ONTVANGEN BOEKEN.
\an meening was dat die aanvrager dan maar wat meer ter
rein moest koopen. Het gaat hier niet zoozeer om het geval
zelve doch meer om het principe. Als het absoluut onmogelijk
is om meer terrein te krijgen, dan zou spreker het ook wel
willen toestaan. Wat men den een weigert moet men den ander
niet toestaan.
De heer BISPINCK is het met den heer Laan eens. Spreker
geeft in overweging dat eerst eens te onderzoeken.
De heer HOGENBIRK zou de uitvoering voor zoo'n geringe
afwijking niet willen vertragen. Hij stelt daarom voor B. en W.
te machtigen naar bevind van zaken te handelen.
Aldus wordt besloten.
d. Van Qebr. A. en M. A. Joustra, voor den bouw van een
winkelhuis met bovenwoning en twee garages met bovenwo
ningen aan de Korte Klevetiaan hoek Verbindingsweg, op het
kad. perceel Sectie A no. 6805.
B. en W. stellen voor de gevraagde ontheffing te verleenen
volgens het ingediende plan A.
De heer VAN KESSEL vraagt wat er aan veranderd is.
De VOORZITTER zegt dat er niets aan veranderd is, doch
B. en W. vinden het bij nadere overweging wenschelijk om voor
den bouw maar toestemming te geven, omdat men daar an
ders blijft zitten met een onmogelijk terrein en een leelijke
hoek.
De heer VAN KESSEL begrijpt het toch niet. Eenige maan
den geleden hebben B. en W. zich met hand en tand verzet
tegen het verleenen van ontheffing.
De heer BISPINCK kan zich dat heel goed indenken en vindt
het ook niets erg dat B. en W. op hun oorspronkelijk idee te
rug komen.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. eerst gedacht hebben
dat een ander plan wellicht beter zou voldoen, doch het blijkt
niet mogelijk om er een andere oplossing voor te vinden. Daar
om wordt nu voorgesteld om het toe te staan zooals men zich
oorspronkelijk die bebouwing had gedacht.
Met algemeene stemmen wordt aldus besloten.
III. BENOEMING LEDEN EN PLAATSVERVANGENDE
LEDEN STEMBUREAUX.
Doordat enkele personen hunne benoeming tot lid van het
stembureau niet hebben aangenomen, worden alsnog eenige
benoemingen gedaan:
IV. BENOEMING ONDERWIJZER OPENBARE LAGERE
SCHOOL TE BLOEMENDAAL.
Dit punt wordt aangehouden, omdat de stukken nog berusten
bij den Inspecteur voor het Lager Onderwijs.
V. a. WIJZIGING VERORDENING OP DE COMMISSIE
TOT WERING VAN SCHOOLVERZUIM.
b. BENOEMING LEDEN COMMISSIE TOT WERING
VAN SCHOOLVERZUIM.
a. Bij raadsbesluit van 14 Febr. 1901 werd een verordening
vastgesteld op de samenstelling eener commissie tot wering
van schoolverzuim, waarin o.rn. werd bepaald, dat deze com
missie zou bestaan uit 9 leden. Hierin is tot op heden geen
wijziging gekomen. Het blijkt echter dat verandering dringend
noodzakelijk is .Nu tengevolge van de wijziging der leerplicht
wet ieder ter kennis van de commissie komend geval binnen
acht dagen na ontvangst der kennisgeving in behandeling dient
te worden genomen is het aantal vergaderingen belangrijk toe
genomen. Bedroeg dit in 1920 en in 1921 drie in 1922 bedroeg
dit 14, die in hoofdzaak door alle leden werden bezocht. B. en
W. vragen zich echter af of het wel noodzakelijk is, dat 9 per
sonen tezamen komen om één hoogstens twee menschen ge
durende een oogenblik te ondervragen. Is het wel wenschelijk
om het werk, dat evengoed door het minimum aantal menschen
van drie bij de Wet voorgeschreven kan worden verricht,
door negen te laten doen? B. en W. meenen van niet, en zou
den daarom willen voorstellen de verordening op de samen
stelling der commissie in dier voege te herzien, dat art. 2 wordt
gelezen
„Deze commissiën bestaan uit 3 leden".
Voorts achten zij de instelling van een afzonderlijke commis
sie voor de afdeeling Vogelenzang van groot gewicht.
Deze wijziging zal mede een belangrijke besparing op de pre
sentiegelden tengevolge hebben.
B. en W. geven derhalve in overweging om de bestaande
commissie met ingang van 1 April a.s. op te heffen en daar
voor in de plaats in te stellen twee commissiën, waarvan één
gevestigd te Overveen en een te Vogelenzang.
De laatstgenoemde zou dan kunnen omvatten het zuidelijkst
deel der gemeente,hetwelk aan de Noordzijde wordt begrensd
door Leyweg 1 en 2.
Een concept-verordening wordt ter bekrachtiging aangeboden
waarmede de Raad accoord gaat.
b. In verband met voormelde wijziging der verordening op de
commissiën tot wering van schoolverzuim wordt voorgesteld
om tot leden der nieuwe commissiën te benoemen:
I. Voor de eerste Commissie (Noordelijk deel der gemeente):
A. IJzerman; G. de Groot; H. Hansen.
II. Voor de tweede Commissie (Zuidelijk deel der gemeente)
J. van Snippenberg; Th. Remmerswaal; J. Bonkenburg.
De heer SCHULZ verzoekt in het vervolg dubbeltallen op
de aanbeveling te plaatsen.
De heer BORNWATER vraagt waarom de Voorzitter der
Commissie nu gepasseerd is. Men laat in zulke gevallen toch
nooit den Voorzitter in den steek. De heer Hoekstra is sedert
1917 Voorzitter van de Commissie.
De VOORZITTER zegt dat er geen bijzondere reden voor
is geweest. B. en W. hebben er niet aan gedacht dat de heer
Hoekstra Voorzitter was. De Raad moet dan maar anders
stemmen, daar is niets geen bezwaar tegen.
De stemming heeft tot resultaat, 1. dat op den heer G. de
Groot 10 stemmen; H. Hansen, 10 stemmen; H. Hoekstra, 9
stemmen; A. IJzerman, 1 stem; II. dat op den heer J. van
Snippenberg, 10 stemmen; Th. Remmerswaal, 10 stemmen; J.
Bonkenburg 10 stemmen worden uitgebracht, zoodat benoemd
zijn in de eerste Commissie de heeren G. de Groot, H. Hansen
en H. Hoekstra en in de tweede Commissie de heeren J. van
Snippenberg, Th. Remmerswaal en J. Bonkenburg.
VI. VOORSTEL TOT OVERNAME DER HUISTELEFOON.
B. en W. stellen voor om voor de som van f 1745.van de
N. V Huistelefoonmaatschappij de huistelefoon-installatie van
raadhuis, politiebureau en gebouwtje voor publieke werken over
te nemen en voorloopig het onderhoud dier installatie voor
f 95.per jaar op te dragen aan de firma Keiler Macdonald.
De heer HOGENBIRK zegt dat het allemaal omgewerkt moet
worden.
De heer BISPINCK wil dit punt aanhouden tot de behandeling
der begrooting. Het is nog zeer de vraag of het wel voordeeli-
ger is, want die toestellen zijn lang niet nieuw meer, zoodat
men al spoedig extra onkosten zal moeten maken.
De heer DE ROO VAN ALDERWERELT kan zich met het
idee om het aan te houden heel goed vereenigen, want het
ombouwen volgens het volautomatisch systeem van de tele
foon zal toch eerst aan het eind van dit jaar kunnen plaats
hebben.
De heer NOORMAN vraagt of het contract afgeloopen is.
De VOORZIT TER zegt dat men een contract heeft waar men
eigenlijk nooit af kan komen. Bij uitbreiding der installatie wordt
het contract geacht weder voor vijftien jaren te zijn aangegaan.
Voor het onderhoud moet de gemeente f230.per jaar be
talen.
De heer NOORMAN vreest dat de Raadsleden niet goed be
grijpen hoe de vork eigenlijk in den steel zit. Men heeft op
het Raadhuis twee systemen, 1ste. de Rijkstelefoon met neven
aansluitingen, en 2de. de Huistelefooninstallatie met haar afzon
derlijk geleidingsnet. Het gaat nu alleen over de huistelefoon.
De heer LAAN gelooft ook wel dat men een exorbitant hoogen
prijs vraagt, doch aan den anderen kant heeft men het bezwaar
van een contract waar men nooit afkomt. Hij zou van die twee
kwade zaken nu maar de minst kwade willen kiezen en de boel
maar afkoopen.
De heer BlbPINCK geeft in overweging de zaak nog aan te
houden tot de volgende vergadering, leder voor zich kan dan
over het voor en tegen nog eens nadenken.
Besloten wordt daarna tot aanhouding.
VII. VASTSTELLING 2de SUPPLETOIRE BEGROOTING
DIENST 1922.
De Einancieele Commissie adviseert tot vaststelling van de
2de Suppl. begrooting 1922 tot een bedrag van f 17292.aan
inkomsten en uitgaven. Naar aanleidng van het verzoek van
B. en W. om advies inzake de belegging van door verschillende
Schoolbesturen gestorte waarborgsommen, adviseert de Com
missie die gelden in de gemeentekas te storten.
Overeenkomstig het advies der Ein. Commissie wordt met
algemeene stemmen besloten.
VIII. BESCHIKKING OVER DEN POST „ONVOORZIENE
UITGAVEN' DIENST 1922.
De Einancieele Commisse gaat eveneens accoord met de voor
gestelde betalingen uit den post „onvoorziene uitgaven" dienst
1922.
De heer VAN KESSEL heeft een post uitgetrokken gezien
van f 60.als belooning van den Secretaris van de Commissie
van Overleg. Spreker meent dat deze titularis zijne werkzaam
heden als zoodanig in zijn diensttijd doet, terwijl ook de ver
gaderingen der Commissie overdag plaats hebben. Op welken
grond is die uitbetaling gedaan, vraagt spreker.
De VOORZI TTER zegt dat indertijd besloten is de belooning
van Secretaris eener Commissie te bepalen op f 10.— per ver
gadering.
Daarna vereenigt de Raad zich met de voorgestelde uitgaven,
in totaal bedragende f 3878.9E/2, te voldoen uit den post on
voorzien.
IX. MACHTIGING TOT HET AANGAAN EENER OVER
EENKOMST MET HAARLEM INZAKE TOELATING VAN
LEERLINGEN OP DE MIDDELBARE MEISJESSCHOOL EN
DE HOOGERE HANDELSSCHOOL, ALDAAR
Naar aanleiding van het in de vorige vergadering genomen
besluit tot aanhouding van de concept-overeenkomst met
Haarlem, deelen B. en W„ onder overlegging van de school
geldregeling van Haarlem en de Rijksregeling, mede, dat voor
middelbare meisjesscholen, voor zoover hen bekend, geen
rijksregeling bestaat, wijl het Rijk dergelijke scholen niet in
stand houdt. Een verzoek aan Haarlem om instede van de be
staande regeling de voor ouders van leerlingen voordeeliger
rijksregeling over te nemen heeft uiteraard geen zin, aange
zien Haarlem natuurlijk niet ten gerieve van een buitengemeente
zal overgaan tot verlaging van het te heffen schoolgeld, vooral
omdat de kosten welke voor rekening van Haarlem zullen blij
ven door verlaging van het schoolgeld zullen toenemen.
De heer VAN KESSEL heeft in de vorige vergadering ge
vraagd of het niet mogelijk was bij benadering op te geven
wat het de gemeente zal kosten en hoeveel leerlingen van hier
ongeveer bedoelde scholen zullen bezoeken. Spreker begrijpt
dat Haarlem wel niet over te halen zal zijn om de rijksregeling
over te nemen, doch hij vraagt zich af of de onderwijsinrich
tingen in deze gemeente er niet voor te vinden zouden zijn,
want dat zou tengevolge hebben dat de kinderen dan niet meer
naar Haarlem trokken om middelbaar onderwijs te genieten,
doch hier school zouden gaan. Hij geeft daarom B. en W. in
overweging de invoering van de rijksregeling aan de instellin
gen in deze gemeente te bevorderen.
De VOORZITTER merkt op dat het thans alleen gaat om
eene regeling met Haarlem voor de Middelbare Meisjesschool
en de Hoogere Handelsschool aldaar.
De heer VAN KESSEL en eenige andere leden zijn van mee
ning dat in de vorige vergadering de geheele zaak aangehouden
is.
De VOORZITTER zegt dat de notulen van 15 Febr. 1923
aangeven dat het eene is goedgekeurd en het andere werd
aangehouden en die notulen zijn aldus gearresteerd.
De Raad verleent daarop machtiging tot het aangaan van
en vereenigt zich verder met de voorgestelde concept-over
eenkomst.
X. RIOLEERINGSPLAN PARK ACHTER SPARREN
HEUVEL.
Overeenkomstig het rapport van den gemeente-architect
stellen B. en W. voor aan de N.V. Binnenlandsche Exploitatie
Vlij. van Onroerende Goederen naar aanleiding van haar des
betreffend verzoek gratis zand te leveren uit de zanderij te
Bloemendaal ter ophooging liarer terreinen achter „Sparren-
heuvel", waartegenover de Binnenlandsche de verplichting op zich
moet nemen om alle rioolaansluitingen met het bestaande rio-
eeringsnet te verbinden en tevens een septic-tank voor hare
rekening te doen maken.
De heer BISPINCKvindt dat op deze wijze een goede oplos
sing wordt verkregen. De Binnenlandsche kan natuurlijk zoowel
van de gemeente als van derden zand betrekken en als het
alleen de zandlevering betrof dan is het zeer begrijpelijk dat
de gemeente daarvoor geld wil zien. In dit geval echter kunnen
twee groote belangen gecombineerd worden, - waarmede
beide partijen gebaat zijn, want de rioleering in Har-
tenlust is veel te nauw en laat zeer veel te wenschen
over, evenzoo het riool in den Kinheimweg, en vandaag of mor
gen zal daarin toch verbetering gebracht moeten worden. Dat
zal echter niet noodig zijn als die rioleering wordt aangesloten
op die van de Binnenlandsche. De gemeente kan op die wijze
heel wat besparen. He is niet in cijfers uit te drukken,
doch met een grondige verbetering van de rioleering in de om
geving van Hartenlust is zeker f 40.000 a f 50.000 gemoeid.
De heer VAN KESSEL is het met de redeneering van den
heer Bispinck niet eens. De heer De Waal Malefijt heeft inder-
want het is soms zeer moeilijk om van een
verwaarloosde, hand alle ongerechtigheden te
doen verdwijnen. Ziet maar eens door een sterk
vergrootglas, dan znlt ge er wel anders over
denken. Om een werkelijk heldere en fraaie
hand te bezitten, moet de huid eerst glad en
zacht zijn. Zij, die ruw werk verrichten, kun
nen1 dit niet altijd! met handsohoenlen aan doen.
Veel werk van huiselijken aaird, alsook tuin
en veldarbeid, kan men doen, met handen die
beschermd zijn tegen den invloed van dit werk,
maair er zijn vele dingen, die we dagelijks te
doen hebben, waarbij de naakte handen noodig
zijn. De huisvrouwen in de eersite plaats,
die o.a. haar eigen wasch thuis doen, krijgen
ruwe handen door de sterke zeep, die zij ge
bruiken. Wanneer zij daarna hare handen niet
goed verzorgen dan worden ze ruw, grof, rood,
in een woord onooglijk. Daarom geven wij aan
de dames, die in onzen tegenwoordigen tijd
wel gedwongen worden, huiselijke bezigheden
te verrichten, waartegen hare handen niet be
stand zijn, den raad, verzorg vóór gij naar
bed gaat uwe handen goed, besteedt daaraan
enkele minuteni, wasch ze met warm water,
neemt alle vlekken met puimsteen1 weg of met
citroensap, spoel ze daarna af met koud water
om de poriën te sluiten en droogt ze dan af.
Ten slotte wrijft men ze in met glycerine en
draagt inen des nachts handschoenen. Dit alles
is geen ijdelheid, maar slechts een eenvoudige
wijze om aan de hygiëne te voldoen.
XXX
Het is ook van belang, dat moeders haar
jongens en meisjes leeren de banden goed te
varzorgen'. Dit moet vanaf de prilste jeugd
geschieden, want in de jeugd wordt aard en
vorm van elk lichaamsdeel bepaald. Het ge
bruik van een1 schaar of zakmes, om nagels
schoon te maken of te snijden moet verbo
den worden. Een kleine vijl is het beste instru
ment, dat de nagels dicht bij de 'vingertoppen
en glad aan het einde doet houden. Ook moeten
de ouders waken) en strenge maatregelen ne
men, tegen de gewioonte van het nagelbijten,
een gewoonte van nerveuze, prikkelbare kin
deren. Deze gewoonte is moeilijk af te wen
nen, maar het is van belang, omdat de nagels
nooit meer een goeden vorm krijgen op oude
ren leeftijd, indien die gewoonte niet bijtijds
wordt tegengegaan.
Er is nog een1 andere last, n.I. winterhanden.
Dit is een pijnlijke en de handen' misvormende
aandoening, die litteekens achterlaat, de weef
sels verdikt en' gewrichten uitzet Men kan
daartegen helaas niet viel meer voorzorgen
nemen, dan steeds warme handschoenen dra
gen en dien bloedsomloop niet belemmeren:. Ook
moet men de handen zooveel mogelijk sparen
en er voor waken, dat geen kwetsingen en
beleedigingen ze van bulten af treffen; ze zacht
en helder houden en de nagels goed verzor
gen.
Een fraaie goed verzorgde hand en nagels,
behoort tot een der schoonheden van vrouw
en man.
Prikkel-Idyllen door Cornells Veth. Uitgege
ven door C. A. J. van Dishoeck te Bussum.
Bij den uitgever van Dishoeck te Bussum
verscheen een tweede druk van Prikkel-
Idyllen I, II en lil door Cornells Veth.
Deze serie „Prikkel-Idyllen" neemt in onze
litteratuur een geheel eigen plaats in. Zij be
staat uit een achttal humoristische geschriften,
die zich elk gemakkelijk gedurende een spoor-
reisje AmsterdamUtrecht, of zoo, llaten uit
lezen.
Het bijzondere aan dit werk is echter de
wijze iwaarop het humoristische ontstaan is;
namelijk door het verhevene te transponeeren
naar een lager, naïever plan.
Zoo wordt b.v. in de „Onthullingen door een
Kamenier ten hove" een conflict in een konink
lijk gezin beschreven van uit een klein-burger-
lijk gezichtspunt en in de daarbij passende
bewoordingen.
De kamenier verbindt bier het verhevene
met het naïeve op zulk een koddige wijze, dat
we telkens de meest komische verrassingen
beleven. Ontelbare, in volkskringen gangbare,
emeenplaatsen worden den leden van het ge
zelschap in den mond gelegd en vertolken vor
stelijke gedachten. Men kan begrijpen welk
effect deze vermenging van verhevenheid en
platheid geeft.
Humor ontstaat door een onvenwachte wen
ding. Wanneer men voor een baby den vinger
eerst over de tafel in ééne richting voortbe
weegt en dan plotseling naar links of naar
rechts ermede springt, toovert men op het kin
derlijk gelaat dien stralenden lach, die zoowel
van verbazing als van blijdschap spreekt.
Men kan het effect verihoogen door bij de onder
scheidene bewegingen onderscheidene geluiden
te maken. Men biedt aldus het kind humor,
door de onverwachte zijsprong met den vin
ger.
Een ouder kind zal dezelfde emotie doorma
ken, wanneer bij voorbeeld een soldaat voor
een officier zijn hoofddeksel afneemt inplaats
van te salueeren naar militair gebruik.
Wij volwassenen stellen natuurlijk hooger
eischen en dat wel naar mate wij onzen zin
voor humor meer of minder ontwikkeld heb
ben.
Veth leidt in zijn „Prikkel-Idyllen" van de
eene onverwachte wending tot de andere, zoo-
dat ge niet tot „bedaren" komt, alvorens ge
het uitgelezen boekje uit de handen legt.