Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort
Fotografisch Atelier „RICHE", Gr. Houtstraat 169, Haarlem
DE TIJGER VAN ESCHNAPOER
^<1
?VTERDAG 18 NOVEMBER 1922
ST. NIC0LAAS GESCHENKEN. Opname bij iedere weersgesteldheid.
Gemeentebestuur.
CINEMA PALACE
VANAF VRIJDAG 17 NOVEMBER
DE INDISCHE GRAFTEMPEL
P. VAN DER STAD
16e JAARGANG
No. 46
BLOEHENDAALSCH WEEKBLAD
Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 22003
Abonnement:
Voor een half jaar 1.75
Redacteur: H. G. CANNEGIETER.
Advertentlën: 15 cent per regel, bij afname van 500 regels of
meer korting. Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en
verkoop, van 1 tot 10 regels 1.elke regel meer 10 cent.
Tusschen den tekst of op een bepaalde plaats speciaal tarief.
Dit nummer bestaat uit drie bladen,
waarbij een Kindercourant.
Als men ons alles ontnam wat ons pijn
doet, wat zou er dan overblijven! Het
geluk dat dan ontstond, zou niet voor
ons, maar voor een ander zijn.
Barbusse.
ALS DE WERELD BLIJ WAS
Als de wereld blij was
kende men geen nood,
als de wereld vrij was,
vreesde men geen dood,
angst zou niet door 't donker sluipen
en het moedigst hart bekruipen.
Eén reine broederketen,
waar zust'ren zijn, waar broeders zijn,
brenge ons het nieuwe weten,
zóó eindigt nood en pijn.
De wijsheid zal ons leiden,
zij zoekt een schoon bevrijden.
Als de wereld blij is,
als men Christus kent,
als het menschkind vrij is,
nood en droefheid endt,
breken alle zware boeien,
roode liefderozen bloeien.
„Zonnewende". Jo Redding i u s.
ZONDAGSVERDRIET.
„Zes dagen in de week zult gij arbeiden,
maar den zevenden dag zult gij rusten". De
wekelijksche rustdag, bij besluite als Sabbat of
hij opene als Zondag de week, heeft in de
verbeelding iets feestelijks. Men denkt er
gaarne aan met gevoelóns van innigheid en
zou het een ramp vinden, zoo deze dag uit
den kalender verdween.
Hoe komt het dan, dat in werkelijkheid deze
dag voor menigeen is de dag van verdriet;
dat niet weinigen een zucht van verlichting
slaken, zoo zij den volgenden morgen ontwa
ken, en het is Maandag!
Een predikant heeft dezer dagen een onder
zoek ingesteld naar den zielstoestand van jeug
dige misdadigers en verwaarloosde kinderen,
die in opvoedingsgestichten zijn opgesloten, en
bij de vragen, die hij hun voorlei, was er ook
een over den Zondag.
Van de honderd jongens, over wie zijn on
derzoek liep, waren er vijf, die zich niet over
deze vraag uitlieten. Drie vonden den Zondag
„soms" een prettigen dag, vier en veertig ver
klaarden rondweg, dat zij hem niet prettig von
den. Tegenover deze zeven en veertig stonden
slechts acht en veertig, die den wekelijkschen
rustdag met opgewekte gevoelens begroetten.
Men zou zoo zeggen, dat één enkele dag van
verpoozing tusschen de lange rij grauwe werk
dagen, één enkele uitzondering op de eento
nige regelmaat, inzonderheid in een gesticht
welkom moest wezen. Waarom juichen niet
alle honderd jongens den Zondag toe?
Om dezelfde reden, waarom de jongens die
vrij zijn, en de meisjes die vrij zijn en de vol
wassenen, die nog ruimer gelegenheid hebben
dan de jeugd om hun eigen dag naar welge
vallen te besteden, den Zondag een benauwenis
vinden.
Er bestaat een Zondagsziekte; menschen, die
in de week opgewekt hun werk doen, verzin
ken op den rustdag in een gemelijke stemming;
mensch, die in de week zelfs onder de hardste
inspanning niet klagen, lijden des Zondags aan
hoofdpijn of aan hun humeur.
Hoe toch deze wonderlijke tegenstrijdigheid
te verklaren?
De gestichtsjongens, onder wie dr. Oberman
zijn onderzoek instelde, gevoelden op den vrijen
dag hun gemis aan vrijheid. Het heftig verlangen
naar het ouderlijke huis bekroop hen: ze wer
den verteerd van heimwee. „Ik vind den Zon
dag geen prettigen dag", belijdt er een, „omdat
ik Zondags veel te veel aan huis denk". En
een Rotterdamsch boefje, gewend aan de vroo-
lijke drukte van straten en winkels, vervloekte
den Zondag, brommende: „Je hebt hier niets,
je zit hier maar tegen een groenen' boom op te
kijken!"
Het refrein van de jongens, die aan Zondags
ziekte leden, was telkens: „Ik werk liever!"
„Ik werk liever!", dit zeggen veel Zondags
lijders ook buiten de gestichten. Hoe vaak hoo-
ren wij omtrent den Zondag opmerken: „Je
hebt dan te veel tijd om te denken; je kunt
beter werken".
't Merkwaardige is, dat het niet steeds de
ijverigste ledeit der maatschappij zijn, niet de
levenskrachtige naturen, die zich zoo moeilijk
bij de rust kunnen neerleggen. Vaak zün 't juist
de zwakkeren, de tobbers, de onevenwichtigen,
die de ledigheid het moeilijkst verduren.
Voor hen is geschreven, dat ledigheid des
duivels oorkussen is. Tot hen komt de ziels-
arts met het geneesmiddel: arbeid.
Want, hoe ongerijmd het klinkt, om te rus
ten heeft men meer kracht noodig dan om te
werken. Het vieren van Sabbat of Zondag
vergt meer van de gezondheid dan de inspan
ning tijdens de week. Om den rustdag te ge
nieten, heeft men een gaaf gestel noodig, een
evenwichtig gemoed, een kalm hart en een
helder hoofd. De Zondag is de dag voor de
blijmoedigen, voor de heldhaftigen. Het zijn de
moedeloozen, die hem vreezen.
Stellen wij ons eens even in het geval van
de gestichtsjongens, die op Zondag door heim
wee worden gekweld. Waarom hebben zij op
Maandag geen heimwee en op Zaterdag niet?
Omdat de werkdagen afleiding verschaffen; de
arbeid neemt den geest in beslag en als de
arbeid is afgeloopen, is de geest vermoeid en
slaapt in.
De rust van den Zondag brengt den mensch
tot zichzelf. Dan is de wacht van afleidende
daden afgetrokken en de gedachten, die de
ziel willen besluipen, hebben vrij spel. Het komt
er nu maar op aan, welke gedachte wij in
onze nabijheid koesteren. Helaas, vaak vertoo-
nen zich de gedachten, die ons leven als een
schaduw begeleiden, niet in de gedaante van
engelen, maar in duivelsgestalte. Ze komen in
't rouwkleed en 't zorgengewaad, haar stem
klinkt somber en haar oogen staan dof.
In de week kunnen wij ze niet thuis geven,
onze gedachten. Dan zeggen we: „Vandaag
heb ik geen tijd u te ontvangen". Maar onze
gedachten zijn trouw en zijn geduldig; ze wach
ten tot we den tijd wél hebben, en als de Zon
dag ons ledig vindt, sluipen de gedachten den
drempel van ons bewustzijn over. Hoe graag
zouden we ze door harden arbeid verjagen,
maar machteloos maakt ons de rustdag.
De Zondag is de dag, die den mensch aan
zichzelf openbaart. Het Zondagsverdriet is een
aanklacht jegens de menschenziel.
Moeten we dankbaar zijn, dat we zoo weinig
vrij hebben? Maar wij allen haken naar vrij
heid. En wij stellen ons in de toekomst een
maatschappij voor, waarin meer ontspanning
zal zijn naast inspanning, meer verpoozing tus
schen den arbeid.
Wie deze maatschappij voorbereidt, bereide
zichzelf voor om zijn vrijen tijd waardig '.e
ontvangen. Hij leere met zijn eigen hart om
gaan; hij gewenne zich aan de stilte, waarin
hij met zijn ziel alleen is. Hij bouwe in zijn
binnenste op een haard van blijheid en ziels
kracht, die hij tot een vreugdevuur ontsteken
kan zoodra de feestdag is aangebroken. Zorgen
en verlangens, droefheid, begeerte en getob,
het kan alles omgezet worden in brandstof
voor de feestelijke vlammen, die het getijde
zullen verlichten, dat thans voor de meesten
zulk een triest en somber aanzien bezit, wijl
het de schrikgestalten oproept, die in het
duister plegen te dwalen.
Zoolang de zwakke, onevenwichtige ziel
geen meester is van het eigen terrein, geldt
voor haar het woord van den ouden Cato:
„Wie zijn rust niet kan gebruiken, heeft veel
grooter onrust dan
Wie voor al zijn bezigheden haast den tijd
niet vinden kan."
Donderdagmiddag vergaderde de Raad onzer
gemeente, des middags te 2 uur.
Voorzitter, de Burgemeester, Jhr. A. Bas
Backer.
Afwezig: de heeren de Roo van Aiderwe-
relt en Weth. de Waal Malefijt.
De notulen worden na een kleine opmerking
goedgekeurd.
PUNT. 1. Ingekomen stukken.
B. en W. stellen den Raad voor om de aan
de daarvoor in aanmerking komende losse ar
beiders f 0.20 per dag rijwielvergoeding uit
te keeren.
Goedgekeurd.
B. en W. deelen den Raad mede, dat de
toestanden der wegen en voetpaden op meer
dere plaatsen in de gemeente te wenschen
overlaat blijkens veelvuldige klachten, doch
dat het niet mogelijk is met de zeer beperkte
geldmiddelen aan alle wenschen tegemoet te
komen.
Zij geven echter de verzekering, dat zoodra
het geld daarvoor beschikbaar is aan de ver
schillende verzoeken voldaan zal worden.
Deze mededeeling geldt ook voor de bewo
ners van het Tuindorp welke een adres aan
gaande de voetpaden in het Tuindorp tot den
Raad hebben gericht.
Onder overlegging van een verzoek van
het Gemeentebestuur van Velsen om de
tegenwoordige Duinlustlaan te noemen „Vin-
kenbaan" stellen B. en W. voor aan dit ver
zoek te voldoen, daar dit hun alleszins ge
wettigd voorkomt.
Goedgekeurd.
B. en W. stellen den Raad voor aan de
Woningbouwvereniging „Bloemendaal" een
subsidie van f 816.96 toe te kennen, ten einde
haar in staaf te stellen de nota van haren
architect, den heer Prinsenberg ter zake van
den niet uitgevoerden bouw van 24 midden
standswoningen te voldoen.
Goedgekeurd.
PUNT 2. Ontheffing van bepalingen der
Bouwverordening.
B. en W. stellen den Raad voor ontheffing
van art. 7 der Bouwverordening te verlee-
nen aan de directie der Nederlandsche Spoor
wegen voor den bouw van een drievoudige
woning aan de Leidschevaart.
Goedgekeurd.
Naar aanleiding van het in de laatste raads
vergadering besprokene deelen B. en W. mede,
dat het hun na ingewonnen rechtskundig ad
vies wil voorkomen, dat alleen dan de firma
C. A. Ruigrok Zn. gelegenheid kan erlan
gen om hare fabriek uit te breiden, indien de
Raad op gronden van algemeen belang ten
aanzien van de vrije ruimte achter de woning
dispensatie van het bepaalde bij art. 7 der
Bouwverordening verleent, ten behoeve van
de perceelen, staande resp. op Sectie D. no.
785 (toebehoorende aan den heer Vas Visser)
en 1635 (toebehoorende aan bovengenoemde
firma).
Na een korte bespreking wordt besloten
dispensatie te verleenen van het bepaalde bij
art. 7 der Bouwverordening.
Met meerderheid van stemmen (de heer de
Waal Malefijt tegen) stellen B. en W. den
Raad voor aan J. P. Maas geen ontheffing van
art. 7 der Bouwverordening te verleenen voor
verbouw van perceel Bloemendaalscheweg
no. 18—20, daar de gevraagde verbouwing
niet op bevredigende wijze geschiedt.
De Raad verleent wel haar goedkeuring.
B. en W. stellen den Raad voor aan J. F. J.
Huijser ontheffing van art. 7 der Bouwveror
dening te verleenen voor aanbouw van de
autogarage, onder mededeeling dat het be
staande perceel van steen is.
Goedgevonden.
PUNT 3. Beschikking uit den post „On
voorziene Uitgaven" ten behoeve van .Ie
„Crisiscourant".
Uit de opgemaakte exploitatierekening is ge
bleken dat door het levensmiddelenbedrijf nog
GROOTE HOUTSTRAAT 111-113
TELEFOON 671
HAARLEM
Het allesovertreffende 2e en laatste deel
van de enorme film:
In de hoofdrol; Ml A MAY.
Bij de opvoering Van het eerste deel
waren alle voorstellingen uitverkocht.
Duizenden zagen het eerste deel. Duizen
den zullen het tweede deel komen zien.
Bespreekt dus uwe plaatsen.
Vanaf VRIJDAG a s. komt het wereld
beroemde jochie JACKIE COOGANinons
theater, in zijn nieuwe film: „MY BOY".
Dit aardige ventje, dat de hoofdrol speelde
in de film „THE KID", treedt in de film
„MY BOY" meer op den voorgrond.
Deze film liep gedurende 5 weken in
de Cinema Palace ie Amsterdam.
□□□oaaananannDDaononDODonnnDDD
POELIER
Kleine Houtstraat 136, HAARLEM, Tel. 188
Opgericht 1870
Hazen Poulardes
Kapoenen
Faisanten
Patrijzen
Eendvogels
Talingen
Watersnippen
Reevleescli
Braaukippen
Soepkippen
Gemeste
Eendvogels
Duinkonijnen
ooanaaoanoGaonooooaancpoonocon
moet worden betaald f 1762.69, zijnde '/s deel
van het nadeelig saldo, wat volgens contract
voor haar rekening was. Waar genoemd be
drijf is opgeheven stellen B. en W. voor ge
noemd bedrag beschikbaar te stellen uit den
post „Onvoorziene Uitgaven".
Goedgevonden.
PUNT 4.
Op verzoek van de Commissie van Bestuur
van het Provinciaal Ziekenhuis wordt een ver
ordening vastgesteld waarin worden aangewe
zen de terreinen waarop zonder voorafgaande
vergunning kunnen worden opgericht inrich
tingen bij welke stoom, gassen of dampen van
hooge spanning worden gebezigd en gedreven
worden door electromotoren, enz., enz.
PUNT 5. Adres van v. Maren om inge
bruikname van gemeentegrond.
B. en W. stellen den Raad voor afwijzend
te beschikken op het verzoek van C. van
Maren om vergunning tot plaatsing van een
benzinepomp op het trottoir voor perceel
Bloemendaalscheweg no. 273 op grond, dat
dan daar ter plaatse slechts 1.80 M. trottoir
breedte overblijft en het de veiligheid van het
verkeer vooral voor de voetgangers ernstig
bedreigt, daar het gebruik van het trottoir bij
het in werking zijn van die benzinepomp voor
de voetgangers wordt afgesloten en deze dus
zich zullen moeten begeven op den rijweg,
die vooral des Zondags geheel in beslag wordt
genomen, juist daar ter plaatse tegenover
den toegangsweg tot den Zeeweg door
automobielen, motorfietsen e.d.
De heer B i s p i n c k meent dat het
advies van B. en W. moet worden nagekomen.
Het is gevaarlijk om aan den verzoeker toe
stemming te verleenen. Het is bovendien ook
niet noodig. Spreker heeft een paar foto's of
afdrukken bij zich en toont daarmee aan dat
de heer v. Maren ook een verplaatsbaar toe
stel kan koopen, zoodat hij zijn cliënten toch
vlug kan bedienen. Uit een oogpunt van re
clame wil de aanvrager echter perce deze
vaste pomp geplaatst zien.
De heer Noorman is het met zijn
linkerbuurman niet eens en is er voor het ver
zoek wel in te willigen.
De heer S c h u 1 z is het niet met zijn
linkerbuurman eens, en meent dat straks alle
concurrenten van den heer v. Maren om toe
stemming zullen komen vragen.
De heer B o r n w a t e r is hot ook niet
met zijn linkerbuurman eens en vindt de be
zwaren welke genoemd zijn ongegrond.
De heer B ij v o e t is het nu eens wel