Zomerpriizen.
I. H. KRUL |r.
CTOR IA-
ER
i G. G. M.GIORSIS J Zn.
Pianolessen
B. A. CASSEE Zn.
HidderstrJ"™ Haarlem, Tal. 13310
Behangers - Stoffeerders - Beddenmakers
COMPLETE MEUBILEERING
PRIMA BELGISCHE AN IHRAC1ET.
30 x 50 mMf 2.20
20 x 30 mMI 2 30
N.V. STEENKOLENHANDEL voorh.
OVERVEEN - TEL. 11617 - 14106.
Nederlandsche Maatij.
Natuurlijk Bronwater
NAAIMACHINES
L GEYLVOEL Soeislraat 37 Haarlem - lelelaaa 13533
Schoorsteenvegers
JAN F. VAN DANTZIG
BURGERLIJKE STAND.
SPORT.
Willem de Zwijger-herdenking
te Santpoort.
it
Alles per H.L. franco bergplaats,
voor levering in Mei en Juni.
gelofteafleggingen. Vervolgus kreeg men in
deze acte het interieur van „De Gilde-winckel"
te zien, waarin verschillende meisjesgroepjes
aanschouwelijk maakten, hoe padvindsters ver
trouwd worden met eerste hulp bij ongevallen,
vrouwelijke handwerken, het maken van speel
goed voor arme kinderen, zwemmen, redden
van drenkelingen, eten kooken, fietsbanden
herstellen, musiceeren, enz. enz. te veel om op
te noemen, terwijl bij elk dezer oefeningen,
door een der padvindsters een vergroot beeld
getoond werd van het insigne, dat bij geble
ken bekwaamheid, gedragen mag worden, op
de mouwen van sommige padvindsters in de
zaal prijkte een gansche collectie dezer distinc
tieven. Het slot deze acte bracht een kleur
rijke vlaggenceremonie, een begroeting der
vlaggen van de vele landen, die padvmasters-
organisatie bezitten, aan den bondsvlag.
Na de paüze lichtte een der bestuursleden,
het werk der „Blauwe Vogels" toe. Het vader
land deze vogels is Engeland; van daaruit
hebben zij zich in vele landen, ook het onze,
genesteld. In schrille tegenspraak met de vo
gelen des hemels, missen dezen echter de on
belemmerde vrijheid van beweging. Het zijn
de beklagenswaardige patientjes, die door een
of andere ongeneeslijke ziekte, voor altijd bui
ten de samenleving staan: lammen, blinden,
doofstommen, ja (in Engelsch-Indië) zelfs
melaatschen. Zij hebben zoo sterk het gemis
van kameraadschap gevoeld, in hun groote,
nimmer eindigende eenzaamheid; totdat het
heerlijk oogenblik aanbrak, dat ze bij het pad-
vindstercorps werden ingelijfd, tot ze een
blauwe vogel werden. Van toenaf kregen ze
contact met vriendelijke pioniers, die hun elke
veertien dagen een brief zonden, geen gewone
brief, maar een, die hun hart verlichtte, hun
blijmoedigheid gaf; van toenaf konden zij ook
genieten van kampeeren in speciaal voor hun
ingerichte kampen. Een aantal lantaarn
plaatjes op het witte doek geprojecteerd ver
duidelijkte deze belangwekkende voordracht.
Dat pioniers zich ook nog verdienstelijk ma
ken door hulpverleening in de huishouding van
weinig met aardsche goederen bedeelden, bij
ziekte van de moeder, of bij verzorging van
jonggeborenen, wist een der pioniers overtui
gend op het tooneel te demonstreeren. De
laatste acte bracht tafereeltjes uit het kamp
leven, de reveille, het ontbijt, vlaggenparade en
kampvuur, waarbij als passend slot, de meisjes
elkaar, goeden nacht" toezongen.
ENGLISH ASSOCIATION TE HAARLEM.
VOORDRACHT OVER PERZIë.
Dinsdagavond bood „the Haarlem Branch of
the English Association in Holland", haar leden
een avond aan in de Kroon te Haarllem. Spre
ker was de heer Bradley Birt, met het onder
werp „Persia." Deze bijeenkomst was de laat
ste, welke in dit vereenigingsjaar gehouden
werd en daarom herdacht de voorzitter het
werk in dit jaar verricht en spoorde de leden
aan nieuwe leden te winnen.
De heer Birt vroeg hem in gedachte te wil
len volgen naar Perzië en alles te vförgeten wat
„Westersch" is. Ook ons zindelijk Holland, want
Perzië is niet zindelijk. Want dit mysterieuse
land, waar de bevolking alle begrip van tijd
mist, is zoo Oostersch dat zelfs reizigers als
spreker, die jarenlang in Engelsch-Indië ver
toefd hlebben, zich daar weer in een geheel on
bekende, onvermoede wereld verplaatst ge
voelen. Twee maal, en in verschillende richtin
gen, doorkruiste spr. dit land, voor 't laatst tij
dens den wereldoorlog, toen hij door de Engelsche
itegeering met een diplomatieke zending be
last werd. Duizenden mijlen legde hij te voet af,
of op een muildier, meest in streken, waar elke
gebaande weg ontbreekt, tenzij men de kara
vaansporen met dien naam wil aanduiden.
Maar steeds volslde hij zieh veilig en de revol
ver, bij den aanvang der reis gekocht, bleef on
aangeroerd bg de bagage; de Perzen zijn vrede
lievend; een vierde deel der 12 millioen in
woners, leidt nog altijd het viteedzame leven
van zwervende herders. Toen de wereldoorlog
eindigde, trad dit land ongeschonden te voor
schijn en hernamen de herders in de steppen, de
handwerkslieden in de bazars hun eeuwenoude
handwerk weder op.
Na een inleiding, omtrent aardrijkskundige
ligging, klimaat, geschiedenis, bouwkunst en
zeden der bewoners, gaf dia heer Birt aan de
hand van lantaarnplaten een schets van zijn
laatste reis.
Als aanvangspunt een geopende poort van
een lusthof, mét een verrukkelijken doorkijk op
een laan, met marmer geplaveid, omzoomd door
hooge boomen in rijken lentebloei. Een eenzaam
man zit in stille overpeinzing, met de beenen
gekruist (stoelen en tafels zijn hier niet in ge
bruik) op den vloer; hij beluistert dien zang van
den Perzischen nachtegaan en het ruischen van
een kiemen, kunstmatig aangelegden waterval.
Geen ander geluid mag hem in zijn meditatie
storen; uren lang blijft bij daarin verzonken;
die Pers mist ons besef van tijd.
Ook de bouw der huizen de afbeeldingen
bewezen dit duidelijk wijst op behoefte aan
intieme, onbespiede rust; geen venster geeft
uitzicht op de omgeving; slechts de muren,
dile de binnenplaats vormen hebben vensters.
Een enkel hoog huis, dat spreker diep in het
land aantrof, vertoonde ramen; doch het bleek,
dat dit slechts blinde ramen waren, ja, dat de
geheele eerste verdieping massief was, en de
bovenste twee verdiepingen slechts een kleine
ruimte bezaten. Het doel waarvoor dat statige
gebouw gemaakt werd, is onbekend; vermoe
delijk is het een vorstelijke graftombe geweest.
Even afwijzend als de vensters voor onge-
wenschte blikken zijn, is ook de toegangsdeur;
want de buitendeur voert steeds naar een gang
rondom de binnenplaats, en in dien gang ligt,
een weinig verder dan de toegangspoort van
den buitenmuur, de eigenlijke deur die toegang
tot het huis geeft. Soms wonen verschillende
families in een gemeenschappelijk huis, zooals
de lantaarnplaat van de bergvesting Jesdichast,
tusschen Jesd en Mohamera duidelijk te zien
gaf, doch hoewel daarin 250 menschen ver
blijven, is er maar één houten brugje dat toe
gang geeft tot de eenige deur van dit groote
gebouw. Perzië kent veel versterkte steden,
door hooge muren en smalle grachten omgeven,
met slechts ééne wegneembare toegangsbrug.
Even afwijzend voor toenadering als de huizen,
zijn de vrouwen. Nooit ontmoet men er eene,
wier gelaat niet door een langen, witten sluier
bedekt is, en zij allen dragen onveranderlijk,
een groot zwart kleed, dat de vormen verhult,
en waaronder alleen de sierlijke roodlederen
laarsjes te voorschijn treden. Maar welk een
voordeel biedt deze vermomming, hoe schept
zij de gelegenheid voor vroolijke vrouwtjes om
de controle harer echtgenooten te verschalken!
Perzië is rijk aan goed bewaarde, eeuwen
oude monumenten, graftomben en tempels; en
al staan er ook alleen nog maar de sierlijke
hooge zuilen van deze laatsten, men bedenke,
dat eeuwen geleden een dak van cederhout of
kostbare tapijten hen bekroonde; bouwstoffen,
vergankelijker dan het graniet dezer zuilen.
Vele beelden, van wat Perzië aan belangrijks
den reiziger biedt, trokken op het witte doek
aan ons oog voorbij: panorama's van berg- en
laagland, doorkijkjes in straten en pleinen van
groote en kleine steden, interieurs van paleizen,
waaronder een zeldzame opname van den troon
zaal der vorsten, met een prachtigen troon, ge-
incrusteerd met edelgesteenten, enz., tot wij
aan het slot, ons weder bevonden in dien ge-
heimzinnigen tuin, waar wij onzen tocht hadden
aangevangen.
De voorzitter wist juiste en geestige woorden
te vinden om den geleerden spreker op echt
Angelsaksische wijze te danken.
B.
SCHAAKNIEUWS.
Woensdagavond 17 Mei zal de Schaakclub
„Kijk Uit" uit Velsen, een bezoek aan de Bloe-
mendaalsche Schaakclub brengen in het Jeugd
huis aan de Donkerelaan, tot het spelen van
een vriendschappelijken wedstrijd.
Daar dit een prettige ontmoeting belooft te
worden en de Velsenaren in groeten getale
zullen komen is aller opkomst zeer gewenscht.
NOODFONDS 1933-
tot steun van de Duitsche, Jood'-
sche vluchtelingen.
Onder dank ontving ons Bijkantoor, Bloemen-
daalscheweg 42 t'e Bloemendaal, als bijdrage
voor bovengenoemd Noodfonds, van Mevr. Kr.,
alhier, eien bedrag van f 5.
Wij lippen, dat dit voor-beeld door velen moge
gevolgd worden.
HET 1 MEIFEEST DER AFDEELING
BLOEMENDA AL- SANTPOORT
DER S.D.A.P.
Reeds des morgens half negen nam bovenge
noemd feest een aanvang. Op dit tijdstip had
den de deelnemers zich verzameld voor het ver-
eenigingsgebouw „De Toorts", waar weldra sa-
menzangen weerklonken en toespraken gehouden
werden. Na het planten van den Meiboom, toog
men in optöcht naar het feestterrein in het
Burgm. Rijkenspark te Santpoort, om daar in
de Harddraverslaan, verschillende spelen uit te
voeren, te gymnasticeeren, te dansen, en wat
dies meer zi), zoodat het tijdstip van koffiedrin
ken was aangebroken vóór met het wist. In ho
tel „de Weiman" werd toen de- gezamenlijke'
broodmaaltijd gehouden,, waarbij de zaal veel
te klein bleek om alles te bevatten. Daar wacht
te den deelnemers een aangename verrassing, en
wel, de opvoering van het Meispel „Lente bloe
men" van C. HilleGaerthé, getoonzet door Ch.
v. Rennes. Hoe harmonieus sloot dit lieve
zangstuk, met zijn zeer jeugdige vertolkertjes
van lentebloemen, koning Winter, de Lente ko
ningin en de Zon, zich aan, bij dezen, van zon
overgoten, 1 Mei-dag. Fleurig en kleurig ta
fereel, klare kinderstemmetjes, beschaafde uit
spraak, welbegrepen weergave der rolletjes, hoe
kostelijk teeder was dit alles. Een woord van
hulde aan de dame, die, geheel .belangloos dit
Meispel met de kindertjes instudeerde!
Van de „Weiman" ging het nu in marsch-
formatie, met muziek, vlaggen en banieren door
Santpoort's straten en lanen, tot de lange stoet
weder aan „de Toorts" genaderd was. Een der
dames van het bestuur ontbond daar den op
tocht.
De feestelijkheden waren hiermede echter nog
niet geëindigd, want 's avonds tegen acht uur
stroomde het Jeugdhuis aan de Donkerlaan te
Bloemendaal vol, ja letterlijk overvol, (want
nimmer zagen wij zulk een geweldige opkomst
in dit gebouw ais dien avond) met leden der
S.D.A.P. Daar waren de Bestuurdersbond, de
Vrouwenclub, het instituut voor arbeidersont
wikkeling, het gemengd zangkoor „Morgenkoor",
de vereeniging tot afschaffing van alcoholhou
dende dranken en de Arbeiders Sportbond, naast
een niet te tellen aantal gewone leden, en
A.J.C.ers.
Na opening der feestelijke bijeenkomst dooi
den Voorzitter van het Mei-commlté, zong „Mor
genrood", onder leiding van den heer Meijer
Smeer eenige liederen, waarna de heer Moile
Eisma het woord verkreeg voor het uitspreken
der Meirede. Spreker is een academisch gevormd
man, wien de gave der welsprekendheid niet
onthouden is; hij beheerscht zijn stof, wat ver
klaarbaar is, terwijl hij gesalarieerd propagandist
is. Alles te zamen genomen was het voor de
aanwezigen een genot naar zijn bezielende taal
te luisteren hoewel daarin zijn partijgenooten,
althans den Duitschen de roede niet gespaard
werd. De toespraak, di^ volgens spreker over
een komt met een oudejaarsavond-rede, omdat
bedden een terugblik over het afgeloopen jaar,
en een reeks verwachtingen en te vervullen
plichten voor het ingetreden jaar, bevatten,
werd warm toegejuigd.
De samenzang der aanwezigen gaf gelegenheid
het tooneel in dien tusschentijd in t'e richten
tot dansvloer, voor zoover althans de geringe
afmetingten van dit platvorm «ach daartoe
leenen.
En nu kwam, wat voor velen het neusje van
den zalm was: Mej. Rie Miedema ons vergasten
op haar plastische dansen, haar Poolsehe Dans
van Wieniawski, haar Wals van Brahms. Pre
lude van Debussy, en haar Frühlingstimmen-
wals van Johann Strauss. Luide toejuichingen
verwierf deze kunstenares voor haar schitterend
spel. Na de pauze kregen we een z.g. Bontpro-
gi-amma van de A.J.C. te zien, waarbij een koor
hoornblazers, jonge vrouwen en jonge mannen,
de voorstelling opende met een lustige fanfare,
die gevolgd werd door figuurdansen onder fluit-
bageleiding, en een allerdolste één-acter, waarin
Flierefuiter, de Kruik, de Grensjager en Bra-
bantsehe boertjes en boerinnetjes de zotste stre
ken uithalen of er h'et slachtoffer van worden.
Weder volgden zangen van „Morgenrood" en
weder genoten we van hét sublieme spel van
mej. Rie Miedema, bij haar plastische uitbeel
ding van Smart van Chopin, Bezinning (Morgen
rood) van de Nobel, en als hoogtepunt: Strijd
(Prelude) van Rachmaninoff. Dit nummer
vormde een passend slot aan dezen vreugde
vollen dag.
Bieden heden aan
OPKLAPBED MET GEZONDHEIDSMATRAS
Massief eiken ombouw te zamen compleet f 21.50
WIT LAQUÉ LEDIKANT met GEZONDHEIDSMATRAS f 9.50
AUTOBUSDIENST
AERDENHOUT—BLOEMENDAAL.
Verschillende inzenders van Ingezonden Stuk
ken betoogen het nut van een autobusdienst
AerdenhoutBloemendaal. Teneinde deze in
zenders inzake hun verlangens gerust te stellen
zij er op gewezen, dat 15 Mei a.s. door Ged.
Staten dezer provincie een concessie aanvrage der
N.V. Stormvogels in behandeling zal komen voor
een lijn Haarlem (Lorentzplein)Aerdenhout
OverveenBloemendaal. Het staat natuurlijk
ieder vrij, aan genoemd college een adhaesie be
tuiging met de tot standkoming dezer lijn te
zenden,
GEMEENTE BLOEMENDAAL.
INGEKOMEN PERSONEN.
(Opgave van 1926 April '33.)
W. J. Pelt, Dahlialaan 15, Aerdenhout; A. M.
G. van Steeden, Kastanjelaan 5, Bloemendaal;
C. P. Soutendam, Brederodelaan 24, Bloe
mendaal; C. M. J. van den Heuvel, Pr. Hen-
driklaatt 117, Overveen; Wed. C. M. G. Allart
van Tongeren, Pr. Hendriklaan 117, Overveen;
B. M. Bulten, Kleverlaan 99, Bloemendaal; M.
H. v. CampenHannink, Kastanjelaan 29,
Bloemendaal; E. J. H. Dull, Noorder Stations
weg 17, Bloemendaal; P. H. Kelderman, Bloe-
mend.weg 135, Bloemendaal; L. Backer, Hooge
Duin en Daaischew. 8, Bloemendaal; B. Kor-
zelius, Alb. Thijmlaan 3, Santpoort-Station;
S. Posthuma, Acacialaan 10, Bloemendaal.
'1
GEMEENTE BLOEMENDAAL.
Ingekomen personen: H. Stokvis, Platanen-
laan 61, Bloemendaal; K. A. van Oosterzee,
Madelievenlaan 6, Aerdenhout; W. G. Prins,
Leidschevaart 106, Vogelenzang; Wed. J. M.
RuttenZwang, Pr. Hendriklaan 127, Over
veen; G. Bakker, Iepeniaan 33, Bloemendaal;
G. A. H. Hoppe, Bloemenriaalscheweg 145,
Bloemendaal; P. A. Rowaan, Prins Hendrik
laan 103, Overveen; A. Th. de Rooij, Or. Nas-
saulaan 134, Overveen; B. K. Blommendaal,
Noorder Stationsweg 11, Bloemendaal; W. A.
L. Jeurgens, Oranje Nassaulaan 100, Overveen;
J. Borst, Julianalaan 75, Overveen; E. Bloem
hof, Verbenalaan 18, Aerdenhout; Mej. E. J.
M. Hesemans,. Johan Verhulstweg 14, Sant
poort-Station; Mej. A. Wernik, Johan Ver
hulstweg 14, Santpoort-Station; G. H. Wou
ters, Platanenlaan 79, Bloemendaal; H. C. J.
Huikeshoven, Esschenlaan 8, Bloemendaal; J.
Wolff, Oranje Nassaulaan 71, Overveen; SI.
W. Simons, Oranje Nassaulaan 80, Overveen;
Wed. Ch. J. Lee, geb. van yyijk, Iepenlaan 80,
Bloemendaal; IC van Dorsten, De Genestet-
weg 13, Bloemendaal; Ch. M. W. Bernhard,
Iepenlaan 41, Bloemendaal; W. Kehrer, Ken-
nemerweg 8, Bloemendaal; W.. G. Broekhuy-
sen, Noorder Stationsweg 13, Bloemendaal.
Bevallen: M. J. C. MuschterStrack van
Schijndel, d. H. VisscherKwak, d.
Ondertrouwd: C. J. Beke en G. J. M. Hen-
drix; M. Schuurman en G. J. Hoffschlag.
Getrouwd: J. Krijnen en M. J. Warmerdam.
Overleden: J. S. Bouwmeester, echtgenoote
ran H. Menke, 67 j. M. Roozen, 77 j. H.
Kramer, 87 j.
BLOEMENDAAL.
Gevonden en terug te hekomen bij: Kemper,
Kerkplein 17 Bloemendaal, een oud damesrij
wiel; Klussener, Noorderstationsweg 2, Bloe
mendaal, een gouden oorbel; A. Kerkman, Van
Lennepstraat 11, Zandvoort, een benzinebus;
Dop, Oranje Nassaulaan 175 Overveen, een
koperen gewicht; H. Stadlander, Noordlaan 3,
Bloemendaal, een bruinlederen sigarenkoker;
W. D. Smoor, Vondelkade 10 Heemstede- een
damesportemonnaie met inhoud; W. v. d. Veen,
Platanenlaan 47, Bloemendaal een vulpenhou
der; C. v. d. Horst, Brederodeweg 17 Bloemen
daal, een rijwieltoelastingmerk; Bleijendaal,
Hospeslaan 10 Haarlem, een bont; Braam, J.
W. Frisoaan 15 Overveen, een paar dames
handschoenen; Hoffschlag, Paviljoen „De Uit
kijk", Kopje te Bloemendaal, een tweetal huis
sleutels; J. Hoogland, Pastoorstraat 24, Sant
poort, een huissleutel; O. Tuilenaar, Zijlweg
10, Overveen, een matrozen muts; Dunlop,
Bloemendaascheweg 86, Overveen een postduif
gemerkt 224-Z. N. U. R. F. 32-E.' 551; aan het
bureau van politie Overveen, een meisjeshoed;
een riem; een huissleutel; een trechter: een
ceintuur,
ÖBERLAHNSTEIN
leveren wij de BESTE; in orde maken wij da
slechtste voor den minsten prijs.
GEDIPL. N.T.V.
OUD-LEERLING o.a. van wijlen DIRK SCHaFER
BLOEMEND.WEG 98a, TEL. 22014
BLOEMENDAAL
GEMEENTE BLOEMENDAAL.
(Opgave van 19—26 April '33.)
Bevallen: G. HardebolGaakeer, z.; H. W.
v. Peperzeel—Wulfhorst, d.; E. P. Oorthuis—
Apswoude, d.
Ondertrouwd: T. de Jong en H. G. v. der
Meulen; H. F. Oliver en M. L. I. Bal.
Getrouwd: J. Heeremans en M. E. Mol.
Overleden: B. Wissenburg, wed. van W. H.
Hartgering, '78 jaar; W. H. M. Heslenfeld, 70
jaar; D. van Andel, 38 jaar, overleden te
Haarlem.
BLOEMENDAALSCHE REDDINGSBRIGADE.
Met 't oog op een te verwachten geringe
deelname, heeft 't bestuur der Bloemend. Redd.
Brigade besloten, de voorgenomen nationale
zwemwedstrijden in Stoops Bad, welke gehou
den zouden worden bij gelegenheid van 't 10-
jarig bestaan der B. R. B., van 't programma
af te voeren.
ONDER STRAATJONGENS.
Twee jochies stonden in de Kalverstraat te
Amsterdam voor 'n slagerswinkel.
Thijsje tegen Kobus: Zeg David, ik wou, dat
ik die fijne worst kon gappen, wat zou ik fijn
tjes smullen!
Kobus: Thijsje hou je mond, als je vader t
hoort, draait ie zich om in z'n doodkist.
Thijsje: Nou, dan neem jij er ook een, dan
leit'ie weer goed.
door
Frnf. Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga.
(Ie vervolg.)
In zijn laatsten levenstijd als sober levend
man te Delft, gaat de Prins nóg gebukt onder
een grooten schuldenlast, omdat hij alles heeft
veil gehad voor de publieke zaak. Zoo zien wij
hem groeien van nee verwende troetelkind der
fortuin „tot een vroeg-ouden vroeg-rijpen man
van ernst en bezadigdheid, van toewijding, op
offeringsgezindheid en trouw"*).
Op een oogenblik, dat de revolutie er vrij
hopeloos voorstaat en er niet veel eer aan te
behalen schijnt, neemt hij de leiding en waagt
goed en leven, ofschoon hij gemakkelijk op
zijne Duitsche bezittingen rust en veiligheid
had kunnen genieten. De plicht wijst hem een
anderen, weliswaar hachelijken weg. Hier
vindt Nietzsche's woord zijne bevestiging, dat
het leed als een snel rijdier de ziel naar de
volmaking dragen kan. Door lijder te zijn is
Willem van Oranje leider geworden. In dagen
van strijd zien wij zijne zedelijke persoonlijk
heid en zijne godsdienstige overtuiging gelou
terd worden. Als al zijne plannen mislukken,
zijne bezittingen deels geconfiskeerd, deels
door den krijg opgeslokt zijn, dan, zet hij
alles op het spel en geeft zich geheel en on
verdeeld aan den Nederlandschen opstand. Als
Parma met een Spaansch leger hem de Zuide
lijke Nederlanden ontrukt, dan zal de Prins
zich tot Holland en Zeeland beperken en deze
beide gewesten tot de voorposten maken van
het worstelend Protestantisme in Europa. Uit
Duitschland trekt hij over den IJssel en de Zui
derzee, en verbindt zich met de opstandigen:
een troep zeeschuimers, verloopen matrozen
en boeren. Hij waagt het met hen en voor
hen, bereid voor de gemeenschappelijke zaak
onder te gaan. (Een zijner uitspraken luidt:
„Het is niet nioodig hoop te koesteren om
eene onderneming te beginnen en evenmin be
hoeft men een succes te beleven om haar door
te zetten".) Dan verwerft hij zich dien an
deren bijnaam, eervoller dan die van „Zwij
ger"; hij wordt ,De Vader des Vaderlands",
gelijk het heet op de graftombe, (door Hendrik
de Keyser op last van de Staten Generaal
pl.m. 1620) te Delft in de Nieuwe Kerk op
gericht) „God Almachtig ter eere en ter ge
dachtenis van Wilhelmus van Nassouwe, door
luchtige Prince van Oranjiën, Vader des Va
derlands die het welvaren der Nederlanden
meerder heeft geacht dan de welvaart van zich
en de zijnen".
Herinnert het niet aan wat de schrijver van
den Brief aan de Hebreën aangaande den
Godsman Mozes getuigt dat hij de versmaad-
heid van Christus meerderen rijkdom achtte
te zijn dan de schatten van Egypte? Een bij
zonder orgaan, instrument en werktuig Gods
en een Mozes in Nederland", zóó heeft reeds
zijn broeder Jan van Nassau hem kort na zijn
heengaan betiteld. Mozes en Willem van
Oranje. In een posthuum verschenen artikel
heeft mijn onlangs overleden ambtgenoot Eek
hof hen naast elkander gesteld als de verde
digers van de eenheid van hun volk tegen het
particularisme van stammen en provinciën,
beiden hebben zij te lijden gehad onder verzet
en laksheid van hun eigen volksgenooten. Hoe
dikwerf heeft de Prins moeten klagen; „wij
worden insonderheyt ghedoot door onze diffi-
dentiën jegens malcanderen: daer en is noch
liefde noch accoort".
De Calvinistische dweeper Petrus Dathe-
nus, schold hem openlijk uit voor „een mensche
sonder gheloovende ende getrouwicheyt, ende vol
van wraèckgierigheyt, die nog om Godt, nog
om Religie gaf, maar van staet en nut zijnen
afgodt maekte".
Is het n'et dezelfde ondank dien Mozes als
's werelds loon van de zijde der door hem be-
weldadigen moest leeren kennen? Toen blijft
hij tot den laatsten penning zijne schatten op
offeren en zijn rust prijsgeven. Nog in 1583
zegt hij: „Ende gelyck we daerinne tot noch
toe nyet gespaert en hebben ons eygea leven,
noch onser xinderen, broeders, maegschap en
de vrienden, mitsgaders de goederen, die Godt
almachtich behept baddo ons te verleenen. al-
soe hebben wij oyck vastelyck voorgenosmen.
met Godts genade, daerinne egeenssints te
vercouwen."
Ten slotte nog een punt van overeenstem
ming met den grondlegger van de Israëlie-
tische vrijheid en eenheid: Gelijk Mozes het
beloofde land niet heeft mogen binnengaan,
zoo de Prins het vrije land niet,, dat zijn le
vensideaal was geweest.
Maar hij voelde zich een instrument Gods.
„Voor zorg is er groote reden, maar wij
willen geen moed verliezen' ook al wierden wij
van de gansche wereld verlaten en al zou de
gansche wereld zich tegen ons stellen. Wij
zullen volkomen vertrouwen dat God zijn mach
tigen arm over ons uitstrekken zal. Na den
slag op de Mookerheide in 1574 laat hij zich
tegen zijn breeder Jan aldus uit: „Van droef
heid weet ik bijna niet wat ik doe: desniette-
min moeten wij ons altijd voegen in Gods wil,
vertrouwen op Zijne goddelijke Voorzienig
heid, dat Hij, die het bloed van Zijne eigen
Zoon vergoten heeft ten nutte Zijner Kerk,
niets doen zal dan hetgeen uitloope ter bevor
dering van Zijne eer en tot instandhouding
Zijner Kerk, alhoewel het der wereld onmoge
lijk schijnt. En al kwamen wij allen om, en al
werd gansch het arme volk vermoord of ver
dreven, nochtans moeten wij ons verzekerd
houden, dat God de Zijnen nimmermeer zal ver
laten".
De opstand tegen Spanje, door onzen groo
ten geschiedvorscher Fruin hoofdzakelijk als
een nationalistische beweging beschouwd, vindt
volgens de nieuwste onderzoekers zijne ver
klaring meer in godsdienstige oorzaken. Het
zal misschien niet overbodig zijn, U kortelijk
de verhoudingen op geestelijk gebied tijdens
's Prinsen leven in herinnering te roepen. Zeil
is de Prins Katholiek gedoopt; zijn vader was
een verdraagzaam man, die geen partij koos
in den strijd tusschen Katholicisme en Hervor
ming en beiden godsdiensten vrijheid van be
weging gaf in zijn gebied, ja, op eene her-
eeniging van de twee gelooven hoopte: eeng
illusie, later door zijn zoon gedeeld, die echter
behalve Katholieken en Lutherschen te veree
nigen, ook Lutheraan en Calvinist meende te
kunnen samenbrengen op den grondslag der
Luthersche belijdenis (van Augsburg)Pas na
den dood van 's Prinsen vader zou te Dillen
burg het Protestantisme ingevoerd worden.
Intusschen was Willem's moeder reeds Lu-
thersch. Overigens waren in die dagen de gren
zen tusschen Katholiek en Hervormd nog vaag.
Hooren wij niet van iemand uit 's Prinsen
omgeving, die zevenmalen van geloof veranderd
is? Zooiets teekent!
Blijkbaar heeft die man aan weerskanten
wel iets gevonden wat hem leek en zich toch
nergens duurzaam thuis kunnen gevoelen.
Toen Prins Willem op elfjarigen leeftijd
als page aan het lichtzinnige hof van de land
voogdes kwam, vond hij daar eene omgeving,
die streng vasthield aan de uiterlijke ceremo
niën van de R.K. Kerk, terwijl de politiek er
eigenlijk meer gold dan de religie. Immers, het
Roomsche geloof scheen onafscheidelijk van de
monarchie; daarom moesten de gruwelijke dwa
lingen van de ketterij gewelddadig bestreden
worden.
Dr. Enno van Gelder heeft in het April
nummer van het Nieuw Theologische Tijd
schrift een belangrijk opstel gepubliceerd^
waarin hij de religieuse ontwikkeling bij den
Prins van Oranje tot 1572 schetst. Daaruit
blijkt, dat er destijds velen waren, die :|cii
Katholiek bleven, noemen uit gehechtheid aan
de ééne allen-omvattende Christelijke Kerk,
maar toch op menig punt van die Kerk afwe
ken. Tot dezen behoorde de Prins.
Dikwijls heeft hij niettemin zijn Katholicis
me betuigd en men heeft dat ten onrechte wel
voor huichelarij gehouden.
Uit d twintig jaren, die na zijne eerste
jeugd tc. aan den Beeldenstorm verloopen,
blijkt niets van eenige waardeering zijnerzijds
van de Hervorming, ofschoon hij er ook niet
vijandig tegei er staat. Voor hem is de rele-
gie dan ook ri_. vijandig tegenover staat. Voor
hem is de relegie dan nog in Róómschen trant
een complex van godsdienstplichten.
(Wordt vervolgd).
Prof. Dr. J. Lindeboom in Kerk en
Wereld van 21 April 1933.
Groen, Archieve VHI p. 235.
16 Juli 1576, bij Groen, Archives V 380.
lb. IV 386 v»
'I r V