Zomerpriizen. I. H. KRUL |r. CTOR IA- ER i G. G. M.GIORSIS J Zn. Pianolessen B. A. CASSEE Zn. HidderstrJ"™ Haarlem, Tal. 13310 Behangers - Stoffeerders - Beddenmakers COMPLETE MEUBILEERING PRIMA BELGISCHE AN IHRAC1ET. 30 x 50 mMf 2.20 20 x 30 mMI 2 30 N.V. STEENKOLENHANDEL voorh. OVERVEEN - TEL. 11617 - 14106. Nederlandsche Maatij. Natuurlijk Bronwater NAAIMACHINES L GEYLVOEL Soeislraat 37 Haarlem - lelelaaa 13533 Schoorsteenvegers JAN F. VAN DANTZIG BURGERLIJKE STAND. SPORT. Willem de Zwijger-herdenking te Santpoort. it Alles per H.L. franco bergplaats, voor levering in Mei en Juni. gelofteafleggingen. Vervolgus kreeg men in deze acte het interieur van „De Gilde-winckel" te zien, waarin verschillende meisjesgroepjes aanschouwelijk maakten, hoe padvindsters ver trouwd worden met eerste hulp bij ongevallen, vrouwelijke handwerken, het maken van speel goed voor arme kinderen, zwemmen, redden van drenkelingen, eten kooken, fietsbanden herstellen, musiceeren, enz. enz. te veel om op te noemen, terwijl bij elk dezer oefeningen, door een der padvindsters een vergroot beeld getoond werd van het insigne, dat bij geble ken bekwaamheid, gedragen mag worden, op de mouwen van sommige padvindsters in de zaal prijkte een gansche collectie dezer distinc tieven. Het slot deze acte bracht een kleur rijke vlaggenceremonie, een begroeting der vlaggen van de vele landen, die padvmasters- organisatie bezitten, aan den bondsvlag. Na de paüze lichtte een der bestuursleden, het werk der „Blauwe Vogels" toe. Het vader land deze vogels is Engeland; van daaruit hebben zij zich in vele landen, ook het onze, genesteld. In schrille tegenspraak met de vo gelen des hemels, missen dezen echter de on belemmerde vrijheid van beweging. Het zijn de beklagenswaardige patientjes, die door een of andere ongeneeslijke ziekte, voor altijd bui ten de samenleving staan: lammen, blinden, doofstommen, ja (in Engelsch-Indië) zelfs melaatschen. Zij hebben zoo sterk het gemis van kameraadschap gevoeld, in hun groote, nimmer eindigende eenzaamheid; totdat het heerlijk oogenblik aanbrak, dat ze bij het pad- vindstercorps werden ingelijfd, tot ze een blauwe vogel werden. Van toenaf kregen ze contact met vriendelijke pioniers, die hun elke veertien dagen een brief zonden, geen gewone brief, maar een, die hun hart verlichtte, hun blijmoedigheid gaf; van toenaf konden zij ook genieten van kampeeren in speciaal voor hun ingerichte kampen. Een aantal lantaarn plaatjes op het witte doek geprojecteerd ver duidelijkte deze belangwekkende voordracht. Dat pioniers zich ook nog verdienstelijk ma ken door hulpverleening in de huishouding van weinig met aardsche goederen bedeelden, bij ziekte van de moeder, of bij verzorging van jonggeborenen, wist een der pioniers overtui gend op het tooneel te demonstreeren. De laatste acte bracht tafereeltjes uit het kamp leven, de reveille, het ontbijt, vlaggenparade en kampvuur, waarbij als passend slot, de meisjes elkaar, goeden nacht" toezongen. ENGLISH ASSOCIATION TE HAARLEM. VOORDRACHT OVER PERZIë. Dinsdagavond bood „the Haarlem Branch of the English Association in Holland", haar leden een avond aan in de Kroon te Haarllem. Spre ker was de heer Bradley Birt, met het onder werp „Persia." Deze bijeenkomst was de laat ste, welke in dit vereenigingsjaar gehouden werd en daarom herdacht de voorzitter het werk in dit jaar verricht en spoorde de leden aan nieuwe leden te winnen. De heer Birt vroeg hem in gedachte te wil len volgen naar Perzië en alles te vförgeten wat „Westersch" is. Ook ons zindelijk Holland, want Perzië is niet zindelijk. Want dit mysterieuse land, waar de bevolking alle begrip van tijd mist, is zoo Oostersch dat zelfs reizigers als spreker, die jarenlang in Engelsch-Indië ver toefd hlebben, zich daar weer in een geheel on bekende, onvermoede wereld verplaatst ge voelen. Twee maal, en in verschillende richtin gen, doorkruiste spr. dit land, voor 't laatst tij dens den wereldoorlog, toen hij door de Engelsche itegeering met een diplomatieke zending be last werd. Duizenden mijlen legde hij te voet af, of op een muildier, meest in streken, waar elke gebaande weg ontbreekt, tenzij men de kara vaansporen met dien naam wil aanduiden. Maar steeds volslde hij zieh veilig en de revol ver, bij den aanvang der reis gekocht, bleef on aangeroerd bg de bagage; de Perzen zijn vrede lievend; een vierde deel der 12 millioen in woners, leidt nog altijd het viteedzame leven van zwervende herders. Toen de wereldoorlog eindigde, trad dit land ongeschonden te voor schijn en hernamen de herders in de steppen, de handwerkslieden in de bazars hun eeuwenoude handwerk weder op. Na een inleiding, omtrent aardrijkskundige ligging, klimaat, geschiedenis, bouwkunst en zeden der bewoners, gaf dia heer Birt aan de hand van lantaarnplaten een schets van zijn laatste reis. Als aanvangspunt een geopende poort van een lusthof, mét een verrukkelijken doorkijk op een laan, met marmer geplaveid, omzoomd door hooge boomen in rijken lentebloei. Een eenzaam man zit in stille overpeinzing, met de beenen gekruist (stoelen en tafels zijn hier niet in ge bruik) op den vloer; hij beluistert dien zang van den Perzischen nachtegaan en het ruischen van een kiemen, kunstmatig aangelegden waterval. Geen ander geluid mag hem in zijn meditatie storen; uren lang blijft bij daarin verzonken; die Pers mist ons besef van tijd. Ook de bouw der huizen de afbeeldingen bewezen dit duidelijk wijst op behoefte aan intieme, onbespiede rust; geen venster geeft uitzicht op de omgeving; slechts de muren, dile de binnenplaats vormen hebben vensters. Een enkel hoog huis, dat spreker diep in het land aantrof, vertoonde ramen; doch het bleek, dat dit slechts blinde ramen waren, ja, dat de geheele eerste verdieping massief was, en de bovenste twee verdiepingen slechts een kleine ruimte bezaten. Het doel waarvoor dat statige gebouw gemaakt werd, is onbekend; vermoe delijk is het een vorstelijke graftombe geweest. Even afwijzend als de vensters voor onge- wenschte blikken zijn, is ook de toegangsdeur; want de buitendeur voert steeds naar een gang rondom de binnenplaats, en in dien gang ligt, een weinig verder dan de toegangspoort van den buitenmuur, de eigenlijke deur die toegang tot het huis geeft. Soms wonen verschillende families in een gemeenschappelijk huis, zooals de lantaarnplaat van de bergvesting Jesdichast, tusschen Jesd en Mohamera duidelijk te zien gaf, doch hoewel daarin 250 menschen ver blijven, is er maar één houten brugje dat toe gang geeft tot de eenige deur van dit groote gebouw. Perzië kent veel versterkte steden, door hooge muren en smalle grachten omgeven, met slechts ééne wegneembare toegangsbrug. Even afwijzend voor toenadering als de huizen, zijn de vrouwen. Nooit ontmoet men er eene, wier gelaat niet door een langen, witten sluier bedekt is, en zij allen dragen onveranderlijk, een groot zwart kleed, dat de vormen verhult, en waaronder alleen de sierlijke roodlederen laarsjes te voorschijn treden. Maar welk een voordeel biedt deze vermomming, hoe schept zij de gelegenheid voor vroolijke vrouwtjes om de controle harer echtgenooten te verschalken! Perzië is rijk aan goed bewaarde, eeuwen oude monumenten, graftomben en tempels; en al staan er ook alleen nog maar de sierlijke hooge zuilen van deze laatsten, men bedenke, dat eeuwen geleden een dak van cederhout of kostbare tapijten hen bekroonde; bouwstoffen, vergankelijker dan het graniet dezer zuilen. Vele beelden, van wat Perzië aan belangrijks den reiziger biedt, trokken op het witte doek aan ons oog voorbij: panorama's van berg- en laagland, doorkijkjes in straten en pleinen van groote en kleine steden, interieurs van paleizen, waaronder een zeldzame opname van den troon zaal der vorsten, met een prachtigen troon, ge- incrusteerd met edelgesteenten, enz., tot wij aan het slot, ons weder bevonden in dien ge- heimzinnigen tuin, waar wij onzen tocht hadden aangevangen. De voorzitter wist juiste en geestige woorden te vinden om den geleerden spreker op echt Angelsaksische wijze te danken. B. SCHAAKNIEUWS. Woensdagavond 17 Mei zal de Schaakclub „Kijk Uit" uit Velsen, een bezoek aan de Bloe- mendaalsche Schaakclub brengen in het Jeugd huis aan de Donkerelaan, tot het spelen van een vriendschappelijken wedstrijd. Daar dit een prettige ontmoeting belooft te worden en de Velsenaren in groeten getale zullen komen is aller opkomst zeer gewenscht. NOODFONDS 1933- tot steun van de Duitsche, Jood'- sche vluchtelingen. Onder dank ontving ons Bijkantoor, Bloemen- daalscheweg 42 t'e Bloemendaal, als bijdrage voor bovengenoemd Noodfonds, van Mevr. Kr., alhier, eien bedrag van f 5. Wij lippen, dat dit voor-beeld door velen moge gevolgd worden. HET 1 MEIFEEST DER AFDEELING BLOEMENDA AL- SANTPOORT DER S.D.A.P. Reeds des morgens half negen nam bovenge noemd feest een aanvang. Op dit tijdstip had den de deelnemers zich verzameld voor het ver- eenigingsgebouw „De Toorts", waar weldra sa- menzangen weerklonken en toespraken gehouden werden. Na het planten van den Meiboom, toog men in optöcht naar het feestterrein in het Burgm. Rijkenspark te Santpoort, om daar in de Harddraverslaan, verschillende spelen uit te voeren, te gymnasticeeren, te dansen, en wat dies meer zi), zoodat het tijdstip van koffiedrin ken was aangebroken vóór met het wist. In ho tel „de Weiman" werd toen de- gezamenlijke' broodmaaltijd gehouden,, waarbij de zaal veel te klein bleek om alles te bevatten. Daar wacht te den deelnemers een aangename verrassing, en wel, de opvoering van het Meispel „Lente bloe men" van C. HilleGaerthé, getoonzet door Ch. v. Rennes. Hoe harmonieus sloot dit lieve zangstuk, met zijn zeer jeugdige vertolkertjes van lentebloemen, koning Winter, de Lente ko ningin en de Zon, zich aan, bij dezen, van zon overgoten, 1 Mei-dag. Fleurig en kleurig ta fereel, klare kinderstemmetjes, beschaafde uit spraak, welbegrepen weergave der rolletjes, hoe kostelijk teeder was dit alles. Een woord van hulde aan de dame, die, geheel .belangloos dit Meispel met de kindertjes instudeerde! Van de „Weiman" ging het nu in marsch- formatie, met muziek, vlaggen en banieren door Santpoort's straten en lanen, tot de lange stoet weder aan „de Toorts" genaderd was. Een der dames van het bestuur ontbond daar den op tocht. De feestelijkheden waren hiermede echter nog niet geëindigd, want 's avonds tegen acht uur stroomde het Jeugdhuis aan de Donkerlaan te Bloemendaal vol, ja letterlijk overvol, (want nimmer zagen wij zulk een geweldige opkomst in dit gebouw ais dien avond) met leden der S.D.A.P. Daar waren de Bestuurdersbond, de Vrouwenclub, het instituut voor arbeidersont wikkeling, het gemengd zangkoor „Morgenkoor", de vereeniging tot afschaffing van alcoholhou dende dranken en de Arbeiders Sportbond, naast een niet te tellen aantal gewone leden, en A.J.C.ers. Na opening der feestelijke bijeenkomst dooi den Voorzitter van het Mei-commlté, zong „Mor genrood", onder leiding van den heer Meijer Smeer eenige liederen, waarna de heer Moile Eisma het woord verkreeg voor het uitspreken der Meirede. Spreker is een academisch gevormd man, wien de gave der welsprekendheid niet onthouden is; hij beheerscht zijn stof, wat ver klaarbaar is, terwijl hij gesalarieerd propagandist is. Alles te zamen genomen was het voor de aanwezigen een genot naar zijn bezielende taal te luisteren hoewel daarin zijn partijgenooten, althans den Duitschen de roede niet gespaard werd. De toespraak, di^ volgens spreker over een komt met een oudejaarsavond-rede, omdat bedden een terugblik over het afgeloopen jaar, en een reeks verwachtingen en te vervullen plichten voor het ingetreden jaar, bevatten, werd warm toegejuigd. De samenzang der aanwezigen gaf gelegenheid het tooneel in dien tusschentijd in t'e richten tot dansvloer, voor zoover althans de geringe afmetingten van dit platvorm «ach daartoe leenen. En nu kwam, wat voor velen het neusje van den zalm was: Mej. Rie Miedema ons vergasten op haar plastische dansen, haar Poolsehe Dans van Wieniawski, haar Wals van Brahms. Pre lude van Debussy, en haar Frühlingstimmen- wals van Johann Strauss. Luide toejuichingen verwierf deze kunstenares voor haar schitterend spel. Na de pauze kregen we een z.g. Bontpro- gi-amma van de A.J.C. te zien, waarbij een koor hoornblazers, jonge vrouwen en jonge mannen, de voorstelling opende met een lustige fanfare, die gevolgd werd door figuurdansen onder fluit- bageleiding, en een allerdolste één-acter, waarin Flierefuiter, de Kruik, de Grensjager en Bra- bantsehe boertjes en boerinnetjes de zotste stre ken uithalen of er h'et slachtoffer van worden. Weder volgden zangen van „Morgenrood" en weder genoten we van hét sublieme spel van mej. Rie Miedema, bij haar plastische uitbeel ding van Smart van Chopin, Bezinning (Morgen rood) van de Nobel, en als hoogtepunt: Strijd (Prelude) van Rachmaninoff. Dit nummer vormde een passend slot aan dezen vreugde vollen dag. Bieden heden aan OPKLAPBED MET GEZONDHEIDSMATRAS Massief eiken ombouw te zamen compleet f 21.50 WIT LAQUÉ LEDIKANT met GEZONDHEIDSMATRAS f 9.50 AUTOBUSDIENST AERDENHOUT—BLOEMENDAAL. Verschillende inzenders van Ingezonden Stuk ken betoogen het nut van een autobusdienst AerdenhoutBloemendaal. Teneinde deze in zenders inzake hun verlangens gerust te stellen zij er op gewezen, dat 15 Mei a.s. door Ged. Staten dezer provincie een concessie aanvrage der N.V. Stormvogels in behandeling zal komen voor een lijn Haarlem (Lorentzplein)Aerdenhout OverveenBloemendaal. Het staat natuurlijk ieder vrij, aan genoemd college een adhaesie be tuiging met de tot standkoming dezer lijn te zenden, GEMEENTE BLOEMENDAAL. INGEKOMEN PERSONEN. (Opgave van 1926 April '33.) W. J. Pelt, Dahlialaan 15, Aerdenhout; A. M. G. van Steeden, Kastanjelaan 5, Bloemendaal; C. P. Soutendam, Brederodelaan 24, Bloe mendaal; C. M. J. van den Heuvel, Pr. Hen- driklaatt 117, Overveen; Wed. C. M. G. Allart van Tongeren, Pr. Hendriklaan 117, Overveen; B. M. Bulten, Kleverlaan 99, Bloemendaal; M. H. v. CampenHannink, Kastanjelaan 29, Bloemendaal; E. J. H. Dull, Noorder Stations weg 17, Bloemendaal; P. H. Kelderman, Bloe- mend.weg 135, Bloemendaal; L. Backer, Hooge Duin en Daaischew. 8, Bloemendaal; B. Kor- zelius, Alb. Thijmlaan 3, Santpoort-Station; S. Posthuma, Acacialaan 10, Bloemendaal. '1 GEMEENTE BLOEMENDAAL. Ingekomen personen: H. Stokvis, Platanen- laan 61, Bloemendaal; K. A. van Oosterzee, Madelievenlaan 6, Aerdenhout; W. G. Prins, Leidschevaart 106, Vogelenzang; Wed. J. M. RuttenZwang, Pr. Hendriklaan 127, Over veen; G. Bakker, Iepeniaan 33, Bloemendaal; G. A. H. Hoppe, Bloemenriaalscheweg 145, Bloemendaal; P. A. Rowaan, Prins Hendrik laan 103, Overveen; A. Th. de Rooij, Or. Nas- saulaan 134, Overveen; B. K. Blommendaal, Noorder Stationsweg 11, Bloemendaal; W. A. L. Jeurgens, Oranje Nassaulaan 100, Overveen; J. Borst, Julianalaan 75, Overveen; E. Bloem hof, Verbenalaan 18, Aerdenhout; Mej. E. J. M. Hesemans,. Johan Verhulstweg 14, Sant poort-Station; Mej. A. Wernik, Johan Ver hulstweg 14, Santpoort-Station; G. H. Wou ters, Platanenlaan 79, Bloemendaal; H. C. J. Huikeshoven, Esschenlaan 8, Bloemendaal; J. Wolff, Oranje Nassaulaan 71, Overveen; SI. W. Simons, Oranje Nassaulaan 80, Overveen; Wed. Ch. J. Lee, geb. van yyijk, Iepenlaan 80, Bloemendaal; IC van Dorsten, De Genestet- weg 13, Bloemendaal; Ch. M. W. Bernhard, Iepenlaan 41, Bloemendaal; W. Kehrer, Ken- nemerweg 8, Bloemendaal; W.. G. Broekhuy- sen, Noorder Stationsweg 13, Bloemendaal. Bevallen: M. J. C. MuschterStrack van Schijndel, d. H. VisscherKwak, d. Ondertrouwd: C. J. Beke en G. J. M. Hen- drix; M. Schuurman en G. J. Hoffschlag. Getrouwd: J. Krijnen en M. J. Warmerdam. Overleden: J. S. Bouwmeester, echtgenoote ran H. Menke, 67 j. M. Roozen, 77 j. H. Kramer, 87 j. BLOEMENDAAL. Gevonden en terug te hekomen bij: Kemper, Kerkplein 17 Bloemendaal, een oud damesrij wiel; Klussener, Noorderstationsweg 2, Bloe mendaal, een gouden oorbel; A. Kerkman, Van Lennepstraat 11, Zandvoort, een benzinebus; Dop, Oranje Nassaulaan 175 Overveen, een koperen gewicht; H. Stadlander, Noordlaan 3, Bloemendaal, een bruinlederen sigarenkoker; W. D. Smoor, Vondelkade 10 Heemstede- een damesportemonnaie met inhoud; W. v. d. Veen, Platanenlaan 47, Bloemendaal een vulpenhou der; C. v. d. Horst, Brederodeweg 17 Bloemen daal, een rijwieltoelastingmerk; Bleijendaal, Hospeslaan 10 Haarlem, een bont; Braam, J. W. Frisoaan 15 Overveen, een paar dames handschoenen; Hoffschlag, Paviljoen „De Uit kijk", Kopje te Bloemendaal, een tweetal huis sleutels; J. Hoogland, Pastoorstraat 24, Sant poort, een huissleutel; O. Tuilenaar, Zijlweg 10, Overveen, een matrozen muts; Dunlop, Bloemendaascheweg 86, Overveen een postduif gemerkt 224-Z. N. U. R. F. 32-E.' 551; aan het bureau van politie Overveen, een meisjeshoed; een riem; een huissleutel; een trechter: een ceintuur, ÖBERLAHNSTEIN leveren wij de BESTE; in orde maken wij da slechtste voor den minsten prijs. GEDIPL. N.T.V. OUD-LEERLING o.a. van wijlen DIRK SCHaFER BLOEMEND.WEG 98a, TEL. 22014 BLOEMENDAAL GEMEENTE BLOEMENDAAL. (Opgave van 19—26 April '33.) Bevallen: G. HardebolGaakeer, z.; H. W. v. Peperzeel—Wulfhorst, d.; E. P. Oorthuis— Apswoude, d. Ondertrouwd: T. de Jong en H. G. v. der Meulen; H. F. Oliver en M. L. I. Bal. Getrouwd: J. Heeremans en M. E. Mol. Overleden: B. Wissenburg, wed. van W. H. Hartgering, '78 jaar; W. H. M. Heslenfeld, 70 jaar; D. van Andel, 38 jaar, overleden te Haarlem. BLOEMENDAALSCHE REDDINGSBRIGADE. Met 't oog op een te verwachten geringe deelname, heeft 't bestuur der Bloemend. Redd. Brigade besloten, de voorgenomen nationale zwemwedstrijden in Stoops Bad, welke gehou den zouden worden bij gelegenheid van 't 10- jarig bestaan der B. R. B., van 't programma af te voeren. ONDER STRAATJONGENS. Twee jochies stonden in de Kalverstraat te Amsterdam voor 'n slagerswinkel. Thijsje tegen Kobus: Zeg David, ik wou, dat ik die fijne worst kon gappen, wat zou ik fijn tjes smullen! Kobus: Thijsje hou je mond, als je vader t hoort, draait ie zich om in z'n doodkist. Thijsje: Nou, dan neem jij er ook een, dan leit'ie weer goed. door Frnf. Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga. (Ie vervolg.) In zijn laatsten levenstijd als sober levend man te Delft, gaat de Prins nóg gebukt onder een grooten schuldenlast, omdat hij alles heeft veil gehad voor de publieke zaak. Zoo zien wij hem groeien van nee verwende troetelkind der fortuin „tot een vroeg-ouden vroeg-rijpen man van ernst en bezadigdheid, van toewijding, op offeringsgezindheid en trouw"*). Op een oogenblik, dat de revolutie er vrij hopeloos voorstaat en er niet veel eer aan te behalen schijnt, neemt hij de leiding en waagt goed en leven, ofschoon hij gemakkelijk op zijne Duitsche bezittingen rust en veiligheid had kunnen genieten. De plicht wijst hem een anderen, weliswaar hachelijken weg. Hier vindt Nietzsche's woord zijne bevestiging, dat het leed als een snel rijdier de ziel naar de volmaking dragen kan. Door lijder te zijn is Willem van Oranje leider geworden. In dagen van strijd zien wij zijne zedelijke persoonlijk heid en zijne godsdienstige overtuiging gelou terd worden. Als al zijne plannen mislukken, zijne bezittingen deels geconfiskeerd, deels door den krijg opgeslokt zijn, dan, zet hij alles op het spel en geeft zich geheel en on verdeeld aan den Nederlandschen opstand. Als Parma met een Spaansch leger hem de Zuide lijke Nederlanden ontrukt, dan zal de Prins zich tot Holland en Zeeland beperken en deze beide gewesten tot de voorposten maken van het worstelend Protestantisme in Europa. Uit Duitschland trekt hij over den IJssel en de Zui derzee, en verbindt zich met de opstandigen: een troep zeeschuimers, verloopen matrozen en boeren. Hij waagt het met hen en voor hen, bereid voor de gemeenschappelijke zaak onder te gaan. (Een zijner uitspraken luidt: „Het is niet nioodig hoop te koesteren om eene onderneming te beginnen en evenmin be hoeft men een succes te beleven om haar door te zetten".) Dan verwerft hij zich dien an deren bijnaam, eervoller dan die van „Zwij ger"; hij wordt ,De Vader des Vaderlands", gelijk het heet op de graftombe, (door Hendrik de Keyser op last van de Staten Generaal pl.m. 1620) te Delft in de Nieuwe Kerk op gericht) „God Almachtig ter eere en ter ge dachtenis van Wilhelmus van Nassouwe, door luchtige Prince van Oranjiën, Vader des Va derlands die het welvaren der Nederlanden meerder heeft geacht dan de welvaart van zich en de zijnen". Herinnert het niet aan wat de schrijver van den Brief aan de Hebreën aangaande den Godsman Mozes getuigt dat hij de versmaad- heid van Christus meerderen rijkdom achtte te zijn dan de schatten van Egypte? Een bij zonder orgaan, instrument en werktuig Gods en een Mozes in Nederland", zóó heeft reeds zijn broeder Jan van Nassau hem kort na zijn heengaan betiteld. Mozes en Willem van Oranje. In een posthuum verschenen artikel heeft mijn onlangs overleden ambtgenoot Eek hof hen naast elkander gesteld als de verde digers van de eenheid van hun volk tegen het particularisme van stammen en provinciën, beiden hebben zij te lijden gehad onder verzet en laksheid van hun eigen volksgenooten. Hoe dikwerf heeft de Prins moeten klagen; „wij worden insonderheyt ghedoot door onze diffi- dentiën jegens malcanderen: daer en is noch liefde noch accoort". De Calvinistische dweeper Petrus Dathe- nus, schold hem openlijk uit voor „een mensche sonder gheloovende ende getrouwicheyt, ende vol van wraèckgierigheyt, die nog om Godt, nog om Religie gaf, maar van staet en nut zijnen afgodt maekte". Is het n'et dezelfde ondank dien Mozes als 's werelds loon van de zijde der door hem be- weldadigen moest leeren kennen? Toen blijft hij tot den laatsten penning zijne schatten op offeren en zijn rust prijsgeven. Nog in 1583 zegt hij: „Ende gelyck we daerinne tot noch toe nyet gespaert en hebben ons eygea leven, noch onser xinderen, broeders, maegschap en de vrienden, mitsgaders de goederen, die Godt almachtich behept baddo ons te verleenen. al- soe hebben wij oyck vastelyck voorgenosmen. met Godts genade, daerinne egeenssints te vercouwen." Ten slotte nog een punt van overeenstem ming met den grondlegger van de Israëlie- tische vrijheid en eenheid: Gelijk Mozes het beloofde land niet heeft mogen binnengaan, zoo de Prins het vrije land niet,, dat zijn le vensideaal was geweest. Maar hij voelde zich een instrument Gods. „Voor zorg is er groote reden, maar wij willen geen moed verliezen' ook al wierden wij van de gansche wereld verlaten en al zou de gansche wereld zich tegen ons stellen. Wij zullen volkomen vertrouwen dat God zijn mach tigen arm over ons uitstrekken zal. Na den slag op de Mookerheide in 1574 laat hij zich tegen zijn breeder Jan aldus uit: „Van droef heid weet ik bijna niet wat ik doe: desniette- min moeten wij ons altijd voegen in Gods wil, vertrouwen op Zijne goddelijke Voorzienig heid, dat Hij, die het bloed van Zijne eigen Zoon vergoten heeft ten nutte Zijner Kerk, niets doen zal dan hetgeen uitloope ter bevor dering van Zijne eer en tot instandhouding Zijner Kerk, alhoewel het der wereld onmoge lijk schijnt. En al kwamen wij allen om, en al werd gansch het arme volk vermoord of ver dreven, nochtans moeten wij ons verzekerd houden, dat God de Zijnen nimmermeer zal ver laten". De opstand tegen Spanje, door onzen groo ten geschiedvorscher Fruin hoofdzakelijk als een nationalistische beweging beschouwd, vindt volgens de nieuwste onderzoekers zijne ver klaring meer in godsdienstige oorzaken. Het zal misschien niet overbodig zijn, U kortelijk de verhoudingen op geestelijk gebied tijdens 's Prinsen leven in herinnering te roepen. Zeil is de Prins Katholiek gedoopt; zijn vader was een verdraagzaam man, die geen partij koos in den strijd tusschen Katholicisme en Hervor ming en beiden godsdiensten vrijheid van be weging gaf in zijn gebied, ja, op eene her- eeniging van de twee gelooven hoopte: eeng illusie, later door zijn zoon gedeeld, die echter behalve Katholieken en Lutherschen te veree nigen, ook Lutheraan en Calvinist meende te kunnen samenbrengen op den grondslag der Luthersche belijdenis (van Augsburg)Pas na den dood van 's Prinsen vader zou te Dillen burg het Protestantisme ingevoerd worden. Intusschen was Willem's moeder reeds Lu- thersch. Overigens waren in die dagen de gren zen tusschen Katholiek en Hervormd nog vaag. Hooren wij niet van iemand uit 's Prinsen omgeving, die zevenmalen van geloof veranderd is? Zooiets teekent! Blijkbaar heeft die man aan weerskanten wel iets gevonden wat hem leek en zich toch nergens duurzaam thuis kunnen gevoelen. Toen Prins Willem op elfjarigen leeftijd als page aan het lichtzinnige hof van de land voogdes kwam, vond hij daar eene omgeving, die streng vasthield aan de uiterlijke ceremo niën van de R.K. Kerk, terwijl de politiek er eigenlijk meer gold dan de religie. Immers, het Roomsche geloof scheen onafscheidelijk van de monarchie; daarom moesten de gruwelijke dwa lingen van de ketterij gewelddadig bestreden worden. Dr. Enno van Gelder heeft in het April nummer van het Nieuw Theologische Tijd schrift een belangrijk opstel gepubliceerd^ waarin hij de religieuse ontwikkeling bij den Prins van Oranje tot 1572 schetst. Daaruit blijkt, dat er destijds velen waren, die :|cii Katholiek bleven, noemen uit gehechtheid aan de ééne allen-omvattende Christelijke Kerk, maar toch op menig punt van die Kerk afwe ken. Tot dezen behoorde de Prins. Dikwijls heeft hij niettemin zijn Katholicis me betuigd en men heeft dat ten onrechte wel voor huichelarij gehouden. Uit d twintig jaren, die na zijne eerste jeugd tc. aan den Beeldenstorm verloopen, blijkt niets van eenige waardeering zijnerzijds van de Hervorming, ofschoon hij er ook niet vijandig tegei er staat. Voor hem is de rele- gie dan ook ri_. vijandig tegenover staat. Voor hem is de relegie dan nog in Róómschen trant een complex van godsdienstplichten. (Wordt vervolgd). Prof. Dr. J. Lindeboom in Kerk en Wereld van 21 April 1933. Groen, Archieve VHI p. 235. 16 Juli 1576, bij Groen, Archives V 380. lb. IV 386 v» 'I r V

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1933 | | pagina 2