Het Bloemendaalsch Weekblad | 1926 | 23 januari 1926 | pagina 5

15019

TWEEDE BLAD

\NSDORP

N ESSEX

Het Bloemendaalsch Weekblad

Verzorgt llwe

gevleugelde vrienden f

JKE STAND

IGENDA

IENDAAL

rPOORT

RVEEN.

KL dbZn.

i Luxe Automobielen
en Onderhoud

icheweg 8, Tel. 22387
EMENDAAL

RAADSVERSLAG

NABETRACHTING

[outgraafRuigrok van der
rkVan Doorn z. C. A. M.
r z. R. van den BrinkVan

N. Stals en J. B. M. van

'rie en E. M. Senrp.

Heintz 60 jaar, M. G. Briihl

JANUARI 1926.

NTE, voormiddag 10 uur,
en dienst.

23 Januari 's avonds 9 uur
mer.

KOMST in gebouw „Mara.
ddags 10 uur.
khuyzen, Amsterdam,
uari 1926 's avonds 8 uur
Bijbellezing.

ÏRK, voormiddags 10 uur,

;t, uit Utrecht.

Ie.

MTE, voormiddags 10 uur,
den Bergh van Eysinga,
ingers", 1 Cor. 2 vs. 10b.

SCHOOL, voorm. 10 uur,
ari 's avonds 8 uur de heer
Z under dorp.

tL

voor 1 of 2 personen, en
ook afzonderlijk te huur.
4, Bloemendaal.

1H KT IN BINDEN
DIIRIFTEN, ENZ.

I-

Nieuw Telefoon No.

lEMEr^DAAL

45 TELEF. 22242
TERSWAREN
ESCHWAREN
»N1W AAKARTIKELEN

in Motorrijwielen

dingen trachtten aan te ne-
mmunicatic. Dc spoorwegen
Wij moeten van de eene
nnen gaan. Hier is het cen-
ductie. Kijk eens naar - 'at
de hand naar de lage hen-
eind elooze rijen opvolgden,
met prairiegras bedekt ge-
e wist men hier en daar de
buffels nog aan te wijzen,
den, sommige wel een mijl
:oo recht als een kaars, tot
weg. Overdag tornden de
over die korenvelden, de
i^over zijni schouders benge-
:ht op het weelderige don-
entonig onder zijn machine
an een schop met den voet,
halmen aanrolde en bevrijd-
r daarvoor stil te staan en
gebroken verder. Soms boog
een bos klitten uit het
voort, den eenen dag na
kwam dan het dorschen.
dan op de wagens met de
weggebracht, waarbij de
en- de witte ban-
Het koren werd dan
of uitgestort in de graan
veld stonden te wachten en
t een klep gesloten opcnin-
winter het voorjaar
den bodem voor het graan

(Wordt vervolgd).

No. 3.

ZATERDAG 23 JANUARI 1926

VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING
VAN DEN RAAD DER GEMEENTE BLOEMEN
DAAL, GEHOUDEN OP DONDERDAG
21 JANUARI 1926.

Aanwezig alle leden.

Punt 1. Verleening eervol ontslag aan J. de
Jong Czn., als Commandant der Gemeentelijke
Brandweer.

De heer Van Kessel vraagt hoe 't gaat met 't
ander personeel b.v. den ondercommandant.

De Voorzitter antwoordt, dat deze ontslagen door
B. en W. gegeven worden.

Goedgekeurd.

Punt 2. Benoeming lid Plaatselijke Commissie
van Toezicht Lager Onderwijs (vacature Van der
Werff). aanbevolen H. Zieren em A. J. v. d. Meij
(bedoeld werd waarschijnlijk G. A. v. d. Meij).

De heer Zieren wordt met op één na algemeene
st mm en gekozen.

Punt 3. Verkoop van grond langs de Noorder-
tuindorpslaan aan W. hoek.

Goedgekeurd.

Punt 4. Wijziging der verordening regelende de
samenstelling en de werkkring der vaste raadscom-
missiën, welke verordening beoogt, artikel 1 voort
aan als volgt te lezen:

Artikel I.

Er bestaan, de volgende vaste Raadsoommissiën,
ingesteld overeenkomstig het voorschrift van:
I. artikel 54, alinea 1 der Gemeentewet:

a. voor de gemeentefinanciën.

II. artikel 54, alinea 2 der Gemeentewet op
voordracht van Burgemeester en Wethouders:

b. voor Publieke Werken;
b. voor Onderwijs;

d. voor Sociale belangen;

e. voor Gas- en Waterleiding.

III. artikel 166 der Gemeentewet:

f. voor de verordeningen, tegen wier over
treding straf is bedreigd.

Elk dezer Oommissiën is samengesteld uit drie
leden, den voorzitter inbegrepen. Bij afwezigheid
of ontstentenis van den voorzitter wordt deze ver
vangen: voor zoover betreft de Commissie ge
noemd sub 1 door een der leden; voor zoover be
treft de Commissiën genoemd sub II, door een an
der lid van het College van B. en W., door dit
College aan te wijzen; voor zoover betreft de com
missie, genoemd sub III, door den plaatsvervan-
genden burgemeester.

De heer de Roo van Alderwerelt vraagt, wat er
gebeuren moet, als de voorzitter plotseling ver
hinderd is, en geen tijd of gelegenheid 'heeft de an
dere leden te bereiken. Moeten de andere leden
dan als schooljongens naar huis toe gaan?

De Voorzitter: 't Geval zal zich zoo wel bij uit
zondering voordoen. Men kan nu eenmaal niet al
les reglementeeren. Nood breekt wet: de vergade
ring gaat door onder leiding van het oudste Com
missie-lid.

Punt 5. Voorstel om B. en W. te machtigen tot
het aangaan van een kasgeldleening, dat ter voor
ziening van het in den loop van het jaar 1925 te
verwachten gebrek aan kasgeld. Het zal een tijde
lijke geldleening zijn van ten hoogste 100.000.
tegen een rente van niet meer dan. 1 pCt. boven
het promessedisconto van de Nedërl. Bank.

De heer Luden, die als 'lid der financieele Cotn-
Commissie zich met het voorstel vereenigde, vraagt
zich af, of de leeningen, die tot een gezamenlijk
bedrag van 327.000 uit 't reservefonds gefinan-
cieerd zijn, niet beter konden omgezet worden in
een vaste leening. Dit hangt echter af van den tijd,
waarvoor 't geld noodig is. Is 't voor twee of drie
maanden, dan is 't voordeeliger naar een bankin
stelling te gaan, al is dit dan ook tegen iets duur
dere rente.

Wethouder Laan geeft toe, dat 't geld goedkoop
is. De prolongatierente is laag, maar toch altijd nog
4J a 5 pCt. Moest de 300.000 op rente gezet wor
den, zou dit kapitaal hoogsten 21/2 pCt. rente af
werpen, dus lijkt den Wethouder van financiën de
voorziening uit eigen middelen beter.

t Is echter de vraag, of de leening noodig zal
zijn, en dan is 't nog maar voor zeer korten duur.
Goedgekeurd.

Punt 6. Regeling van den werkloozensteun.
B. en W. lichtten dit als volgt toe:

Naar aanleiding van de in de raadszitting van
17 September 1925 aangenomen motie, luidende:
„De Raad, van oordeel, dat de werkloozensteun
„op de wijze als deze thans geschiedt, geleidelijk
„behoort te worden afgeschaft, verzoekt Burge
meester en Wethouders maatregelen te nemen om
„tot deze geleidelijke afschaffing te geraken",
en mede naar aanleiding van het verschil van mee
ning omtrent de boeking der uitgaven, verband
houdende met de werkloozenzorg, hebben wij, na
daaromtrent overleg gepleegd te hebben met de
Commissie voor Sociale belangen de eer U te ad-
viseeren, het volgende te bepalen:
ie. steun aan werkloozen, in den vorm van
werkverschaffing, zal slechts verleend wor
den in het tijdvak van 1 October tot en met
31 Maart, met diem verstande, dat om de
week werk verschaft zal worden;

2e. het loon der werkloozen zal' blijven voor
gehuwden 26.em voor ongehuwden
18.- per werkweek bij de werkverschaf
fing;

3e. bet totaal gezinsinkomen zal niet meer dan
32.— per week mogen bedragen om voor
tewerkstelling in aanmerking te komen;
4e. 'deCommissie voor Sociale Belangen is be
voegd om in bijzondere gevallen van het sub
2 en 3 bepaalde af te wijken;

5e. het loon, dat in de zes wintermaanden aan
werkloozen wordt betaald, komt ten laste
van den post „werkverschaffing";

De Weled. Heer J. DRIJVER, Secretaris der
„Nederl. Vereeniging tot Bescherming van
Vogels", Heerengracht 260=266, Amsterdam,
schrijft ons dato 10 December 1925;

t-.-v. Uw..UniverseeIvoer voor Lijsters" en
„Gemengd Zaad voor inl. zaadetende vogels"
(Volièreszaad) beschouw ik als een uitkomst voor
hen, die op doelmatige wijze den vogels hulp willea
verleenen in den kwaden wintertijd.

6e. indien de gemeente voor het werrichten van
werkzaamheden aan wegen, plantsoenen enz.
in de zomermaanden losse werkkrachten
noodig heeft, worden deze zooveel mogelijk
gerecruteerd uit de ingezetenen van Bloe
mendaal en wordt hun een loon toegekend
naar arbeidsprestatie, zulks ter beoordeeling
van den gemeente-architect. De hiervoor be-
noödigde gelden komen ten laste van de pos
ten der begrooting, 'die voor de betrekkelijke
'dienstvakken zijn uitgetrokken.

Voorts kunnen wij U nog mededeel-en, dat in den
loop dezes jaars U een voorstel zal bereiken om
trent eventueele verdere afschaffing der werkloo-
zenzorg, terwijl voor de posten „wegen" en „plant
soenen", voorkomende op de begrooting dienst
1925, een na'der crediet zal worden aangevraagd in
verband met de tewerkstelling van werkloozen bij
deze takken van dienst.

De heer Schulz gelooft niet, dat dit d'e uitwer
king moet zijn van de motie. Dit voorstel beweegt
zich in de richting van afschaffing der seizoen-
werkloosheidszorg maar niet van de crisiswerkloos-
heidszorg. De overige tijd van 't jaar wordt uitge
schakeld. En wat gebeurt er met de werkloozen,
die we ook zomers kunnen krijgen? Wil men die
zonder -neer aan den dijk zetten?

Wethouder Van Nederhasselt verwijst de heer
Schulz naar de laatste alinea der toelichting, waar
uit blijkt, dat dit voorstel een vootl'oopige regeling
inhoudt.

De heer Schulz. Als ik den wethouder dus goed
begrijp, krijgen we voor 31 Maart a.s. een nieuw
voorstel te behandelen, wat de oplossing zal bren
gen van het vraagstuk: wat te doen met de werk
loozen, die we na 31 Maart krijgen.

De heer Van Nederhasselt. Dit ligt inderdaad in
de bedoeling der Commissie, 't Staat niet vast, of
ook de w-erkloosheidszorg in den zomer geregel!
zal -worden. We moeten echter in d'en geest der
motie blijven handelen.

De heer Hogenbirk juicht het voorstel toe, om
dat hij -daarin een begin ziet, van de werkloosheids-
zorg af te komen.

De heer Van Kessel heeft de begrippen crisis-
en seizoenwerkloosheid nog niet hooren definiëe-
ren.

Zijn meeninig is, dat de taak, die vroeger de
werkgever op zich nam bij werkloosheid, gescho
ven werd op de schouders der gemeente. In de
bouwvakken wordt zelfs het contract verbroken,
om aan het doorbetalen van de feestdagen in de
Decembermaand te ontkomen. Niet -lang geleden
werd spreker nog een compliment gemaakt dat in
Bloemendaal de steunverleening zoo schitterend
was geregeld. Laten we den toestand dus laten, zoo
als hij is.

Voorstel B. en W. wordt goedgekeurd.

Punt 7. Vaststelling verordening betreffende het
verhaal van pensioenbijdrage van boventallige- en
vakonderwijzers.

De heer Luden heeft geen kennis van alle onder
wijszaken. Hij vindt 't voorstel buitengewoon goed,
maar werkt het in de practijk voldoende rechtvaar
dig tegenover de vakonderwijzers? Zij hebben een
groot tijdverlies, b, v. de gymnastiekleeraar P. A.
Kok, -die verbonden is aan de school in Bloemen
daal, Overveen en Vogelenzang.

De heer Hogenbirk betoogt, dat daar al rekening
mee gehouden is in de belooning van het wek.-
lijksoh lesuur, zoodat de vakonderwijzer met min
dere lesuren dan de klasse-onderwijzer vaak even*
veel en soms nog meer verdient.

De heer Schulz is 't eens met den beer Luden.
Hij meent, dat de salarieering der vakonderwijzers
volkomen los staat van d!ie der klasse-onderwijzers.

Wethouder Laan kan zich uitstekend vereenigen
met het advies van de Commissie van Bijstand voor
het onderwijs. Onderwijs is onderwijs en onderwij
zers zijn onderwijzers. Het begrip vakonderwijs is
ouderwets. Het gymnastiekuurtje is eigenlijk een
speeluurtje en het zingen is ook wel heel aardig,
-naar het leven van de Hollandsche taal is onein
dig veel moeielijker.

De heer Kremer sluit zich aan bij het betoog van
den heer Schulz.Hij wil de vakonderwijzers buiten
de pensioenbijdrage houden, óf hun salaris even
redig vcrhoogen.

De heer de Visser daarentegen vindt het billijker,
dat beide categoriën over één kam geschoren wor
den. Want als straks de concierges der scholen en
later de congierge van het raadhuis aankom .n.
Waar is 't eind, als men onderscheid gaat maken?

De heer Van Kessel staat aan de zijde van de
vakonderwijzers. Hij vindt het merkwaardig, dat
d'e sprekers worden beantwoord door den wethou
der van Financiën. Hoe denkt de Wethouder van
Onderwijs er over? Hij kan zich voorts niet ver
eenigen met de wijze, waarop zooeven over de
vakonderwijzers gesproken is.

De heer Laan merkt op, dat hij in de eerste plaats

van zijn recht als raadslid gebruik 'heeft gemaakt,
en in de tweede plaats ook om de dubbeltjes den t.
'Hij ontkent op minderwaardige wijze ovre de vak
onderwijzers gesproken te 'hebben, heeft intgendeel
de grootste waardeering voor de heeren, en zou 't
hun niet nadoen.

Wethouder Van Nederhasselt noemt ,,'t een
kwestie van appreciatie van billijkheid".

De vergelijking die d'e heer de Visser met de
congierges gemaakt heeft, gaat niet op, omdat deze
menschen heel ander werk hebben.

Ten slotte wordt een voorstel van den heer
Schulz, om de vakonderwijzers de volgens art. 36,
le lid sub a der Pensioenwet 1922 verschuldigde
bijdragen tot 3 pCt. van den pensioengrondslag niet
te doen betalen verworpen, terwijl de verordening,
zooals zij aan B. en W. geadviseerd werd door de
Commissie van Bijstand voor het onderwijs, aan
genomen wordt.

Op verzoek van eenige raadsleden worden de
besprekingen over punt 8 uitgesteld tot de vol
gende agenda-punten, (inclusief de rondvraag) be
handeld zijn (exploitatie Zeeweggronden).

ONTHEFFING BEPALINGEN DER BOUW
VERORDENING.

1. Verzoek van J. D. Wildeboer te Aerdenhout
voor bouw eener teekenkamer en fietsenberg
plaats op Sectie B no. 3358 aan de Veldlaan.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op dit verzoek gunstig te beschikken.

Goedgekeurd.

2. Verzoek van N. Roodenburg te Overveen voor
bouw eener woning op Sectie A no. 6707 aan
de Lonbar Petriiaan.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek in te willigen.

Goedgekeurd.

3. Verzoek van P. Rot Czn, te Westzaan voor
bouw eener garage bij perceel Lonbar Petri
iaan no. 22.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
gunstig op dit verzoek te beschikken.
Goedgekeurd.

4. Verzoek van Mr. I. C. de Beaufort te Heem
stede voor verbouw eener garage op Sectie A
no. 4718 aan den Rijperweg.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek toe te staan.

Goedgekeurd,

5. Verzoek van P. A. M. Roozen te Overveen voor
bouw eener bollenschuur op Sectie B. no. 479
aan de Houtvaart.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek in te willigen.

Goedgekeurd.

6. Verzoek van Gebrs. Bijvoet te Overveen voor
bouw eener garage aan 'het Rollandspad.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op dit verzoek gunstig te beschikken.
Goedgekeurd.

7. Verzoek van C. J. Cassee te Bloemendaal voor
bouw eener bergplaats op Sectie A nö. 4677
aan den Bloemendaalschen weg.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek toe te staan.

Goedgekeurd.

8. Verzoek van Gebrs. M. en W. Lolkus voor
bouw van drie woningen op Sectie A no. 8193
aan de Julianalaan.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op d'it verzoek gunstig te beschikken.
Goedgekeurd.

9. Verzoek van J. J. Lansdorp te Bloemendaal
voor bouw eener garage aan den Bloemendaal
schen weg.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
gunstig op dit verzoek te beschikken.
Goedgekeurd.

10. Verzoek van W. Dyserinck te Haarlem voor
bouw eener garage met chauffeurswoning op
Sectie B no. 3764 aan den Bentveldsduinweg.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit verzoek in te willigen, althans voor zoover
het de zijwaartsche scheiding betreft, doch niet
ten -aanzien van den afstand van den voor
gevel tot den weg.

Goedgekeurd.

11. Verzoek van J. Bieren-s de Haan te Bloemen
daal voor bouw van een schuurtje op Sectie A
no. 6351 aan de Koepellaan.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
op dit verzoek afwijzend te beschikken, aan
gezien door dien bouw d'e omgeving ontsierd
wordt.

Afgewezen.

Wel breekt de beer Hogenbirk een lans voor de
goedkeuring van dit verzoek, maar de overige
raadsleden vereenigen zich ten slotte met het voor

stel van B. en W., nadat 'gebleken is, dat het
schuurtje beter in plaats van naast, achter de ga
rage gebouwd kan worden.

Punt 10. Ingekomen stukken:

1. Dankbetuiging van het Chr. Fanfare Corps
„Sursum" en van de Haarlemsche Orkestver-
eeniging voor verleende subsidie.

Voor kennisgeving aangenomen.

2. Proces-verbaal van kasopname bij den Ge
meente-Ontvanger.

Idem.

3. Klachten van E. P. van Bommel inzake de ver
lichting, afrastering en waterloozing van den
Vijverweg.

'Naar aanleiding van dit adres berichten Burge
meester en Wethouders, dat de verlichting daar
ter plaatse naar hun oordeel voldoende is; de
afrastering niet slechter is dan bij andere niet
in exploitatie zijnde bouwterreinen; en dat
maatregelen genomen zijn om de afwatering te
verbeteren.

Wethouder Laan zegt dat de afwatering ver
beterd is.

Voor kennisgeving aangenomen.

4. Adres namens het Hoofdbestuur van het Na
tionaal Verbond van gemeenteambtenaren in
zake salarieering der technische ambtenaren.

Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit adres niet in behandeling te nemen, daar
dit adres niet voldoet aan de eischen, gesteld
in artikel 8 der Grondwet. (Men mag niet na
mens iemand iets verzoeke of op een dergelijk
verzoek beschikken).

De heeren Schulz en Nuyens zijn van meening,
dat B. en W. hier te veel aan formalisme vast hom
den. Een lange discussie volgt, waarbij zelfs het
grondwet-artikel no. 8 voorgelezen wordt. De heer
Schulz stelt voor, het adres in handen te,
stellen van de Commissie van georganiseerd over
leg om prae-advies, wat volgens de voorzitter in
strijd is met de Wet.

Het adres wordt voor kennisgeving aangeniomen,

De heer Schulz verzoekt er aanteekening van te
maken, dat hij tegenstemt.

5. Schrijven van den Commissaris der Koningin
over het toekennen eener kindertoelage aan
de Commissarissen van politie.

Onder verwijzing naar het besluit van 19 Oc
tober 1922, geven Burgemeester en Wethouders
dne Raad in overweging, aan den Commissaris
der Koningin te berichten, dat hij als zijne
meening uitspreekt, dat het geven van een
kindertoelage aan den Commissaris van Politie
hem niet wenschelijk voorkomt, te meer daar
men kindertoelage aan werklieden niet heeft
willen toekennen.

De Raad vereenigt zich met de zienswijze
van B. en W. onder voorwaarde, dat de woor
den te meer uit het bericht aan den Commis
saris der Koningin verwijderd zullen worden.

6. Bericht der Directie van de Noord-ZuZid-Hol-
landsche Tramweg Maatschappij, dat zij de in
voering van tienrittenkaarten in verkeer tus-
scben de lijn „OverveenHaarlem" en de
overige stadslijnen te Haarlem tegen den prijs
van 1.25 per kaart overweegt.

De heer de Roo van Alderwerelt is dankbaar,
maar niet voldaan.

Het schrijven wordt voor kennisgeving aangeno
men.

Punt 11. Verkoop van grond langs den Hooge Duin
en Daalsche weg en Koninginne duinweg aan
A. Warns.

Goedgekeurd.

Bij de rondvraag informeert 'de heer de Roo van
Alderwerelt hoe het staat met het doortrekken
van de Julianalaan.

Volgens Wethouder Laan wordt er hard aan ge
werkt. Al vraagt men in elke vergadering naar deze
plannen, het zal er niet harder door opschieten,
omdat 't niet vlugger kana T. z. t. hoopt spreker
den Raad te laten zien, hoe uitstekend daar alles
in orde zal komen.

De heer Bornwater vraagt waarom juist op de
voetpaden langs den Zijlweg geen zand is ge
strooid.

Alles kan niet tegelijk antwoordt de heer Laan.
Onze gemeente is zoo groot, waarbij nog komt dat
we pech met den zandstrooier gehad hebben, dat
ieder z'n beurt af moet wachten.

Bij een volgende sneeuwval is ditmaal de Zijl-
weg het eerst aan de beurt.

Dan maakt de heer Bornwater de opmerking, dat
hoewel in de raadsvergadering, waar tot aanschaf
fing van een motor met zijspan ten behoeve der
politie besloten was, de wenschelijkheid bepleit
was, Hollandsch fabrikaat de voorkeur te geven.
Niet alleen heeft men een buitenlandsch merk aan

geschaft, maar het voertuig is zelfs buiten de ge
meente gekocht.

Ook de heeren Van Kessel en de heer Hogenbirk
spreken hun verwondering over deze handelwijze
uit. De heer Van Kessel merkt op, dat de motor
spuit ook al niet door een gemeentenaar geleverd
is en dringt er op aan, dat voortaan met de belan
gen en wenschen van den middenstand te dezer
plaatse rekening gehouden zal worden. Hij veroor
deelt de argumentatie, als zou men in Bloemendaal
geen Harley-Davidson kunnen leveren.

De heer Laan beantwoordt de sprekers. Hij kon
de motor direct van den Hoofdagent goedkooper
betrekken, dan van een agent uit Bloemendaal.
Dat scheelde 7*/j pCt. van den koopprijs. Wil de
Raad echter, dat alles in Bloemendaal gekocht
wordt, dan is 't hem goed, maar dan dienen de hee
ren zich duidelijk uit te spreken. Het is begrijpe
lijk, dat men dan niet zoo voordeelig zal slagen.

De heer Hogenbirk zegt, dat 't niet hier om gaat.
Wél bespreekt hij de wenschelijkheid, dat men
niet zonder meer de inwoners passeert, maar hen
ten minste prijsopgave laat doen. Blijk thet, dat zij
te duur zijn, soit! de menschen zijn koopman ge
noeg, om te begrijpen, dat de goedkoopste inschrij
ver de leverantie zal krijgen. Maar dan is aan de
eischen voldaan. Van inschrijving is bij de levering
der Harley-Davidson geen sprake geweest.

De Voorzitter geeft dit toe, zegt 't te betreuren,
en dat men voortaan zal handelen in den geest,
zooals de heer Hogenbirk bepleit heeft.

De 'heer de Waal Malefijt heeft gelezen, d'at de
Burgemeester van Haarlem in de laatste raadsver
gadering gzegd heeft, dat in 't jaar 1925 in de ge
meente Haarlem 657 huwelijken gesloten werden.
Van ideze paartjes waren er 242 genoodzaakt zich
buiten de gemeente te vestigen. Spreker heeft dat
ook voor Bloemendaal nagegaan, en kwam tot de
volgende cijfers: gesloten huwelijken: 66, geves
tigd buiten de gemeente 43 paren, waarvan 10 een
leegstaande woning in Haarlem betrokken, wat
spreker 'n belangrijk argument tegen de annexatie
plannen noemde.

Een stem: Wij moeten Haarlem annexeerenl

Nadat de rondvraag gesloten was, kwam punt 8:
Voorstel tot het aangaan van een tweetal overeen
komsten betreffende de exploitatie der Zeeweg
terreinen met de Erven v. d. Vliet, in behandeling.

De heer Luden verliet de vergadering.

De heeren A. F. Kremer, C. W. de Visser en Jhr.
J. C. Mollerus stelden voor, de behandeling van dit
punt aan te houden tot de gewone vergadering in
de maand Maart, met de volgende toelichting:

Het is hun onmogelijk geweest in den korten tijd,
die daarvoor beschikbaar was, deze belangrijke
voordracht voldoende te bestudeeren. Bovendien
achten zij het principieel onjuist, dat de burgerij
niet de redelijke gelegenheid gehad heeft, zich van
de beteekenis van deze voorstellen rekenschap te
geven. Ten slotte 'heeft door deze wijze van be
handeling de gelegenheid tot het indienen van be
hoorlijk doordachte en geformuleerde amendemen
ten ontbroken.

De heer Kremer wil er de nadruk op vestigen,
dat de fractie „Vrijheidsbond" buiten tot voorstel
staat, doch het zuiver 'het belang der gebeele bur
gerij betreft.

De heer Schulz wil hoogstens uitstellen tot de
Februari-verga'dering, evenals de heer de Roo van
Alderwerelt.

De heer Van Kessel daarentegen wil tot onmid
dellijke behandeling overgaan. Hij herinnert aan de
actie, door de Vrijheidsbond onder de burgerij ont
ketent, over den aankoop van de gronden langs
'den Zeeweg, en voorziet weer dergelijk gebeuren.

Trouwens, als er voor 'de Maart-vergadering
weer eens nieuwe leden bijkomen?

Voorts wijst hij er op, dat de H. H. de Visser en
Mollerus wel de besprekingen over de begrooting
gevolgd hebben, en zelfs aan de stemmingen deel
nemen. Konden zij dit lijvige boekdeel wel bin
nen zoo korten tijd bestudeeren? Hij acht het vol
doende, als de wil voorzit om aan de besprekingen
der contracten mee te werken.

De heer de Visser antwoordt, dat hij juist door
een voorloopige bestudeering tot de conclusie ge
komen is, dat in de te sluiten overeenkomsten veel
voetangels en klemmen liggen.

De heer Kremer gaat u er mee accoord, de ter
mijn te bekorten tot 25 Februari, welk voorstel
door den heer Hogenbirk gesteund wordt.

De beer Kremer beklaagt er zich over, dat de
stukken zoo onvolledig zijn, 't welk uit de thans
gevoerde besprekingen duidelijk blijkt.

De heer Laan waarschuwt voor uitstel. Hij wil
zich desnoods borg stellen voor de contracten,
omdat hij er van overtuigd is, dat de correct en
voordeelig zijn.

Tenslotte wordt een voorstel van den heer de
Roo van Alderwerelt aangenomen, het voorstel
als eenig punt der agenda te 'behandelen in een ver
gadering te houden op 11 Februari a.s. De beide
Wethouders stemmen tegen.

Nadat de heer de Visser verzocht heeft tegen
'dien tijd een raming van kosten klaar te hebben
(aanleg van de kabels en het buizennet voor gas
licht en water en rioleering) en vooral het vraag
stuk der rioleering goed onder de oogen te zien in
verband met de eigenaardige constellatie der Zee
weg-gronden, wordt de vergadering gesloten.

Met niet geringe verbazing hebben wij
den heer Schulz het gemeentebestuur van
formalisme (een ziekelijk hangen aan den
vorm óm den vorm) hooren beschuldigen,
naar aanleiding van het, (gelukkig door
den Raad aangenomen) voorstel van B.
en W. om een verzoekschrift van den Se
cretaris van den Nationalen Bond van Ge
meente-ambtenaren voor kennisgeving aan
te nemen, d.w.z. ter zijde te leggen, op
grond dat dit verzoekschrift (niet verge
zeld van eene behoorlijke machtiging op
den onderteekenaar, uitgegaan van het
College namens hetwelk 't verzoek heette
te worden gedaan) alleen onderteekend
was door den Secretaris zelf, die niet ge
rechtigd is in zijn eentje zulke dingen te
doen. Allerminst was de beschuldiging van
den heer Schulz hier op haar plaats, omdat
de heer Secretaris, die zich zelf de volle