TWEEDE BLAD
J. G. W. v. d. Pol
Kunst
AATLESSEN
Rijwielen
DAAL
Solo-Violist
V
WER
iermakerij
ijne Lederwaren
Reparatiën
tr. is-Haarlem
ten meer!
VTIONAAL"
JrCo*
TELEF. 1289
van dameskleeding
I.J. B.KRÜLJr.
„Bloemendaalsch Weekblad"
Gemeentebestuur.
Timmerman en
Aannemer
aarlem
No. 1329
i Jongens-
Rij w i e I e n
schadiging, met
h volkomen ge-
TGESCHENKEN
ING STOOP's BAD
sens, ook voor huiselijk
en demonstraties geeft
*AAT 25 A, HAARLEM
elefoon Kantoor 22089
[A J, DE REIGER
i TELEFOON 2155
iogUJs:
Jmandics, Papiermanden,
Stoelen en Poppenwiegen
Beveelt zich beleefd aan.
Adr. Zijlweg 85
SCHABLONEEREN,
ïring
)EREN en BATIKKEN
ch Batik)
EN SCHABLONEN
:r 3 maanden
I per 2i/2 uur
3S VAN 4-7 UUR
Coornhertstraat 15
EN en ONDULEEREN f 1.25
n elk genre.
T 69 - Telef. 883
XXXXXXXXXXX300000
EN
7—22012
uur alléén 22012).
No. 52.
ZATERDAG 22 DECEMBER 1923.
Donderdag om 10 uur 's morgens vergaderde
de Raad onzer Gemeente ten Raadhuize Over-
vcen.
De Raadszitting was reeds aangevangen al
vorens de pers toegelaten werd.
Voorzitter: Jhr. A. Bas Backer.
Aanwezig: alle Raadsleden.
Ingekomen was een voorstel van het St.
Joseph-gesticht te Haarlem waarin voorgesteld
werd, dat zij bereid waren de wegverbinding
Joh. VerhulstwegKennemerweg aan de Ge
meente over te doen, indien de Gemeente de
helft in de kosten der verharding zou bijdragen.
Tevens bieden zij hierbij aan een stuk grond
van 1400 M2. a f 6.per meter.
De heer Schulz betoogt dat de Joh. Verhulst
weg vrij goede verbinding heeft met de Kenne
merweg en acht de kosten voor de Gemeente te
hoog. Noodig is het niet dat de gemeente dezen
weg in bezit neemt, zegt de heer Schulz.
De heer Otto ondersteunt het betoog van
den heer Schulz en vindt nu vooral, waar er
zonder bouwv rgunning aan Capelbouw begon
nen is, dat de Raad dezen weg niet over moet
nemen.
De Voorzitter licht toe dat er geen wegyerbe-
tering behoeft plaats te vinden, doch enkel ac
cepteeren van weg plus verbreeding strook en
een stuk grond van 1100 M2. Hij voelt er zelfs
voor dit gedeelte 'n zijn natuurlijke gaafheid te
behouden.
De heer Prins- .berg zegt, dat de Raadsleden
de R.K. houw „7 ennenheuvel" moet gescheiden
houden van de ,ve»k,wiïstie. Zoo noodig draagt
„Dennenheuvel bij in de helft van de kosten
der bestrating.
De heer de Waal Malefijt acht het 't best
bouwpermLsie te geven en wegverbetering over
te laten aan de stichting „Dennenheuvel".
De heer Otto ondersteunt dit.
De heer Prinsenberg laat aan den Raad over
hoe er in dit geval beslist wordt, er zijn echter
kwesties bij betrokken die het Gemeentebelang
ten zeerste kunnen schaden als dit voorstel der
stichting niet aangenomen wordt. In het open
baar deze ik we1: ties udsmieni vindt de teer
Prinsenberg echter bezwaarlijk.
De heer Schulz stelt voor om' te ve.rgiaderfen
met gesloten deuren:, maar aanleiding van bet-
gen door den heer Prinsenberg gezegd is.
De heer Laan betoogt, dat wegverharding
nog niet de bedoeling is van B. en W„ doch de
Gemeente kan den grond overnemen tegen f 6.
per M2. Blijkt later dat wegverharding noodig
is, dan is altijd nog te zien.
De heer de Roo van Alderweralt beweert dat
de weg verhard moet wordtn, aangezien de
bouw van Capel en school dit medebrengt. De
heer de Roo is voor behandeling in gesloten
zitting.
De heer Otto is tegen geheime zitting, daar
dit een1 openbare zteak betreft.
De heer Kessal zegt dat het voorgedeelte
der Dennenweg behoort tot de stichting. Het
belang Capelbouw is geheel iets anders dan
het belang stichtingbouw. Spreker is tegen ge
heime zitting.
De heer Prinsenberg betoogt dat het er om
gaat bouw van de Capel mogelijk te maken en
hoopt dat de Raad ingaat op het verzoek van
de parochie Bloemendaal.
De Voorzitter geeft toe dat de bouw van de
Capel het gemeentelijk belang niet schaadt.
Het voorstel om in gesloten zitting over te
gaan wordt aangenomen met 8 stemmen voor en
6 tegen.
Als de pers weer toegelaten is wordt de be
grooting voor 1924 besproken.
De heer V. Kessel vindt dat verschillende
posten een belangrijke verslechtering hebben
ondergaan, wanneer hij ziet dat er dit jaar
f 100.000 is bezuinigd. Als dit zoo doorgaat be-
teekent dit in alle opzichten voor de Gemeente
verslechtering. Verschillende posten zijn veel te
laag, vooral de rekening „Onderhoud".
De heer Laden betoogt dat er bij de verkie
zingen z.i. Opdracht gegeven is aan de Raadsle
den om te bezuinigen, 't liefst zoo veel mogelijk.
Bij Openbare Werken is ook inbegrepen on
derhoud van wegen. Nu is in de Gemeente Bloe
mendaal alles Gemeenteweg; geen Provinciale
of Rijkswegsnijding is er. Ruim 60.000 M2. weg
heeft de Gemeente in onderhoud en zij komt
beter voor den dag met de wegen als dit
met vele andere Gemeenten het geval is. Pos
ten Onderwijs berusten op Wetsbepalingen en
hier kan de Gemeente weinig aan veranderen.
Misschien kan er van Gemeentewege toch nog
wel iets bezuinigd worden. Hoewel spr. het eens
is met den heer v. Kessel, dat bezuiniging geen
verslechtering mag worden.
Hoofdelijke Omslag van 3% is niet te handha
ven z.i. Als dit echter blijft zal de burgerij bin
nen eenige jaren een aanzienlijk hooger bedrag
moeten betalen.
De heer Luden noemt zichzelf pessimistisch,
daar hij gelooft dat de reserves van onze ge
meente spoedig uitgeput zullen zijn. In tegen
stelling met een ander Hd der financieelc com
missie, die meent dat de bestaande Hoofdelijke
Omslag de reserves bestendigen. De heer Luden
hoopt dat hij gelijk heeft, doch vreest dat zijn
pessimisme bewaarheid wordt. Wij moeten blij
ven handhaven bezuiniging, vooral weelde-uit-
®aven moeten vermeden worden. Blijven inkom
sten niet in de lijn van Gemeentelijke welvaart
dan moeten wij de Hoofdelijke Omslag verhoo-
gen.
De heer Kramer wil er vooral op wijzen dat
het optimisme van den ouden Raad, dat het
belastbaar inkomen 20 millioen gulden bedraagt
en er dus gerekend kan worden op f 600.000.
Gemeentelijke inkomsten, niet in het zelfde sta
dium blijft.
De Rijks-Inkomsten loopen 25 achteruit,
dit moeten! wij bij de tegrooting voor oogen hou
den. Stellen wij de belastbare inkomens op 15
millioen, dan is dit een juist beeld. Zoo als de
begrooting nu is, komen de lasten geheven van
de burgerij in de jaren 1925'26 z.i. op 6 of 7
De heer Schulz antwoordt den heer Luden.
niet dat deze onjuist is in zijn beweren, doch
omdat er z.i. rede was voor optimisme. De
Gemeenterekening begint met een batig saldo
van het vorig jaar groot f 431,869.05®. Het te
kort tusschen vorig jaar en dit jaar bedraagt
slechts f 30.000. Reeds het vorig jaar werden
bezwaren geopperd als de heeren Luden en
Kremer nu doen, toen was het den heer Laan.
De heer Schulz bestrijdt de meening dat het be
lastbaar inkomen in Bloemendaal minder zal
bedragen dan 20 millioen gulden; z.i. zal het
aanzienlijk hooger worden met het oog op het
bouwen wat er nu gedaan wordt.
Er blijft altijd nog 252.000 gulden om 't be-
grootingtekort aan te vullen als geen nieuwe
leeningen aangegaan worden zal de begrooting
steeds in tekort minderen.
In onze Gemeente verrijzen momenteel bouw
werken gezamenlijk tot een bedrag van
f 1.500.000.Trekt men het Kennemer Lyceum
er af, dan blijft het toch nog 1 millioen. Waar dit
geen arbeiderswoningen zijn, bewijst dit voor
den heer Schulz, dat dit een belangrijk be
drag zal toevoegen aan belastbare inkomens.
Zeker is nog niet te zeggen hoeveel, doch
de schatting van den heer Kremer kan even
goed opgevoerd worden boven 20 millioen.
Dat er bezuinigd moet worden op de arbei
ders van wegen, parken en plantsoenen be
hoeft in Bloemendaail absoluut niet. Wol is de
heer Schulz het eens met de Financieele Com
missie dat de post Raadhuisbouw groot
f 50.000.geschrapt wordt. Hierin is te be
zuinigen vooral met het oog op den onzekeren
toestand.
Als het noodig zou zijn dat in 1925'26 een
aanzienlijk hooger belastingpercentage gehe
ven moest worden, dan zou spr. er voor zijn
de belasting naar evenredigheid te verhoogen.
Het is echter niet noodig z.i.
De heer Otto zal t.o. van onderwijs niet op
bezuiniging aandringen. Goed onderwijs is voor
hem een te groot volksbelang. Spr. wil wel
een verwijt richten aan 't oude college van B.
en W. Het financieele beleid van hen was van
dien aard, dat wij nu met een schuld zitten
van 4 millioen. Van de Inkomstenbelasting is
meer dan 2/3 noodig om de rente te voldoen.
Er is niet na te gaan precies waar al dat ge
leende geld voor besteed moest worden. Dit
geslacht zal 25 jaar moeten worstelen om uit
deze schulden te geraken.
Het is een steek voor de burgers als zij we
ten dat 2/3 der Irakiomstenfoelasting geofferd
wordt aan rente.
De Gemeente-bemoeiing eischt veel te
groote uitgaven. De Gemeente begeeft zich op
velerlei terrein waar zij buiten kan blijven.
De post Publieke Werken is thans f 389.000.
moet dit nu zoo hoog zijn? In 1913 kwam de
zelfde post op de begrooting voor groot
f 5000.—, in 1918 8984.— en in 1922 f 45.000.—
Met de post Plantsoenen is dit evenzoo, 1918
bracht f 32.000.en nu is dit ruim verdub
beld. De heer Otto wil de bezuiniging aan
pakken in dit principe, dat de Gemeente meer
overlaat aan het particulier initiatief. Van de
begrooting kan f 200.000.af z.i. Is men voor
de burgerij verantwoord als men zoo doorgaat?
Als het belastbaar inkomen 40 gedaald is
in Nederland, dan zal dit met de gemeente
Bloemendaal ook wel zoo zijn, dit heeft de
heer Kremer goed gezien.
De uitgaven van de Gemeente moeten ruim
met f 150.000 verlaagd worden volgens den
heer Otto. De begrooting moet nog eens door
B. en W. onder handen genomen worden en
ir dien geest gewijzigd, anders kan de heer
Otto er niet voor stemmen. Resumeerend be
toogt spr. dat het gemakkelijk is over reserves
te beschikken. Dit is echter een moreele fout
van de gemeente daar zij teveel geheven heeft.
Reserve gebruiken tot delging van schuld, dat
komt ten goede van belastingbetalers.
De heer Otto's voorloopige conclusie is dat
inschroeving van begrooting in overeenstem-
min® is met wat momenteel in de geheete we
reld gedaan wordt in financieel beleid. En
kele diensten inkrimpen, desnoods afschaffen;
particulieren zouden dit 2 maal goedkooper
doen. De kwestie plantsoenen is hetzelfde,
vooral in onze gemeente, waar zooveel bloe
misten zijn. Een begrooting behakken wil de
heer Otto niet gaarne en daarom wenscht hij
herziening door B. en W.
De heer Laan merkt op dat de onderstel
len® dat toet beêa-stbf.ar Inkomen 40% achter
uitgegaan is, niet juist genoemd kan worden
en ihier m Bloememéaal is daar niet oen enkele
■onderstelling toe.
De praktijk heeft aan den heer Laan bewe
zen dat er met een heffing van 3 volstaan
kan worden- En met den heer Schulz is do
heer Laan het eens dat de reservemiddelen
moeten dienen voor slechte jaren. Dat er ech
ter ruw omgesprongen is met geld door 't
oude college van B. en W. is den heer Laan
ook opgevallen en hij heeft zich er indertijd
dan ook herhaaldelijk tegen verzet. Niet alleen
de salaris-regeling hebben de tekorten doen
ontstaan doch vooral den korteren werktijd.
De heer Laan voelt niet voor buitengewone
uitgaven of nieuwe ieeningen en gelooft, dirt-
als wij doorgaan leening en aflossing te ver
kleinen, de Gemeente in de goede richting
gaat.
Deze begrooting is z.i. absoluut sluitend, zoo
noodig zou reserve aangesproken kunnen wor
den, doch dit lijkt den heer Laan niet noodig
toe.
De heer van Nederhassclt betoogt dat het
geen de heer Otto aan 't oude college van B
cn W. verweet, niet opging, daar de Raad
toch sanctie verleend had. Het oude college
>an B. en W. heeft er uitdrukkelijk op gewe
zen, dat toen reeds door en W. in de rich
ting van bezuiniging gd.ïrongen werd. Niet
vergeten dient te wordem dat zoo de schulden
aangezuiverd zijn, de gemeente dan bezittingen
heeft die daar als waarde tegenover kunnen
staan.
De heer de Waal Malefijt wil aan den heer
Otto wel mededeelen dat uitbesteding van
gemeentereiniging reeds 10-tallen malen is ge
schied. Doch de enkelen die dit in handen kre
gen, waren vrachtrijders uit naaste omgeving,
die er een monopolie van maakten. Geen en
kele Haarlemmer schreef er op in.
De heer v. Kessel zegt dat de oude gemoe
delijkheid in den Raad niet opgevat moet wor
den, alsof het toen slechter ging. De leenings-
politiek was als het ware opgedrongen door
het Rijk en de geest van den tijd. Spr. be
strijdt het standpunt van den heer Otto, waar
deze het een moreele fout noemt dat er teveel
belasting geheven is. Het waren alweer tijds
omstandigheden die dit in de hand werkten.
Het bezuinigen, van 1.5 ton k 2 ton kan door
den heer v. Kessel niet gezien worden. Hij
vraagt zich dan ook af hoe de heer Otto dat
wjl doen.
De heer Schulz wil nog aan den heer Otto
vragen welke leeningen dan niet gesloten
moesten worden? In het afgeloopen jaar zijn
zij nog controleerbaar.
Zoo is bijv. verharding Zeeweg en aankoop
Bloemendaalsche Bosch toch niet iets wat
foutief was. Men moet rekening houden in wel
ken tijd aankoopen gedaan werden en leenin
gen gesloten.
De heer Otto zal geen mooi betoog houden,
doch met cijfers komen. In 1913 was er een
schuld van 42.000 gld., in 1918 was dit bedrag
858.000 gld. en nu is dit reeds 4. 417.000 gld.
En zelfs ondanks deze cijfers was Bloemen
daal bereid om de gronden langs den Zeeweg
te koopen. Dit werpt z.i. een ander licht op
de gevoerde leenings-politiek.
Het is de geest van den tijd geweest die dat
opdreef onder invloed van zekere groepen. Het
wordt nu tijd dat de Gemeentelijke bemoeiing
zich inkrimpt. Spr. stelt een motie voor waar
in B. en W. opnieuw de begrooting onder han
den moeten nemen, zoodat de totaal uitgaven
met ten minste 15 verlaagd worden.
De Voorzitter stelt voor om de motie van
den heer Otto na de pauze te behandelen en
sluit de ochtendzitting om l®/a uur.
Om 2.30 uur heropent de Voorzitter.
De heer Otto heeft ingezien dat B. en W.
ernstig pogen om bezuiniging door te voeren
en vraagt nu of B. en W. aan den Raad een
bezuiniging kunnen beloven van f 90.000 over
het volgende jaar.
De heer Laan vindt het onnoodig om de
Raad te beloven f 90.000 te bezuinigen, als
alles in het werk gesteld wordt om te bezui
nigen.
De heer de Waal Malelijt vraagt den heer
Otto of hij kans ziet zijn motie zoo te wijzi
gen dat de Raad f 90.000 bezuinigd.
De Voorzitter stelt voor om over de motie
van den heer Otto te stemmen.
Deze motie luidt:
De Raad;
overwegende, dat de geraamde uitgaven nog
weer, belangrijk hooger zijn dan het vorig jaar;
dat het belastbaar inkomen der burgerij aan
zienlijk daalt;
dat bovendien het heffingspercentage van de
gemeentelijke inkomstenbelasting tot 3 is
verlaagd;
dat derhalve bij de geraamde uitgaven een
tekort in den dienst 1924 onafwendbaar zal
zijn;
dat weliswaar dit tekort over het jaar 1924
door de bijdrage uit bet betaistingoverschot kan
worden gedekt;
dat evenwel daarna eert ingrijpende toelasting-
verihooging niet zlal zijn te vermijden, tenzij
de uitgaven belangrijk worden ingekrompen;
dat zulk een inkrimping alleen dan goed en
afdoend zal kunnen worden geleid, wanneer B.
en W. zich daarmede belasten;
noodiigt B. en W- uit in den loop van bet jaar
de begrooting opnieuw in behandeling te ne
men en zoodanige maatregelen te nemen, dat
de totaaluitgaven met ten minste 15 wor
den verlaagd.
De motie wordt bij stemming verworpen met
3 stemmen voor, n.l. de heeren Otto, Blanke
voort en Kremer.
De Voorzitter stelt voor om eerst aan de
Uitgaven te beginnen:
De heer Kessel stelt voor om de jaar
wedde van de Wethouders die voor f 2500.
op de begrooting staan te verhoogen tot
f 3000.En dit aan Gedeputeerde Staten ter
goedkeuring te zenden.
De heer Laan is hier tegen, gezien de tijds
omstandigheden.
De heer Nuyens vindt dat ingeval er een
wethouder in deze gemeente komt die geen an
der inkomen tevens heelt, dat het bedrag
f 2500.te weinig is en ook f 3000.slechts
f 500.plus, is niet verstrekkend genoeg.
Het voorstel van den1 heer v. 'Kessel :in stem
ming gebracht wordt aangenomen, tegenstem
den de heeren Verdegaal en Laan, de heer van
Nederhasselt "blanco.
De heer Otto stelt voor om post No. 90 met
20 te verlagen. Het geldt hier de jaarwed
den van de ambtenaren en bedienden ter ge
meentesecretarie, den congierge en dc boden
en van het kantoor van den gemeente-ont
vanger.
De heer Laan wijst er op dat er aan het
secretarie wordt gewerkt in die mate dat 20
niet bezuinigd kan worden.
De Voorzitter stelt voor bij vacature's 20
te bezuinigen.
De heer Schulz doet opmerken dat 20
verlagen van jaarwedden in strijd met de re
geling der rechtspositie van de ambtenaren is.
De heer Kremer wil bezuinigen op het secre-
tariepersoneel.
De heer Hogenbirk is overtuigd dat in per
soneel niet bekrompen kan worden op 't secre
tarie. tl
Bloemendaalscheweg 23
- SANTPOORT
Telefoon 22315
Geschikst adres voor Burgertimmerwerk
T>e heer Otto zegt dat het bij hem om het
principe gaat. Het is z.i. niet mogelijk dat de
maatschappij blijft bestaan als overheidsbe
moeiing zich op bestaande basis voortzet.
De heer Schulz vraagt of de heer Otto naar
een lasfenheffing van 0% wil-
De heer de Roo kan volstaan met verklaring
van B. en W. dat er in den loop van het jaar
bezuinigd wordt.
Post No. 93 een verhooging van f 500.voor
druk- en bindwerk werd met algemeene stem
men aangenomen.
De toeslag op woninghuur aan gemeente
ambtenaren, Post No. 114 ontlokt levendige
discussie.
De heer Prinsenberg acht dezen geheelen
post overbodig.
De heer Laan voelt er meer voor om dezen
post eens door B. en W. te laten onderzoe
ken of hij niet geschrapt kan worden.
De heer Schulz gaat in zooverre met den
heer Laan samen, dat ook hij liever een on
derzoek omtrent dezen post ingesteld door B.
en W. wenscht. Toch is dezen post te moti-
veeren, daar ambtenaren, die door de Ge
meente verplicht worden hooger huur te be
talen daar den dienst verhuizing fischt, niet
vrijwillig deze hoogere huur betalen.
De heer Laan neemt over een voorstel van
den heer Otto en stelt deze motie voor:
De Raad; van oordeel dat post 114 princi
pieel niet juist is, verzoekt B. en W. om te
trachten dezen post te veranderen.
Met alle stemmen aangenomen.
In memorie van toelichting luidt post 114:
Bij raadsbesluit van 19 October 1922 werd
besloten tot het verleenen van toeslag op wo
ninghuur aan het personeel in gemeentedienst.
De ih'Oüf'disitreikikin® vlam dit toesluit is, dat een
bijdrage wordt gegeven voor hetgeen de huur
meer bedraagt dan:
a. 12 van de jaarwedde voor ambtena
ren met een jaarwedde boven f 3000.
b. 10 van de jaarwedde voor ambtenaren
met een jaarwedde van f 3000.of minder;
echter met dien verstande, dat aan ambtena
ren, wier jaarwedde meer dan f 3000,be
draagt, slechts bijslag wordt gegeven op een
huur van niet meer dam f600.en aan amb
tenaren met een jaarwedde van f 3000.of
minder, slechts bijslag wordt gegeven op een
huur van niet meer dan f 325.
Er is vermoedelijk slechts één ambtenaar,
vallende onder hoofdstuk II der begrooting, die
voor toeslag in aanmerking komt.
De Post Rijwieltoelagen aan gemeente-amb
tenaren vindt den heer Otto wel wat hoog.
De heer Blankevoort stelt voor deze post
50 te minderen. Dit wordt verworpen met
vier stemmen voor.
Een voorstel van den heer Hogenbirk om
25 te minderen wordt met alle stemmen voor
aangenomen.
De heer Otto wijst op de laksche houding
van B. en W. inzake Post 117, kosten ter be
strijding der annexatieplannen» Hij vraagt ®icn
al wat de oorzaak is, dat verschillende leden
der Ged. Staten de billijkheid van Bloemen-
daalsch houding inzagen. Laten B. en W. zoo'n
belangrijke zaak niet aan hun aandacht ont
glippen?
De Voorzitter antwoordt, dat hij reeds vele
malen voor deze zaak naar Den Haag is ge
weest.
Post 119. Kosten van het uitbreidingsplan
groot f 250.komt te vervallen.
De heer Otto doet een voorstel om Post 124
met 34.000 gld. te verminderen. Deze post luidt
in toelichting;
Ingevolge art. 36 der Pensioenwet 1922 toe
draagt de bijdrage per jaar voor eigen pen
sioen 10 en voor weduwen- en weezenpen-
sioen 5®/i van den pensioensgrondslag van
den gemeente-ambtenaar.
Voor eigen pensioen zal ongeveer
verschuldigd zijn f 27546,
en voor weduwen- en weezenpen-
sioen 1 14575.
Totaal f 42121.—
Blijkens den aan den in casu bedoelden post
toegevoegden staat worden de pensioensbij
dragen verdeeld over die hoofdstukken der be
grooting, waarop ook de jaarwedden van hen,
voor wien de bijdragen verschuldigd zijn, wor
den verantwoord.
In 1922 werd ter zake uitgegeven een bedrag
van f 28408.77, terwijl voor 1923 is geraamd een
som van f 34000.
Bij raadsbesluit van 4 December 1913, no.
297, werd besloten de pensioensbijdragen ge
heel voor rekening der gemeente te nemen.
De heer Otto vindt dat een toeslag die erg
lichtvaardig in Bloemendaal toegestaan is, op
volkomen gerechtelijke basis kan teruggeno
men worden.
De heer v. Kessel vraagt of de heer Otto
wel weet welk een schade hij op deze wijze
toebrengt aan de arbeiders.
Het voorstel wordt verworpen met 4 stem
men voor.
De Voorzitter sluit. (Vrijdagmorgen 10 uur
voortzetting).
FOTOftBAFISCH ATELIER
TH. SCHOONEBEEK
NIEUWE GRACHT 24 HAARLEM