oorzaak züner ellende: „Vroe
ger trouwde m e n (ik spatieer! H. B.) met
een vrouw; nu sluit men een compagnonschap
met een handelsman or gaat met een vriendin
samenwonen! en dan laat men den handels
man erin loopen en onteert de vriendin! Waar
is de liefde, de gezonde, zinnelijke liefde ge
bleven? Die is daardoor gestorven. Eu welk
een nakomelingschap van deze liefde op aan
deden, die op naamlooze vennooten berust,
zonder solidaire verantwoordelükheid! Wie is
vennoot wanneer de zaak bankroet gaat?"
Of Strindberg hiermede echter de ware oor
zaak van het huweiüksbankroet aangegeven
heeft betwüfel ik ten zeerste: zijn diagnose
lijkt mij zeer gebrekkig.
Er is geen dramaturg, die gelijk Strindberg,
zulke sombere doeken weet te schilderen, die
met zulk een nijpende smart onze stembanden
weet te slaan en wanneer hij, zooals In
„Paschen" het licht der verzoening en der
liefde door zijn onweersluchten weet te laten
stralen, dan bereikt hü een effect, dat aan
Rembrandt doet denken.
Het spijt mij te moeten constateeren, dat de
vertaler de Nederlandsche taal niet voldoende
machtig blijkt te zün, om een vertaling t«
leveren, die bevredigend genoemd mag wor
den. Uit de door mij aangehaalde fragmenten
kan de lezer dit al dadelijk zien.
Henri Bakels.
Het Juli-nummer van „De Nieuwe Gids" be
vat het vervolg van „De wegen der verbeel
ding", door Henri van Booven. Henriëtte Mooy
vervolgt haar „Acht dagen" (Wieltocht). Aegi-
dius W. Timmerman, Mr. A. de Graaf en H.
Laman Trip-de Baufort herinneren en waar-
deeren den overleden toonkunstenaar Alphons
Diepenbrock. Mevrouw Laman Trip doet dit
met enkele woorden, doch op zulk een sympa
thieke en van diep wijsgeerig Inzicht getuigen
de wüze, dat haar korte artikeltje verhelde
rend op ons inwerkt en alleen reeds de moeite
van het lezen waard is, otn het hooge geestes-
niveau, waarheen het ons een wijle voert.
P. C. Boutens publiceert in dit ^nummer het
eerste gedeelte van zijn Nederlandsche verta
ling der „Eumenieden" van Aischylos. De com
ponist Alex de Jong, heeft een lied „Landliche
Liebe" afgestaan, Hendrik Kroon, Hélène
Swarth en Francois Pauwels verzen. H. Ch. G.
J. van der Mandere schrijft „Een halve eeuw
Nederlandsche vredesbeweging"; Frans Erens
„Aanteekeningen over Literatuur eu Leven",
waarin hij Balzac legen Zola weegt en een „te
licht bevonden" voor den eerste constateert.
Veel waardeering heeft Erens daarentegen
voor Maupassant, die hij een oogenblik verge
lijkt inet diens mededinger, den onbegrensd
cynischen Mirbeau.
Voorts bevat dit nummer nog: Literaire Kro.
niek" door Willem Kloos, een binnenlandsche
staatkundige kroniek, door Frans Netscher, een
buitenlandsch overzicht, door Maurits Wagen,
voort, en bibliographie.
H. B.
OBERLAHNSTEIN
Wordt gerangschikt onder de eerste klas
mineraalwateren.