De resultaten van het onderwijs, Het Btaeniendaalscfo Weekblad. Gesprek tusschen Wim en Peter. Kennis der Ned. taal slecht en onvoldoende Het onderwijs te weinig gericht op net practische leven. TOONEEL. PLAATSELIJK NIEUWS. Peter: Wel Wim, wat zeg je van de lente? Wim: Het is nog niet zooals het zfln moet. Des avonds en des nachts vriest het nog knapjes, terwijl men overdag nog best zijn win terjas kan aan hebben. Peter: Het wordt nu wel eens tijd, dat we zachter weer krijgen, dan komt tenminste een beetje leven in onze gemeente. In den winter gaat er hier maar weinig om. Wim: Daar heb je gelijk aan. Peter: Heb je al iets gehoord of we van den zomer wederom H.O.V.-concerten in het Bioe- mendaalsche bosch krijgen Wim: Neen. Peter: De couranten schrijven druk over 't jubileum van de vereenlging Bloemendaal's Bloei. We zouden een feestvergadering hebben maar deze is uitgesteld. Weet je tot hoe lang' Wim: Ik hoorde, dat in de maand Augustus het 25 jaar geleden is, dat de Vereeniging op haar statuten de Kon. goedkeuring kreeg. Den kelijk zal dan een feestavond gehouden worden, die klinken zal als een klok. Daar is tenminste groots kans op. Peter: Van het eene kom je op het ander. Denkende aan de vereeniging Bloemendaal's Bloei, gaan mijn gedachten terug naar den tijd dat de Zeeweg werd aangelegd. Wim: Wel hoe zoo? Peter: Wil ik je eens wat zeggen, hoe ik denk over het aanleggen van dien weg? Wim: Ik ben benieuwd het te weten! Peter: Ik denk er zóó over: de neringdoen den hebben er geen voordeel van gehad. Wim: Dat moet je me toch eens uitleggen. Ik hsb er de meening over, dat, wat ge daar zegt, toch misschien wel aanvechtbaar is. Peter: Ik meen, dat het er zoo mede staat: De menschen komen van andere plaatsen en trekken niet meer onze gemeente in, maar gaan over den Julianaweg rechtdoor naar den Nieu wen Zeeweg en het Bloemendaalsche strand. Kraantje Lek b.v., wordt allang niet meer zoo druk bezocht, als toen de Zeeweg er nog niet was. Wim: Ja, dat kan wel zijn. Maar dat neemt niet weg, dat ik toch het aanleggen van den Zeeweg niet bejammer. Hoe vaak rijd ik er met myn auto over en hoe geniet ik dan van dien mooien weg Peter: Laat me er maar over zwijgen! Nu ik het toch heb over onze mooie gemeente, denk ik ook aan de verandering, die in het Bloemen daalsche Bosch is aangebracht. Wim: Ja, dat is niet van gisteren! Peter: Wil ik je eens wat zeggen? Ik her inner me nog, hoe het Bosch vroeger was met de kom van Saxenburg als geliefdkoosd plekje, waar jong en oud des zomers zoo heerlijk kon genieten en waar men nog zoo heerlijk kon ge nieten van de natuur, dat heerlijk stukje bosch waar honderden dagjesmenschen, gevlucht uit bedompte en nauwe steegjes en slopjes, zoo echt fijn konden zitten terwijl ze hun kinderen on gehinderd konden laten stoeien en ravotten in het groene gras. Wim: Ja, dat al is uit een verleden tyd! Peter: Dat mag je wel zeggen! Het bosch is in een park veranderd en het is uit met de vrij heid. Men mag nu op daarvoor aangegeven paatjes loopen en op harde banken zitten en door een traliehek naar hertjes kijken. Wat is het gevolg geweest van deze veran deringen? De menschen van buiten komen niet meer, waardoor de neringdoenden in onze ge meente gedupeerd worden, want die buitenmen- schen lieten hun geld rollen, k gun gaarne alle menschen het goede en dus kun je begrijpen, hoe het me soms te moede is. Wim: Ja, je bent een kerel met een hart van goud. Als alle menschen zoo waren als jij bent, dan was er geen kwaad in de wereld. Maar, wees nu niet zoo mismoedig. Wat geeft het of je al ontstemd wordt. Gedane zaken nemen nu eenmaal geen keer Hoe te komen tot ander resultaat? Verscheenen is het rapport van de door het hoofdbestuur der Ned. Maatsch. voor Nijverheid en Handel te Haarlem ingestelde commissie in ake doelmatige onderwijsorganisatie. De commissie heeft door een enquête bij lei ders van groote bedrijven getracht een inzicht tc krijgen omtrent wat het praetische leven verwacht van de leerlingen, die algemeen vor mend lager resp. middelbaar onderwijs lubber genoten, teneinde daarin een basis te '-inden voor eventueele hervormingsvoorstellen. Uit de antwoorden, op de enquête ontvangen, bleek de commissie van een algemeens ontevre denheid over de resultaten van het lager onder wijs hier te lande, in het bijzonder voor zoover het bedoelt eindonderwijs te geven. Het bestaan van zoo groote onvoldaanheid wijst naar de commissie meent, wel op de dringende nood zakelijkheid van verbetering. De tot uiting gekomen critiek noemt zij in hoofdzaak als volgt te kunnen samenvatten: Ie. de leerstof, die in verschillende antwoor den ook te uitgebreid wordt genoemd, is in de lagere school onvoldoende verwïrkt; 2e. de kermis der Nederlandscbe taal is slecht en onvoldoende. Een overgroot deel van de leerlingen, die lager eindonderwijs hebben geno ten, is niet in staat zich op eenigszins behoor lijke wijze mondeling of schriftelijk in de Nedir- '.andsche taal uit te drukken. Uok over slordig en slecht schrift wordt algemeen geklaagd; 3e. wat op school geleerd w.ordt is te weinig gericht op het praktische leven. Rekening houdende met wat in het buitenland blijkt te bestaan meent ds commissie ter tege moetkoming aan de gebleken bezwaren de vol gende voorstellen tot reorganisatie van het lager onderwijs te moeten doen. Zoodanige verlenging van den leerplicht, dat overbrugd wordt de kloof, die nu nog bestaat tusschen hét eindigen van den leerplicht en het tijdstip, waarop de Arbeidswet arb:id toestaat. Na een vierjarige algemeene grondschooi worde gedifferentieerd naar gelang de kind: ren voor middelbaar (voorbereidend hooger) dan wel voor lager eindonderwijs b:stemd zijn. Voor deze differentiatie en voor de aansluiting tus schen het lager en het voortgezet onderwijs bi- veelt de commissie aan 't systeem dat in onder wijskringen bekend is ondsr den naam van het- Haagsche stelsel. In de vierjarige grondschooi zal in tie eerste 'ilaats nadruk gelegd moeten worden op Ned:r- Iandsche taal, lezen, schrijven en rekenen; de andere vakken mogen in deze school slechts een ondergeschikte plaats innemen. De gelegenheid moet bestaan om nieuwe onderwijsstelsels als het Montessori-, het Dal- ton- en andere stelsels toe te passen. Voorts acht de commissie het gewenscht by het geheele lager onderwijs voor zoover prak tische en financieele bezwaren zich niet daar tegen verzetten een plaats voor den handen- irbeid in te ruimen. Bij de te behandelen leerstof in de hoogere klassen van de gewone lagere school moet in het bjjzonder met de eischen van het praktisch 'even worden rekening gehouden. Tot zoover hetgeen de commissie zegt ten aanzien van het lager ondtrwijs. De commissie zegt verder in haar rapport het volgende: Ook over de resultaten van het algemeen vormend middelbaar onderwijs bljjkt viel onte vredenheid te bestaan. Ook hier wordt geklaagd over onvoldoende kermis van de Nederlandsche taal, niet in staat zijn de gedachten mondeling en schriftelijk onder woorden te brengen, opper vlakkige kennis en het niet genoeg gericht zijn van het onderwijs op de eischen der praktijk. De commissie heeft in de eerste plaats over wogen de mogelijkheid van een radicale reorga nisatie van het middelbaar onderwijs in dien geest, dat alle leerlingen zoolang mogelijk op ién school zouden worden samengehouden met gelegenheid om uit een groot aantal vakken diegene te kiezen, die het meest bij hun aanleg an toekomstige vooruitzichten passen, terwijl zoo laat mogelijk tot splitsing naar verschil- 'ende studierichtingen zou worden overgegaan Op grond van praktische overwegingen heeft de commissie intusschen besloten bij hare voor stellen uit te gaan van wat eenmaal hier te bande bestaat. Voor de driejarige H. B. S. is in haar systeem geen plaats meer. De typ:n voor algemeen vor mend middelbaar en voorbwjd'md hooger on derwijs blijven de vijfjarige H.B.S. en het Gym nasium maar de commissie wil aan alle leerlin gen, die van de lagere school komen en mid delbaar of voorbereidend hooger onderwijs zul len genieten, één jaar hetzelfde onderwijs geven en eerst daarna overgaan tot de splitsing naar H.B.S. of Gymnasium. De H.B.S. wil zij dan evenals nu het geval is, na afloop van het derde leerjaar splitsen in een litterair-economische en een wis- en natuurkun dige afd:eling. Voor deze beide afdeelingen be- nleit zij een systeem van kern- en keuzevakken. Kernvakken zijn die onmisbare vakken, welke Ilse leerling verplicht moet volgen. Uit de keuze vakken kan een keuze worden gedaan, naar gelang van aanleg en bestemming van den teerling. Voor het geheele middelbaar onder wijs acht de commissie verplicht onderwijs m gymnastiek en lichamelijke oefening noodig en ook handenarbeid acht zij van zeer groot belang. werk. Wie van firstclasse kleeding houdt, tegen niet te hoogen prijs, make met deze firma eens kennis. HAARLEM. OPENING SIGARENMAGAZIJN J. REINDERS. J.l. Dinsdag opende de heer J. Reinders een keurig ingericht sigarenmagazijn aan den Zijl- weg 137, b(j het viaduct. De ondernemer heeft kosten, noch moeite ontzien, om het verbouwde perceel naar de eischen des trjds te arrangeeren. De winkel is voorzien van een ruime keuze si garen van de beste merken. Stofvrije vitrines geven aan het geheel een modern cachet. Ter gelegenheid van de opening werd de win kel door fraaie bloemwerken versierd. Den -on dernemer inmiddels onze beste wenschen. BLOEMEND AAL. Gevonden en terug te bekomen byJ. J. de Waal Malefjjt, Korte Zjjlweg 23, Overveen, een schooltasch; v. d. Geer, p/a Kol, Bloemen- daalscheweg 228, Overveen, een vulpenhouder; B. M. de Vries, Kinheimweg 51, Bloemendaal, een wetboekje van accijnzen; Prenen, Domp- vloedslaan 5, Overveen, een rijwielbelasting- merk 1930/31; J. Veen, Zjjlweg 288, Haarlem, een wandelstok; Plat, Zandvoortschelaan 283, Zandvoort, een ruigharige foxterrier; aan den politiepost te Aerdenhout, een paar wollen heeren-handschoenen; aan het bureau van politie te Overveen, een Lipssleutel, no. 16385, een glacé handschoen, een bruine kinderhandschoen, een wildlederen heerenhandschoen. BEVOLKING. Opgave van 26 Maart2 April '31. Gevestigd: H. Willemse, Verbindingsweg 59, Bloemendaal; H. A. IJff, Prins Hendriklaan 112, Overveen; C. J. Engbertsen, Koeduinweg 2, Aerdenhout; Th. P. Beccari, Kastanjelaan 43, Bloemendaal; W. H. Scholts, Letjweg I no. 4, Vogelenzang. treffen, dat de moordgeschiedenis uit dit stuk bizonder veel gelijkenis vertoont met hetgeen in een lugubere, onlangs te Rotterdam voorge komen zaak, om den hoek kwam kyken. Eduard Veterman en Karei Brinkman zorg den voor een intiem decor. M. van Wesel voor een vlotte vertaling, terwijl Cor van der Lugt Meiseri in dramatische kracht alles overtrof, wat wy tot dusver van hem zagen. Eigenaardig dat ook hier zich weer een herinnering aan Shakespeare opdringt. Maurice en Lady Macbett toonen gelijkenis. Het maakt ons klein te gevoelen, dat dit stuk waarachtig is en wy dus allen min of meer deel hebben aan de on begrepen en onbeheerschte gevoelens, driften en ziel toestanden, waarmede deze twee menschen elkaar ten gronde richtten. Wie niet bang is om een blik te slaan in de giftige, gloeiende vulkaan, opwellende in ons eigen donker zielsleven en een minnaar is van sterk tooneelspel, hij ga vroeg of laat dit stuk zien of nog eens zien. De vorigs week sloot aldus met meer dan plus voor den Haarlemsehen Stadsschouwburg. paal vindt zijn oorzaak hierin, dat het voor auto's en andere motorvoertuigen, die den wig inrijden, er zeer moeilijk keeren is, zóódat ze wel genoodzaakt zijn den weg achteruit rijdende te verlaten. En don kan een botsen tegen den paal w-Th-iast niet u5H}W*ve*\ Hos te r?1'"1 dat aal 36 W ln' Maal' niet telkenmale de Duinwijckweg van licht is verstoken? Naar onze meening, aldus een onzer anders ik Wim: Kom, houd je nu bedaard. Peter: Nu iets anders. Kort geleden kwam mij ter oore, dat Sursum, ons Bloemendaalsch muziekkorps, van dit jaar geen winteruitvoe- ring zal geven en wel bjj gebrek aanbe langstelling. Hoe vind je dat? Wim: Ja, wat zal ik je zeggen? Je weet, dat ik van een gezellig praatje houd. Maar muziek.. Peter: Het wordt hier anders een doode boel. Voor veel is hier geen belangstelling. Wim: Hoe dat zoo? Peter: In Santpoort is er b.v. een tooneeiclub en twee zangkoren. In Bloemendaal is een too neeiclub en een zangkoor geweest, die beide hier geen opgang maakten, met gevolg dat de tooneeiclub naar Heemstede ging en 't zangkoor ontbonden werd. Hoe zou het toch komen, dat men hier voor zoo weinig dingen voelt,? Wim: Ja, dat kan aan velerlei liggen. Maar weet je wat: schrijf ereens een prijsvraag over uit. Het uitschrijven van een prijsvraag ligt in de lijn van den tijd. Praat er eens over met de exploitante van het „B. W.", wellicht gevoelt die er iets voor! Peter: Nog iets. Hoe denk je over het ver bod, dat er in onze gemeente geen draaiorgels mogen zijn, en dat harmonicaspelers geweerd worden. Wim: Het zal 'm daarin zitten, dat we de radio hebben en dat de autoriteiten denken, dat we óók te veel van het goede kunnen krijgen. Peter: Het ging er anders in onze gemeente vroeger veel gemoedelijker toe. Wim: Daarin sta je recht! Ik las in de courant, dat dit laatst ook is gezegd op een vergadering van Bïoemendaals Bloei. Maar ver geet niet, dat de oude tijden niet weerom komen. Peter: Je hebt alweer gelijk! Tot weerziens, Adio! VAN TWEE LANTAARNPALEN. Er staan op den Duinwijckweg twee lantaarn palen. De ere wordt altfid ongemoeid gelaten, maar de andere, in de bocht van den weg, worut meermalen omvergereden of er worUi door auto's tegen aan gebotst. Natuurlijk, na elke botsing springt het lampje en dan is de Duinwijckweg in het duister gehuld. Het ge beurt soms dat er eenige dagen verloopen vóórdat er een ander electrlseh lampje in den lantaarn is gezet. Waarom het zoo lang duurt? Het is onbekend. Men zou zoo zeggen: het kan toch eerder geschieden. Het aanrijden van den bedoelden lantaarn- medewerkers, is het eenige afdoende middel, dat de bestaande lantaarnpaal, nog van het ouder- wetsche type, vervangen wordt door een grani- tolantaarnpaal. Deze palen toch staan achter op het voetpad; terwijl de lange arm van de paal ver over het voetpad heen over den weg hangt, zoodat ae weg toch uitstekend verlicht wordt. Mogen we de aandacht van ons gemeentebestuur hierop eens vestigen in het belang van de bewoners ■- -. rVlj. oe weg blijvend goed verlicht is, en dat hij niet telkens in het duister wordt gehuld. BOTSING TUSSCHEN AUTO EN MOTORFIETS. Op den hoek van de Margarietenlaan en Zil- kerweg heeft een botsing plaats gehad tusschen een auto en een motorfiets met zijspan. Op den motor zaten, behalve de bestuurder nog twee andere personen. Door de aanrijding werd de motorfiets van den weg in het struikgewas ge slingerd. Persoonlijke ongelukken kwamen nier voor. Nadat de motorfiets uit het kreupilhoi r gehaald was kon de tocht, niettegenstaande eenige onderdeelen der fiets verbogen waren, voortgezet worden. De auto werd ligt bescha digd. Wie de schuld van dit ongeval moet dra gen is niet bekend. LEEREN CHAUFFEEREN. Tengevolge van een fout, gemaakt door een leerling-autobestuurder, wiens leermeester naast hem zat, is de auto, waarop beiden zaten, door het hek van Duin en Daal gekomen, welk hik geheel vernield is. De leerling-bestuurder ver klaarde zich dadelijk bereid de geleden schade te vergoeden. NEDERL. NATUURHISTORISCHE VEREENIGING. Men schrijft ons: Vrijdagavond sprak voor de afdeeling Haar lem van bovengenoemde vereeniging, de alge meene voorzitter, dr. Joh. van Burkom, over Memicry. Spreker begon met de defenstie Memicry beschermende nabootsing en behandelde daar na verschillende soorten memicry, toegelicht met taliooze voorbeelden. Zoo heeft men ten eerste de beschermende kleur. In overeenstem- dier, zoo spreken we van passieve memicry. Actieve zien we het sterkst bij het kameleon, dat beweeglijke cellen in de huid bezit, welke onder invloed van 't zenuwstelsel, naar de oppervlakte kunnen komen.'Wordt het netvlies door een bepaalde kleur getroffen, dan ver schijnt als reflex, die kleur bij het dier. Ook de zeelt laat een dergelijke kleurwisseling zien. Een ander memicry verschijnsel is het z.g. Verstekspiel, d.w.z. de dieren hebben of nemen dan een beschuttende gelijkenis, b.v. bij koker juffers, spanrupsen, wandelende takken en bla deren. Zelfs zijn er in Brazilië, cycaden, welke op bloemen gelijken. Dikwijls is er sprake van een waarschuwingskleur, voornamelijk zwart en geel of oranje, wat voor den vijand 't ken merk is voor: niet lekker smakend, b.v. bij wespen, zebrarupsen, vuursalamanders. Even wel zijn er dieren die deze kleurcombinatie vertoonen en wel genietbaar zijn. Deze zijn dan door hun kleur veilig. Van een dergelijk be schuttende 'gelijkenis kunnen we ook spreken bij: koekoek en sperwer, zeetong en pieterman. Met vele lantaarnplaatjes verduidelijkte spreker deze uiteenzetting om aan het slot een causerie te houden over de vragen: kunnen we het ontstaan van memicry verklaren en is me micry doelmatig? Hierover zijn vele hyphothe- sen geopperd, wetenschappelijk vastgesteld is er niets. Eene verklaring kan gevonden wor den in de natuurkeus, d.w.z. de minst opvallen de dieren hadden de grootste bestaansmoge lijkheid, plantten zich 't meest voort: het na geslacht bezat tenslotte cie aanpassende kleur. Spreker legde er den nadruk op, dat wij menschen, zelf onderdeel der natuur, voor alles een verklaring willen vinden. Van kind af vra gen we: „Waarom?" en zijn daardoor geneigd vooral doelmatigheid te zien in bovengenoemde gelijkheid in vorm of kleur. Echter, we moeten daarin voorzichtig' zijn en er ons eigenlijk over verwonderen, dat. de natuur bij betrekke lijk gering aantal gegevens een dergelijke ge weldige variabiliteit vertoont. De heer v. d. Plaats dankte den spreker met hartelijke woorden voor zijne boeiende voor dracht. Verder deelde de voorzitter mede, dat reeds prijzen beschikbaar gesteld zyn (een foto toestel, een zilveren plaquette enz.) voor den fotowedstrijd. Met een opwekking tot deelname aan dezen wedstrijd, waarvan de voorwaarden nader wor den bekend gemaakt, sloot de voorzitter de bij eenkomst. HAARLEM. „OLD ENGLAND", KLEVERPARKWEG 160. We vestigen de aandacht van' onza lezers op bovengenoemde zaak, welke sinds kort door den T\ n.li- 1 f-, nnM TJ' I ntrow ming met hunne omgeving, hebben de dieren eigenaar D. Smit, gevestigd is aan den Klever die ir 't Poolgebied leven, (ijsbeer, poolvos) een witt' kleur. Weidedieren (kikker, sprinkhaan) zijn veelal groen, stepp dieren (springmuis vos) geelgrijs, terwijl aan de oppervlakte der zeer doorschijnende dieren leven, 'b.v. Invallen. Is deze kleur ten allen t$de 't bezit van het parkweg. Hoewel de heer Smit geen onbekende is in de kleermakersbranche, door zijn groote vakkennis, meenen we goed te doen, deze vesti ging te publiceeren. De ondernemer specialiseert zich inzonderheid tot het produceeren van het betere genre maat* JEUGDLIEFDE. (Le pêcheur d'ombres De visscher naar scha duwen), tooneelspel in 4 bedrijven door Jean Sarment, j.l. Donder dagavond in den Stadsschouwburg. Over dit stuk viel een boek te schrijven. De vertooning laat zich niet bsschrijven, alleen doorleven en genieten. Omdat het de span ningen organisch uitbeeldt, die ontstaan uit de conflicten van de verpersoonlijkte Dichterlijk heid (Jean, Johan de Meester Jr.), de goedige Domheid (de moeder, Gusta Chrispijn-Mulder), de eerlijke Twijfel (Monseigneur Lescure, Wil lem van der Veer) de berekenende Kain's Ver standigheid van het Egoïsme (verpersoonlijkt in René, Paul Huf) en de verpersoonlijkte Am- binalentie (Nelly, Nel Stants). Dit is weer eens een tooneelstuk met inhoud. Hier waren geen bepaalde acteurs en actrices aan het woord en het handelen, maar hier sprak en handelde het Leven zelf door middel van zuivere instrumenten; en dit Leven grijpt ons beet, stelt zijn aangezicht vlak voor ons gezicht, plaatst zijn wil in onzen wil en voor andere overwegingen dan overgegevenheid aan inniger werkelijkheid dan de voor jan en alle man zichtbare en hoorbare van décors, costu mes en het goed vertaalde woord. Dank aan Johan de Meester Jr. in de eerste plaats. Welk een fijn mensch is deze acteur! Moge hij nog vele jaren zoo zichzelf blijven, zoo veelzijdig en toch zoo onbevangen en zoo volstrekt los van eiken drang om te behagen. Ook wegens de praestaties der anderen een avond om zeer dankbaar voor te zijn. T. MIJNHEER LAMBERTHIER. Tooneelspel in drie bedrijven door Louis Verneuil, RcX. Hofstad Too- neel. Stadsschouwburg Zater dag 28 Maart 1931. Dit is een wreed spel en van zoozeer dienst bare verliefdheid, 'dat zij de ware liefde dicht nabijkomt, en van tot obsessie geworden jalou- zie. Cor van der Lust Melsert en zijne vrouw Annie van Ees hebben alleen den geheelen avond de voile zaal in spanning gehouden zonder met z'n beiden 'door iets of iemand an ders te worden gesecondeerd dan door het decor, dat ook in eik bedryi hetzelfde was en 'dus het telefoontoestel met tweede luisteraar, dal eenige onzichtbare derden deed medele ven, in de eerste plaats de heer Lamberthier zelf, de achter de schermen blijvende hoofd persoon van 'dit drama. René Lauret blijkbaar een Parijsch criticus heeft van het stuk geschreven.dat de intrige in het karalrter der beide eebtgenooten ligt voorbeschikt. De eerste indruk is dat de man is rechtschapen naar onmogelijk jaloersch en op vliegend; de vrouw is een verlokkend verderf. Zij verzwijgt een vroegere eigenaardige ver houding met den ouderen rijken Lamberthier (hij kan zoowel de verleider van haar moeder zijn geweest als van haar zelve); zij moet om oen leugen (om bestwil gedebiteerd) te redden twee nieuwe bedenken, voor die twee weer vier enzoovoort, en wanneer de jaloersche driftkop van twee leugens er een ontdekt heeft en door die eene weer drie andere, drijft zijn ego centriciteit hem tot vertwijfeling en misdaad, ja als de remmen in hem goed los zijn, bijna tcc misdrijf tegen het eenige wezen zelf, dat hij behalve zich nog een beetje lief heeft en ten slotte is het toch weer zijn eigenliefde, die hem zich aan de justitie doe: overleveren, omdat hij behoefte heeft aan straf voor de daad, door hem met redeneeringen goedgepraat, maar door zijn geweten veroordeeld. Zij daaren tegen liegt met gevatheid, die in oogenblikken van spanning en gevaar de vrouw schyat te kenmerken, alles en nog wat aan elkaar, doch alleen om hem, haar held en afgod te doen le ven en overwinnen; en men kan zich een onge- speeld vierde bedrijf denken, waarin den man, die zijn straf heeft ondergaan, naast de vrouw, die hem trouw bleef, 'de schellen van de oogen vallen en waarin haar de kreon wordt gezet op het hoofd, zij het in een samenleving van twee gebroken menschen. Inderdaad is het zeer eigenaardig, ook Lauret wijst daarop, dat oen bekend luchtig blijspel dichter dit schrijnende stuk schreef. Zou in dit voor ons zielige menschen zoo moeilijke leven de luchtige grap niet meestal spelend een on dergrond bedekkend van diep en onverzetbaar leed? Behalve het narcisme van Maurice en zijn behoefte aan straf, geeft dit psychologisch leer zame stuk op Freudiaansch gebied, nog meer te denken. En het is een maatschappelijk eamen- 30 „BETER DAN VROEGER". Ned. Tconeel. Stadsschouwburg, Maart 1931. Men kan van Pirandello's stukken zeggen wat men wil, men kan de problemen, die hij ten tooneele voert uit een geheel andere ge zichtshoek bekijken, dan de schrijver, men kan zich de uitwerking dezer problemen anders denken,' doch één ding is zeker,'dat zijn proble men U naar huis begeleiden, wanneer ge uit den schouwburg huiswaarts keert, dat ge zoo ge alleen zijt, deze problemen nader overdenkt, met anderen bespreekt zoo ge met meerderen zijt. En dit is in den tegenwoordigen tijd een niet geringe verdienste, daar- we meestal afge scheept worden met stukken vol problemen, die eigenlijk geen problemen zijn. In „Beter dan vroeger" behandelt Pirandello eigenlijk twee problemen. Allereerst de strijd der vrouw, die gevallen is, cm weer een mensch- waardig bestaan op te bouwen, en ais twesde thema, dat met het eerste is sa.ir< ingeweven tot een eenheid, de onmogelijkheid op een leu gen een huwelijk op te bouwen. Fulvia Gelii, gehuwd met een bekend chi rurg, is 'At' haar gezin weggegaan, omdat bei der 'samenleven onmogelijk was. Haar leven ging sindsdien bergaf en een zelfmoordpoging voerde haar tot den rand van den dood. Op haar verzoek komt haar man, die haar door een operatie in het leven behoudt. Staande tus schen haar man en minnaar, gaat zij mui den eersten naar huis terug. Als tweede vrouw van haar man, als stiefmoeder van haar eigen dochter, die haar dcod waant en haar nage dachtenis als die van een heilige eert, keert zij in het gezin terug, om te ervaren, dat haar plaats ingenomen blijft door haar, die zij vroe ger was. Zy blijft de indringster, die door haar eigen dochter met haat wordt bejegend. En als tenslotte deze vijandigheid haar tot wan hoop drijft, bekent zij haar dochter wie zjj is, met het nu onafwendbare gevolg, dat zy gaan moet, doch nu bevrijd is. Ziehier in korte trekken de inhoud van dit drama, dat echter zyn kracht mede ontleent aan de steeds fijn psychologische dialoog, die de hoofdfiguren 'doei byblijven en die ons steeds in stukken van Pirandello byna nooit ont breekt en de rake kaïrakterteekening, die ons onze eigen fouten en gebreken voor oogen stelt. De voorstelling zelf stond op asn hoog peil en als ik namen noem is het allereerst Char lotte Kohier, die een groot deel van het suc ces voor haar rekening nam. Zooals zy Fulvia Yelli als een volkomen gave figuur in haar verschillende schakeeringen voor ons deed le ven, stempelt haar tot een van onze grootste tragediennes. Prachtig was haar 3tille spel, haar opstandigheid tegen het haai- overweldi gende noodlot, haar berusten in het onafwend bare tenslotte, een creatie van den allereer- sten rang. Direct hiernaast zou ik willen stel len Crys Voorberg als de minnaar Marco Mam-i, die alles voor zyn liefde offerende, by wijze van spreken langs dit drama loopt en zijn noodlot niet willende zien, daaraan ten onder gaat. De man van Fulvia, één van die rollen, die slechts voor de allergrootsten tot iets weaenlyks is te maken, werd door een al te theatrale en tra-dltioneele opvatting niet opgewerl-Ji tot die hoogte, waarop zich de an dere figuren bewogen. Willy Haak als het dochtertje Livia gaf een zeer rake typeering van het met haar moeder dwepende, haar stief moeder hatende, kind, terwyi onder de kleine rollen Anna Sablalrolles een aardige tante Er nestine te zien gaf. En nu moat my iets zeer pyrjyks van het hart. De manier, waarop het meerendeel van het publiek van deze abonneonentevorstelling rea geerde op stuk en spel, was beschamend voor het peil van hedendaagsche cultuur. Dat een klein gedeelte van het publiek de meerderheid door sissende geluiden moet wyzen op haar wanbegrippen omtnenit humor en leed, is wel dieptreurig. Dat een roodharige dame onder alle omstandigheden een bulderend gelach most uitlokken, leidt tot de conclusie, dat een groot deel van de tegenwordige schouwburg bezoekers niet' alleen weinig zich inleeft in de ten tooneele gevoerde problemen, doch feitelijk met de bedoeling naar den schouwburg gaat, om, indien dit maar eenigszins mogeiyk is, te lachen. Het moet voor hen, die aan den ande ren kant van het voetlicht staan wel een zeer pijnlijke gewaarwording zijn en ik hoop van ganscher harte, dat er altijd zal blijven een gezelschap als dit, dat den moed houdt, om on danks de degeneratie van den smaak van het publiek te blijven gewen stukken van een in- nsriyke waarde, en niet de waardelooze hoop „kasstukben", waarmede vele gezelschappen te genwoordig het bederf verder in de hand wer ken. J. H. wy concludeeren uit het bovenstaande en vestigen de aandacht der Consules Harlemlen- ses hierop, dat het publiek voor hetwelk de ab- onnamenltevoorotellingen niet haar lager tarief gegeven worden eigenlijk niet bevoegd is die by te wonen. Misschien is het ook een zaak voor de Haarjsmsebe Volksuniversiteit om een cursus van H. G. Cannegieter, Julius Hoog of J. B. Schuil over de tooneelkunst te organisee- ren. (Red. BI. W.) De 'krachtinspanning waartoe we in staat :iln> is ons zelf onbekend. Wij dragen in onze borst sluimerende -ioirphen. Vry raar P. HamjDa

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1931 | | pagina 5