TWEEDE BLAD Splijtzwammerij. Brokjes Levenswijsheid. De Menschenhater. Gemeenteraad. SCHAAKRUBRIEK. MUZIEK. I I Wel kijk. bet kamerlidmaatschap Kan velen nog bekoren; Het heeft van zijn aantrekk'lijkheid Blijkbaar niet veel verloren. Tt Zie Candida ten nog genoeg; Ik tel er wei driehonderd! Nu ja, 'k ben over dit getal a Nu niet zoo erg verwonderd, v Want Kamerlid in dezen tijd Is geen onaardig baantje. Het geeft en dat is óók wat waard! Nog niet zoo'n kwaad bestaantje. Dus binnen enk'le dagen staan Wij weer in duist're hoeken Al speurend met de potloodpunt Naar „onzen" man te zoeken. 'Of nee, de „man" is byzaak maar, Want „de partij" moet 't wezen. Oók keus genoeg wat dit betreft Is geen gebrek te vreezen! Er komen immers ied'ren keer Weer nieuwe ons verrassen, En 't uitgebreide stembiljet Gaat tot een boekdeel wassen! „Meer eenheid" is nu veler leus; Ja als die maar op tijd kwam; Maar 't allerbest gedijt wel hier De politieke splijtzwam! i (nadruk verboden) De herlezing van Molières Menschenhater heeft mij voor de zooveelste maal overtuigd, dat er niets nieuws is onder de zon. Wat wij aan de eigenaardigheden van den modernen tijd toeschrijven, blijkt eeuwen geleden in de zelfde mate de geesten te hebben bezigge houden. Men zegt, dat Molière in de hoofdpersoon van zijn blijspel zijn eigen gemoed heeft ont last. Wat had Alceste, de menschenhater van tweehcnderdvijftig jaren geleden, tegen zrjn tjjd in te brengen Hetzelfde wat de menscheh- haters van heden inbrengen tegen het door hen zoo verafschuwde moderne menschengeslacht. Alceste is een man van eenvoudige geestes gesteldheid, een man uit één stuk, die de din gen duidelijk en helder wil zien. Hij kan niet leven zonder te weten waar het op staat en niets prikkelt hem meer dan troebelheid en onzekerheid. Hij maakt ernst met het leven en kan ook alleen omgaan met menschen, wien het ernst is. En nu stemt het hem zoo verdrie tig, dat in zijn tijd de ernst is verdwenen en de menschen er zich niet voor gen-eeren, dat men het leven lichtvaardig opvat. De lichtvaardig heid is in de mode gekomen; alles is vervlakt en verdoezeld, men heeft de karakterloosheid tot maatschappelijk beginsel verheven. O, het is een gemakkelijke tijd! Men kan alles krijgen wat men maar wil. Maar het ver drietige is, dat ieder dit krijgen kan. Er is geen verdienste voor noodig, geen inspanning, geen bizonder talent. En Alceste kan alleen de ge schenken van 't leven waardeeren, wanneer ze een onderscheiding zijn. Roem? Eerbewijs? Uitblinken? Maar een beroemd man is geen uitzondering meer; de maatschappij wemelt van beroemdheden, en vraag niet, waaraan ze hun populairiteit dan ken. Merkwaardig, tweehonderdvijftig jaar voordat de plaatjeskrant uitgevonden is, welke de lezers in staat stelt met een jubileerende bakker of kaslooper van aangezicht tot aange zicht kennis te maken, klaagt Molière's Alceste er al over, dat het niets bizonders meer is, in de krant te komen: „Ook mijn huisknecht", zegt hij, „staat in de krant." En de „moderne liefde"? Ook zij bestond reeds in de eeuw van Molière. Alceste heeft een beminde, maar deze houdt er tevens een oneindige reeks vriendschappen in allerlei schakeering op na. Het zou te bekrompen z(jn, zich tot één enkele genegenheid te be perken. Alceste is niet jaloersch, maar hij is ver drietig, omdat hij zulk een houding niet kan begrijpen. Voor hem is de liefde voor Célimène het één en het alles. HU blijft haar trouw, wanneer al haar vrienden, overtuigd van be drog, haar verlaten. Maar als hij haar voor stelt, deze vooze maatschappij den rug toe te keeren en zich in een eenzaam oord samen af te zonderen, hoort Célimène verbaasd op. Hoe kan hij zooiets voorstellen, zooiets van haar verwachten; een (meisje van twintig kan de gezelligheid toch niet opgeven terwille Van de eenzaamheid met den geliefde? Ach, zelf3 het leed, dat men elkaar aan doet, i3 voos en karakterloos. Een gezonden slag in 't gezicht zou Alceste kunnen verdra gen, maar het gevoel, dait hij met valsche strijkages bedrogen wordt, maakt hem kregel. Men durft in dezen tijd niet meer ruiterlijk „neen!" zeggen; men paait elkaar met belof ten, die men niet meent en, nadat men elkaar de vleiendste dingen gezegd heeft, gaat men achterna elkaar heimelijk een hak zetten. Hoe kan een ouderwets eerlijk mensch het in zoo'n maatschappij uithouden? Is het niet leerzaam, deze klachten na twee en een halve eeuw nogmaals te hooren? Blijkt er niet uit, dat de tijd veel minder beteekent dan het zichzelf gelijkblijvend wezen van de rnenscheljjke natuur? Andere vraag: mag men als oprecht aan gelegd mensch zijn andersoortig geschapen natuurgenooten hun levenshouding verwijten; mag men als man van karakter in een ka- rakterlooze omgeving een menschenhater wor den? Of moet men, gelijk Alcestes vriend Philinte, schappelijk staan tegenover een men schengeslacht, dat nu eenmaal is zooals het is? Philinte acht het onmogelijk, de wereld t'e verbeteren en dwaas, van schepselen als de mensch de volmaaktheid te vergen. Hij maakt zich niet hoos over de fouten zijner omgeving, maar aanvaardt ze met een zachtzinnige ge moedelijkheid. Dit standpunt vindt hij even wijsgeerig als de zwartgalligheid van zijn vriend. Nog staan, als in Molières tijd, de twee op vattingen tegenover elkaar. En het is moeilijk, een keuze te doen. Ook nu nog vindt men tweeërlei naturen; de Alcestes en de Philintes leven ook thans ieder door hun eigen aanleg tot een eigen houding genoopt. Zij hooren bij een en vullen elkaar aan, gelijk licht en scha duw: de toegeeflijke, die met humor de onvol maaktheid der menschen doorziet als een noodzakelijk kwaad en de zwaartillende, wiens tragisch oordeel de wereld als een bitter me dicijn voor haar gezondheid behoeft. H. G. CANNEGIETER Een raadsvergadering, die nogal vroeg in de maand viel. De Paaschweek is blijkbaar min der geschikt voor vroedschapsbijeenkomsten en den laats ten Donderdag van deze maand heb ben we er de verkiezingen juist opzitten: ook al geen ideale dag voor een Raadszitting. Een vroegertje dus. De Raad was dan ook niet ge heel voltallig. De heieren Laan en De Lestrieux Hendricks waren afwezig en bovendien moest de Raad zich het genoegen van de kennismaking met den heer Mr. A. J. Ensche dé, het nieuwe Raadslid, dat geïnstalleerd zou worden, ontzeggen. De heer Enschedé toch had bericht van verhindering gestuurd, zoodat deze plechtigheid een maand werd verschoven. Aldus was de Aerdenhoutsche fractie afwezig, hetgeen met het oog op een adres van den heer E. J. Wentinck over het „steeds in allen deelen ten achter stellen" van Aerdenhout, te betreuren viel. Er is voor de heeren Hendricks en Enschedé de volgende vergadering dus iets groots te verrichten. Wij hebben voor 't overige de belangrijkste ingekomen stukken reeds vermeld en mogen, voor zooveel noodig, hiertoe verwijzen naar ons vorig nummer. Zij nog vermeld, dat bij de ingekomen stukken de beer Cassee de belangen der Middenstandstentoonstelling, die 1116 Mei hier gehouden wordt, bepleitte en f 200 wist los te krijgen voor dit evenement, nadat de out-sider van Rdessen een beetje tegen gesputterd had. De voorgestelde verlaging van meterhuui kon de heer C a s s e e er niet door krijgen. Hij wees er op, dat zoowel het gas- als het water bedrijf in de laatste jaren, zacht gezegd, be hoorlijke winsten hebben gemaakt, waardooi het derven van een deel der meterhuren het voorstel strekte tot een verlaging van 50 pCt. nu niet zoo groot offer beteekende. De Voorzitter kantte zich echter op prin- cipieele gronden tegen het voorstel: In de eerste plaats, betoogde hij, is het onjuist, iets dergelijks midden in 't bedrijfsjaar te doen en voorts zijn het de bedrijven, die in deze jaren de gemeente in haar financieele nooden zoo mooi de behulpzame hand kunnen toesteken. Spr. had er overigens geen bezwaar tegen, een verlaging der meterhuren te bezien bij de volgende begrooting. Verschillende sprekers bestreden voorts den beer Cassee of vielen hem bij. Niet onverma kelijk was het betoog van den heer Van Riessen, die oordeelde, dat de meters er zijn ten dienste van f bedrijf, niet ten behoeve der afnemers. Conclusie: Schaft den geheelen meterhuur af. Men wil dat wel ijzeren logica noemen. Meer doorwrocht was zijn bestrijding van de meterhuur-voorstanders, toen hij mede deelde, dat een levensduur van meer dan vijf tig jaar voor een meter geen zeldzaamheid is en dat, wanneer men nagaat dat een meter f 14.50 kost en per jaar aan huur f 2.op brengt, er waarlijk wal wat af kan. De heer Cassee hield voet bij stuk en stelde voor, tot verlaging van meterhuur te besluiten met ingang van 1 April j.l. Daarover staakten de stemmen. Een suppletoire begrooting, de aankoop van een perceel aan den Bloemendaalschen weg en een crediet van f 6000 voor inrichting van 't nieuwe Raadhuis, dartelden onder den hamer door. Hetgeen niet gezegd kan worden over het crediet tot aanschaffing van twee vracht auto's ten bedrage van f6200. Zooals men zich zal herinneren, hebben b. en W. in Januari den Raad om twee zware vrachtauto's, z.g. Magirussen, verzocht. De Raad meende, dat het wel met Fords kon en voteerde daarvoor het noodige. 't Gevolg is, dat de vervoercapaciteit verminderd is en b' en W. thans om aanvulling dezer verminderde capaciteit kwamen. De heer Quarles van Ufford was de eerste bestrijder van het verzoek. Hij uitte de vrees, dat de gemeente op deze wijze eer> teveel aan auto's zal krijgen. Het wordt op deze wijze een bedrijf in de gemeente. De heer Cassee geloofde niet, dat de ca paciteit zoozeer verminderd is, gezien het efficiente werken der Fords, die, ze mogen dar. minder laden dan de thans afgedankte zwaar dere wagens, heel wat vlotter in behandeling zijn. Ook de lieer Luden geloofde, dat de twee Fords voldoende zijn. Als er oogenblikkelijke behoeften zijn, laat men dan tijdelijke hulp requireeren Dat lijkt duurder, maar men is er per saldo goedkooper mee uit, een zienswijze, die door den heer Witteman gedeeld werd Wethouder Prinsenberg wees erop, dal men de verminderde vervoerscapaciteit niet kan ontkennen. In de piaats van twee Magirus- vrachtauto's, elk van 5 ton, heeft men thans, twee Fordjes, elk van 2 ton gekregen. Tijdelijk is de behoefte aan auto's bovendien in 't ge heel niet: verleden jaar heeft men voor par ticuliere auto's, die werk voor de gemeente hebben verricht, nog f 30.000 uitgegeven. Hoe overtuigend dit mocht klinken, de heer Luden hield vol, dat men moet koopen was men noodig heeft en in tijdelijke behoeften op andere wijze moet voorzien en de heer Cas see bleef er bij, dat de wethouder de capa citeit der gesmade Fordjes onderschatte en bij de stemming bleken er wederom 6 leden voor en 6 leden tegen. Grootmoedig stond de Raad toen den aankoop van één Ford toe. Zal de tweede in Mei volgen? Reeds in Januari hebben wij de vrees uit gesproken. dat de Ford hoe vele voortref felijke kwaliteiten zij moge bezitten, niet geëigend zou blijken voor den zwaren arbeid, die in de bedrijven der gemeente van een vrachtuito gevraagd wordt. De feiten geven ons thans gelijk. Wat overigens te zeggen van die f 30.000, die per jaar noodig zijn voor werkzaamheden, die de gemeente met eigen materiaal niet aan kanDe heer Dorhout Mees uitte vrees voor een al te sterke uitbreiding van het auto-park in het gemeente-bedrijf, maar zou het de moeite niet loonen, eens te becijferen, of men met een paar zware vrachtauto's meer in eigendom, niet goedkooper uit zou zijn? Met de volgende credietaanvraag hadden B. en W. meer succes. Zij stelden voor, tien woningen aan de Leidsche Vaart te Vogelen zang te laten bouwen voor f 21000. Deze wo ningen zullen aan minderdraagkrachtigen wor den verhuurd a f 3 per week. De heer Noorman betuigde zijn groote instemming met de voordracht. Spreker, als voorzitter van een woningbouwvereniging, weet uit ondervinding, hoe groot de behoefte aan dergelijke woningen in Bloemendaal is. De heer Quarles van Ufford vroeg, of het bouwen der woningen niet beter aan weningbouwvereenigingen kon warden over gelaten, in welken geest ook de heer Dor hout Mees sprak. De heer Van Riessen ten slotte betreurde het, dat de huizen zoo veraf zullen komen. Wethouder Bornwater antwoordde bei den eersten sprekers, dat deze woningen be stemd zijn voor de belaas talrijke noodgeval len, die zich voordoen en waartegen B. en W. thans meestal machteloos staan en den heer Van Riessen, dat bouwen in Bloemendaal on mogelijk is door gebrek aan beschikbaren grond. Het volgend punt, een verzoek om een tijde lijke huurregeling voor on- en minvermogende huurders te treffen, lokte nogal debat uit. Zooals men weet, stelden B. en W. voor, een bepaald omschreven regeling achterwege te laten en hen te machtigen, in voorkomende noodzakelijk bevonden gevallen, de behulpzame haud te bieden. Daarnaast was een voorstel BollemanNoorman, om de huren van bewo ners van huizen van woningbouwvereenigingen te verlagen voor zoover deze bewoners f26 of minder gezinsinkomsten hebben. De heer Witteman erkende, dat een re geling moeilijk is, vooral omdat in het voor stel BollemanNoorman alleen de nooden van woningbouwvereeniging-leden onder het oog worden gezien. Toch kan de gemeente hier doen wat in haar macht is. Huren van f 5.75 tegenover een inkomen van f26 per week, vor- mm een wanverhouding en de gemeente is dan verplicht, in te grijpen, zonder terug te schrikken voor wat particulieren doen. Spr, steunt daarom het voorstel Bolleman—Noor man. De heer Noorman verdedigt het voorstel en betreurt eveneens, da-t heit onmogelijk is, een regeling te treffen, die alle door te hooge huren getroffenen omvat. De heer Luden informeert, of het niet mogelijk is voor de woningbouwvereenigingen. geld tegen lager rente te krijgen, waardoor de huren zouden kunnen worden verlaagd, het geen de heer Noorman ontkent. De heer Quarles van Ufford stelt zich op heit standpunt, dat wanneer de Raad zien wil beijveren, om de huren van financieel ge troffenen te verlichten, hij dit over de geheele June moet doen en niet een uitzondering moet maken voor de categorie der leden van wo ningbouwvereenigingen. Wethouder Bornwater erkent, dat het voorstel BollemanNoorman een leidraad kan vormen voor B. en W. Niettemin gelooft hij, dat het beter is, ieder geval op zichzelf te beschouwen en geen bepaalde regeling var. afzonderlijke categorieën te treffen. Met 75 stemmen wordt tenslotte het voor stel van B. en W. aangenomen. De beslissing inzake gemeentelijken steun bij te hooge hu ren blijft dus aan B. en W. Nadat vervolgens de noodige ontheffingen inzake de bouwverordening waren verleend, viel de beslissing inzake de toelating van Vel- sensche leerlingen op de O. L. Scholen. B. en W. hebben aan het dagelyksch bestuur van Velsen verzocht, te willen bevorderen dat een regeling werd getroffen, krachtens welke Vel sen voor te Bloemendaal schoolgaande kinde ren uit Velsen een bijdrage voldoet, die op f 450.totaal werd geschat. Velsen heeft blijkbaar in dezen niet mede willen werken, met gevolg, dat B. en W. thans voorstelden Velsensche kinderen niet meer toe te laten op o. 1. scholen te Bloemendaal. De heer Noorman wees er op, dat dit een hard gelag is voor de betrokkenen, al moest hij erkennen, dat er aanleiding voor het voor stel van B. en W. is. De Raad besloot dan ook conform het vooratel en de o. 1. school blijft voor de Velsensche leerlingen gesloten. Waar mede, zoolang er nog bijzondere scholen zijn, Velsen natuurlijk niet gedupeerd behoeft te zijn. Een bespreking over een verzoek om een autobusdienst Bloemendaal Aerdenhout Heemstede in het leven te roepen, werd op voorstel van den heer Casper uitgesteld, totdat de Aerdenhoutsche fractie aanwezig zal zijn. Als voedzaam nagerecht kregen we ten slotte de gedachteniwisseling naar aanleiding van de voorgestelde verordening op de monu menten, in de gemeente Bloemendaal. De heer L e e d e n informeerde eerst eens naar de Bloemendaalsche monumenten. Hij kent er maar een paar: het hek van Saxen, burg, de poort van Elswoud, de kerk van Bloe mendaal en de koepels van Stoop en Wildhoef Moeten we daarvoor een verordening hebben? De heer Quarles van Ufford vreesde, dat door deze verordening sommiger belangen zullen worden geschaad. Men zal in den ver volge dus niet meer zijn volle eigendomsrecht kunnen laten gelden. Als men bijvoorbeeld een terrein heeft gekocht met het doel dit te later: afzanden en de gemeente legt een embargo op het zand, dan heeft men eenvoudig een kat in den zak gekocht! Den heer Casper verwondert het, dat de heer Leeden het begrip „monument" alleen toepast op gebouwde monumenten. Er zijn toch ook natuurmonumenten? De gemeente heeft door aankoop en door de samenstelling van haar uitbreidingsplan al heel wat in deze richting gedaan. Vandaar, dat spr, de voort zetting van het streven, om in Bloemendaal natuurschoon en andere monumentale attrac ties te beveiligen voor aantasting, toejuicht. De voorzitter bepleit de verordening. Zonder natuurschoon heeft Bloemendaal als forensenplaats geen reden van bestaan. Daar om moet dit natuurschoon beschermd worden. De rechtsgeldigheid dep verordening staaf vast, zooals by voorkomende gevallen te Was- Oplossingen, bijdragen enz. te richten aan den Schaakredacteur, Cruquiusstraat 19, Probleem No 878. Mr. A. J. C. E. van Heycop ten Ham, (1857—1925). Mat in drie zetten. Stand der stukken: Wit: Kf2, Dg8, Lb4, Pe5, a4, c2, h3. Zwart: Ke4, Ld3, b6, e6, h4. Paaschwedstrjjd te Amsterdam. Op den Tweeden Paaschdag, Maandag 17 April a.s., zal het Vereenigd Amsterdamscb Schaakgenootschap zijn traditioneelen Paasch- wedstrijd houden in Hotel „De Roode Leeuw". Damrak te Amsterdam. Er zal gespeeld worden in groepen van vier spelers en voorts in hoofd-, eerate-, tweede en derde-klasse. Op Zaterdag 15 April zal er gelegenheid bestaan 'een partij vooruit te spe len, mits men daarvan by de aanmelding voor den wedstrijd kennis geeft. In elke groep zullen twee prijzen beschik baar worden gsteld. De speeltijden zullen zyn van 10—13, 1417 en 18.30—21.30 uur. Men kan zich aanmelden bij den beer L. Weltevreede, Ceintuurbaan 89, Amsterdam. Probleem No. 379. A. Mari (Genua), Mat in twee zetten. senaar reeds gebleken is. Wat de eigendoms rechten betreft, deze worden omkleed met waarborgen door beroep op de betreffende commissie. De heer Witteman erkent, dat het ge bruikelijk is, ook van natuurmonumenten te spreken. Inderdaad vallen onder deze verorde ning dus ook gedeelten van het landschap. Moeilyker te beantwoorden lijkt spr. de vraag of op deze wijze het eigendomsrecht niet wordt uitgehold. Men kan dit natuurlijk beperken, maar de vraag is, of deze beperking niet te ver gaat. De rechter zal in dit geval niet an ders kunnen doen, dan de verordening toepas sen. Het oordeel, of iets als monument dient te worden aangemerkt, is uitsluitend ter beoor- deelmg van den Raad. De verordening is hierna aangenomen. Bij de rondvraag informeerde de heer W i t- teman, of de installateur, die namens de ge meente de inwoners heeft opgewekt, zich in beginsel op te geven ais gegadigde voor aan sluiting by de radio-distributie, dit doet naai aanleiding van reeds gedane toezeggingen, waarop de voorzitter antwoordt, dat de heer Langendonk voorshands niet dan als adviseur der gemeente optreedt.. De heer Van Riessen informeerde naar het prae-advies van B. en W. inzake de wet houderspensioenen. „Dat kan wel najaar worden!" zeide de voorzitter. De heer Noorman klaagde over den weg langs de Leidsche Vaart te Vogelenzang. Wet houder Prinsenberg noteerde de klacht. „And so it was ended", wel niet „like an old wives story", maar dan toch als besluit van een uitermate rustige vergadering. Met leed wezen hebben we de laatste vergaderingen de opwekkende gedachtenwisseling tusschen de heeren Schulz en Laan gemist, die zoo dikwijls kleur en verve aan de vergadering verleent. De absentie van laatstgenoemd raadslid veroor zaakte een zekere leegte in de debatten. Van daar, dat we hopen, hem in de Mei-vergadering weer te mogen begroeten. Qui se fait attendre Stand der stukken: Wit: Kf7, Ddl, Te7, Tfl, Lb8, Lh7, Fe«, Pf5, g4. Zwart: Ke4, Tf2, Lc4, Le3. Dit probleem werd met den lsten prijs be kroond in een wedstrijd van ,J1 Problema" (1932.) Oplossing eindspelstudie No. 105. (C. C. W. Mann),, Stand der stukken: Wit; Kb8, Lh8, g7. Zwart: Kh2, c2, e7. 1. g8 D., cl D.; 2. Le5f, Khl (Kh3; 3. Dg3 mat); 3. Da2, Dh6 (de beste zet tegen de matdreiging op h2; op Kgl gaat de Dame ver loren door 4. Dh2t, Kfl; 5. Dhlf en op 3 Dgl volgt 4. Dd5f, 5. Ddlf, 6. Df3f, 7. Dh5t, Kgl (anders mat); 8. Ld4f en Zwart verliest de Dame of wordt mat); 4. Df2; dreigt mat op fl en verhindert tevens 4 Db6t), Dh3; 5. De2!. Daarmede wint Wit een tempo. Kan Zwart namelijk tot een zet gedwongen worden, waarbij geen schaak gegeven wordt, dan is hij verloren. B.v. A. 5Kgl; 6. Ld4f, Khl; 7. Delf, Kg2; 8. Df2t, Khl; 9. Dgl mat. BDg2; 6. Ddlf, Dgl; 7. Df3f, Dg2; 8. Dh5t, Kgl; 9. Ld4,f gevolgd door Dame winst of mat. Op andere zetten met de Dame, behalve op 5Db3t, volgt mat op fl of h2. Speelt Zwart 5e6 dan is door 6. Kc8 de tempo- stelling verkregen, wart 7 t kan nu geen schaak meer geven of hij ilest de Dame en op andere zetten volgt de speelwijze A. of B. Na 5. De2! is dus het eenige 5 Db3t; 6. Kc7, Dh3 (of 6Kgl; 7. Ld4t. Khl; 8. Dfl-j-, Kh2; 9. Le5f, met Dameverlles 7. Kd8, e6; 8. Kc8 en het tempo is verkregen, waarop variant A. of B. móet volgen. Goede uitwerking ontvangen van: K. H. R. PluimMentz, te Haarlem. Voorts is alsnog Probleem No. 374 goed op gelost door H. de Ruijter, te Bloemendaal. PROBLEEM No. 380. Dr. F. Palitzsch, (1889—1932). Mat in drie zetten. Stand der stukken: Wit: Ka7, Dd2, TcT, Lf7, b4, 55, d6, e3. Zwart: Kd8, Tg8, Lc8, Pg6, c6. PARTIJ No. 173. Vijfde matchpartij, gespeeld te Rotterdam 13 April 1933. Wit: Zwart: R. Spielmann, S. Landfiu, (Weenen). (Rotterdam). DAME-INDISOH. 1. d2d4 Pg8—f6 2. e2c4 e7e6 3. Pgl—f3 b7—b6 4. g2—g3 Lc8—b7 5. Lfl—g2 Lf8—e7 6. Pblc3 0—0 7. Ddl—c2 d7d6 8. e2e4 Pb8c6 9. 0—0 e6-e5 10. d4d5 Pc6b4 11. Dc2e2 Pf6—e8 12. a2a3 PM—a6 13. b2b4 g7g6 14. Lel—h6 Pe8—g7 15. Pf3—el Pa6—b8 DE DON KOZAKKEN NAAR AMSTERDAM. Het Don Kozakken Koor, onder leiding van Serge Jaroff, dat onder auspiciën van Ernst Krauss deze maand een tournee door ons land maakt, zal te Amsterdam een enkel concert geven en wel op Zaterdag 29 April a.s. in het Muziek-Lyceum, EEN LIEFHEBBENDE NEEF. Schoonvader (in spé)„Hebt u vermogen?" Student: „Ja, ontroerend." Schoonvader (in spé)„Waarin bestaat die?" Student: „In een oude erftante, die niet te bewegen is dit tranendal te verlaten". Deze zet had Zwart direct bij den lOen zet moeten doen, hetgeen hem veel tijd had be spaard, tengevolge waarvan zijn stand nu reeds benauwend is. 16. f2—f4 e5xf4 17. g3Xf4 Le7—f6 18. e4—e5! Tf8—e8 19. Pc3e4! Prachtig gespeeld, een pionoffer om later het veld f6 te kunnen bezetten. 19d6xe5 20. Lh6g5! Lf6xg5 Op 20Pb8—d7 volgt 21. Pe4xf6f, Pd7Xf6; 22. f4xe5, met winst van Pf6. 21. f4x gó Pb8—d7 22. Lg2h3 Eerst dreigde kwaliteitwinst, nu bovendien Damewinst, na Lh2xd7. 22Lb7c8 23. Pel—d3 Te8—e7 24. Lh3xd7 Lc8Xd7 25. Pe4f6f Kg8—h8 26. Pd3xe5 Ld7—f5 27. Talel Dd8—c8 28. Pe5Xg6t Lfóxg6 29. De2—e3 Dc8—h3 30. De7e3 Dh3—h4 31. De3—f4 Dh4h3 32. Tele3 Dh3—c8 33. Tfl—el s7—a5 34. Te3e8t: Pg7xe8 35. Telxe8-j- Dc8Xe8 36. Pf6xe8 Ta8xe8 37. Df4Xc7 a5xb4 38. a3xb4 Opgegeven. Spielmann won de match met 3% tegen 2ya. OPLOSSING PROBLEEM No. 375. (Dr. K. Kahn). Stand der stukken: Wit: Kal, Db2, Ta6, Tf5, La3, Lg2, Pd4, Pf2, a2, b7, e6. Zwart: Kd5, Tf3, Le5, Lhl, Pe4, Pf7, c4, f4. 1. Pd4e2, enz. Goede oplossing ontvangen van: M. de Ruijter te Bloemendaal; H. W. van Dort ea K. H. R. PluimMentz, beiden te Haarlem. t

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1933 | | pagina 3