nu Druiven 1ste soort Frankenthalers, 20 ct. per - Mr. Cornelisstraat 40 - Telefoon 15014 KRUIDNOT Trinie Uzer Boeken- en Portefeuille-! P. L. de GEMEENTERAAD. SPORT. Ontvangen boeken. Kijkjes buiten. VAN VELTHUYSEN De Raad vergaderde gistermiddag onder pre sidium van Jhr. Mr. C. J. A. den Tex. burge meester. Punt 1. Installatie nieuw inkomend lid. Het nieuw inkomend lid, de heer C. B. Posthu mus Meyjes legt den vereischten eed af en wordt door den voorzitter geïnstalleerd. Punt 2. Ingekomen stukken. Bericht van Gedeputeerde Staten, dat zij hunne beslissing verdaagd hebben omtrent: a. het raadsbesluit tot verlaging der rente van het voorschot aan „Bosch en Duin"; b. het raads besluit tot verkoop der Eschdoornlaan, Verzoek van de Verkeerscommissie Haarlem en Omstreken om het verkeer op de Busken Huet- laan in één richting (west-oost) te leiden. B. en W. stellen voor afwijzend op dit verzoek te beschikken, daar anders het verkeer van de Kleverlaan naar Overveen zou geleid worden langs Korte Kleverlaan en Bloemendaalscheweg. Dit zou ten gevolge hebben, een gevaarlijke krui sing bij café Rusthoek, terwijl bovendien de Korte Kleverlaan door hare bochten evenmin een doelmatige verkeersweg is. Punt 3. Financieele Commissie. Benoemd werden tot leden der Financieele Commissie Mr. Dr. J. Luden, C. Schulz, Mr. T. F. M. de Lestrieux Hendricks en Jhr. G. C. Quarles van Ufford. Punt 4. Benoemingen. Benoemd worden voorts: Tot leden der Commissie van publieke werken A. Cassee, H. Hogenbrik, W. Noorman en C. B. Posthumus Meijjes. Tot leden van Onderwijs-Commissie: H. Ho- genbirk en Mr. T. F. M. de Lestrieux Hendricks. Tot leden van het gas- en waterleidingbedrijf: H. Hogenbirk en Jhr. G. C. Quarles van Uffora. Tot leden der Brandweer-commissie: A. Cassee en C. B. Posthumus Meijjes. Tot leden der Commissie voor Sociale belangen W. Noorman en R. H. Bolleman, P. E. v. Ries sen en Mr. A. J. Enschede. Punt 5. Rechtsgeleerde Commissie. Tot leden der Rechtsgeleerde Commissie wer den benoemd Mr. T. F. de Lestrieux Hendricks, P. Dorhout Mees, P. E. van Riessen en Mr, Dr. P. Witteman. Funt 6. Ruiling van grond. Daar het wenschelijk is om voor verbetering van de afronding der Willem de Zwijgerlaan een strook grond, toebehoorende aan den heer J. E. Post, in eigendom te krijgen tegen afstand van een strookje grond, deel van perceel sectie E no. 7010, stellen B. en W. voor, tot dit doel met den heer Post een ruiling van grond aan te gaan. Aangenomen. Punt 7. Overname van grond. B. en W. stellen voor het in deze gemeente gelegen gedeelte van den Bergweg van de pro vincie Noordholland over te nemen, mits een som van f 5000.ineens door de provincie wordt uitgekeerd ter tegemoetkoming in de jaarlyksche on derhoudskosten. Aangenomen. Punt 8. Verhuur van grond. B. en W. stellen voor van 1 September 1933 voor den tijd van één jaar met stilzwijgende voortzetting van deze huur en verhuur van jaar tot jaar, tenzij de huur ten minste één maand vóór afloop van den termijn wordt opgezegd, aan de firma J. G. Eldering en Co. voornoemd, te verhuren tegen een bedrag van f 370.per jaar, een perceel bollengrond, ter grootte van ongeveer 8714.50 M2. Aangenomen. Punt 9. Verhuur van grond. B. en W. stellen voor aan P. Th. Sintenie, ongeveer 30.000 M2. weiland langs den Kenne- merweg te verhuren, voor f 270 per jaar. Aangenomen. Punt 10. Leges verordening. B. en W. stellen, ingevolge advies van het Ministerie van Binnenlandsche Zaken, voor: in te trekken het raadsbesluit van 18 Mei 1933 houdende vaststelling van eene verordening tot aanvulling der verordening tot heffing eener be lasting onder den naam van „leges", welke aan vulling de heffing van f 5.leges beoogde voor eene vergunning voor eene openbare filmvertoo ning. Aangenomen. Punt 11. Personeele belasting. Aangezien het B. en W. billijk voorkomt de perceelen of gedeelten van perceelen, uitsluitend dienende tot uitoefening van het bedrijf van houder van een koffiehuis, restaurant of andere inrichting tot het gebruiken van spijzen en dranken tegen betaling, voor de personeele be lasting gelijk te stellen met perceelen of ge deelten van perceelen, vallende onder art. 11, par. 2, letter A, der Wet op de Personeele Be lasting 1896, stellen B. en W. voor, deze aan gelegenheid bij verordening te regelen. Aangenomen. Punt 12. Monumenten-verordening. B. en W. bieden den Raad ter vaststelling aan een nieuwe verordening op de monumenten in de gemeente Bloemendaal. Aangenomen. Punt 13. Bezoldiging ambtenaren van den Bur gerlijken Stand. Overwegende, dat Gedeputeerde Staten be zwaar hebben gemaakt tegen het raadsbesluit d.d. 16 Maart 1933, inzake de bezoldiging van de ambtenaren van den Burgerlijken Stand dezer gemeente, stellen B. en W. voor te besluiten, onder intrekking Van alle vorige besluiten, waar bij regeling van de bezoldiging van de ambte naren van den burgerlijken stand alhier werd verzocht. Gedeputeerde Staten te verzoeken de bezoldiging van bovenbedoelde ambtenaren dezer gemeente als volgt te regelen: De jaarwedde van den ambtenaar van den burgerlijken stand belast met alle werkzaam heden betreffende den burgerlijken stand, be draagt f 250.—, terwijl zijn beide plaatsvervangers elk een jaarwedde van f 25.genieten; en in te trekken artikel 2 der verordening tot regeling van de bezoldiging van het personeel in dienst der gemeente BloemendaaL Aangenomen. Punt 14. Schoolarts. B. en W. stellen voor met ingang van 5 Sep- tember 1933 te benoemen tot schoolarts voor de St. Adelbertusschool te Bloemendaal den Heer C. J. G. Bos, arts te Overveen, zulks op een ver goeding van f 1.per leerling, met dien ver stande, dat het aantal leerlingen wordt bepaald op het gemiddeld aantal, hetwelk op 16 Maart, 16 Juni, 16 September en 16 December van het jaar, waarvoor de vergoeding geldt, de school heeft bezocht. De heer Bos wordt benoemd. Punt 15. Vergoeding wegens art. 100 L.O.-wet. Aan de Ned. Herv. Gemeente wordt de usan tieele vergoeding verleend voor hare scholen voor L. O. en U. L. O. over 1932. Aangenomen. Punt 16. Bijslag verordening. B. en W. stellen voor, het R.K. Gymnasium voor Meisjes „Sancta Maria" te Haarlem op te nemen in de verordening op de toekenning van bijslagen in schoolgelden voor het bezoeken van onderwijs-instelllngen te Haarlem. Aangenomen. Punt 17. Rctributieheffing. B. en W. bieden den Raad ter vaststelling aan een verordening op de heffing van een retributie voor de toelating van leerlingen uit Bloemen daal op M.O. en V.H.O.-inrichtingen te Haarlem Aangenomen. Na rondvraag wordt de vergadering gesloten. VOETBAL. De uitslagen der Zondag j.l. gespeelde wed strijden voor de 2e klas B luiden: Velox—Bloemendaal 8—J Blauw-WitSpartaan 20 Hercules—B. F. C1—2 V. V. A.—T. O. G4—5 Edo—D. O. S2—5 De eerste wedstrijd bracht de Bloemendalers wel een zware deceptie! Een 82 nederlaag spreekt boekdeelen, en al moet erkend worden, dat Velox in dezen vorm spelende voor elke 2e lasser een onverslaanbare tegenpartij zal zijn toch mag, niet ontkend worden, dat het doel- puntenverschil te groot is. Het begin was zoo bemoedigend. Want Bloe mendaal begon met een serie aanvallen, die het beste deden hopen en het Velox elftal uit zijn evenwicht brachten. Had de Bock in de eerste minuten een uitstekend schot niet door den staander gekeerd gezien, dan was de uitslag wellicht heel anders geweest. Na het eerste doelpunt door Velox, zeer gelukkig uit een vrijen schop gescoord, zakte onze verdediging volkomen in elkaar. De kanthalven raakten de kluts volkomen kwijt, en dat- werkte besmette lijk op backs en keeper, die stuk voor stuk blunderden. Zoo kon het gebeuren, dat de rust inging met een 60 voorspiong voor Velox. Na de thee ging het wel iets beter, ook al omdat de gastheeren het heel wat kalmer aan deden, maar toch was Huisman al twee maal gepasseerd, voor het Charlie in combinatie met Kammeijer gelukte, het zoozer verdiende tegen? punt te scoren. Dank zij één der Velox-backs, die in eigen doel trapte, wer-ö er nog een tweede aan toegevoegd. De wedstrijd ging ten slotte als een nachtkaars uit, nadat de Bock nog kans gezien had eenige voetbal-staaltjes te vertoonen, zooals de Utrechtenaren dit sei zoen niet meer op dit terrein zullen zien. Blauw-Wit zette haar terugkeer in d-e tweede klas in met een 20 overwinning op Spartaan, dat meer dan ooit het bewijs gaf, over geen voorhoedespelers te beschikken. Overigens had deze ontmoeting weinig om het lijf. Het ver toonde spel gaf den Biauw-Wit supporters nog geen hoop op een kampioenschap van hun fa vorieten. Hercules beantwoordde aan onze verwach tingen en liet zich op eigen terrein door B.F.C. slaan. Wel namen de Herculanen in de 1ste helft de leiding, maar daarmede bleek hun kruit ver schoten. B.F.C., dat met twee invallers ver scheen, maakte evenmin een grootschen indruk, miaar zag haar volhouden ten slotte met de beide punten beloond. Op het V.V.A. veld, heeft een handjevol toe schouwers een danig knoeipartijtje aan schouwd. Noch V.V.A. noch T.O.G. hebben een oogenblik den indruk vermogen te wekken van een tweede kias elftal Het eenige aantrekke lijke was de spanning, die zich uit in het doel- puntenverloop: 10, 11, 21, 22, 23, 2—4, 3—4, 4—4, 4—5! Voor de groote verrassing zorgde het pas ge- promovee lie D.O.S.- dat Edo, in Haarlem nog wel, gedecideerd met 52 sloeg na zelfs met 50 te hebben vóór gestaan! De Utrechtenaren startten dus schitterend, maar voor de Haarlemmers zal dit resultaat een bittere ontgoocheling geweest zijn! Voor a.s. Zondag luidt het programma: T. O. G.—Velox. de SpartaanV. V. A. D. O. S.—Blauw-Wit. B. F. C.EÖO BloemendaalHercules Speelt Velox even overdonderend als 1.1. Zondag, dan geven we den T.O.G.-menschen geen schijn van kans. Op het Spartaan-veld ontmoeten twee gelijk waardige tegenstanders elkaar. Mogelijk, daj de g'rootere schotvaardigheid der V.V.A.'ers de balans in hun voordeel doet overslaan. Blauw-Wit zal het in Utrecht verre van ge makkelijk krijgen. Het uitstekende begin kon D.O.S. wel eens tot grootsdhe daden inspiree- ren, en het behoort o.i. lang niet tot de onmo gelijkheden, dat de Stadion-bewoners de kous op den kop krijgen. Edo trekt naar Bussum om B.F.C. acte de présence te geven. Oppassen Edoi B.F.C. houdt er een spel-systeem op na, dat jullie niet ligt, en slechts door open, verrassnd spel is succes' te behalen! Bloemendaal ontvangt het al-oude Hercules, een graag geziene tegenstander. Over het alge meen beleefden de Herculanen weinig genoegen van hun Bloemendaalsche reis. Maar onze jongens hebben heel wat goed te maken ook. De kans is er ontegenzeggelijk, zich te rehabiliteeren van de jongste blamage, Dit kan alleen dan gebeuren, als het „achter" goed gaat, en als speciaal onze kant-halven een ander systeem toe gaan passen, nl.. meT de voorhoede mee optrekken. In D. Buitenweg en Wijhe hebben de Utrech tenaren gevaarlijke wingspelers (links- en rechtsbuiten), die de voortdurende aandacht van onze verdediging zullen vragen. Als onze defensie zich nu maar niet uit haar evenwicht zal laten slaan, gaat het wel. Bloemendaal verschijnt als volgt: Huisman Jonkergouw J. Kohier Immer Beijk de Wilde Kammeijer de Bock F. Bakker v. Gelder van Leuven. Het medespelen van Bakker, die geblesseerd is, staat niet vast. Is hij nog niet fit, dan speelt van Gelder midden-voor en Leemhuis links-binnen. Van de lagere elftallen spelen: BloemendaalDamiaten, 10 uur. D. S. K.Bloemendaal veteranen, 10 uur. D. W. O. 2Bloemendaal 4, 10 uur. Halfweg 3Bloemendaal 5, 10 uur. Junioren: Bloemendaal aR. C. H. a, 12 uur. Bloemendaal cBeverwijk b, 10 uur. EDUARD ZAMACOIS: LEVEND-IÏOODEN. (N.V. Leidsche Uitgeversmaatschappij, Leiden 1931). Prijs ing. f 3.90, géb. f 4.90. Het trof mij, dat in een, r.k. bespreking van Theun de Vries' „Doctor José droomt ver geefs" de recensent met kracht opkwam tegen de voorstelling van Spanje als een achterlijk en onbeschaafd land. Als die opvatting de ware is, past Eduardo Zamacois slechts de j titel leugenaar. Maar vooralsnog houd ik hel met den Spanjaard en verklaar de houding des recensenten uit andere motieven. Als men Spanje wil beoordeelen naar zijn tuchthuiswezen, dan zijn de benamingen „on beschaafd" en „achterlijk" nog geflatteerd. Zamacois beeldt het Spaansche bagno uit als een barbaarsch, gruwelijk, stinkend hol, waar luizen, tuberculose en syphilles nog slechts de geringste kwellingen zijn, waar m-er ichen jaren geketend in het donker zijn opgesloten anarchisten, die een gevaarlijke invloed op de andere gevangenen zouden kunnen hebben waar enkele uitverkoren geweldenaars met knuppels ronöloopen, rood geverfd, opdat men het bloed erop niet zien zal; waar homo- sexueelen of menschen die zich als zoodanig voordoen zich aanbieden voor wat geld of wat tabak; waar krankzinnigen ronddwalen en sadisten van de gruwelijkste soort. Het is een huiveringwekkend boek; het is een boek dat men telkens neerlegt met een gevoel van intense walging, maar ook een boek dat men telkens weer opneemt. Het doet den lezer lijden met de lijders van het bagno. Het zijn geen misdadigers meer, die daar hun be staan voortsleepen, hoe afschuwelijk soms ook de daad was, die hen daar bracht.. Het besef van hun misdrijf is lang reeds van hen afgevallen; ze zijn verstompt door het vuil, de ellende, de mishandeling, het voedsel, de ligplaatsen; het bagno gaat dage lijks voort al wat zij mensehelijk hadden langzaam te vermoorden. Er is geen straal van hoop, er is geen vleugje frissche lucht, er is alleen de een tonige koppeling van dag aan dag, van jaar 5,8.11 j3,£tr. Er is geen loutering, geen opvoeding, geen begrip, er is alleen de grauwe muur, het ijzeren hek, het slaaphok en het etensblik Men zou er kameraadschap en medelijden willen verwachten in het bagno vindt men alleen zelfzucht, wantrouwen en minachting Angst en haat beheerschen er het leven. Dan, langzaam, groeit het verzet. Fernando Loja, de eenige intellectueel, de man met anar chistische opvttingen Is er de deels onu„ wuste stuwkracht van. De opstand breekt uit; de wachters worden neergeslagen, de cellen geopend, waarin de zwaarst-gestraften zijn opgesloten. Dan vormt zich een macabere stoet: „de gevangen uit de gruwelijkste cachotten die krom waren van de rheumatiek en de kwelling van de boeien, waarin zij jaren en jaren gesloten waren ge weest, konden zich nauwelijks voortbewegen en kropen door de gang om te kunnen vluchten. Zij waren zoo mager als geraamten en in lompen gehuld; de schouderbladen staken scherp af tegen de huid; uitgeput, met lange witte haarden en lange nagels, geleken zij wel mummies. De ontroering maakte het hun onmogelijk te spreken en de oudste, blind geworden door de jarenlange opsluiting in het duister, kroop op handen en voeten voort en wendde het hoofd links en rechts, alsof hij verwachtte dat iemand licht zou ontsteken." De opstani wordt gedempt, de orde hersteld Wij kennen zulke toestanden niet! Onze ge vangenissen zijn volgens sommigen voorbeel dig! Voedsel, ligging, behandeling, het moet allemaal in orde zijn! Ik hoor het U zeggen, lezer. Mag ik U dan wijzen op één ding, dat onze gevangenissen gemeen hebben met die in Spanje, met die in de geheele wereld? Het einde van de straf. „Iedere gevangene beleeft een onvoltooid drama: in de eerste acte heeft de misdaad plaats; in de tweeed acte is de knoop: het gevangenisleven en dan volgt de laatste acte: de ontknooping, de bevrijding, die gewoonlijk de vreeselijkste van alle is". De gevangenis laat zijn menschen weer los, zooals de kat de muis evenwel. Een oogen blik waant hij zich vrij, maar de klauw grijpt hem weer en dan is meestal het einde 3nel daar en de lijdensweg afgelegd. Neen, ook bij ons is nog veel te doen, en met alle sympathie voor het streven naar reclasseering en nu ijverige reclasseerders, wij zijn er nog niet en het einde zal misschien wel moeten zijn van de e.v. noodige bestraf fingen te zoeken van een gansch ander systeem. Het lust mij niet, na wat ik nu schreef, aan deze bespreking een kritiek toe te voegen, over de vertaling. Al was ze duizendmaal slechter en ze is niet slecht dan ware dat nog niets.. Hier staat een man die U iets te zeggen heeft, een man, wiens hart bloedt bij zooveel leed, zooveel ellende, zooveel misdaad. Leest hem voor ge Uw vonnis gaat uit spreken als rechter, voor ge Uw pleidooi voorbereidt als advocaat, voor ge oordeelt «yer een misdadiger als mensch, ook al zijt ge geen Spanjaard, en Gode zij dank niet in Spanje. S. GODSDIENSTIG HOEKJE. HERINNERING. De auto had zijn dienst gedaan en ons ge bracht naar de wereldtentoonstelling in Ant werpen. We waren geweest in Brazilië, en, hadden daar koffie gedronken, ook hadden we gegeten in België en ons alles laten toonen in Engeland; ook hadden de kinderen entspan ning genoten en we zagen booten uit geheim zinnige grotten te voorschijn komen waarbij we op den achtergrond de hooge Alpen konden overzien. Het was snikheet in den namiddag en hel plan was 's avonds weer thuis te zijn, al zou dat dan nóg zoo laat worden. Maar even wilden we toch door Lier om zoo mogelijk Fe'ix Tim mermans te groeten, en pelgrimaadje naar dezen voortreffelijken schepper van kermissen in eigen werken. Helaas was hij niet thuis en zoo besloten we dan maar om naar het Oosten door te rij een, en over Hasselt en Maastricht, den terugweg af te leggen. In een paar uur waren we bij Maastricht en zagen in den avond de kerktoren vlak vóór ons als om te grijpen, maar toen begon de tegen slag. De douane die ons visum moest afstem pelen, zei daartoe geen macht te hebben, en zei hij „ziét U dat torentje daar ginds, links, dédr is een corp, daar zit de man die LJ helpen kan." Dus toen maar daarheen omgereden, doch zooals het aan de grenzen meestal gaat, er zijn zóóveel wegen en wegjes dat men licht ver dwaalt en zoo kostte het ons een uur om bij den toren op den Maastrichtschen bodem te komen. We waren er vlak bij, en toch hoe ver af bleek hy te zyn geweest. Vlak by, en toch veraf is dat niet de ondervinding voor velen! Vlak bij en heele- maal njet te krijgen, is dat niet de moeilijke ervaring van bijna het heelmnenschdom. De zaak was opgezet, de orders kwamen de uitbreiding hield aan en daarop vleide ieder zich met de. hoop op stabilisatie van voorspoed; het geld was belegd, bij een ander: offertes die niet laag kónden worden, renten die vast waren, spoorwegen die steeds meer vervoer kregpn, agenturen d.e altijd meer op brachten, akten die eiken neer meer waarde kregen voor lésiiur en pensioen; en als God zijn vinger beweegt zinkt het alles in elliaar en wordt tot stof en asch. Vlak bij de welvaart neergeworpen in c'e smart van den tegenslag. Maar we vervolgden onze tocht, hoewel het inmiddels al donker begon te worden, een prachtavond die een prachtnacht belooft te worden; dus de motor aangezet en weldra verdwijnen we over dé heuvels van de mijnstreek om ons op te maken naar bet Noorden. Over alle heuvels heerscht reeds een betrek kelijke rust, een enkel avondwindje deed zich gevoelen en een klompje boeren toog huis waarts de dag en de arbeid „zaten er weer op". In het duister van den laten avonc' snorde het wagentje lustig verder, tot op eens een onderdeel zich begaf en we in pikzwarten nacht niet verder konden. De pech was niet te om zeilen en daar stonden we -met de brokken. Niets was te hooren of te beluisteren, geen mensch bewoog zich over den weg, hoewel we ons midden in een klein dorp bevonden, geen lichtje brandde er en de stilte van den nacht lag over den ganschen omtrek. Éénmaal suisde een groote auto voorby om dadelijk in de verte te verdwijnen en als we wilden overdenken wat te doen, kwamen we tot de con clusie dat het 't beste is maar te biyven waar we waren tot het dag werd en we zócht-en een plaatsje lil den wagen. Langzaam aan kwam 's morgens de zon op en rondziende, bemerkten we vlak bij een kerkje te zijn met een kerkhof ervoor. De kerkhofplanten en bloemen stonden vol dauw en groote dfuppels schitterden als parelen in het licht van de nog schaarsche zonnestralen. Dra overgoot een gloed van licht het gansche tafereel, waar we waren; cé eerste tram reed voorbij. Op den weg kwam een vrouw, een eenzame, een weduwe, krom van zorgen. We schoven achter haar aan het kerkje binnen, toen we den dorpschilder reeds zoo vroeg ook op weg zagen daarheen. Een frissche, flinke jonge jongen pastoor reeds zoo vroeg te midden van eenige bengels, die rond hem krijgertje speel den en die zoo meegevoerd werden naar het bedehuis. Het trof ons, die trouw van den iongn pastoor reeds zoo vroeg te midden van zijn schapen, waarvoor hy zorgde en die hij ver zou trachten te houden van zonde en ver derf. Hoewel niet èèn met hem in alle waar heden des geloofs, voelden we toch aanraking met hem daarin, dat we denzelfden God be- yden en denzelfden Bybel als grondslag van ons gelooven en weten bezitten en gebruiken, en voelden we -hoe het woord van den profeet Jeremia „Ik zal Herders over hen verwekken", vat op ons kreeg, maar bovenal voelden we ons dien ochtend rijk, ryk in het bezit van het moord uit Jesaja: „en zij zuilen allen tezamen Jénen Herder hebben; en zij zullen in Mijne rechten wandelen". Gelukkig, we voelden het en we hooiden .het woord in onzen geest „Ik ben de goede Her der; de goede Herder stelt Zijn leven voor alle schapen". B. RECLAME-HOEKJE. DE EERSTE ROTTERDAMSCHE MIJ. VAN VERZEKERING TEGEN (de geldelyke schade van) ONGÉ VALLEN zendt ons een boekje met geestige teekeningen van Jo Spier, den gevierden teekenaar, die zoo vaak de lezers van een onzer dagbladen verkwikte. Wij- kunnen niet beter doen dan onzen lezers, die van Spier's werk hou den en dat zullen wij allen wel zijn, aanraden bij die maatschappy dat boekje eens aan te vragen, menigeen zal, als wij. daarin aanleiding vinden om zich de verzekeringsvoorwaarden eens te laten voorleggen. De Suikerfabriek Bietwortel. In ons kleine land zijn verscheidene fabrie ken, die zorgen, dat moeders suikerpot ge regeld kan worden aangevuld. Komt men in den herfst aan zoo'n fabriek, dan ziet men daar groote hoopen vleezige wortels (liggen, 't Zijnsuikerbieten. Zij zijn gegroeid op onze vruchtbaarste gronden in Zeeland, Brabant, Holland, Gelderland, Friesland en Groningen. Op den dikken wortel rust een rozet van groote donkergroene bladeren. In die bladeren wordt gedurende den zomer een gewichtig werk verricht. Daar wordt zooveel voedsel be reid en in een expres daarvoor gebouwd pak huis opgestapeld, dat er het volgend* jaar een hooge stengel uit opschieten kan, die lange blauwe bloemaren zal dragen. Maar om die bloesem is het den bietenhou wer lang niet altijd te doen. Daar wacht hij alleen op, als hij bietenzaad wil hebben. In gewone omstandigheden is het hem uitsluitend om het pakhuis te doen. Dat is om den dikken wortel. Waarom? vraag je. Omdat in dien wortel bietensuiker zit tot een gehalte van 16 a 20 percent. Die bieten stuurt de bietenboer naar de fa briek. Daar zwoegen de arbeiders, daar rooken de schoorsteenen, daar snorren de machines. En door dien arbeid komt de suiker voor den dag. Er zijn dus eigenlijk tweeërlei suikerfabrie ken: een soort waar de suiker uit de biet wordt gehaald, en een ander soort waar ze erin wordt gemaakt en opgeborgen. Die laatste fabriek willen wij bekijken. Zij is de bieteplant zelf. Zy fabriceert suiker uit water en koolzuur, dat is dus uit spuitwater. De biet zuigt met haar wortelharen water uit den grond op en het koolzuur haalt ze uit de lucht. Van het eerste is er meer dari ge- nog in den bodem en anders wordt de voor raad door regen wel aangevuld. En de hoeveel heid koolzuur is onuitputtelijk. Grondstof is er dus - altijd en—goedkoopje ook. Hoe gaat de bietenplant nu aan 't werk? Ze zet al haar organen in werking, net als een menschenfabriek haar machines. De haar- worteltjes beginnen. Die zuigen water met de daarin opgeloste zouten op, de stengel voert die beiden omhoog door de bladstelen naar de bladschyven en de bladnerven brengen ze door 't heele blad. De bladeren nemen bovendien koolzuur uit de lucht op, het bladgroen bouwt met de hulp van zonlicht van koolzuur en zouten de bestanddeelen van het planten- lichaam op, zoodat de plant snel in omvang toeneemt. Heeft ze haar wasdom bereikt, dan wendt het bladgroen het zonlicht aan, om van koolzuur en wafer suiker te bereiden. Zoo heeft ieder orgaan van de plant, iedere machine in de suikerfabriekplant zijn werk. Onthoud nu vooral, dat het laatste werk van het bladgroen is: suiker maken van lioolzur en water. Hoe kan dat? Dat zullen we zien. Evenals er een vakman noodig is om van een stuk hout en een handvol spijkers een bank te m.iken, evenzeer moet de zon ingrijpen om van koolzuur en water suiker te fai'oriceeren. Hoe die machtige zon dat doet, is nog altyd haar geheim. Maar zt doet het en dat is voor de meesten van ons voldoende. Toch weten we iets van haar mysterieus werk en daar wil ik wat van zeggen. Water is een samengestelde stof, een zeer innige (chemische) verbinding van twee gas sen, waterstof en zuurstof. Met koolzuur staat het haast net zoo. 't Is ook een chemische ver binding van twee stoffen, kool en zuurstof, waarvan de eerste echter een vaste stof is, die bij ons het best bekend is in den vorm van steenkool. Als we nu een „innige verbin ding" met het huwelijksteeken O aanduiden, kunnen we zeggen: een molecule (kleinste deeltje) water 2 atomen waterstof O 1 atoom zuurstof en een molecule koolzuur 1 atoom kool O 2 atomen zuurstof. Nemen we nu 11 van die waterdeeltjes en 12 koolzuurdeeltjes, dan komen daarin voor: 22 at. waterst. 12 at. kool 11 at. zuurst. En nu weet die kostelijke zon zoo wonder lijk te bewerken, dat de beide bovengenoemde huwelijken worden ontbonden en een nieuwe innige verbinding tot stand komt tussehen de drie eerste termen van onze som: 22 at. w.st. O 12 at. k. O 11 at. z.st. En dit is juist een molecule suiker. Er komen 24 atomen zuurstof vrij. Overzicht. Water Koolzuur Waterst. 22 O Zuurst. 11 Kool 12 Suiker Zuurstof 24 K. ZW. Laat U nooit meetrekken door auto's, ook al hebt ge haast; dit is levensgevaarlijk. Maakt gebruik van het voor U rechts gó' tegen trottoir of voetpad. KALEN De Nationale Lever terdam, zond ons kalender van 1934 d Leer en Zn. te Am; keningen van Rie Cr De uitvoering is toch ligt er naar onz gen van Rie Cramer getyden bezig in de en jonge, dat we van den. In vergelijking ons ditmaal de mind TOON1 „EINI De N.V, Aimsterd art. leiding A. van I hedenavond (Vrijdag in den Stadsschouwb stelling geven van ,,I De serie voorstellinf Heden overleed z onze geliefde Brc en Zwager, arts te Dordr in den ouderdom 71 jaar. ADRIAAN STOt W. R. STOOP- van Deve Bloemendaal, 7 Sept. '33. Voor de vele bewiji deelneming, ontvang het overhjden van lieve Moeder, Behui Grootmoeder JENNY DE JA< CIRIACI Weduwe van C. m. VERSTEEt betuigen wij onzen meenden dank. Amsterdam: H. E. PROCTOR— Ve: F. FOURNEY PRC Bloemendaal: A. M. NIENHUYS- Ve: J. W. NIENHÜYS. Hilversum: G. J. VAN HENGI Ve: Huis ter Heide: G. J. VERSTEEG! M. Th. L. H. A. C. VERSTEEGH—L en Kleinkinderen. September 1933. (boekenc.: v. f 5.p vangt U 21 nieuwe gf ken t. lez.; na circ. uw eigend.) Tit ZIJLWEG 54 bij JE ADRES voor 1ste klas Scb reparatie is en Jan Steenstraat Huis: Garenkokerskade Neemt proef met LIJMWERK volg nieuw systeem. Pianoleerares, t K. N. T. V. Les b lingen aan huis. van Stolberglaan 41. denhout. Tel. 26223. Mevr. terpoor Ber. Planeetkundig ouds bekend. Te spr 210 uur. Sopbia Haarlem. net jongme Zaterdag vrij hebben c'eze gaarne bezet of andere zaak, liefs denierszaak met 't\ kend; v. g. g. v. 1 No. 84 bureau van d B. z. a. beschaafd m 18 j.,- in bez. van M dipl. voor kinden huishoudelyke bezig m. get. voorz. Br. B. Blad. te huur geve 15 Nov. een buis van huis, minstens mers met keuken. no. 82 Bureau Blad Voor rijwielrepar7 naar 't Binnenpad 1 biliyk en concun Aan hetzelfde adres cis Barnett te kc

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1933 | | pagina 4