mtASft
Losse Blaadjes.
Menagerie;
Brokjes Levenswijsheid.
Na twintig jaar.
UIT BOEK EK BLAD
De Haarl. Coöp. Diner-Verg.
VERHUIZING
SCHOONMAAK
GASTEN
ZIEKTE
BAKENESSERGRACHT No. 27.
SCHAAKRUBRIEK
Jt
mm mm
PLAHTEHHQEKJE.
Een week geleden zei mijn vriend:
„Zeg, luister eens, amice,
Ik krijg vacantie, en ik blijf,
Mijn tijd hier niet verkniezen.
Ik ga een dag of wat op reis;
Doe jij me een pleziertje
En zorg zoolang dan voor mijn hond;
Het is een aardig diertje."
..In orde" zei ik, „geef het beest
Maar dadeljjk met mij mede".
En weldra liet ik mijn logé
Mijn woning binnentreden.
Het eerste, wat ik hoorde en zag
Doch zeker niet verwacht had:
De kater van mijn vrouws vriendin.
Die 't diertje juist gebracht had!
Geblaas, geblaf, zoo waren fluks
De poppen aan het dansen!
Daar werd gebeld. „O", riep miin vrouw,
„Dat 's Mien van buurman Jansen.
Ze brengt die mooie papegaai;
Ze kwam zooeven vragen,
Of ik het beest verzorgen wou;
't Is maar voor veertien dagen."
I
Die heele buurt lijkt nu opeens
Wel tyd'Irk te verhuizen.
Mijn kennel was alras verrijkt
Met 'n tweetal witte muizen,
Een tamme kraai, een broedsche kip,
Een postduif en een goudvisch
Ik weet, geloof ik, zelf niet meer
Wat in mijn huis gesjouwd is!
Nu is mijn woning vol gekrijsch,
Geblaf, gemauw, gekakel!
Ik ben al suf en doof en grjjs,
Want 't is een helsch spectakel!
Eerst kon 'k mij amuseeren, ja,
Maar nu heb ik geen lust meer.
't Wordt tijd, dat 'k zelf logeeren ga,
Misschien vind 'k dan mijn rust weer!
(Nadruk verboden)
i
Twintig jaar lijkt voor jonge menschen een
heele tijd. De ouderen staan verbluft, hoe
schielijk zoo'n stuk leven voorbij is gesneld.
Is het al historie geworden, voor alle scho
lieren en studenten van thans een legende, dat
oogenblik, voor hen die het beleefd hebben, nog
zoo actueel als de dag van gisteren?
Ooi-logen behoorden voor het geslacht van 1914
tot de dingen uit het verre verleden; ze waren
even onwezenlijk als hlat haringkaken, dat Wil
lem' Beukelsz van Biervliet uitvond Of als de
jachtvalk van Jacoba van Beieren.
Oorlog was iets uit de vaderlandsche geschie
denis, een verhaaltje dat men op school leert.
Veldslagen en zeegevechten waren wetenswaar
digheden uit het jaartallenboekje en hadden met
de werkelijkheid even weinig uitstaande als de
graven van Holland of de Romeinsche anti
quiteiten.
Nu ja, er was in hun tijd wel eens oorlog ge
weest, heel ver weg ergens op aarde: in Trans
vaal, in China of tusschen de operette-achtige
generaals in Zuid-Amerika. Maar een oorlog in
Europa, een oorlog vlak aan de grenzen, een
oorlog, waarbij men zelf ieder oogenblik kon be
trokken worden, dit was iets, waaraan men
zelfs niet kón denken.
Zeker, wij hadden een leger. Maar dit diende
slechts als een min of meer humoristische ver
tooning. Speenhoff bezong de schutterij „met
vaandels en met pluimen", op 31 Augustus was
er parade en als gymnasiast of H.B.S.'er kreeg
men het aardige pakje en de sportieve oefeningen
van het reserve-kader te genieten.
Wanneer de troepen van het garnizoen in de
naburige dorpen schijngevechten organiseerden,
leefde de jeugd dit „spelletje" mee. En wanneer
een hengelaar in de fortgracht ging visschen,
verschafte de aanblik van de verlaten muren,
waartusschen de eenzame fortwachter zijn krant
zat te lezen, hem louter vredige gtdachten.
Toen werd, op dien stralenden zomermiddag,
de oorlog eensklaps „echt". Eerst nam men 't
nog als een onschuldige sensatie op: de aanplak
biljetten voor de mobilisatie, de lange treinen,
uitsluitend voor militairen gerequireerd, de in
kwartiering. Maar daarophet ontzettende
nieuws in de kranten, Belgen bij honderden dood
geschoten, huizen in brand, kathedralen in
puinElke dag een nieuw land in oorlog,
de wereld tot een onbegrijpelijke hel geworden.
Wat konden al de vredige menschen zich voor
stellen van de motieven, welke tot deze uitbar
sting van moord- en vernielzucht leidden? Wat
hadden zij voor verstand van politiek?
Hun verstand stond stil bij al die ontzetting.
Velen werden krankzinnig, en zij waren er mis
schien nog het beste aan toe. De angst, de ver
bijstering, welke het gezonde verstand in die
verschrikkelijke weken kwelde!
En wij leefden hier in het neutrale Nederland
nog in het paradijs! De ellende, welke ons 'rof;
de ontwrichting van het gezins- en bedrijfsleven
door de mobilisatie; de slechte en ontoereikende
voeding bij de distributie en die vreeselijke pest
ziekte, welke uit de rotting der loopgraven ook
over onze grenzen woei en dorpen en steden
besmette, het was een kleinigheid, vergeleken
bij hetgeen de oorlogvoerende naties zelf moesten
doorlijden.
Toen hebben wij gevoeld, en eigenlijk nog
slechts voorgevoeld, dat oorlog werkelijkheid kan
zijn.
Na twintig jaar is men 't weer vergeten. Voor
de tegenwoordige jeugd behoort ook 1914 tot de
jaartallen en Foch neemt zijn plaats onder de
overige namen in, die men op school van buiter-
moet leeren. Nogmaals ziet men in het leger
slechts de bekoring van aardige pakjes, sportieve
oefeningen, parades en schijngevechten. Nogmaals
vindt men het militaire zoo kwaad niet en hoont
men het pacifisme als een lafhartige levens
houding.
Na twintig jaar! Konden wij 1914 maar als
Verleden herdenken! Helaas is 1914 Heden en
Toekomst. De wereldoorlog werd gevoerd onder
de leuze, dat het de laatste oorlog zou zijn. Om
aan het militairisme een eindia te maken, lieten
velen zich inschrijven als militair
De laatste oorlog, nu twintig jaar geleden. Een
nieuw geslacht is inmiddels opgegroeid. Kan het
booze iets anders dan 't booze baren? Waar is
het voordeel, dat de oorlog gebracht heeft?
Ethisch schiep hij de oorlogspsychose, de her
leving van de geweldadige oerinstincten. Econo
misch schiep hij de crisis met haar nooit eindi
gende werkloosheid.
Waar is het verschil tusschen overwinnaar en
overwonnene? Samen liggen zij tegen den grond,
als ongeneeslijke zieken. Ellendiger wereld dan de
na-oorlogsche is nauwelijks denkbaar. De eenige
winst, welke 1914 gebracht heeft, is het nog steeds
aanhoudende profijt van de wapenfabrikanten,
de eenige branche, welke de werkloosheid niet
treft.
Deze winst is betaald met: 10873577 ge
sneuvelden, 20 millioen gewonden, 9 millioen
oorlogsweezen, 5 millioen oorlogsweduwen en 10
millioen vluchtelingen. Rechtstreeks en zijdelings
schat men de kosten aan menschenlevens op 40
millioen.
Zijn wij na twintig jaar deze verschrikkelijke
rekening vergeten?
H. G. CANNEGIETER
VRIJWORDING door Adéle Withof.
Uitgave der N. V. Uitgeversmaat
schappij „De Tijdstroom".
Lochem 1934.
Met „Vrijwording" schonk Adèle Withof ons
een boek. Als wij onze gedachten in onver-
valschte frissche, nog door geen ouderdoms
zwakte aangetaste woorden, konden kleeden,
wij zouden onze groote ingenomenheid met dit
geschenk door één enkele, klare aanduiding in
het teeken hebben geinterpoleerd.
Adèle Withof neemt als uitgangspunt het
grenzelooze wisselspel der stuwende krachten
van aantrekking en afstooting; de eerste
als verwekker van verstilling, genegenheid,
liefde, bewondering, de tweede voerende tot af
schrik, afkeer, haat, verachting, dat de
grondtrek schept van het leven, het wezenlijke
van ons bestaan: bewustwording. Bewustwor
ding immers is ontwaking, versterking, verhel
dering, verinniging en verruiming van het zelf
besef en van het besef der gemeenzaamheid.
En uit het drukverschil dezer tegengestelden,
waaruit zich het levensproces voltrekt, dat een
gang-is uit het niet-bewuste ééne, door de be
wuste gescheidenheid en alleenheid heen naar
de zich genietende al-eenheid, zien wij een zin
rijke erkenning, verruiming en verlossende op
klaring: de bevrijding, geboren worden. Bevrij
ding uit de enge vasthoudendheid, waarmede
het gezin, naast liefde en saamhoorigheid, de
eigen liefde en zelfzucht doet stellen tegenover
de overige wereld.
Bevrijding door het wegvallen van een onver
moede beperking van ons besef bij de beoor
deeling der door aanleg en omstandigheden tot
verlorenheid gedoemden.
Vrijwording en bevrijding als reactie op
waanvoorstellingen, op waarheden, die een
waan bleken en plaats maken voor een nieuwe
waarheid, die evenzeer een waan zal blijken.
Want wij gaan van waarheid tot waarheid; van
waan tot waan, naar de grens, waar het weten
ophoudt. Waar het Eene wordt gekend, het Eene
zichzelf beleeft, is alle onderscheid opgeheven
en weten kan slechts bij onderscheiding be
staan. Bevrijding ook... genoeg, wij willen den
diepzinnigen inhoud van dit boek niet verder
op deze wijze geweld aan doen. Mogen wij
echter een enkele aanhaling uit de met innige
overtuiging geschreven regels opnemen, opdat
tevens de schoone beheersching onzer taal voor
de schrijfster moge pleiten?
„De liefde maakt offervaardig, geeft vlucht
„aan de verbeelding, verveelvoudigt de ervarin
gen, ontwikkelt het begrip, doortintelt de aan
doeningen. En doet ons in eenheidsbeleving,
„buiten ons zelf gegaan, dieper in ons zelf in-
keer en."
Uit het hoofdstuk „Zelfontdekking": „Het is
„in de oude verhalen de heilige, tot wien de
„verworpenen worden getrokken, en bij wiens
„aanraking zij tot zichzelf inkeeren; het is de
„heilige, wien de verworpenen gemeenzaam
„zijn."
En eenige regels verder: „Het kan ook zijn,
dat in een mensch spontaan de weerpartij in
werking komt. Het kan zijn, dat in den ontred
derde, dien de afgrond trekt, het verlangen
uitbreekt, dat hem opvoert tot de verrukking
der godsbeleving, die is beleving van het wezen
lijke. Een verrukking waarin naklinkt de smart
van den verlorene; zooals Verlaine dit uitzong
in den zang, die een klaaglied is en een lied van
vervulling:
„O mon Dieu, vcus m' avez blessé d'amour
„Et la blessure est encore vibrante,
„O mon Dieu, vous m' avez blessé d'amour.
„O mon Dieu, j'ai connu que tout est vil
„Et votre gloire en moi s' est installée,
„O mon Dieu, j' ai' connu que tout est vil.
V
Uit het hoofdstuk „Waarheid en waan":
„Leven is lief te hebben, te arbeiden, het goede
„te vatten en te streven naar zijn verwerkelij-
„king, te trachten naar begrijpen en naar door-
„grenden."
„En uit het slot van dit hoofdstuk: „Ook als in
„heilige noch profane wijsheid wij meer ge-
„lcoven, juist dan is er de schoone kans, dat in
„het zwijgen van alle vergankelijke woorden,
„het wezenlijke zich openbaart. Dan kennen wij
„wat onzegbaar en ondenkbaar is. Dan zijn
vraag en verlangen opgeheven in de beleving
„van wat is. Woordeloos is het antwoord, niet
„te vatten in gedachten en taal. Gestalteloos is
de alvervullende openbaring. Tcrch nu voor
„ons .verstaanbaar ook in het ontoereikend
„woord, herkenbaar in het onvo'komen beeld.
„Het enzeg- en ondenkbare, onverbeeldbare is
„het wezenlijke in iedere waarheid, in iederen
„waan.
Uit het hoofdstuk „Wij en de anderen",
waarin schrijfster het kapitalisme, fascisme en
communisme als maatschappelijke krachten en
massale strevingen in onze, tot nieuwe formatie
bestemde wereld, aan een beschouwing onder
werpt: „In gevoel en gedachte der menschen
„in het algemeen verliest het persoonlijke gaan-
„deweg zijn overwegende beteekenis. De op
merkzaamheid keert zich toe naar wat er
„werkt en dringt in de groote zich vormende
„verbonden.. Er is een onderdompeling in het
„gemeenschappelijke, waarbij de woekeringen
„van het eigene worden weggevaagd. Sympa-
„thieën strekken zich uit over alle grenzen
„heen. En de gemeenschappelijke wil der ge
lijkgezinden, levend onder alle hemelstreken
„en tot het besef komend van hun saamhoorig
heid en hun vermogen die optreedt als georga-
„niseerde openbare meening, is een machtige
„factor, die den doorslag moet geven in de
„groote de menschheid rakende beslissingen.
Zeer belangwekkend is ook het hoofdstuk
„De nieuwe wereld", getuigenis gevend van de
levensvernieuwing, die zich voltrekt in den
Russischen communist; vervolgens ontledende
de arbeid in deze wereld van reuzenbouw der
Sowjetunie. „Ontheven van den vloek van
„winstbejag, loon, slavernij, hebzuchtigen na-
.ijver, is hij (de arbeid) een natuurlijke func-
„tie, die het leven onderhoudt kracht, ontwik
kelt, vreugde geeft."
„En daar is ook in onze wereld het wonder
„van een milliardtallige collectiviteit in opbouw,
„waar gemeenschapszin en arbeidsliefde de lei-
„dende en stuwende krachten zijn en waar aile
„menschelijk doen en zijn zich vernieuwt." Hoe
klinkt de profetie van vrijwording in dat andere
hoofdstuk, waarin de oude leuze, „vrijheid, ge
lijkheid en broederschap" haar onzedelijkheid
demonstreert! Want: „De voor zich zelf en de
„hunnen naar macht en bezit strevenden, ge-
„ioovend in drang en geweld, deze krachten der
„duisternis organiseerend, mogen rumoeren,
„met helsche vurigheid en de wereld bedreigen
.met vlammenden strijd, daar zijn de velen, hier
„en overal, die vrij zijn van de beperking, die
„mensch scheidt van mensch door klassehoog-
„moed, partijschap, nationale eigenwaan, ras-
„senvijandschap en die in den mensch den broe-
„der kennen, hem verwant naar het wezen,
„hem waard als gelijke, en dien zij willen eer
biedigen, zooals zij zich zelf eerbiedigen. Hun
„wil tot harmonie, tot vrijheid, gelijkheid, broe
derschap moet gestalte aannemen, daar hij in
„samenstelling is met den levenswil uit éénzijn
„geboren".
„Een reinigingsproces", „Over de evolutie
van den Duivel" en „Aanvaarding" zijn de
hoofdstukken, die hun rijke, sterkenden inhoud
bij de reeds genoemde voegen.
Moge „Vrijwording" de gelederen versterken
van „De welbewusten en levensmoedigen van
onzen tijd, wien het kon ende met hoop ver
vult, die, kennende het goede, zooals het ge
stalte had in de nu ontbindende levensvormen,
voor dat voorbije liefde dragen in hun hart;
die hun handelen, denken en gelooven richtend
op den nieuwen bouw, gaarne recht doen aan
de eultureele waarde van het voorbijgegane. En
die, het verleden verstaand, ook zooals het ver
stervend nog voortleeft in het heden, niet zoo
scherp, zonder vijandigheid zich stellen tegen
over menschen en dingen, die dat stervend ver
leden belichamen. Meer willens tot begrijpen
hunner weerpartij dan de anderen, minder
strijdlustig geroepen, vooral, om de eultureele
winst van het- verleden over te dragen naar
de toekomst, zijn zij eenzamer dan de anderen,
mede- en tegenstanders, maar v r ij e r.
B.
I
„Harlekinade" van Alex Prank is een roman,
die zich afspeelt in bet tooneelleven, het rijke,
levenswarme met zijn op- nedergang, met
zijne zorgen voor „het bedrijf", r/iet zijn idea
lisme als uiting van eene roeping. Het is
boeiende, gezellige, ook wel leerrijke lectuur,
geen literatuur in den besten zin van het woord,
hetgeen 't dan ook niet pretendeert. De schrij
ver kan liooger grijpen en heeft dit dan in een
vroegeren roman gedaan, 't Was een kunste
naars gril en gewettigd, waarom niet?
om nu eens gezellig te schrijven en dat blijkt
nu toch ook weer in zijne volzinnen, die vlot
zijn.
Leerrijk is het boek in zooverre, dat men
ook iets van de techniek leert, hoe je grimee
ren moet, over belichting en zoo meer.
't Is een warrelende wereld, die ons wordt
geopenbaard, voor zooverre wij die niet van
dichtbij mochten kennen, 't Is een vallen en
weder opstaan, een moeizame ondergang ook
van tijd tot tijd en het specifieke Neder-
landsche tooneelleven is er niet vreemd aan, al
is 't geen roman clef.
Soms denkt men: Hij bedoelt dien of die,
maar dan klopt 't weer niet in details. Dus la
ten wij zeggen: verdichtsel en waarheid.
Lezenswaard, prettig, vlot en welke epitheta
men in gunstigen zin nog meer kan verzinnen.
Ziet hier een korte aakondiging van „Harle
kinade".
Edm. Visser.
Dr. W. Schuurmans Stekhoven:
KANKER EN ZIJN BESTRIJ
DING. N.V. H. P. Leopold's
Uitgevers-Maatschappij, Den Haag.
Ing. f 1.40. Geb. f 1.95.
Velen zullen misschien met eenigen tegenzin
een boek over kanker en zijn bestrij'ding ter
hand nemen. En als gevolg van volkomen on
bekendheid met deze ziekte, verkeeren Vele
menschen dan ook nog steeds in de meening,
dat kanker een absoluut ongeneeslijke ziekte is,
terwijl dit boekje aantoont, dat bij tijdig opera
tief ingrijpen of bestraling zeer goede resultaten
zijn te bereiken. Dr. W. Schuurman Stekhoven
acht het in zijn nieuwe werkje „Kankei'" noo-
dig, dat een zoo breed mogelijke lezersschare in
haar eigen belang op de hoogte wordt gebracht
-met den aard dezer ziekte en de mogelijkheden
van bestrijding. De hoofdstukken heeten: I. De
aard en het wezen van den kanker. II. De be
teekenis van den kanker als volksziekte. III. De
verschillende vormen van kanker. IV. De behan
deling van lijders aan kanker. V. Enkele fac
toren, die het ontstaan van kanker bevorderen.
VI. De organisatie van de kankerstudie. VII.
De organisatie van de kankerbestrijding. VIII.
Slotbeschouwingen. En juist in deze slotbeschou
wingen besluit de schrijver dit boekje met zeven
stellingen, die den inhoud in het kort weer
geven en door hem ontleend zijn aan de over
eenkomstige uitgave van de Engelsche vereeni-
ging voor kankerbestrijding. Deze stellingen
geven een denkbeeld van de zware verantwoor
delijkheid, die rust op allen, die geroepen zijn
om breede kringen voor te lichten ten aanzien
van het aandeel, dat ieder kan hebben en be
hoort te hebben bij de bestrijding van den
kanker.
ESVéA.
NIEUWE UITGAVEN.
EEN DOORN IN HET VLEESCH VAN
EUROPA.
Het Nederlandsch Perskantoor te Berlijn geeft
uit: „Een doorn in het vleesch van Europa",
Een Saar-enquête door Van Amstel, leider van
genoemd perskantoor. De brochure, die met een
tweetal kaarten van de geographise ligging van
het Saargebied verduidelijkt wordt, is geschre
ven met het oog op het volksreferendum dat
n Januari a.s. over den status van het Saar
land zal beslissen. i\a een uiteenzetting der
Saarkwestie, waarvan een regeling noodzake
lijk geacht wordt, wijl zonder haar geen vrede
tusschen Frankrijk en Duitschland mogelijk
geacht wordt, volgen interviews met Dl'. Cas-
tellieri, archivaris van de Kamer van Koophan
del in Saarbriicken, Dr. Röchling, groot-in
dustrieel in Völklingen, pastoor Wilhelm in het
dorp Wehrden, de Saarlandsche Communisten
Becker en Ulrich, den heer Braun, leider der
status-quoisten of autonomisten, tevens hoofd»
redacteur van de soc. dem. „Volkstimme" en
de „Freiheit", beiden te Saarbriicken verschij
nend en tenslotte den Staatsraad Spaniol en
d-iens plaatsvervanger den heer Eckert.
IN-DE-RE-FLATIE POLITIEK OF
WELVAART?
Verschenen is een overdruk van een artikel,
dat onder bovenstaanden titel opgenomen was in
het „Staat- en letterkundig maandschrift Ne
derland". Het beoogt een Nieuw-Economische
inleidende beschouwing te geven op de basis
van het stelsel van den econoom-ingenieur
Major C. H. Douglas.
De lezers van Het Bloemendaalsch Week
blad, die de artikelen hebben gevolgd van c'e
N.E.G. (Nieuw-Economische Groep voor Ne
derland) welke in de laatste paar maanden
daarin waren opgenomen, zullen ongetwijfeld
met belangstelling van dezen herdruk kennis
nemen. Het stelsel is sinds 1918 in Engelsch
sprekende landen bekend als „the Douglas
Social-Credit Proposals". De „Social-Credit
Movement" (Gemeenschapscrediet-beweging)
heeft vooral de laatste jaren, een enorme vlucht
genomen en honderdduizenden in vele wereld-
deelen erkennen, dat deze „niet-politieke be
weging de oplossing geeft voor de zooge
naamde Crisis", welke laatste in werkelijkheid
blijkt te zijn de overgang tot een nieuwe we
reld-orde, gegrondvest op een Nieuw Econo
misch stelsel. Genoemde herdruk zegt onder
meer: „Inplaats van het thans algemeen gel-
„dend parool „versobering", terug naar een
„lager levenspeil, is het eenige nog resteerende
„en nog niet geprobeerde middel: de ind-ivi-
„dueele koopkracht te verhoogen, dus tot een
„veel hooger levenspeil over te gaan, met ge
lijktijdige verkorting van werktijden en
„groote verruiming van vrijen tijd voor allen,
„op zoodanige wijze, dat we ons niet alleen
„geleidelijk ontdoen van bestaande schulden
„maar ook geen nieuwe aangaan". Het secre
tariaat der Nieuw-Economische Groep voor
Nederland is gevestigd Prins Hendrikkade 20
te Amsterdam.
Ueber die Energie der Mintropwelle.
Von ir. W. C. Salm, Duinwijckweg 8, Bloe-
mendaal. Sonderdruck aus „Beitrage zur ange-
wandten Geophysik".
Onze Bloemendaalsche geo-physisch-electro-
technicus, Ir. Salm is voor de lezers van het
Bloemendaalsch Weekblad geen onbekende. In
ons nummer van 23 Maart j.l. gaven wij be
reids een populaire beschouwing over de geo-
physisch-electrische opsporingsmethode als
wetenschappelijke plaatsvervangster der Wi
chelroede, terwijl in ons nummer van 13 April
het vermoed-en geopperd werd dat de objective
methode dezer opsporingsmethode dienstig
kan zijn om het raadsel Tetterodeweg-
schokken te verklaren. Tenslotte kwam in ons
nummer van 11 Mei een artikel voor over
aardbevingen, onder den titel „Aardbeefkun-
dige oefening voor iedereen". Deze artikelen
waren gebaseerd op gegevens, die ons door
dezen geleerde welwillend waren verstrekt.
Thans komt in het tijdschrift „Beitrage zur
angewandten Geophysik", Bd. 4, Heft 3 (1934)
S. 364372, Herausgegeben von V. Conrad,
Wien, J. Koeningsberger, Freiburg in Br. und
H. Reich, Berlin, der Akademischen Verlagsge-
sellschaft M. B. H. Leipzig, een artikel van zijn
hand voor „über die Energie der Mintropwelle'.
Onze deskundige lezers zullen ongetwijfeld
met belangstelling kennis nemen van deze
jongste aardbeefkundige studie, waarvan een
Sonderdruck verkrijgbaar is gesteld.
Al ruim 24 jaar Uw goede en billijke hulp bij 5
voor verzorging Uwer maaltijden.
Geen lidmaatschap.
Ook bezorging in de buitengemeenten.
TEL. 14393 TEL. 14393
Oplossingen, bijdragen enz. te richten aan
den Schaakredacteur, BLOEMENDAALSCHE-
WEG 42, BLOEMENDAAL,
PROBLEEM No 432)
J. Col pa,
(Dordrecht.)
LINARIA VULGARIS,
een aardige verschijning.
Het vlasleeuwebekje of kortweg vlasbekje, dat
in de plantkunde den titel van Linaria Vulgaris
draagt, is een van de aardigste verschijningen in
Juli aan onze boschpaden. Een rechtstaande
eindelingsche tros met vele geelgespaarde zwavel-
kleurige bloemen, die we met haar grijnzend ge
sloten lippen dadelijk bij de familie der leeuwe-
bekgewassen onderbrengen. De trossen vallen al
van verre in 't oog door hun groot aantal bloe
men en door de zachte samensmelting van
't geel der lippen met het oranje van 't ge
hemelte.
Houd eens een bloempje in de hand met de
spoor tegen 't zonlicht. Je hebt groote kans er
een neet-ardroppeltje in te vinden, 't Zit diep en
de insecten voor welke het bestemd is, moeten
maar zien er bij te komen. Zij zetten zich na
tuurlijk neer op de onderlip, evenals duiven dat
doen, op het plankjie voor den ingang van de
til. Waar zou die onderlip ook anders voor die
nen? Maar oin toegang te krijgen moeten die
insecten de li-p naar beneden drukken. Want
alleen dan gaat de grijzende bek open. Nu zijn
kleine insecten daarvoor te licht. Maar groote
hommels kunnen 't wel. 't Is voor hen een klei
nigheid. Nauwelijks zet er zich een op de lip,
of disze zakt diep neer, de leeuwebek gaapt en
de hommel slipt naar binnen. Ze aarzelt geen
moment maar tracht zoo diep mogelijk in de
bloem neer te dalen en met de lange snuit in
de spoor te komen. Daarbij vult zich de bloem-
buis geheel raakt de helmknopjes aan die haar met
stuifmeel bedekken, en dan den knepvormigen
stamper, waarbij de b-estuiving verzekerd is. Als
een insect niet in staat blijkt den grijnzenden
bek open te drukken, keert het eenvoudig terug
op zijn weg en zoekt den buitenkant van de
spc-or op, dan bijt het een. gaatje in den zijwant
om te snoepen. Dat doet o.a. het zandhommeltje
en onze honingbij kent het kunstje ook. Maar
Mat in drie zetten.
Stand der stukken:
Wit: Khü, Da4, Lg7, Pg4, Ph5, b2. c5, g2
Zwart: Kf5, Lbl, Pel, Pfl, a2, f7, h2.
Dit probleem werd bekroond met den eersten)
prijs in een wedstrijd van „Leisure Hour".
WEDSTRIJD TE ZURICH.
De volledige uitslag van het internationaal
tournooi te Zürich is als volgt:
1. Dr. A. Aljechin (Parijs), 13 punten. De
wereldkampioen heeft zijn reputatie schitte
rend gehandhaafd. Alléén tegen onzen landge
noot, den grootmeester Dr. Max Euwe (Am
sterdam, verloor hij een partij. De grootmees
ters Flohr en Bogoljubow speelden remise met
hem, de overige 12 partijen won Aljechin.
2. en 3. Dr. M. Euwe (Amsterdam) en S.
Flohr (Praag), beiden 12 punten. Deze beide
meesters zullen in de toekomst een ernstige
candidaat worden voor het wereldkampioen
schap. Dr. Euwe zal waarschijnlijk in October
1935 een match met Dr. Aljechim spelen.
Flohr was de eenige deelnemer, die geen
enkele partij verloor, hij maakte 6 partijen
remise en won de overige 9 partijen. Dr. Euwe
verloor alleen van den ex-wereld-kampioen, Dr.
Em. Laskar. Hij maakte 4 partijen remise en
won de overige 10 partijen. Wij willen er nog
eens speciaal de aandacht op vestigen, dat onze
nationale kampioen leeraar in de wiskunde is
te Amsterdam, zoodat het schaakspel tenslotte
voor hem geen hoofdzaak is.
4. E. Bogoljuibow (Triberg), liy2 punt. Hij
moge dan voor de tweede maal door Dr. Al
jechin verslagen zjjn in een match om het
wereldkampioenschap, Bogoljubow heeft be
wezen nog steeds een meester te zqn van den
eersten rang. Hij verloor alleen zijn partij tegen
Dr. Euwe, maakte 5 partijen remise en won de
overige 9 partijen.
5. Dr. Emanuel Lasker (Berlijn), 10 punten.
Wanneer men bedenkt, dat de ex-wereldkam
pioen 24 Dec. a.s. 66 jaren, wordt, is zijn
prestaties phenomenaal te noemen. Niet minder
dan negen jaren lang had hij zich uitsluitend
met bridge bezig gehouden, zoodat hij totaal
buiten oefening was. Hij is dan ook een schaak-
genie.
De verdere uitslagen waren:
6. en 7. A. Nimzowitsch (Kopenhagen) en
Dir. O. Bernstein (Parijs); beiden 9 punten; 8.
G. Stahlberg (Surte, Zweden), 8 punten; 9. H.
Johner (Zürich), 7% punt; 10. W. Henneberger
(Ennetbühls), 5% punt; 11. T. Gygii (Vill-
nachern), 5 punten; 12. Markies St. Roselli
del Turco (Florence), 4% punt; 13. en 14. H.
Grob (Zürich) en Dr. E. Müller (Unter-Eng-
strigen), beiden 4 punten; 15. Prof. Dr. O.
Naegeli (Bern), 3 punten; 16. Dr. H. Joso
(Bern), 2 punten.
OPLOSSING PROBLEEM No. 426.
(A. F. A r g u e 11 e s.)
Stand der stukken:
Wit: Kd2, Dd4, Td5, Tel, LM, Le2, Pb8,
Pc6, f4.
Zwart: Ke6, Dg2. Td6, Lf8, Pg7, b6. f7.
1. Dd4e4, enz.
Goede oplossing ontvangen van; H. W. van
Dort te Haarlem.
CORRESPONDENTIE.
In de vorige rubriek zijn door den zetter da
diagrammen der problemen verwisseld.
Voorts had in het diagram van Scherts,
probleem No. 33 óók een K moeten staan op
c4, wat uit den „stand der stukken" kon
blijken.
in de haak is dat niet. Want voor wat hoort wat.
En diefstal is geen arbeidsprestatie. De kleinen
werken niet mlae aan den bestuivingsarbeid. Op
oude muren groeit graag een aardige verwante,
het muurleeuwebe-kje. Het heeft viervormige bla
deren en licht paarse bloemjes met twee geelë
vlekjes. Na den bloei buigen de bloemstelen
zich van 't licht af om dia rijpe vruchtjes in een
spleet of een gaatje van den muur te verstoppen
en op die manier het zaad op den muur vast
te houden.
Wij kweeken het muurleeuwebekje ook als
hangplant.
KERST ZWART.