VRLEMj MMAMM Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout en Vogelenzang TENTOONSTELLING A. H. v. d. STEUR Jr. GARAGE JCaarlem) tsche Stoffen chelin Strijkinrichtmg rotten ufiEen erËen 2tn nmini Wij hebben het zoo druk. Fotografisch Atelier DÏPHF Amateurskiekjes. felefoon 14376 S !EN „HALLER" S E, het duurzaamste WERK ramiiieschalen J 3d. J. de Reiger anH, DEMON 19e JAARGANG :sglazen - Kijkers, jheerapparaten, enz, llijk OPTICIEN otoren en Rijwielen! huur I. Rustenburgerl. 14r. FENS digen van ZATERDAG 28 MAART 1925 No. 12 Uitgever: A. EIKELENBOOM, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: Bloemendaalscheweg 42. - Tel. 22324. ft Gr. Houtitr. 169, Tel. 13472 REPKODIJCTIKS P. J. HOBBEL, Kunstpottenbakker, en TOON DE JONG, Etser, exposeeren van 21 Maart tot en met 4 April in de Toonzaal der Fa. J. A. BOSKAMP Zn. te Overveen en noodigen U tot een bezoek uit. Geopend van 9-6 uur BLOEMENDAAL. KLEVERPARKWEG 154 TELEFOON 10303 HEEREN- EN DAMESRLEERMAKER Voor bet komende saison een aparte collectie MODERNE STOFFEN brandend billijke prijzen 19 TELEF. 12155 ing r.N SERRE-MEUBELEN Reis- en Waschmanden, •PARATIE-INR1CHTING - jPapentorenvest 54 ercoliectie van primal Speciale prijzen "^1 tresstraat 71 - SCHOTEN) A AT 63 SCHOTEN HAARLEM rrft mni BLOEHENDAAL WEEKBLAD Abonnement: Voor een half jaar 1.75 LOSSE NUMMERS 5 CENT. Advertentiën: 15 cent per regel, bij afname van 500 regels of meer, korting. Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop, van 1 tot 10 regels 1.elke regel meer 10 cent. Tusschen den tekst of op een bepaalde plaats speciaal tarief. ZUCHT NAAR GOD. O vlam, o vlam, hoe snel omhoog ontwikkelt ge u, nog rapper dan in de breedt gij loopt en laait, al vecht gij al- zijds dapper. O liefd', o liefd' hoe dringt gij ook het meest gezwind naar boven om al zoo hoog gij klimmen kunt te laaien en te loven. August Heyting. :pje jongens en meisjes aan e tafel, waar aan ze zitten, oudste heet Jens, de jongste zonen van Niels en Elsbeth. even, want nu gebeurt er staat een vrouw op, die wil reen zwijgt direct. Spreken voel wat wij allen voelen Leve Sundal en dat er vee' onden worden als onze Niels, broer, maar ons aller broer ndal en de Sundalers en bo en". lawaai van belang. 1. 't Leek werkelijk of hij nie' Hij sloeg de oogen neer en n keel. Toen stapte hij naar den in de zaal sloeg hij «F1 n kuste haar en zei hardop- zuster Emma, ik wilde dat ;en dag hadden mogen bele- ïw was Emma, Niels zuster, •d is met een van Niels vrien- zit midden in de groep van en haar lief frisch gezichtje •perroode kleur toen ze moe de groote feestzaal hoorde- ed ze weer zoo hard ze kon reden tot juichen, de zijnen en ook het gezh' in Niels' groote huiskamp yver het feest kwaimën vec ran vroeger. Juist was er bc met Hanna en Johannes op ïg, en toen men ('t was ree 1 nam, herhaalde Niels, wa nma, Emma, laten we dan helpen, zooals wij gcholpe" EINDE. (Nadruk verboden). Het was bij gelegenheid van een feest dag, dat ik verschillende gelukwenschen ontving. En mij trof het, hoe al deze brie ven, van hoe verschillende herkomst zij j waren, één regel als een refrein herhaal den. Alle schrijvers verontschuldigden de kortheid van hun epistel, omdat ze 't zoo druk hadden. Men hoort veel klagen over het inspan nende tempo van den modernen tijd. De industrieel, de zakenman, de bedrijfsiei- der, ze werken zoo intensief en zoo snel, dat ze vóór hun tijd op zijn. Ze verwaar- [ioozen hun slaap, hun maaltijden, hun fa- jmilie, omdat de arbeid geheel hun bestaan in beslag neemt. Ze zijn werktuigen ge worden, rusteloos rondwentelende machi nes gelijk de motoren en turbines in hun fabriek. En men klaagt over de afjakke ring en de jacht van het moderne cultuur leven en zint op middelen, om door doel treffender arbeidsverdeeling en gelijkma tiger tempo het evenwicht tusschen den mensch en zijn levensomstandigheden te herstellen, dat door de werkdrift van het tegenwoordig stelsel zoo hopeloos is ver broken. Ik betwijfel, of deze pogingen tot verbe- Itering van het arbeidssysteem iets zullen geven. Mijn brieven hebben mij overtuigd, dat de overmatige drukte haar oorzaak niet vindt in den arbeid, maar in den jmensch zelf. Want een van mijn gelukwenschen was ïeschreven door een vrouw van over de kachtig, die als moeder en grootmoeder jyan een haar vereerende familie de haar toekomende rust waardig kan smaken en 'die geenerlei zorg voor zichzelf of voor an deren kwelt. Toch is zij haar tijd niet meester; ze voelt zich voortgestuwd door jduizend en één plichten en takenze komt fijd te kort en draaft de wijzers der klok ïchterna. i De tweede klacht kwam van een school hoofd op een dorpje, dat amper tweehon derd zielen telt. Een Amsterdamsch koop plan, die met de telefoon aan het oor en pet potlood in de hand zijn boterham naar rinnenwerkt en in de auto, die hem van Se beurs naar een conferentie brengt, zijn correspondentie doorvliegt; wiens schielijk lakengesprek twintigkeer wordt onder broken door dringende boodschappen en Hue als een veldheer zijn staf van kantoor personeel dirigeert, lacht hoonend om de ^■rukte van dat simpele schoolmeestertje en toch, deze geruste landman, wiens le- ■ten schijnbaar genoeglijk daarheen rolt, ■loet zich straks wegens overspanning on- Hei behandeling van den zenuwarts stel- Jen. De derde klacht kwam van een jong ietsje, dat de school heeft doorloopen en ij moeder thuis op den waren Jozef vacht. Men zou zeggen: waarmee kan nu pn jongmeisje, dat geen betrekking en leen gezinszorgen kwellen, het zoo druk Ct ui drijft, dat ze een week lang et bed heeft moeten houden, daar het achtige leven haar afgemat heeft. Het is I va" 't ééne pretje naar 't andere en par usschen door lezingen, cursussen, tv>>, Gn 6n kranten O, wat is het leven ach overstelpend druk! bplii'V^6'] "l6, gebr'gerd over deze onbegrij- Ln' mil ,I?aar toen een week later r mezelf ™,d'f\jarig was' betraPte ik °P> dat ik met een briefkaartje vkkukootim;kat t*AVA■11—' meende te moeten volstaan, omdat ik geen tijd had voor een ouderwetschen, langen, gezelligen brief. Toen had ik 't land aan mezelf en aan de heele wereld en plotse ling werd het me duidelijk, dat we met z'n allen den verkeerden weg ophollen en inderhaast het mooiste, wat het leven ons biedt, als ballast wegwerpen, om nog maar gauwer te kunnen gaan. Wij hebben het zoo drukMet wat Met noodzakelijke dingen, die dure levensplicht ons oplegt? Maar wij zoeken de drukte, wij willen het druk hebben, en, als de noodzakelijkheid ons in den steek laat, ne men wii .onze toevlucht tot oyerbcdighc den. De jacht, de haast, we kunnen er niet meer buiten; het is een bedwelmend gif, waaraan wij ons verslaven. Waartegen hebben wij het noodig? Laat ons ons een oogenblik dwingen tot vol strekte rust. Zetten wij ons kalm voor de ze vraag: wat zoeken wij met onze druk te, die vaak geen ander doel lijkt te heb ben dan de roes, die zij ons verschaft. Zou het niet zijn, dat de ontstentenis van bezigheid ons onverdragelijk is? Ge lijk de molenaar zich onbehaaglijk ge voelt, zoodra zijn molen is stilgezet en de smid somber wordt als het getik van den hamer op 't aambeeld zwijgt, bevangt ons een gevoel van leegte, zoodra wij den tijd hebben. Wat moeten we met den tijd? We weten er geen raad mee. Er is iets niet in orde met de menschen- ziel. Zij is als een klok, waaruit de slinger is gevalien. Zij moet dóór-rikketikken, in snelle vaart, onafgebroken, met toene mende haast, totdat het uurwerk is af- geloopen. Oud en jong, man en vrouw doen aan dezen zonderlingen wedloop mee, die de wereld doet gelijken op dat schip uit Prikkebeen, waar alles elkaar op het dek nazet in wilde, vliegende ren, totdat tenslotte het schip zelf mee aan het draaien raakt. Zóó draait onze wereld om haar eigen spii, zonder doel of nut en wij rennen rond met jachtige oogen en ademloozen mond, rusteloos al rondom, rondom, en we weten zelf niet waarvoor. Het is een ziekte, deze drift tot bezig heid. Als wij maar zoover zijn, dit te er kennen, is genezing op komst. Als wij het doel van ons jagen maar eerst gaan bekij ken, nuchter en met ironischen blik, dan blozen we eerst over onze dwaasheid en barsten dan uit in een hartelijken lach. En dan gaan wij eens zitten, echt op ons gemak, zooals onze grootouders dat heb ben gekund, en we gaan onze doeleinden opnieuw classificeeren en we zeggen: de dingen die 't leven waard zijn, gaan voor. De overtolligheden moeten wijken. Er zijn enkele elementaire levensvreug den, waarvoor we steeds tijd moeten heb ben, onder alle omstandigheden. Hebben we er geen tijd voor, dan zijn we ziek. Vriendschap, gezelligheid, liefde; een stille zomeravond, het landschap in de sneeuw; het spel van ons kind, de stem van den verteller, de biecht van een hul- pelooze, het carillon van den toren, het zoemen van de bij boven een bloem, al die groote en kleine geheimen van het wonderbaar rijke bestaanscherts, lach en tranen, wie hiervoor geen tijd kan vinden, is beklagenswaardig ontaard. Zij zijn belangrijker dan al onze vergaderin gen, zaken ^en boeken, die slechts een weerspiegeling van het leven zijn. Maar wij hebben de wereld op haar kop gezet en de weerspiegeling voor 't leven geno men. Wie leeft, haast zich niet; wie zich haast, leeft niet. C. De laatste dagen werd mijn gevoelige plaat ik bedoel mijn gevoelige amateurskiekjesmakers- hart (mijn oudste dochter die op de 'H.B.S. is en dus deskundige meent te zijn op 't gebied der Ne- derlandsche taal, is 't met deze uitdrukking niet eens en beweert, dat ik moet spreken van mijn amateurende gevoelige-kiekjesmakershart) aange naam getroffen door een drietal gebeurtenissen op 't gebied der fotografiekunst, die me aanleiding ge ven, daarover een paar velletjes vol te schrijven. Nu moet ik tof m'n spijt erkennen, dat ik me kort geleden ook reeds aan 't zelfde 'onderwerp bezon digde. Maar dat js ren. gcès^k ,vap vel;: amateurs. Die lui schijnen geen andere genoegens te hebben dan 't berijden van hun stokpaardjes. Kom bij voorbeeld een volbloed-voetballiefhebber tegen. Tien tegen één, dat hij het korte oogenblikje dat hij met je spreekt, benut om te vertellen, dat Van der Meulen uit 't Nederlandsche elftal in den HollandBelgië-wedstrijd een reuzekieper was. Heb je 't genoegen, iemand onder je kennissen te hebben, 'die kort geleden een ra'dio-toestel aan schafte, dan kun je er zeker van op aan, onthaald te worden op mededeelingeri omtrent zijn resulta ten met 't nieuwe toestel. Ik spreek nu verder maar niet van liefhebbers in postzegels, zwemmen, schil deren en de rest. Zij allen kunnen niet zwijgen en moeten hun mede-schepselen op de hoogte bren gen van hun ervaringen, vorderingen, teleurstel lingen en wat er al meer te koop is in 't artikel liefhebberen. Trouwens, als dit niet zoo was, dan zou 't spreekwoord van 't volle hart en 'den over loopenden inond wel afgeschaft kunnen worden. Ik breng deze dingen naar voren (om in kranten stijl te spreken), om een soort van apologie te ge ven op 't mogelijk Verwijt, dat ik voor de tweede maal in korten tijd de lezers van 't Bloemendaalsch Weekblad op 't lijf kom met gedachten over de fotografeerderij. De lezers van 't Bloemen'daalsch Weekblad is eigenlijk te verwaand gesproken Er zijn er bij, 'die zoo verstandig zijn, zich te bepalen tot de degelijke hoofdartikelen van C. en 't ama teurs-werk van Dixi over te slaan. Maar er zijn anderen, die de krant lezen van a tot z, met 't idee: ik betaal de krant, dus wil ik 'm lezen ook. En voor hen is mijn verontschuldiging dan ook bestemd. Om 't waterhoofd van dit wurm nu niet nog grooter te maken, wordt 't tijd, -dat ik op de be doelde gebeurtenissen, in 't begin genoemd, terug kom. De eerste was de bijenfilm, Zaterdag 21 dezer in Vreeburg vertoond, 'k Had 't genoegen, die film 's avonds te zien afdraaien. Ik dacht toen terug aan mijn eigen schooljaren. Als de onderwijzer eens goed geluimd -was, dan hinig hij een plaat voor de klasse en dan kregen we plaatvertellen. Als er dan maar verteld werd van een olifant, die met een leeuw of een tijger vocht, dan was 't in orde en we maakten er volstrekt geen aan merking op, dat leeuwen en olifanten heel weinig kans hebben met elkaar aan 't bakkeleien te ra ken. Maar als er gelezen werd van kikkers, die hun leven als kikkerkuit beginnen, om dan lang zamerhand 'de gedaante aan te nemen van een fatsoenlijke kikker, och, dan was de aandacht vaak ver te zoeken en hadden we meer interesse voor een zuiger of een glazen knikker. Die heele kikkerhistorie kenden we op ons duimpje. Hadden wé echter films gehad, als de vertoonde bijenfilm, dan zouden er minder werkwoorden om te ver voegen in 8 tijden zijn opgegeven als belooning voor onze absentie van geest, d.w.z. absentie van de kikker-geschiedenis. Toen, dien Zaterdagavond van de bijenfilm kwam de gedachte bij me op: is dit niet iets voor Bloe mendaal, om dergelijke films, de meest pfactische lessen in aardrijkskunde, geschiedenis (er zijn ook geschiedenisfilms!) plant- en dierkunde, meer sys tematisch te vertoonen?. In andere gemeenten heeft men het groote nut van de schoolbioscoop ingezien. Wellicht, dat Rotterdam en den Haag, waar de schoolbioscoop reeds ingevoerd is, te vin den zijn voor verhuur hunner films. En Dinsdagavond, toen de heer Van Staveren, 'de directeur der Haagsche schoolbioscoop eenige aardrijkskundige films voor de leden der Nederl. Reisvereeniging vertoonde, toen.... toen sloeg m'n hart zwaarder slagen, en 'k dacht: op zoo'n manier zou 't aardrijkskundig onderwijs niet meer behooren tot veler kind'ren plagen. Och, och, wat moesten wij toch een boel mis sen, vergeleken bij de Hagenaartjes. In ons aardrijkskundig leesboek stond b.v. een plaatje van den Groote Sint Bernard: een witte driehoek met ronde punt. Dat was de berg. 'tWit was sneeuw. Op de punt een huisje, als uit een speelgoeddoos. Dat was 't hospitum, de verblijf plaats van monniken en honden. Maar die zag je niet. En nu Dinsdagavond! Een Alpenlandschap, dik onder de sneeuw. Een eenzame reiziger, mei moeite wadend door de hooge sneeuw, terwijl de sneeuwstorm hem 't voortgaan schier onmogelijk maakt. Eindelijk, hij 'kan niet meer. Hij valt neer en spoedig ligt hij ondergesneeuwd. Volgend tafe reel. De honden gaan er op uit. Men ziet ze dwalen door de sneeuwwoestijnen. Daar vinden ze den ondergesneeuwden reiziger. Een der hon den gaat hulp halen aan 't hospitum. De monni kenbrigade trekt er op uit. Deze bereikt den ver ongelukte, waarmede de honden in actie zijn, om hem te verwarmen. Dan de tocht terug naar 't hospitum. 't Was aangrijpend, 't Was leerzaam, 't was schoon. Kom, mannen en vrouwen bij 't on derwijs, zet jullie je schouders er eens onder en doe wat ge doen kunt, om de Bloemendaalsche jeugd de voordeelen van dergelijke prachtige leer middelen, deelachtig te doen worden. De derde gebeurtenis op fotografisch gebied er voer ik Donderdagmiddag, 's Middags waren de Koningin en haar gevolg op de tentoonstelling te Heemstede, 's Avonds wan'delt H.M. bij de men- schen in huis, door middel van een der Haarlem- sche couranten, die toen reeds met kiekjes ver scheen. Dat was knap werk. Mijn oudste dochter, die op de 'H.B.S, is en dus min of meer alles weet, beweerde dat 't kiekjes waren van andere tentoon stellingen. Maar 'k heb gezegd: zwijg nest! Zulke dingen halen ze alleen maar uit bij openingen van Staten-Generaals. Daar hebben ze ouwe kieken van liggen die ze als nieuwe in de krant afdruk ken, 3 dagen te voren, o'm andere kranten voor te zijn. Kijk maar naar de mode van den hoed cn de lengte van de japon van de Koningin. En wat zei 't nest? Net, of een mode van verle den jaar of van voor 2 jaar al weer niet 10 maal veranderd is en al niet weer nieuw geworden kan zijn, Da's waar. Als iemand 't met haar eens is, dan is 't in elk geval DIXI. ONS LAGER ONDERWIJS. Heden bereikte ons het „Verslag omtrent den toestand van het Lager Onderwijs in de gemeente Bloemendaal gedurende het jaar 1924". Het verslag begint met er op te wijzen, dat on der „verslag" moet verstaan worden den uiter- lijken toestand van het onderwijs. Immers, de be- oordeelirig van het onderwijs blijft onder de wet 1920 geheel aan het Rijksschooltoezicht, de school commissie is hierbij zoo goed als uitgeschakeld. Echter wordt geconstateerd, dat zij een soort van verantwoordelijkheid voor den goeden gang van het L.O. in de gemeente gevoelen, welke zij niet dragen kunnen. Andere leden zijn echter van mee ning, dat de schoolcommissie is geworden een com missie van advies. De commissie bestaat uit 5 groepen: a. Ouders leerl. openbare scholen: Mr. D. E. Lioni, J. Romeyn; b. ouders leerl. Bijz. scholen: A. F. Bos, J. C. Brussaard; e. onderwijzers openbare school: A. IJzerman, J.C. de Vries; d. idem Bijz. school: S. A. Wilson, H. v. d. Werff (ontslag genomen); e. overige inwoners: Mej. A. C. W. Reinierse, P. Blankevoort Czn. De commissie vergaderde in 1924 vijf maal naar aanleiding van door B, en W. gevraagde adviezen. De heer A. F. Bos werd als secretaris vervangen door den heer S. A. Wilson, de heer De Monnik als 2e voorzitter door ds. Brussaard. Adviezen werden gevraagd: a. Omtrent verzoek ouder-commissie O.L. School te Overveen om instelling van schoolwijken. Geadviseerd werd hiertoe niet over te gaan, maar aan de school een 4de leerkracht aan te stellen. b. Uniforme regeling vacanties. c. Steun aan Ver. School- en Werktuinen, afd. Haarlem. Geadviseerd, dat een soortgelijke vereeniging te Bloemendaal in wording, in de eerste plaats te steunen. TEGENOVER DE MIDDELBARE TECHNISCHE SCHOOL OPGERICHT 1903 d. Reorganisatie Lager Onderwijs. De commissie zette daaromtrent haar meening uitvoerig uiteen. e. Instelling zelfstandig Voorbereidend Onderw. Geadviseerd werd daartoe over te gaan. Verder werd aan B. en W. in overweging gege ven een credief voor schoolreisjes uit te trekken. Omtrent gezondheidstoestand wordt opgemerkt, dat die bij het personeel goed was. Onder de leerlingen van O.L. en Bijz. Mulo- school kwamen mazelen voor, zoodat wijziging ge bracht moest worden in sommige vacanties. Te Vogelenzang kwam aan de St. Jozefschool in toenemende mate malaria voor. Omtrent het Vervolg-onderwijs wordt opgemerkt, dat in den winter 19241925 aan de O.L. scho 1 te Overveen en aan de O.L, school te Bloemen daal geen vervolg-onderwijs werd gegeven. De gebouwen verkeeren in goeden staat. De O.L. school te Overveen lijdt onder het drukke verkeer langs den Zeeweg en van de nabijheid van een werkplaats van een motorhersteller. De bevolking op deze school nam van 68 leer lingen toe tot 98. In de gem. Mulo-school wordt nog steeds geklaagd over tocht. In Sept. 1924 werden 2 nieuwe scholen g opend, n.l. de St. The- resia-school en die der Schoolver. Aerdenhout Bentveld. Gememoreerd wordt, dat de commissie zich meende te moeten onthouden aan actie tegen de verschuiving van den leerplichtigen leeftijd. Op slechts 3 van de 11 scholen kwamen leerlin gen voor, voor wie onderwijs voor achterlijken werd noodig geacht. Op de school der BI. School- vereeniging werd een proef genomen met het Dal ton-systeem in het 7de leerjaar. Op 1 Sept. werd hieraan eenige uitbreiding gegeven. 'Bijlage A vermeldt de aan de verschillende scho len verbonden leerkrachten en de opgave van het aantal leerlingen, die van de verschillende scho len overgingen naar Middelbaar of vakonderwijs. Bijlage B. geeft een overzicht van het aantal leerkrachten en het aantal leerlingen op de ver schillende scholen. Op de openb. scholen gingen in 1923 590 leer lingen, in 1924 637. Op de Chr. scholen resp. 234 en 256. Op de R.-K. scholen resp. 342 en 429. Op de Neutr. Bijz. scholen 141 en 163. Tehuis voor alleenstaande blinden" te Wolf hezen. Naar wij vernermen zal de jaarlijksche collecte, ten bate van de Nationale Stichting:: „Tehuis voor alleenstaande blinden" te Wolfhezen eerstdaags plaats hebben. In dit Tehuis, waarin onvermogen- ien geheel kosteloos opgenomen zijn, is plaats voor blinden1 uit het geheéle land en van elke Gods dienst en overtuiging. Reeds vanaf de oprichting bleek, uit het groote aantal aanvragen om opna me, hoezeer naar 'deze instelling werd verlangd en nog stee'ds komen aanvragen om opname in. Om de stichting in stan'd te houden, de talrijke verpleegden het noodige te verschaffen is er zeer veel geld noodig, zoodat de uitgaven nauwelijks door de inkomsten worden gedekt. Blind Wilt ge U even verdiepen in de betee- kenis van dit woordt ;Slechts één oogenblik na denken over de mogelijkheid dat gij-zelf blind waart? Zijn de blinden niet bijkans de ongeluk kigste stervelingen in onze veeleischende samen leving en mogen wij hen zonder meer laten dolen in dien nacht waarop geen dageraad volgt? Moe ten wij niet juichen, dt er een mogelijkheid bestaat om het hittere lot van die stakkers iets te ver zachten? De Stiohting te Wolfhezen moet zoo goed als ge heel van Nationale liefdadigheid bestaan.... Laat toch ieder helpen, naar vermogen! Houdt allen Uw gift gereed! Woensdag raakte een schooljongen met zijn voet bekneld tusschen de dubbele rails van het zand spoor, daar, waar dit spoor den Bloemendaalsche weg kruist, juist toen een volle zandtrein naderde. De man, die met een vlag in de hand, dezen trein altijd «voorafgaat, wist door luid schreeuwen en dcor het geven van seinen den machinist te waarschuwen. Deze wist den trein nog net bij tijds tot staan te brengen. Na eenige moeite ge lukte het, den jongen uit zijn lastigen toestand te bevrijden. Dat het knaapje van streek was laat zich be grijpen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1925 | | pagina 1