MY BOY Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort Fotografisch Atelier J ST. NICOLAAS GESCHENKEN IICHE", Gr. Houtstraat 169, Haarlem Opname bij iedere weersgesteldheid. Bukken. HAARLBMSCHE BANKVEREENlüINü c. Raadsoverzicht. CINEMA PALACE Groote Sint Nicolaas feesten 8 P. VAN DER STAD 16e JAARGANG ZATERDAG 25 NOVEMBER 1922 No. 47 BLOEHEHDiALSCH WEEKBLAD Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 2 2 00 3- Abonnement: Voor een half jaar 1.75 Redacteur: H. G. CANNEGIETER. Advertentiën: 15 cent per regel, bij abame van 500 regels of meer korting. Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop, van 1 tot 10 regels 1.elke regel meer 10 cent. Tusscben den tekst of op een bepaalde plaats speciaal tarief. Dit Nummer bestaat uit Twee Bladen waarbl] een Kindercourant. Ach, hoe groot zijn de dingen, die gaan beginnen! Er is nooit iets kleins in een begin. Barbusse. ANGST. Het is zoo ver, Moeder. De morgen was grauw, toen ik wegging van huis. Sinds klimt het licht, stil en aanhoudend, Wijder klaren al wijder klaarten En ik dwaal als een vogel boven de wolken. Ik wil je zien, Moeder. Ik wil nog éénmaal in je oogen zien, voor de grondelooze diepte mij neemt. Je bent zoo ver. Het is zoo ver, Moeder. Ik koos de witte stilte, toen ik wegging in den herfst. Sinds zonk de wereld onder mijn voeten. Zwakker werden de stemmen, hooger en hoo- ger rijzen de witte zalen. Ik luister. Straks? Ik wil je hooren, Moeder. Ik wil nog éénmaal je stem hooren, voor ik wit word. Je bent zoo ver. Het is zoo ver, Moeder. Ik nam den grijzen weg, toen ik wegging <n den wind. Sinds ging Ik den berg op, Dieper wijken de dalen, de bosschen zijn voor bij en schaarscher wordt het leven tusschen de steenen, Mijn hart bonst. Ik wil bij je rusten, Moeder. Ik wil nog éénmaal zachtjes rusten, voor de sneeuw komt. Je bent zoo ver. De Stem van October. J. C. v. S c h a g en. BERICHT. Als een bewijs van ons streven, het Bloemendaalsch Weekblad bij onze abonné's aantrekkelijk te maken, geven wij de volgende week een vergroot kin- der-bijblad, dat een Kindertooneelstukje zal bevatten, geschreven door onzen redacteur, den heer H. G. Cannegieter en getiteld: Jan Altijd Tevreden. Ongetwijfeld zal een dergelijk too- neelstukje, nu de winter met zijn huise lijke feesten weer aanbreekt, in menige familie welkom wezen. Daar van dit extra-bijblad niet nabesteld zal kunnen worden, raden wij hun, die nog niet tot onze abonné's behooren, aan, nog deze week een abonnement te nemen. BLOEMENDAAL. EFFECTEN EN COUPONS VREEMD GELD BUITENLANDSCHE WISSELS CREDIETEN DEPOSITO'S VERSTREKT CREDIETBRIEVEN OP BINNEN- EN BUITENLAND DOCUMENTAIRE CREDIETEN LOKET KLUIZEN Men lacht niet meer om de dingen, waar aan men gewend is geraakt. Toch zijn ze er niet minder zot om. Ghesterton, de geestige Engelschman, die in den afgeloopeen winter ook ons land met een bezoek heeft vereerd, maakt in zijn boekje over Charles Dickens terloops soms een op merking, die den lezer geruimen tijd later plotseling aan 't nadenken brengt. Handelend over het verschil, dat de men- schen plegen te maken tusschen hun naasten als wezens van zeer uiteenloopend belang, ver klaart de Engelsche humorist, dat dit verschil zoo groot niet is als het lijkt. Er zijn oogen- blikken, waarin de simpelste en de gewichtig ste mensch den beschouwer evenzeer ont roeren. Op het sterfbed zijn alle menschen grootsch en, voegt Chesterton hieraan toe, als tweebeenige wezens over straat wandelend, zijn alle menschen belachelijk. De laatste opmerking schijnt ongerijmd. Wie vindt het recht-op gaan van den mensch iets, dat hem in den lach doet schieten? En toch, nadat Chesterton mij op de dwaasheid van het recht-op gaan opmerkzaam had gemaakt, heb ik meermalen oogenblikken beleefd, waar in de geheele deftige, zakendoende, rondslen terende, arbeidende en zich vermakende men- schenmenigte mij een stel clowns toescheen, dat temidden van de viervoetige schepping voor zot speelde. Om tot een juiste aanschouwing van onze inenschelijke houding te komen, dienen wij ons boven onze menschelijke zienswijze te verheffen. Wij moeten ons afvragen: hoe ziet een paard ons of een hond? Ongetwijfeld zal al wat op vier voeten wandelt, den tweebeeni- gen steltlooper in zijn midden een wonderlijk verschijnsel vinden. Bezaten de dieren het ver mogen om te lachen, zij zouden, wanneer zü voor het eerst met een mensch kennis maak ten, in geschater uitbarsten. Doch, zal de lezer vragen, ligt niet juist in zijn recht-op gaan de meerderheid van den mensch? Zijn ongebukte houding geeft hem het voorkomen van den heerscher over al wat daar beneden op vier pooten kruipt en sluipt. Helaas, dat deze grootheid, die dikwijls tot zelfverheffing leidt, juist de tragiek van den mensch uitmaakt. Hij waant zich groot, door dat zijn houding, in tegenstelling met het ter aarde neigend gedierte, recht-op ten hemel rijst. Het is, alsof hij krachtens deze houding geschapen is tot koning en meester. Zijn fiere rug, zijn ongebogen nek, zijn opgericht hoofd wenden zich van de aarde af, omdat zijn aanleg hem boven de aarde verheven doet zijn. Hij kijkt uit de hoogte op aarde neder en overziet van zijn koninklijk standpunt het wriemelend leger, dat zich buigt in het stof. Doch nu wil het noodlot, dat de boven het stof verheven mensch de aarde niet loslaten kan. Bij al wat hij doet, dient hij haar aan te raken, zich tot haar over te buigen, en, daar zijn gestrekte rug niet tot bukken is ge schapen, doet de onnatuurlijke houding hem pijn. De landman, die den akker bewerkt, moet bukken, en als hij oud is geworden, is zijn rug door het bukken gekromd. Maar ook de huis vrouw, die wascht en plast en wrijft en boent om haar woning zindelijk te houden, bukt zich totdat haar rug stijf is geworden. Over het kind bukt zich de leeraar en bukt zich de verzorgster. En de handwerksman, hetzij hij timmert of smeedt, hetzij hij brood bakt of letters zet, bukken moet hij zich over zijn arbeid. Zelfs de kunstenaar, die zich aan de aarde onttogen waant, bukt zich over zijn pa let of klavier en de man van de wetenschap, de schrijver, de dichter zit voorovergebogen aan zijn lessenaar de voortbrengselen van zijn geest aan het papier toe te vertrouwen. Misschien is het deze tegenstrijdigheid, waarom de Engelschen schrijver den recht-op gaanden mensch heeft uitgelachen. Er ligt in derdaad iets zots in alle aanmatiging. Het ge dierte is nederig genoeg, om met handen en voeten zich vast te klemmen aan de aarde. Maar de mensch acht zich boven de aarde verheven, en, ofschoon hij zijn kinderen voort durend vermaant, toch recht-op te loopen, ziet hij zich gedoemd den rug te krommen even goed als het dier. Belachelijk is deze tegenstrijdigheid, maar zij stemt ook droef. Openbaart zij niet weder de eeuwige tragiek van den mensch, die in zijn grootheid zich niet handhaven en in zijn vernedering niet berusten kan? Wij leeren onze kinderen recht-op gaan, en tevens moeten wij hen voorbereiden op buk ken. Want het zou nog zoo erg niet zijn, wan neer het bukken louter lichamelijke noodzaak was. Doch ook in belangrijker opzicht moeten wij bukken. Wij meenen recht-op te kunnen loopen en weigeren te bukken voor ons lot, onze om standigheden, voor de wereld, voor de maat schappij, voor de conventie. Fier houden wij onzen rug gestrekt en hoog geheven richt zich ons oog op het ideaal daarboven. Maar bukken moeten wij en zullen wij allen te eeniger tijd; bukken voor het overmachtige, dat boven menschelijke kracht gaat. f Doch het blijft onze menschelijke glorie, dat, terwijl het gedierte zijn gebukte houding als iets natuurlijks aanvaardt, wij sleohts kunnen bukken, nadat onze doorwonde ziel haar ver- geefsch verzet heeft moeten laten varen. 'n Agenda van 7 puntjes, heel onbeduidend, daardoor een rekken van je welste en toch nog vóór half vier op straat. Ziedaar in het kort een overzicht van de op 16 Novem ber gehouden raadszitting. Wat er nog meer van te zeggen? Dat de fa. C. A. Ruigrok Zn. te Vogelen zang vergunning heeft gekregen, zij het langs een omweg, tot verbouwing en uitbreiding van haar fabriek, niettegenstaande B. en W. in de vorige zitting verklaarden dat het niet moge lijk was aan dit verzoek te voldoen? Dat de heer Maas te Bloemendaal eveneens vergunning heeft gekregen voor verbouwing van zijn perceel aan den Bloemendaalschen weg, niettegenstaande door B. en W. afwijzend werd geadviseerd? Dat aan den heer C. van Maren te Overveen vergunning is gegeven tot het plaatsen van een sta-in-den-weg aan den kant van het trot toir, niettegenstaande het Dagelijksch Bestuur bij monde van den voorzitter ernstig waarschuw de tegen zoo'n de omgeving ontsierende, voor het verkeer hinderlijke bezinepomp? Ja, daar valt toch nog wel iets van te zeg gen. Er is door toch toestemming te verleenen een precedent geschapen waar het eind niet van te zien is. Niettegenstaande de voorzitter protesteerde en meende dat voortaan aan eiken kruidenier het recht zal moeten worden toegekend een dergelijk toestel te plaatsen voor pepermun tjes e.d.niettegenstaande de heer Bispinck met foto's aantoonde dat zoo'n vast exemplaar niet noodig is daar practische, verplaatsbare toestellen in den handel zijn, niettegenstaande de heer van Nederhasselt een weg aanwees, waarlangs hij zijn cliënten toch vlug kan be dienen, n.l. door een draaibare kraan aan zijn werkplaats te bevestigen zooals dat met de lo comotieven plaats vindt, ik zeg niettegenstaan de dit alles werd de toestemming verleend, zij het tegen een kleine vergoeding. D&t ding moest er komen volgens den aan vrager en geen ander. En dat ding komt er. De heer Bispinck bracht nog even naar vo ren dat het toch niet aangaat om bü zulke aan vragen niet te luisteren naar de adviezen van B. en W., doch uit het bovenstaande en uit GROOTE HOUTSTRAAT 111-113 HAARLEM TELEFOON 871 VANAF VRIJDAG 24 NOVEMBER IN ONS THEATER ZONDAGAVOND 26 NOVEMBER IN DE GEMEENTELIJKE CONCERTZAAL „VEREENIG1NQ" HET WERELDBEROEMDE „JOCHIE" JACKIE COOGAN IN ZIJN NIEUWE FILM Een film zóó mooi en zóó ontroerend, hoofd zakelijk door het eenvoudige spel van den kleinen 6-jarigen artist, als U ooit zag. Doze film overtreft verre „THE KID". Eerst in deze film toont JACKIE COOGAN zijn natuurlijke gave als filmartist. Gedurende 5 weken liep deze film in de Cinema Palace te Amsterdam. JACKIE COOGAN, die zijn tocht door de wereld vervolgt, heeft alle harten veroverd. Niet het feit, dat hij met den beroemden Charlie Chaplin in „The Kid" als partner heeft gespeeld, niet het feit, dat dit 6-jarig jochie millioenen verdient, doch het blijft een wonder, dat dit 6-jarig joch in „MY BOY" de hoofdrol vervult en dit stuk geheel draagt. Zaterdag 25 en Woensdag 29 November telkens aanvangende 's namiddags half drie met opvoering van „MY BOY". St. Nicolaas komt persoonlijk aan ieder kind een aardige verrassing overhandigen. □□□□□□□□□□□□□□□□□□□□DDDDDDDDCC O POELIER Kleine Houtstraat 136, HAARLEM, Tel. 188 Opgericht 1870 Hazen Poulardes Kapoenen B Faisanten Patrijzen Eendvogels Talingen Watersnippen Reevleesch Braadkippen Soepkippen Gemeste Eendvogels Duinkonijnen de praktijk blijkt maar al te duidelijk, hoe zeer men acht slaat op die adviezen. Wij vra gen ons af of het niet verstandiger zou zijn van B. en W.geen adviezen meer te verstrek ken. Als B. en W. toestemming voor het plaatsen van een pomp, louter uit een oogpunt van re clame door een particulier op gemeentegrond, ten zeerste ontraden en er komen dan nog 9 sprekers aan het woord van de 13 aanwezi gen dan geeft men blijk van die adviezen niet gediend te zijn. De werkeloozen in onze gemeente kunnen weer eenigszins verruimd adem halen. De werkeloozencommissie heeft n.i. B. en W. kun nen bewegen een crediet van f 3000aan te vragen voor verbetering van den Zilkerweg. Er werd wel even tegen gesputterd, doch men voelde dat het niet anders kon. Zoodra men nu door het werk heen is en er zijn werke loozen, wat zeer zeker het geval zal zijn, kun nen zij aan dat karweitje beginnen. Voor de menschen die liever werken voor hun weekgeld dan om niet hun hand ophou den, is dit een uitkomst. Bij de rondvraag vestigde de heer Van Kes- sei de aandacht op enkele z. g. n. geasphal- teefde wegen. Wat de Zandvoorterlaan betreft daarover was men het roerend eens, die is op sommige punten onbegaanbaar. Men zal ech ter, zegt de wethouder, nog een paar maanden geduld moeten hebben alvorens aan verbete ring kan worden gedacht. Niet erg bemoedigend. De heer Van Kessel noemde echter nog meer wegen, b.v. Mollaan, Donkerelaan en Kenne- merweg. Nu, de Mollaan valt nogal mee, be-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1922 | | pagina 1