I
VAN HIER EN DAAR,
VOLKSGEZONDHEID,
DERDE BLAD.
f
getrokken, volgens het reglement van orde, als het voorstel
daartoe op de oproepingsbriefjes vermeld is. Zooals de toestand
op het oogenblik is komt het spreker overbodig voor omtrent
het ingekomen schrijven van den avocaat der Erven van der
Vliet, Mr. A. Baron van Haersolte, het advies te vragen.van
een deel der raadsleden, omdat hij er van overtuigd is dat
ieder lid van den Raad in deze een gevestigde meening heeft.
Nu dit schrijven ingekomen is kan de Raad deze gelegenheid
aangrijpen om die zware last welke de gemeente indertijd op
zich heeft genomen Van de schouders te werpen. Als men het
niet doet dan zullen Gedeputeerde Staten tenslotte verplicht zijn
er voor uit te komen dat zij hunne goedkeuring aan het raads
besluit moeten onthouden. Spreker geeft derhalve in overwe
ging van de bereidverklaring der Erven van der Vliet gebruik
te maken. Het zou voor alle partijen de beste en eenvoudigste
oplossing zijn.
De heer VAN KESSEL vindt het vanzelfsprekend dat be
doeld schrijven wordt gesteld in handen van de Grondcom-
missie, die immers ook de geheele zaak heeft voorbereid.
Spreker kan voor zich wel verklaren dat hij evenals voorheen,
niettegenstaande de tijden veranderd zijn, een voorstander is
van den aankoop der terreinen langs den Zeeweg. Hij is niet
bekeerd, niet door de verkiezingsactie van den heer Otto, noch
door het monster-adres dat van die zijde is uitgegaan en
waarvoor men handteekeningen heeft verzameld op een wijze
die niet door den beugel kan. Als men weet hoe men aan de
sympathiebetuigingen van vele argelooze burgers gekomen
is, dan heeft dat adres nóg niet veel te beteekenen. Gedepu
teerde Staten zullen het wel naar waarde weten te schatten.
Mocht de meerderheid van den Raad er wel anders over den
ken als het straks behandeld wordt nadat de grondcommissie
er advies over heeft uitgebracht, dan hoopt spreker dat er
nog een weg zal worden gevonden om nader met de Erven
van der Vliet in onderhandeling te treden opdat de gemeente
medezeggenschap zal verkrijgen bij de exploitatie van die
gronden. Het zou een ramp zijn als een derde eigenaar van
die grond werd. Met het oog op de annexatieplannen moet men
dat gevaar niet onderschatten.
De heer NOORMAN vraagt aan den Voorzitter of deze er
zeker van is dat Gedeputeerde Staten het raadsbesluit van
8 Sept. 1921 niet zullen goedkeuren.
De VOORZITTER meent dat uit een en ander te mogen op
maken.
De heer SCHULZ kan zich begrijpen dat de Voorzitter, die
indertijd ook ai een hard hoofd gehad heeft in die transactie op
het oogenblik staat aan de zijde der tegenstanders. Hij betreurt
het dat men uit deze zaak als verkiezingsmanoeuvre munt
heeft willen slaan. Dat adres van die Commissie uit ingezetenen
is buitengewoon tendentieus opgesteld en draagt het karakter
van een verkiezingspamflet. Niemand begrijpt hoe het moge
lijk is dat bij aankoop van gronden voor één millioen gulden
een verlies geleden kan worden van vijf en zeventig millioen
gulden. Het is eenvoudig belachelijk en spreker is er ook niet
bang voor dat Gedeputeerde Staten zich door dergelijke
goocheltoeren met cijfers van de wijs zullen laten brengen. Ook
de manier om een groot aantal sympathiebetuigingen te ver
krijgen zal allerminst de instemming van dat College kunnen
hebben. Er werd aan de huizen van de ingezetenen bij het op
halen van de biljetten gevraagd: „ben je voor of tegen be-
lastingverhooging" en als dan het voor de hand liggende ant
woord volgde, dan verzekerde men dat het zaak was het biljet
te onderteekenen, waaraan de argelooze menschen voldeden, al
hadden zij geen letter van het adres gelezen. Als men dan
nog nagaat dat er 2000 handteekeningen ingezameld zijn
en dat er ruim 5000 kiezers op de kiezerslijst staan, dan moet
men tot de conclusie komen dat het meerendeel van de inge
zetenen de meening, in het adres neergelegd, niet deelt. Als
het den heeren Otto c.s. werkelijk ernst was geweest, dan had
men toch niet behoeven te wachten op de verkiezingen om
tegen den aankoop der duinterreinen te ageeren, daar is toch
zeker voordien tijd genoeg voor geweest. Spreker vraagt zich
af of er inderdaad aanleiding was tot een dergelijk buitengewoon
onaangenaam optreden, tot een actie als die welke heeft plaats
gehad. Waarom die eenzijdige voorlichting en waarom den
menschen cijfers voorgespiegeld die kant noch wal raken. Op
de exploitatie-rekening vindt men b.v. staan „kosten tram-
aanleg", maar men verliest uit het oog dat in de eerste plaats
in exploitatie komen de gronden nabij Kweekduin, en nabij
het strand eenige badhotels misschien, terwijl, zoolang een
trammaatschappij er zelf nog geen voordeel in ziet, de een
of andere autobusonderneming het verkeer wel zal onderhou
den, die zelfs nog geld toe betalen. Wat men uitgetrokken
heeft voor het onderhoud van de wegeh is ook een slag in de
lucht. De heer Schulz is er nog altijd van overtuigd dat die grond
aankoop in het belang van de gemeente is. Hij kan er zich
best mede vereenigen dat het advies van de Grondcommissie
wordt ingewonnen.
De VOORZITTER wil er op wijzen dat op het oogenblik
alleen aan de orde is de intrekking van het raadsbesluit d.d.
8 Sept. 1921 in verband met het ingekomen schrijven van de
Erven van der Vliet. De omstandigheden zijn thans geheel
anders dan twee jaren geleden, toen het raadsbesluit genomen
werd. Spreker kan zich best voorstellen dat er leden van den
Raad zijn die toen met overtuiging hun stem aan het besluit
gegeven hebben, doch er thans anders over denken. Nu is het
waar dat er wat zedelijke moed voor noodig is om een besluit,
waaraan men zelf medegewerkt heeft, ongedaan te maken, maar
het is beter de stem van het geweten te volgen dan halsstarrig
te persisteeren bij een eenmaal genomen besluit. Aankoop van
200 H.A. duingrond acht hij op het oogenblik niet in het be
lang der gemeente.
De heer HOGENB1RK heeft zich geenszins door iemand laten
beïnvloeden en die actie van den heer Otto heeft hem allerminst
overtuigd. Hij heeft zelf de dingen rijpelijk overwogen en is tot de
conclusie gekomen dat het royale aanbod der Erven van der Vliet
dankbaar moet worden geaccepteerd. Spreker brengt hulde
aan de verkoopers, die het den Raad thans zoo gemakkelijk
maken op zijn besluit terug te komen. Het adres van de heeren
Otto c.s. heeft voor hem toch nog wel eenige waarde, want
al is dat voor 25% van het totale aantal onderteekenaars klak
keloos geteekend, dan ziet hij er nog in eene uiting van den
wil der bevolking om het raadsbesluit ongedaan te maken en
daarmede heeft men als raadslid toch ook wel eenigszins reke
ning te houden. De heer Hogenbirk verklaart zich thans tegen den
aankoop. Echter zou hij dat niet ter kennis van de Erven
van der Vliet gebracht willen zien per brief, zoo de Raad ook
dien kant uit wil, maar hij zou willen voorstellen dan eene
Commissie te benoemen om met de Erven van der Vliet nader
in onderhandeling te treden. Hij heeft hoop dat men op die
wijze nog wel een modus zal vinden, waardoor de gemeente
eenige medezeggenschap behoudt en waardoor het risico tot
een minimum beperkt wordt. Natuurlijk weet spreker niet of er
nog over te praten valt, maar hij zou het in ieder geval willen
probeeren.
De VOORZITTER zegt dat hij voor het idee van den heer
Hogenbirk altijd wel iets gevoeld heeft. Er wordt nu wel ge
zegd dat men op een zonderlinge manier aan die handteeke
ningen gekomen is voor het adres van de heeren Otto c.s. maar
spreker heeft er toch verbaasd van gestaan. Sympathiebetuigin
gen zijn o.a. ingekomen van alle heeren Laan, behalve het
raadslid natuurlijk.
De heer LAAN: dat is een bewijs dat die heeren het belang
•van de gemeente niet begrijpen.
De VOORZITTER vreest, als men voor dien grondaankoop
leenen wil, dat de leening niet geplaatst zal kunnen worden,
vooral waar het adres tegen dien grondaankoop de instem
ming heeft van groote financiers als de heeren Mr. Vissering, Bie-
rens de Haan, de Marez Oyens, die geen onbekenden zijn in
financieele kringen. De houding van den heer Hogenbirk valt
zeer te roemen, dat is fair play. Moge zijn voorbeeld navolging
vinden, dat zal bij Gedeputeerde Staten een goeden indruk
maken. Het lijkt spreker onnoodig advies te vragen van de
eene of andere Commissie.
De heer LAAN protesteert tegen de smalende woorden van
den Voorzitter, die indertijd, nadat hij dien duren Zeeweg er
doorgedreven had, aan spreker zelf gevraagd heeft of hij zit
ting zou willen nemen in die z.g. Commissie. Die z.g. Commissie
heeft gezocht naar middelen om de kosten van den Zeeweg
eenigszins te compenseeren en eindelijk is het haar gelukt met
de Erven van der Vliet tot een resultaat te komen, maar voor
dat het zoover was, hebben de leden die zitting hadden in de
Grondcommissie, hun tijd geheel belangloos opofferende,
zeker 25 maal vergaderd en toen het in den Raad bekend
werd gemaakt dat men met de Erven van der Vliet tot over
eenstemming was gekomen over den aankoop van 200 HA..
grond toen heeft ook de Voorzitter door applaus zijne instem
ming betuigd. Het stemt' de Commissie nu zeer onaangenaam
die weinige waardeering van den Voorzitter,, maar de Raad
zal zelf wel weten of de Commissie nog in de zaak gekend
moet worden. De Voorzitter heeft het haar altijd moeilijk ge
maakt en heeft altijd tegengewerkt, met speldenprikken heeft
hij dat als ware immer doen voelen. Het is wel mogelijk dat
Ged. Staten het niet goedkeuren, doch niemand weet er iets
van. Spreker is nog altijd van meening dat die gronden voor
f0.50 per M2. absoluut niet te duur zijn. Hij kan zich niet
voorstellen dat een Burgemeester van eene gemeente als Bloe-
mendaal, waar men straks waarschijnlijk geen hooger belas
ting behoeft te heffen dan 3% zonder opcenten op de Rijks
inkomstenbelasting, eene uitbreiding van de gemeente op dus
danige wijze tegengaat. Hij kan dat niet anders dan kortzich
tig noemen.
De VOORZITTER wil wel verklaren dat, als hij gesproken
heeft van een z.g. Commissie, daarbij geenszins de bedoeling
heeft voorgezeten de Commissie te kleineeren. Hij wijst er
voorts op dat hij in de vergadering van 8 Sept. 1921, toen
officieel tot dien grondaankoop besloten werd, wel degelijk ge
adviseerd heeft om niet tot aankoop van die duinterreinen over
te gaan. Nadat hij de zaak van alle kanten bekeken had, heeft
hij zich direct in het openbaar en in besloten kring als een
tegenstander van die transactie doen kennen. Men had die
grond moeten taxeeren naar zijn waarde als duinterrein, dat
is f0.07 per M2. Toen het besluit genomen werd door den
Raad heeft hij niet geapplaudisseerd.
De heer BORNWATER gelooft dat men de kwestie het beste
kalm onder de oogen kan zien. Laat men toch geen overijlde
stemming uitlokken, dat dient nergens toe. Het komt hem al
leszins aanbevelenswaardig voor de zaak te renvoyeeren naar
de Grondcommissie. Spreker waardeert de houding van de
Erven van der Vliet, die doen de beau geste. Hij gelooft wel
dat zij toch niet gaarne de deur dicht gesmeten zien en het
is ook heelemaal niet noodig nu dadelijk a tort et a travers
eene beslissing te nemen. De heer van Kessel heeft gewezen
op een gevaar dat van zekere zijde is te duchten en de heer
Hogenbirk schijnt er met andere raadsleden ook wel wat voor
te gevoelen om de band niet dadelijk te verbreken. Laat de
Grondcommissie de zaak met bekwamen spoed onderzoeken.
De heer DE ROO VAN ALDERWERELT sluit zich aan bij
de woorden van den heer Bornwater. Hij wil het voorstel van
de meerderheid van het College van B. en W. gaarne steunen.
De heer SCHULZ ziet niet in waarom eene leening voor
dien grondaankoop niet geplaatst zou worden. Als Gedeputeer
de Staten hunne goedkeuring aan het raadsbesluit hechten,
dan kan men toch niet zeggen dat dat College de zaak niet
voldoende onder de oogen heeft gezien en dan ligt er tevens
in opgesloten dat ook aan Gedeputeerde Staten is gebleken dat
het adres van de tegenstanders tendentieus is en een onjuist
beeld geeft van den toestand.
De heer HOGENBIRK geeft in overweging zich vóór de
volgende raadszitting nog even te verstaan met de Erven van
der Vliet. Er zullen raadsleden zijn die er gemakkelijker toe
overgaan het besluit van 8 Sept. 1921 in te trekken, wanneer
zij weten dat de achterdeur openstaat voor verdere onderhan
delingen.
De heer BORNWATER zegt dat het ook in zijne bedoeling
ligt eerst contact te zoeken met de verkoopers.
Besloten wordt daarna voormeld schrijven in handen te stel
len van de Grondcommissie om advies.
Zie vervolg Raadsverslag in het Derde Blad.
Herdenking 10-jarig bestaan der Haarlemsche
Reddingsbrigade voor Drenkelingen.
Als bekend mag verondersteld worden, dat de
Haarlemsche Reddingsbrigade voor Drenkelingen
in het begin van Juli haar 10-jarig bestaan hoopt
te herdenken. Aan een groote voorbereiding
paart zich een even groote belangstelling aller-
wege voor dit herdenkingsfeest.
Door haar voorbeeld en gevoerde actie zijn in
tal van plaatsen in ons vaderland verschillende
brigades opgericht, die zich erop toeleggen, bij
verdrinkingsgevallen praktische hulp aan dren
kelingen te bieden en ook, om door het plaatsen
van doeltreffende reddingsmiddelen het aantal
slachtoffers van dood door verdrinking zooveel
mogelijk te beperken.
De Brigade ontving van H. M. de Koningin-
Moeder en van Z. K. H. den Prins der Nederlan
den medailles. De gemeente Haarlem schonk een
gouden medaille en van den Burgemeester van
Haarlem Eerevoorzitter der Brigade werd
een waardevol kunstvoorwerp in zilver ontvan
gen.
Tal van corporaties en personen schonken
medailles en kunstvoorwerpen, alles bewijzen
van waardeering.
Gaan we in 't kort de programma's, die ont
worpen werden na, dan vinden we vermeld, dat
van Maandag 2 tot Maandag 9 Juli een uitge
breide tentoonstelling wordt georganiseerd bij
den heer Mathot, Groote Houtstraat. Op Dins
dag 3 Juli in het Brongebouw voordracht en film
over het Reddingswezen. Op Zaterdag 7 Juli
Nationale zwemwedstrijden in het Zuider Bui-
tenspaarne, opgesteld voor politie en voor b'j
den Bond aangesloten Brigades.
Op dien middag wordt ook gehouden een corso
van versierde vaartuigen, motorbooten, zeil-
veartuigen, wherries, roeibooten en cano's.
Medailles en kunstvoorwerpen worden voor
elke groep afzonderlijk beschikbaar gesteld. Ie
der bezitter van een vaartuig kan mededingen
en krijgt bij deelname een prachtplaats bij den
zwemwedstrijd. Inschrijving geschiedt kosteloos
tot 18 Juni bij den heer A. van Amstel, Ged.
Oude Gracht 47 en voorts bij de Besturen van
de Haarlemsche Jachtclub, de Roei- en Zeil-
eeniging „Het Spaarrie" en de Haarlemsche Zeil-
vereeniging. Met wat goeden wil en een ruime
deelname kan dit corso wat schoons voor
''aarlem worden.
Ook schrijven we gaarne een woord van op
wekking voor de deelname aan de zwemwed
strijden. Hoewel het weer op het oogenblik nog
niet tot zwemmen aanlokt, vertrouwen we toch
op een verandering ten goede. De temperatuur
\an het water stijgt met den dag en 't kan best
in enkele dagen warm weer worden. Verzuimt
men vóór 18 Juni in te schrijven bij de Secre
taresse, Mevr. N. J. MeijerinkRijk, Kleine
Houtweg 2rood, dan is de kans van deelname
verkeken.
Zondag 8 Juli zullen Nationale wedstrijden,
o.a. om het kampioenschap van den Ned. Bond
tot het redden van Drenkelingen verzwommen
worden in de prachtinrichting „Stoop's Bad" te
Overveen. Voor deze wedstrijden is de Brigade
geheel onafhankelijk van het luimige weer.
Inschrijvingen ook hiervoor tot 18 Juni aan
het secretariaat.
We wenschen de brigade mooi warm zwem-
weer, een ruime deelname en een schitterend
slagen van haar herdenkingsfeest toe.
HET GEWICHT.
Een geneeskundig raadgever van een Ameri-
kaansche verzekeringmaatschappij, heeft eens
het sterftecijfer der menschen in verhouding
tot het lichaamsgewicht onderzocht en is tot
de slotsom gekomen, dat het gewicht een be
langrijke factor is bij de levensverzekering,
ofschoon hij zijn statistische gegevens alleen
onder de bevolking der Vereenigde Staten en
Canada heeft ingewonnen en uitdrukkelijk op
merkt, dat ze in andere landen misschien niet
van toepassing kunnen zijn.
Kleine menschen bereiken het normale ge
wicht eer dan de groote, vrouwen eer dan de
mannen. Een zwaarte, die het naar verhouding
van lichaamslengte en leeftijd berekende ge
wicht te boven gaat, wordt door hem als over
wicht betiteld. Wanneer dat nu op 28-jarigen
leeftijd begint op te treden is het een beden
kelijk teeken voor den waarschijnlijken levens
duur. Daar nu het vet der menschen overal
wel hetzelfde zal zijn, waar men het ook vindt,
zal het wel dezelfde werking oefenen in En
geland, Duitschland, Nederland, België, Frank
rijk, Zweden, Italië, als in de Vereenigde Sta
ten.
Wat hij ondergewicht noemt, een lichaams
gewicht dat niet boven 80% van het normale
komt, schijnt hem veel minder gevaarlijk maar
op jeugdigen leeftijd kan het toch veel kwaad
aanduiden.
Als een zeer dikwijls met zulk een onder
wicht in verband staande ziekte noemt hij
tuberculose. Daarentegen verklaart hij, dat van
de „overzwaren" naar zijn berekening, geen
een, noch man, noch vrouw, aan ouderdoms
zwakte gestorven is of het tachtigste levens
jaar bereikt heeft. Van de andere soort echter
zijn 22 mannen en 5 vrouwen aan ouderdoms
zwakte gestorven. Ook hebben 44 van hen den
tachtigjarigen leeftijd en 2 zelfs den negentig
jarigen leeftijd bereikt. Is dit zoo, dan lijkt hem
de conclusie vreemd, dat overwicht een last is
en geen reservevoorraad, waarop men in tijd
van ziekte kan teren.
„De Gezondheid".
.ri-
HHB
No. 24.
Offl
XI. OVERN
b.
In
casso!
van
daar
W
geno
zou
meente
De heer DE
kwestie behande
beide leden dier
klaard. Overigens
die bij de behandi
worden gesteld,
dat eventueel at
het contract vei
De VOORZIT
het toch wel ga;
het oog op het
De heer JtlÜGi
van t>. en W. ee
wijst, uat net ae
tig zijn met net
tiet nan wel zi
een anuer Klaar
weer aan een üe
neer men er nu
aan was het iets
slotte wel hlijKen
De heer SCHUJ
Ook hij acht net
tenslotte wat mii
aeeiig saldo op
voorueel tegenover
heer worüt genome
een reserveionüs
Komen. Als er nu
renening verwerkt
boeken krijgt dan
op de gasverbruik*
verkeerd, dat hij
lijden zou willen
reserveeren voor
om is spreker ste
drijf, temeer omd
wordt naarmate
is nog steeds gr<
De heer DE W.
dingen rekening is
de zaak zelf inhanc
lem wil laten behee
De heer NOORJV
haar eigen bedrijf
leidingsbedrijf ma,
teeren. Het overzie
gesteld.
De heer HOGENI
de krachten die
De rekening die i
ning een beetje a
weer een nieuwe
en de samenwerkin
iemand tegenover
De heer VAN KE
Raad gehoord heef
werkzaamheden. He
in één hand te hebl
gepaard uitbreiding
diensten, dat is nu
men in eigen beheer
ook de niet gasverl
van het te veel bet
ongezonde toestand
er eigenlijk voor st
dat men in de eene
laagd kan worden
voorstel te komen
te gaan. Men heeft
zake van de vleesch
dat kon bijna niet an
kan men baas zijn
is in het belang van
De heer HOGENE
ding. De man die a
lende diensten zijn
bedrijf maakt kan t
bruikers.
De heer SCHULZ
Senbirk, die toch ee
er een afzonderlijk
een overzicht hoe h<
van buitengewoon v<
of verlies heeft gem
hjke commercieele 1
staand bedrijf om ee
nen afschrijven, een