STOEL'S WONINGBUREAU, Bl'daalscheweg 161, Bloemendaal
.KRUL Jr.
UW ADRES
WATER
fenhandel
THRACIET
Levering
van
ille merken
MAISON WILLY
:nvegers.
i
BLOEMENDAAL
Telefoon 22012
ïrt
toffen tegen con-
:n.er wordt alleen
e-, belgische- en
geleverd, wier
d staan als de
aarde te bezitten.
Voorzien
van
trische Draaierij
het vervaardigen
alle onderdeelen
SPORT
HANDEL EN NIJVERHEID
ECONOMISCH
OVERZICHT
VOOR DE HJISVROUW
HUMOR EN SATYRE
Dames- en Kinderkapsalons
Zijlstraat 53bovcn, Haarlem, Tel. 15112
iGIS EN ZOON
:w. Telefoon 13310.
.em.
NXVEIM
ERAALWATER
uik zeer voordeelig en
Jterschroefflesschtn.
s 32 cent.
RAFIE
de redactie van „Fo-
prijsvragen Schoon-
„Verbeteren door Ver-
-nummer brengt prac'h-
inig aantrekkelijke onder
een heimachine, een as-
rmee de straten gerepa-
booten op stroom, ge-
De foto's zijn echter
vraag „Verbeteren door
begeleidende artikel ver-
et allerlei fouten, die in
ook gereproduceerd wer-
zijn.
mer een interessant arti-
Jeuperman, „Natuuropna-
de reflexcamera aan-
chtige foto's naar op
gemaakt, bewijzen, dat
voor Landschapsfoto-
keurig geïllustreerde be
door Zuid-Limburg, ter-
Critiek"- zich bezighoudt
iet standpunt in de foto
waarop men de opnamen
chappelijk aangelegden
nog een zeer belang-
>nd van Chr. A. C. Nell,
over metingen van de
Dit is een nieuw ge-
tenschap, waarop men
dat van het grootste
CRICKET.
De derde overwinning in successie! Wat geen
Bloemendaler had durven veronderstellen, is ge
schiedt: Zaterdagmiddag werd op R.C.H. 2 een
éclatante victorie behaaldl
Er is te meer reden tot juichen, waar R.C.H. 2 tot
een der sterkste elftallen van den H.C.B. behoort.
Werd een week te voren door haar nog niet tegen
C.V.H. gelijk gespeeld, en wisten de batsman der
Middenweg-club toen niet op het goede bowlen der
Hercules-mensehen 97 runs te scoren? 'Hoe steken
de totalen tegen Bloemendaal {le innings 22 runs,
waarbij nog 7 extra's, tweede innings 19 runs)
daarbij af!
Wel is waar moet het bij Bloemendaal hoofd
zakelijk van J. Beijk en G. van Dam komen, maar
niet uit het oog verloren dient te worden, dat
elk elftal een paar „cracks" in zijn midden heeft,
van wiet al of niet falen de nederlaag of over
winning afhangt.
De R.C.H.-ers gingen eerst fielden, en Bloemen
daal trok dus naar de wickets. Dank zij Beijk én
v. Dam (resp. 14 en 22 runs) worden er 53 runs
gescoord. Negen batsman sloegen dus slechts 12
runs! Dit betrekkelijk lage totaal wist R.C.H. zelfs
niet te benaderen. Vooral Beijk was niet te be
spelen, en het ontzag, dat de R.C.H.-ers voor zijn
kogels hadden, w s groot, hoewel o.i. wel wat
overdreven, 't Is een feit, dat de Bloemendaal-
keeper met een geweldige sneldheid het leder op
de wickets loslaat, doch het is eveneens waar,
dat de minder goede ballen, die hij er tusschen
door gooit, niet afgestraft worden. Dat dit ge
brek aan durf is, werd bewezen door de
batsmen der Flamingo's, die diverse ballen naar
leg joegen. Van Dam bowlde heel zuiver en had
ook schitterende cijfers. J. Beijk 6 voor 8, v. Dam,
4 voor 7.
R.C.H. ontkwam aan de follow-on, en had het
recht, Bloemendaal nog eens in te sturen. Ditmaal
werden slechts 39 runs gescoord {Beijk 10, van
Dam 15). Wilde R.C.H. winnen, dan moest ze in
ruim twee uur speeltijd 71 runs maken, wat zoo 'n
groote toer niet is.
Weer werd 't een niet te stuiten collapse, 't
Geheele team zat nu voor19 runs aan den
kant! Thans waren de cijfers J. Beijk 4 voor 10
en G. van Dam 5 voor 6. Nu nam vanDam dus de
meeste wickets, hoewel beide bowlers al zeer
goedkoop waren!
R.C.H, verloor dus op beide innings met 51 runs.
WAT IS KAPITAAL?
Het ligt voor de hand, dat in een Kroniek als
de onze het woord kapitaal telkens gebruikt
wordt. Hoe vaak toch bezigen wij niet dit woord
met al zijn verbindingen, Kapitaal-vorming, ka-
ptitaaDverbruik, kapitaal-vernietiging, enz.
Wanneer wij de dagelijksche gesprekken volgen,
blijkt ons vaak, dat omtrent het begrip kapitaal
nog heel wat misverstand bestaat en dat velen
van de beteekenis niet op de 'hoogte zijn. Dan
blijkt, dat men kapitaal niet als hulpmiddel bij de
voortbrenging beschouwt, maar dat elk bedrag aan
geld of bezittingen, dus iedere rijkdom die voor
den bezitter winsten, dus renten, kan afwerpen,
onafhankelijk van diens arbeid, als kapitaal wordt
aangemerkt. „Hij zit er warmpjes in," „hij heeft een
aardig kapitaaltje overgespaard", zijn uitdrukkin
gen, die in de wandeling gebruikt worden, feite
lijk om den betrokken persoon tot bezitter van
rijkdommen, dus tot kapitalist te stempelen.
Deze aanduiding, of omschrijving houdt ook in
een zekere sociale en economische trap van ont-
wikkelig, daar hieraan de gedachte ten grondslag
ligt, dat iemand, die zijn rijkdom kan aanwenden
om door belegging of uitzetting van zijn geld
interest te maken, daarvan onbezorgd kan leven
of anderen daarvoor kan huren om voor zich te
laten werken.
De grondslag van deze gedachte rust op het pri
vaatbezit en het gebruik beeft door de groote
toeneming van 'het crediet, de velerlei wijze van
belegging, een omvang van groote beteekenis ge
kregen.
Deze wijze van kapitaalbelegging of, beter, kapi-
taalgebruik, draagt niet het karakter om 'het kapi
taal als hulpmiddel van de productie te maken,
maar enkel om door anderen arbeid te laten ver
richten, zonder zelf te arbeiden en zoo op een
gemakkelijke wijze betrekkelijk onbezorgd te leven.
Het is dit soort kapitaalbezit, dat voor zekere
groepen aanleiding heeft gegeven het kapitaal, en
als gevolg daarvan ook de kapitalistische maat
schappij, scherp te veroordeelen en te streven naar
n maatschappelijke samenleving, waar het kapi
taal een andere rol vervullen zal. Een maatschap
pij dus, waarin het privaatbezit, de kapitalistische
eigendom, óf geheel zal worden opgeheven óf in
elk geval geducht beperkt zal worden.
Er is echter ook een andere, de zuiver economi
sche opvatting, die getypeerd wordt door het klas
sieke voorbeeld van Robinson Crusoë.
De meesten onzer hebben in hun kinderjaren het
boek, dat de lotgevallen van dezen schipbreuke
ling bevat, gelezen. En in hun kinderlijkheid hebben
zij misschien een maatschappelijke samenleving ge-
wenscht, waar op zoo eenvoudige en toch romaiu
tische wijze de strijd tegen de zorgen van het
bestaan gestreden kon worden. Want op dat on
bewoonde eiland speelde 'het geld geen rol
van Robinson Crusoë hadden de goudstukken, die
hij in de kajuit van het gestrande schip aantrof,
als volmaakt nutteloos, geen beteekenis.
Deze meening is echter onjuist! Want als Ro
binson op dat eiland geen kapitaal had bezeten,
dan zou het boek vermoedelijk nooit geschreven
zijn. Dan ware het lot van dezen zwerver maar
al te spoedig bezegeld geweest en zou onvermij
delijk hongerdood gevolgd zijn. Want de gereed
schappen en de levensmiddelen, door hem uit de
schipbreuk gered, waren in de economische be
teekenis kapitaal. Zijn arbeidskracht en ook de na
tuurlijke bestaansschatten van het vruchtbare
eiland had hij niet productief kunnen maken, zon
der de aanwezige hulpmiddelen van het gestrande
schip.
Kapitaal is dus hulpmiddel voor de productie.
Zoo waren de steenen strijdbijl van den oer-wilde,
de pijl met de steenen of beenen spits, de een
voudige boog, hulpmiddelen voor de productie, voor
de voortbrenging van de eerste levensbehoeften
van den oudsten mensch.
Natuurlijk is dit eerste kapitaal voortgebracht
zonder hulp van eenig ander kapitaal. Maar een
maal de grondslag gelegd, ontwikkelde de men-
scbelijke nijverheid' zich met een snelheid, die
werkelijk verbazingwekkend mag heeten.
Het spreekt vanzelf, dat door die toeneming
van de menschelijke nijverheid, door de economi
sche ontwikkeling, ook de rol, die het kapitaal
speelt, zich sterk gewijzigd heeft. Dat kan nu een
maal niet anders. Van een persoonlijk hulpmiddel
van den arbeider heeft het vrijwel een afzonderlijke
macht gekregen, waardoor het van productiemid
del 'geworden is een Object van winstbejag. Een
beschouwing hierover zou buiten het raam van
deze Kroniek gaan.
Hoe men ook mag denken over de rol, die het
kapitaal thans speelt, een maatschappij zonder ka
pitaal is moeilijk denkbaar.
ring, de fondsvorming, di zware lasten op het
tegenwoordige geslacht leglof 't omslagstelstel, dat
meer beoogt een bijdrage in de directe kosten,
blijkt het groote struikelbik te zijn.
De tegenwoordige Miniier van Arbeid schijnt
dan ook nog eenigen tijd noodig te hebben, al-
vorens een beslissing te 'unnen nemen. Blijkens
zijn mededeelingen acht h een verplichte ziekte-
I verzekering wel gewenschi Zelfs had hij geen br-
zwaar, om de plannen va zijn ambtsvoorganger,
de Ziektewet 1913, zij ht dan ook met eenige
wijziging in te voeren, teniitvoer te brengen. Aan
de in de maatschappij o'gekomen vrije organen
wensc'hte hij de noodlge aandacht te schenken,
m.a.w. de bijzondere ziéengeldregelingen zullen
zooveel mogelijk bij de wt erkend worden. Maar
alvorens tot definitieve vorstellen over te gaan,
zal eerst nog eens worden nagegaan, welke lasten
een en ander voor het bedrijfsleven zal mede
brengen. Afwachten is dis de boodschap.
Ai beidei sloonen Moeilijkheden inzake de ar
beidersbescherming. Iets over arbeids-
verzekering.
Van. meer dan één zijde wordt in den laatsten
aangedrongen op loonsvermindering. Zoodra wordt
de winst niet wat klein, of de loonsverlaging wordt
aangegrepen als het middel om het bedrijf weer
wat op streek te helpen.
Nu kan het natuurlijk steeds voorkomen dat een
bepaalde onderneming met moeilijkheden te
kampen 'heeft, die door loonsverlaging 'kulnnen
worden overwonnen. iHet spreekt dan vanzelf dat
een dergelijk geneesmiddel hoe onaangenaam dan
ook voor betrokkenen, moet worden toegediend.
En in die gevallen zal dit middel ook maar tijde
lijk worden toegepast.
Als algemeene verbetering lijkt ons een toe
diening ihiervan minder gewenscht. Het moge dan
voor enkele ondernemingen nuttig en noodig zijn,
over heel de linie toegediend zou het al spoedig
voeren tot een algeheele verarming, die de koop
kracht van een groote groep van ons volk ernstig
zou drukken. 'Het tegenovergestelde van wat men
wenscihte zou gebeuren; in plaats n.l. van een
toeneming van handel en industrie, zou stilstand
het gevolg zijn.
In het practische leven schijnt deze theorie be
vestigd te worden. Zoo kwamen in den laatsten
tijd zoo goed als geen veranderingen in de loonen
tot stand. Voornamelijk blijkt dit uit de vernieu
wing van de collectieve contracten, die bijna zon
der wijzigingen plaas vonden. Er moge hier of daar
dan en kleine veranderingen zijn aangebracht,
door verlaging der vroegere loonen of door intrek
king van gelegenheidsuitkeeringen; van principi-
eele beteekenis waren deze niet. Zoo werd in de
Waalsteen-industrie bet loon verlaagd met 1 cent
per uur, terwijl in enkele tuinbouwbedrijven m
Zuid-Holland en in enkele exportslachterijen in
Brabant een kleine verhooging plaats vond. Slechts
in één bedrijf werd een belangrijke verlaging voor
gesteld, n.l. in 't veenbedrijf in Drenthe. Hier ia
de toestand inderdaad moeilijk. De exploitatie is
verre van loonend, terwijl van Regeeringszijde
geen steun verwacht kan worden. De ondernemers
meenden dan ook met krasse maatregelen te moe
ten komen en stellen voor de loonen te brengen
op het peil van 1914, wat een vermindering van on
geveer 40 procent zou 'beteekenen. Wanneer men
nu weet, dat het algemeene indexcijfer dat van
1913 op 100 gesteld thans staat op 143, dan be
grijpt men, dat de betrokken arbeiders hiervoor
weinig voelen. Want ontegenzeglijk is het leven
sedert 1914 duurder geworden en is er dus om te
leven, naar verhouding, thans' meer geld noodig
dan in 1914. Om de toestanden in de veensteken
te verbeteren, zullen dan ook andere middelen, b.v.
emigratie, noodig zijn.
Eigenaardig is, dat in verschillende gemeenten
tot loonsverlaging wordt overgegaan. Meestal ge
schiedt dit omdat bij ingestelde onderzoeken naar
de arbeidsvoorwaarden in bet particuliere bedrijf
blijkt, dat 'het loonniveau in die bedrijven alleszins
een verlaging van de gemeenteloonen rechtvaardigt.
Groot blijven ook nog steeds de moeilijkheden
inzake de arbeidersbescherming. Deze vloeien
hieruit voort, dat men met twee partijen te doen
'heeft, n.l. werkgevers en werknemers. Wat de
eene groep noodig acht voor de instandhouding
van het bedrijf, 'kan door de andere groep dikwijls
niet worden aangenomen. En het ontbreekt nog
steeds aan voldoend overleg, anders zou vanzelf
de oplossing gevonden worden,
In dit verband kunnen wij b.v. wijzen op de
moeilijkheden, welke zich bij de regeling -van den
arbeidsduur in het metaalbedrijf te Rotterdam
'hebben voorgedaan. Ook de kwesties inzake do
door den Minister van Arbeid te vcrleenen over-
werkvergunningen spreken hiervan. Ook de taak
van den Minister in deze aangelegenheden is niet
zoo gemakkelijk en er worden aan een dergelijk en
bewindsman dan ook terecht hooge eischen ge
steld.
Aan de ondernemingen, die door den hoogen
waterstand niet konden werken en toch hun per
soneel het volle loon uitkeerden een maat
regel die ons zeer sympathiek schijnt werden
o-verw rkvergunningen verleend.
Omtrent de in te voeren ziekteverzekering kon
de betrokken Minister nog geen positieve mede
deelingen doen. Het blijft dan ook een moeilijke
aangelegenheid. Vooral het systeem der verzeke-
Iets over de stoompan.— We weten dat er
dikwijls 'heel wat nuttige zouten en sappen (de
„kracht" zooals men het ii den volksmond noemt)
van groenten worden weggeworpen met het af-
kookwater. Ten einde nu alle voedingsstoffen te
behouden, maakt men geiruik van de stoompan,
waarbij men nog het voorleel heeft, dat er maar
een gas- of ander stel notdig is. Het 'koken duurt
langer, want het duurt isn poosje, voor overal
in de stoompan een temperatuur van 100 gr, be
reikt wondt. In het kort gezegd bestaat de stoom
pan uit een groote bus, waarin men kokend water
doet. Op een voet in dat reservoir worden op
elkaar passende pannen gezet. De groote bus wordt
gesloten. Boven in zit een gaatje om den stoom
te laten ontsnappen. Het voordeel van het koken
met stoom is, dat de verschillende spijzen nooit
kunnen aanbranden, noch overkoken, terwijl de
pannen veel minder te lijden hebben, dan b;j
koken direct op het vutr. Het kokende water
moet steeds bijgevuld worden, omdat het natuurlijk
verdampt. 'Ook moet men er op letten, dat men
bij droge spijzen als boonen, rijst, enz. steeds water
doet, al hoeft dat niet zooveel te zijn, als bij ge
woon 'koken. Verder moeten gerechten, 'die het
langst moeten koken om gaar te worden, onderin
geplaatst worden. Eén nadeel van dé stoompan
is echter, dat er geen gerecht in kan ge
kookt worden, waarin eigenlijk geroerd moet
worden. Dit zou gaan klonteren. Het dikwijls ge
uite bezwaar, als' zouden 'de spijzen in de stoom
pan naar elkaar gaan smaken, is geheel onge
grond. Zoolang ze koken is dat niet het geval!
Alleen als de gerechten in de pan koud zouden
worden, zou men die kans loopen. En daarom
dient men er steeds 091 „te denken, dat men de
pannen, zoodra 'het koken gedaan is, direct van
elkaar neemt.
Geen beter geschenk, dan een nuttige wenk.
Bruine schoenen kunnen donker gemaakt worden
door ze met een flanellen lap, in ammonia ge
doopt, te wrijven. Herhaal dit een of twee keer en
poets ze dan op de gewone manier.
Doe een paar druppels olijfolie in- het water,
waarin U zeemlederen handschoenen wascht. Ze
zullen dan niet hard en stijf worden, zoodat de
handschoenen niet zoo gauw zullen slijten.
Gooi het stijfselwater na waschdag niet weg.
Als U Uw stoep zoo mooi blank schrobt, moet U
het stijfselwater voor naspoelen gébruiken, in
plaats van gewoon water.
Gelijke deelen olijfolie en azijn zijn het beste
reiniginsmiddel voor linoleum, dat men zich den
ken kan.
Breng zijde nooit direct in aanraking met zeep.
Wanneer U zijden stoffen wascht, gébruik dan
alleen zeepwater. Voorzichtig uitknijpen. Steeds
eenige 'keeren naspoelen in lauw water.
Schimmel (z.g. het „weer") in linnengoed ver
wijderen we op volgende manier. Maak de vlek
ken nat. Wrijf ze flink met zeep in. Schraap wat
krijt tot poeder en wrijf dat ook flink op de vlek
ken. Daarna 'het goed op de gewone manier was-
scihen.
Voordat U eigengebakken koek, cake, of ander
ge'bak in een luchtdichte trommel wegsluit, moet U
ze eerst geheel koud laten worden.
Nieuw blikwerk (bakvormpjes, enz., enz.) in de
'keuken, moeten we, voordat we het in gebruik
gaan nemen, met versche reuzel insmeren en dan
goed heet laten worden in den oven. Het zal dan
later nooit roesten.
Jong echtgenoot: Toen ik gisteravond thuis kwam,
'had mijn vrouw mijn stoel bij den haard geschoven,
mijn pantoffels stonden klaar, mijn pijp lag gestopt,
mijn huisjasje lag gereed en
Oudere vriend: Hoe vond je die nieuwe hoed van
je vrouw?
Marietje was naar den tandarts geweest. O, mam
mie, zei ze, U zei, dat het een pijnlooze tandarts
wasl
Nu, was dat dan niet waar?
Nee, mammie, want toen hij zijn vinger in
mijn mond stak en ik er op beet, schreeuwde hij
net als een gewone man!
Wie was de grootste leugenaar, Henkie?
Stilte.
Kom, vent, dat moet je toch weten?
Ja meester, ik weet natuurlijk wel dat het
Ananias was, maar, dan is er nog mijn kleine broer
tje!
Ja, mijn tante van buiten stuurde me een post
wissel voor mijn verjaardag.
Fijn, dan kun je mij die f 10.terug geven,
die ik je geleend heb.
Nou, wacht nou even, laat ik je nou eerst de
rest van mijn droom vertellen.
U zoudt een zeer goed danseur zijn, als U twee
dingen niet had.
Welke dan?
Uw voeten.
Eet je rijstpudding nu netjes op, Jan.
Nee, moeder, ik 'hou niet van rijstpudding.
Nou lieverd, 'doe dan maar toch net of je er
wel van 'houdt.
.Neen moeder, ik zal net doen, of ik er toch wel
van eet!
Vriend: Waarom moet een rechter zoo onbewogen
kijken?
Rechter: Als hij eenige belangstelling in het ar
gument van den verdediger zou toonen zou die
kerel nooit ophouden!
Vriend: Heb je dat gedicht aan iemanid' voorge
lezen?
Dichter: Neen.
Maar hoe kom je dan aan dat blauwe oog?
Ik val 'hier voor je in het stof, zei de ver
liefde jongeman, terwijl hij op den vloer van den
salon op zijn knieën zonk.
Je moet geen leugens vertéllen, zei de be-
leedigde schoone, ik heb de 'kamer vanmorgen
zelf aangeveegd.
Snik: Ik viel vannacht met mijn hoofd tegen de
piano.
Snak: Pijn gedaan?
Snik: Neen, ik viel gelukkig met mijn hoofd op
den zaöhten pedaal!
Twee dieven vielen een man aan, die er niet
zoo gevaarlijk uitzag. Maar al spoedig ontwikkelde
zich een gevecht en de dieven ontvingen van den
man zulke „doorslaande" bewijzen van kracht, dat
zij al gauw spijt begonnen te 'krijgen van hun plan.
Maar eindelijk slaagden zij er toch in, hem te be-
rooven. Tot hun groote teleurstelling had de man
niet meer dan een kwartje in zijn zak.
„Wat een geluk,'' zei een van de roovers, „dat
hij geen gulden in zijn zak had. Dan had hij ons
zeker dood geslagen."
Zoonlief studeerde in Leiden en Pa, dien de zoon
in geen 5 jaar gezien had, kwam uit Indië over.
De student zond zijn vader 'het volgende bericht:
ben 'bang, dat ik U misschien niet zoo gauw zal
'ben bank, dat ik U misschien niet zoo gauw zal
herkennen. Wilt U daarom, als herkenningsteeken
'bij aankomst aan het station een bankbiljet van
f 100.in Uw handen houden?
Het gebeurde in het Wilde Westen. Een zeer
ongunstig uitziend man liep het kantoor van een
advocaat binnen. „Ik heb gehoord,'' zeide hij,
„dat jij nogal een handige kerel bent. Ben je erg
duur?"
„Niet bijzonder," zei de advocaat.
„Wat zou je rekenen om iemand te verdedigen,
die een ander vermoord heeft?"
100 is mijn prijs voor een moordzaak.'1
De man knikte en ging brommend heen. Een uur
later kwam hij terug, legde 100 op de schrijftafel
van den advocaat en zei: „Ga je gang nou maar.
Ik heb 'm 'kapot gemaakt."
Een jonge, elegante vrouw ging op reis en kwam
haar paspoort halen.
Het spijt me mevrouw, zei 'de klerk, er is een
fout gemaakt. Hier staat dat Uw haar donker is,
in plaats van licht blond.
O, nu, zei de dame, wat zullen we doen, wilt U
het veranderen of zal ik het doen?
Enthousiast vader: Josefientje gaat met sprongen
vooruit op de piano!
Buurman: dat dacht ik al! In kon nooit gelooven,
dat zij al dat lawaai alleen met haar handen kon
maken.
Een man had zijn vriend al geruimen tijd ver
veeld met een opsomming van de uitnemende hoe
danigheden van zijn 'hond. Op eens zag hij een
groote, roo'd? kat op den weg loopen. Pak ze! riep
'hij tot den hond. De hond gaapte eens, keek zijn
-baas aan, ging toen zitten en krabde bedachtzaam
aan zijn oor.
Rood van opwinding bulderde de baas den bond
toe, den kat te pakken. Zonder resultaat. De hond
ging 'kalm liggen slapen en verroerde geen vin.
Buiten zich zeiven riep de eigenaar tot zijn vriend:
Wat zou jij nu van zoo'n hond maken?
Worst, zei de vriend lakoniek.
oqooooooooooooooooooooooocoooooooooooooooooooooooooocxxxxmoooooo'
VERKOUDHEID voor VOLWASSENEN een
BEZWAAR, is voor zuigelingen en kleuters een
GEVAAR. Van elke honderd kinderen, die be
neden het jaar sterven, gaan er twintig dood aan
longaandoeningen. Moeders, houdt daarom ver
kouden en hoestende personen uit de buurt van
Uw kleinen.
oooockxx)oooooooooooocxxxxxxocxxxxxxx)cxx)oooooooooc)Oooooocxx)OOOooo
WETENSWAARDIGHEDEN.
Is het U bekend:
dat we in Maart een uur zonlicht meer per
dag winnen?
d a t volgens de traditie Noach op 17 Maart in
zijn ark ging?
'd a t Maart afkomstig is van den Romeinschen
naam voor deze maand: Martius, en dat de Ro
meinen deze maand aan hun oorlogsgod „Mars"
wijdden?
dat Keizer Numa, door de maanden Januari
en Februari aan den kalender toe te voegen, Maart
van zijn oorspronkelijke positie als eerste maand
des jaars verdreef?
dat er onder de Engelsche kiezer 11 mannen
zijn op elke 8 vrouwen?
dat Amerikaansc'he 'bezoekers aan Londen elk
jaar ongeveer 250 millioen gulden in die stad uit
geven?
dat bij de vulkanische uitbarsting van Kraka-
tau (Java) in 1883 35.000 menschen om het leven
kwamen op de kust van Java en Sumatra door een
vloedgolf?
dat de zon toen verduisterd werd door een
dikke intense duisternis?
dat stoom en rookzuilen de lucht in spoten,
vele duizenden meters hoog?
ld' a t in Batavia, dat op 96 mijl afstand ligt, de
ruiten braken en de straten bedekt werden met
een dik grijs poeder?
dat er op Java vele heetwaterbronnen zijn?
dat het leger der overwinnaars van Waterloo
slechts uit 67.000 man bestond (Engelschen, Schot
ten, Ieren en Duitschers)?
GEVONDEN VOORWERPEN
Terug te bekomen bij: Tooment, Boschlaan 6,
B'oemendaal, een manchester kussentje; J. Walter,
Bloemendaalscheweg 117, Bloemendaal, een klein
zwart hondje met 'Haarlemsche belastingpenning
No, 2480; S. Beijer, Rijksstraatweg 29, Schoten,
een paar grijze dameshandschoenen; A. Jonker,
Bloemendaalschestraatweg 135, Jan Gijsenvaart,
een"- dameshoed; Specht, Zuidertuindorpslaan 6,
Overveen, een slinger van auto; Kennel „Haarlem",
een bruin hondje; N. v. d. Meer, Koedieflaan 22,
Heemstede, een ihandtascbje t. n. van H, Scheij;
Bode Raadhuis, Overveen, een heerenparapluie;
A, L. Winter, Graaf Florislaan 4, Vogelenzang,
een postduif en een rijzweep; N. Paap, Celebes-
straat 9, Schoten, 'n paar heerenhandschoenen; van
Excel', Frankestraat 41, Haarlem, een zilveren siga
rettenkoker; A. Martin, Delftstraat 26, Haarlem,
een bruine pet; J. Heinsbergen, Noordertuindorp-
laan 5, Overveen, een bruine kinderhoed; aan bet
bureau van politie te Overveen, een beertje
(kinderspeelgoed), een huissleutel, een maandabon
nement tram t. n. van E. van Dam, een zwem
broek.
KERKAGES1D&
ZONDAG 18 JULI.
BLOEMENDAAL
MED. HERV. GEMEENTE, voormiddag 10 uur,
Ds. J. C. van Dijk.
Bidstond Zaterdag 17 Juli, 's avonds 9 uur
in de Consistoriekamer.
JONGEI 'EDENSAMENKOMST in gebouw „Mara-
nathades voormiddags 10 uur.
de heer J. IJserinkhuijsen van Amsterdam.
GEREFORMEERDE KERK, voormiddags 10 uur,
Ds. J. C. Brussaard. Nam. 5 uur dezelfde.
Voorbereiding H. Avondmaal.
AERDENHOUT.
„RELIGIEUZE KRING" Aerdenhout—Bentveld.
Vereenigingslokaal Eikenlaan 5, v.m. 10.30 u.
Ds. A. P. v. d. Water, Doopsg. Pred. te
Oppesum.
SANTPOORT
NED. HERV. GEMEENTE, voormiddags 10 uur,
Prof. Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga.
Onderwerp: „Gij zult Uzelven liefhebben"
Lukas 10 27.