ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
Goedkoope
Reismarken
29E JAARGANG
25 OTOBER 1935
OPLAAG 5000 EXEMPL. N°4#
VOOR BLOEMENDAAL, OVERVEEN, AERDENHOUT, BENTVELD, VOGELENZANG,
HEEMSTEDE, HAARLEM, EN SANTPOORT-STATION
POSTREKENING 191387
BUREAU VOOR REDACTIE - ADMINISTRATIE EN ADVERTENTIËN
BLOEMENDAALSCHEWEG 42 - BLOEMENDAAL
DE TWENTSCHE
BANK N.V.
BLOEMENDAAL
1
Brokjes Levenswijsheid
■II
Verzwegen gedachten.
Plaatselijk Nieuws
H
TER VOORTZETTING VAN
HET
ADVERTENTIETARIEF:
PER REGEL15 CENT
CONTRACT SPECIAAL TARIEF
KRUIDNOTEN 4 REGELS 35 CENT
ELKE REGEL MEER 10 CENT
TELEFOON 23453 (9 TOT 6 UUR)
B.G.G, 11862, 22177 OF 22576
ABONNEMENT:
F 1.00 PER HALF JAAR BIJ VOORUIT
BETALING.
LOSSE NUMMERS5 CENT
BLOEMENDAALSCHEWEG 147
(Nadruk verboden).
,,Als er eenmaal weer oorlog komt, is
het eigen schuld van de menschen. Ze
praten en denken altijd over oorlog en
zoo lokken ze hem uit. Als wij nu met
z'n allen eens ophielden, over den oorlog
te spreken, en als we de gedachte aan
oorlog eens uit ons hoofd zetten, zou alle
gevaar zijn verdwenen. Want waar we
aan denken, dat gebeurt ook
Aldus hoorde ik bij een gesprek over 't
oorlogsprobleem iemand opmerken. Er
ligt in deze woorden veel waars. Toch
dunken ze mij niet in alle opzichten juist.
Het is waar: wij kunnen met onze ge
dachten bepaalde gebeurtenissen oproe
pen. Niet ten onrechte noemt men de ge
dachte de moeder van de daad. Het ont
werp gaat steeds aan de uitvoering voor
af, de wensch aan de vervulling, de angst
aan het noodlot.
Een voortdurende gedachte krijgt dwin
gende kracht. Wie zich steeds een be
paalde misdaad voor oogen stelt, vervalt
tot die misdaad, zoodra hij daartoe gele
genheid krijgt. Onder dergelijke dwang-
geachten worden handelingen bedreven,
welke overigens niet zijn te verklaren. En
zulk een suggestie beperkt zich niet tot
het persoonlijk leven, maar openbaart
zich ook als massa-verschijnsel.
Onder invloed van de openbare mee
ning doen en laten wü dingen, in welker
beteekenis wij ons verder niet verdiepen.
Zoo oefent ook de mode een onweerstaan"
baren drang tot navolging op pns uit. En
van bepaalde opvattingen zegt men, dat
ze in de lucht zitten. Niemand ontkomt
er aan en deze tijdgeest" stuwt de ont
wikkeling van de geschiedenis der
menschheid in de door hem voorgeschre
ven richting.
Dezen gang van zaken kan men stelsel
matig in de hand, werken. Reclame en
propaganda suggereeren de massa be
paalde voorstellingen en denkbeelden. In
dezen zin is het waar, dat men met pra
ten en denken over den oorlog dezen kan
uitlokken. Maar men kan, door van de
zelfde middelen gebruik te maken, even
eens den oorlog bestrijden. Er bestaat een
vredespropaganda zoo goed als er een
oorlogspropaganda bestaat.
Maar wat gebeurt er, wanneer men
over een bepaald verschijnsel zwijgt? Kan
men het daardoor onschadelijk maken?
Is „doodzwijgen" een uitdrukking, welke
men letterlijk moet opvatten?
Suggestie kan veel doen, bijv. ten op
zichte van pijn. Als iemand last heeft van
kiespijn, zeggen de huisgenooten: „Kom,
je moet er nu maar niet meer aan den
ken, dan gaat het wel over!" En werke
lijk gaat het dan soms over.
Maar de pijn komt terug. Men stapt
naar den tandarts. Men staat op de stoep
ende PÜn is verdwenen, zoodat
men besluit, maar niet aan te bellen en
naar huis terug te keeren. Maar eenmaal
weer thuis, wordt men opnieuw door
kiespijn bezocht.
Dit komt, omdat de oorzaak van de
pijn is gebleven. De onaangename ge
waarwordingen, welke een zieke kies wekt
kan men door gedachtenkracht tijdelijk
uitbannen, de ziekte zélf bant men niet
uit. Zelfs wanneer men de pijn met be
dwelmende middelen verdooft, gaat de
ziekte haar gang.
En juist nu zij dit ongemerkt doet, kan
zij voor de patiënt noodlottig worden. Het
kwaad woekert verder en wordt niet be
streden.
Wat hier van lichamelijke processen
geldt, openbaart zich op dezelfde wijze
bij geestelijke en maatschappelijke ge
beurtenissen. Men kan onaangename ge
waarwordingen als angst, wroeging, twij
fel, kwaad geweten onderdrukken door
aan iets prettigs te denken. Men kan van
nare verschijnselen als ziekte, dood, oor
log, onrecht, armoede en misdaad niet
willen hooren. Maar doordat men de
ooren sluit, verdwijnen zij niet uit de we
reld. Evenmin als het roofdier, dat den
struisvogel vervolgt, op ziin schreden te
rugkeert, alleen omdat zijn prooi den kop
in het zand steekt en hem niet wil zien.
Verdoofde pijnen doen meer kwaad dan
pijnen die tot waarschuwingen dienen.
Onopgemerkte kwalen zijn het gevaar
lijkst. Verdrongen gedachten leven in on-
herkenbaren vorm voort en brengen als
woekerplanten onder de aarde onkruid
waar men het geenszins verwacht. Ver
borgen zonden ontsnappen aan de con
trole van rede en geweten. En struisvo
gelpolitiek levert de wereld aan haar vij
anden over.
Men kan over den oorlog zwijgen, als
men maar niet meent dat men hem daar
mee doodzwijgt. Men kan hem uit zijn
geaachten bannen, als men maar nie.
meenjt, dat men hem daarmee ook uit
de maatschappij bant.
De mensch is niet vrij in de keuze van
zijn gedachten. Gedachten dringen zich
op. Een opgedrongen gedachte is 'n werk
stuk. Zij staat voor ons als een probleem.
Wij moeten haar aanvatten als een bal,
die men terugkaatst. Het komt er op
aan, hem in het doel te werpen. Wij moe
ten haar aanvatten als een vraag, waar
op men antwoord verwacht. Aan ons is
het, Ijet juiste antwoord te geven. Wij
luoCibn haar aanvatten als de bocidhoa-
wer de klei, waaruit hij zijn gestalten
boetseert. Onze taak is het, daaraan den
vorm te geven dien wij verkiezen.
Juis het denken over de moeilijke aan
gelegenheden van onzen tijd is het, waar
toe wij elkaar moeten aansporen. Een
vooraanstaand man heeft onlangs het
denken de maatschappelijke plicht van
onze dagen genoemd. Laten wij over den
oorlog denken en spreken, laat ons de
pijn van de ziekten onzer samenleving
aan den lijve gevoelen, maar hoeden wij
ons voor verdooving. Het is de gedachte
loosheid, welke onze gemeenschap haar
ellende berokkent, het angstig of huichel
achtig zijn mond houden over hetgeen
men elkaar van de daken moest toe
schreeuwen.
In dit geval is zwijgen geen zilver,
maar spreken goud!
H. G. CANNEGIETER.
o
De Raad was volledig. De nieuwe raads
leden toonen een prijzenswaardïgen ijver
bij de behartiging der gemeentebelangen
en de seniores geven het goede voorbeeld.
Vijftien punten telde de agenda. Geen
dezer vijftien onderwerpen gaf aanlei
ding tot debat in breeden stijl, zoodat ze
gemiddeld niet meer dan acht minuten
vergden en we om vier uur alweer Duiten
stonden.
Bij de ingekomen stukken was een
mededeeling van B. en W., waarbij zij be
tuigden overtuigd te zijn van de wen-
schelijkheid, het rüwielpadi langs de
Oostzijde van den Bloemendaalschen weg
bij den rijweg te trekken, doch de kosten
schijnen te hoog te loopen. Bovendien
moeten de boomen op de hoogte van
Bloemenheuvel, die midden in het rij
wielpad staan, gespaard blijven.
We hebben deze mededeeling met leed
wezen vernomen. Want dit rijwielpad is
een gevaar en blijft een gevaar en we
gelooven niet, dat men de uitgaven,
waarmede het opruimen van dit pad ge
paard zou gaan, onnut besteed zou kun
nen noemen. De pogingen der wiel
rijders, om tusschen tegenliggers van
links en auto's van rechts door te la-
veeren naderen soms de acrobatiek.
Weinig meer dan levensgevaarlijk zijn
de boomen bi) Bloemenheuvel. Met eenig
geluk zijn ze op klaarlichten dag te ont
wijken, maar als een wielrijder, die ter
plaatse onbekend is, bij nacht of mist
plotseling een rij boomen in 't midden
van een fietspad aantreft is het eenvou
dig meer geluk dan wijsheid, als hij deze
meer dan gevaarlijke plek zonder kleer
scheuren, zoo niet veel erger, passeert.
Het schijnt, dat de gemeente in dezen
geen beslissende stem heeft. Een offer,
aan het algemeen belang zou hen, die het
wél hebben, niet misstaan, te minder om
dat het hier ter plaatse toch waarlijk
niet aan landschappelijk schoon ont
breekt.
In de vorige zitting was er een mede
deeling van Gedeputeerde Staten, dat zij
het salaris der wethouders op f 1500.
per jaar teruggebracht hadden en de
Raad besloot, o.i. volkomen terecht, een
poging te doen, dit besluit in hooger in
stantie ongedaan te maken. Het bleek
thans echter, dat Ged. Staten met een
ijver, een betere zaak waardig, hun be
sluit bij de Kroon hadden doen bekrach
tigen, waardoor gemeld raadsbesluit niet
voor uitvoering vatbaar was.
De Raad berustte, doch een poging, om
de terugwerkende kracht aan het be
sluit van de heeren in Haarlem te ontne
men, zal niettemin gedaan worden.
Het uitbreidingsplan ten Oosten van
den spoorweg Haarlem-Bloemendaal werd
vastgesteld en eenige overeenkomsten in
zake overname en ruiling van kleine per-
ceelen grond bekrachtigd, waarna de
padvinders-jamboree op de proppen
kwam.
Regelmatig we meenen om de twee
jaarverzamelen deputaties van alle
padvinders-organisaties ergens ter we
reld en het behoeft geen betoog, dat
zulk een appèl generaal, dat gepaard gaat
met congressen, demonstraties van
kampleven, bezoek van alle vooraan
staande figuren uit de internationale
padvinderij,* stroomen belangstelllenden
lokt.
Het plan bestaat nu, deze internatio
nale padvindersbijeenkomst die men
„jamboree" noemt, een woord, dat we
vergeefs in een paar woordenboeken heb
ben nageslagen in v Nederland te hou
den en de/fvcreoniglfcg „De-^Ivderland-
sche Padvinders" zijn thans op het oor
logspad om een garantiefonds van
f 50.000,bijeen te krijgen.
Van particuliere zijde was daarvoor
reeds f 30.000.toegezegd en waar men
Bloemendaal als plaats der jamboree op
het oog heeft, klopte zij bij de gemeente
aan om de garantie voor het resteeren-
de bedrag.
Het lag voor de hand, dat de Raad een
gelegenheid, die duizenden en duizenen
bezoekers waaronder vele van vreem
de nationaliteit naar Bloemendaal be
looft te lokken, met beide handen zou
aangrijpen en met algemeene stemmen
werd dan ook besloten, garant te zijn
voor f 20.000.hetgeen te gereeder kon
geschieden, aangezien op nog geen enke
le jamboree het garantiefonds behoefde
te worden aangesproken.
Intusschen zijn aan deze garantie de
volgende voorwaarden verbonden.
Ie. dat deze deelname der gemeente
alleen zal gelden, indien de Jamboree in
derdaad te Vogelenzang zal worden ge
houden:
2e. dat het Kamp genoemd zal wor
den „Het Kamp te Bloemendaal (Voge
lenzang)" en dat bij de propaganda de
naam der Gemeente Bloemendaal alge
meen zal worden vermeld;
3e. dat bij de kampinrichting met na
me ook voor grondwerk, verharding van
wegen enz., voorkeur zal worden gegeven
aan arbeiders van de Bloemendaalsche
werkverschaffing, tenzij burgemeester en
wethouders ontheffing van deze bepaling
verleenen;
4e. dat de voorgenomen toegangsprijzen
voor bezoekers met 10 pet. zullen worden
verhoogd en die 10 pet. aan de Gemeen
te zullen worden afgedragen.
Dit alles is nu goed en wel en men zou
niets liever doen dan onze gemeente met
het komende padvindersfestijn feliciltee-
ren, ware het niet, dat de voorzitter van
den Raad te verstaan had gegeven, dat er
gemeenten in het Gooi zijn, die van haar
kant moeite doen, de jamboree daar te
krijgen. Natuurlijk zou dit voor Bloemen
daal te betreuren zijn. Niettemin valt het
te waardeeren, dat de voorzitter mede
deelde, dat het op het punt van garan
ties verleenen niet de bedoeling is, door
loven en bieden en opbieden 'n wedstrijd
met andere gemeenten aan te gaan. De
heer Rohling gaf het steekhoudende ad
vies, te bepalen, dat eventueele te korten
ponds-ponds-gewüs gedragen zouden
worden en den heer Cramer gaf de voor
zitter te verstaan, dat Haarlem en
Heemstede op gepaste wijze geanimeerd
worden, te bevorderen, dat Kennemer-
land de plaats der jamboree zal worden.
Dat de Korte Kleverlaan geasfalteerd
zal worden, nadat de rails uit den grond
en het wachthuisje bij Rusthoek verwij
derd zullen zijn, valt natuurlijk toe te
juichen en ook met de boomen, die hier
geplant zullen worden en van welker ge
bladerte de heer Quarles slipgevaar
duchtte, zal 't wel losloopen.
De heer Schulz informeerde, hoe heli
met de voormalige trambaan langs de
Kleverlaan zelf sftaat, maar wethouder
Prinsenberg wees er op, dat men beter
doet, te wachten, totdat de tijd voor de
algeheele verbreeding van de Kleverlaan
waarvoor men ook een strook van het
aangrenzende weiland behoeft daar is.
Inmiddels wordt het langzamerhand
toch wel tijd, dat dit gedeelte van de Kle
verlaan, dat meer van een Drentsche
heiweg, dan van een Bloemendaalsche
laan heeft, een opknappertje krijgt,
maar de Noord-Zuid-Hollandsche maakt
daar voorloopig geen haast mee. Als we
er eens een bordje lieten zetten met een
opschrift in den geest van: „Voor deze
woestenij is gemeente Bloemendaal niet
aansprakelijk" of iets dergelijks?
Een sympathiek voorstel als dat, waar
bij een regeling met omliggende gemeen
ten wordt getroffen om elkander met
bluschmateriaal en brandweermanschap
pen bij te staan in geval van brand, on
dervond natuurlijk geen verzet. Een paar
vragen van praktisch nut de heer
Luden informeerde naar die verzekering
tegen letsel bij brand in andere gemeen
ten en de heer Enschedé naar genormali
seerde afmetingen van het bluschmate
riaal werden door den voorzitter naar
den eisch beantwoord.
Onzerzijds een kleine opmerking. Bloe
mendaal en de omliggende gemeenten
zullen elkander dus als goede buren hel
pen in geval van brand, waarbij eigen
kracht te kort schiet. Er zijn intusschen
ook andere perijkelen dan brand, waar
bij brandweer pleegt op te treden. Ware
het niet gewenscht, ook hierin te. voor
zien? We denken hier aan natuurram
pen, explosies, e.d.
Het volgend punt betrof een kwijtschel
ding yan slacht Tïty fiot,c„nst,allirtcr nnrW.
einde van den Zeeweg heeft dit jaar qfi-
voordeeelig geboerd. De pachter moge de
schrale troost hebben, dat zijn bedrijf he;
eenige niet is, een feit blijft, dat hij
f 1600,achter is en kwijtschelding van
dit bedrag verzocht.
Dit zijn altijd lastige gevallen. De
pacht is na openbare inschrijving toege
wezen en er blijft veel voor te zeggen, dat
iedereen het risico yan zijn transactie
moet dragen. Dat is het goed recht van
de andere partij en een kwestie van bil
lijkheid jegens de andere inschrijvers. Er
staat tegenover, dat bijzondere omstan
digheden iemands calculaties leelijk in de
war kunnen sturen en het scheen, dat B.
en W. bijzondere omstandigheden als een
zeer ongunstige zomer 1935 wel konden
aanvaarden als een motief, om den pach
ter wat te ontlasten, al erkenden ze de
gebruikelijke bedenkingen, die werden
aangevoerd. Ze stelden dus een modus
voor, hierin bestaande, dat van de f 1600
tekort f 1000 zullen worden kwijtgeschol
den en f 600,'s mans rekening over
1936 zullen belasten. De Raad' was als
steeds menschelijk en aanvaardde het
voorstel. Wij voorspellen een nieuw re
quest aan het eind van seizoen 1936, al
zeide de heer Quarles nog zoo nadrukke
lijk: „Dat mag niet wéér gebeuren!"
De rondvraag gaf dén heer Posthumus
Meijjes aanleiding, op te merken, dat
hem gebleken was, dat er reeds een plan
is voor den bouw van een nieuw politie
bureau. Spreker was hier over verbaasd,
immers hij meende, dat het des Raads
was, uit te maken, wie dat nieuwe ge
bouw zal ontwerpen en bouwen.
De voorzitter meende, dat dit niet het
geval is. De directeur van Publieke Wer
ken is indertijd benoemd als opvolger
van den gemeente-architect. Het is daar
om naar spreker's meening de taak van
dezen functionaris plannen als de onder
havige te ontwerpen en uit te werken.
De heer Posthumus Meijjes behield zich
voor, op deze instructie terug te komen
en betoogde nog eens, dat z.i. in een
plaats als Bloemendaal een controleerend
bureau als de dienst van Openbare Wer
ken geen bouwbureau dient te zijn.
De heer van Riessen meende, dat in de
notulen der Juli-vergadering staat, dat
een particulier architect het nieuwe Bu
reau van Politie zal bouwen, hetgeen de
voorzitter bestreed.
De heer Quarles van Ufford betwijfelde
of iemand, die éen gemeente-architect
opvolgt daardoor ook gemeente-architect
is en in diens functie treedt.
De heer Enschdé merkte op, dat de Za
terdagmorgen, die den te werk gestelden
vrijaf wordt gegeven om bij particulieren
werk te zoeken, door sommigen dezer
werklieden op nogal vrijzinnige wijze tot
dit doel wordt gebruikt. Ze wippen weke
lijks bij een paar vaste adressen aan in
de wetenschap, dat er daar toch geen
emplooi is en hebben daarmede aan den
letter der voorschriften voldaan, doch 't
is klaar en duidelijk, dat op deze wijze de
gemeente het getal werkloozen niet ziet
slinken.
Wethouder Hogenbirk zal 't onderzoe
ken.
De heer Bouvy zorgde voor de note
gaie door een gedicht van eigen fabri
kaat voor te dragen, waarbij hij lof en
hulde bracht aan de historische figuur
van den eersten helmplanter, ter wiens
nagedachtenis onlangs een gedenkteeken
aan den Zeeweg werd onthuld.
„Hoe staat het" vroeg ten slotte de
heer Luden „met de plannen voor het
gebouw van Publieke Werken?"
De heer Prinsenberg antwoordde, dat
deze zoo goed als klaar te zijn, dat de
Commissie voor Publieke Werken er ken
nis van genomen heeft, evenals B. en
W. en dat er geen bezwaar bestaat,
ze ter visie van den Raad te leggen.
De heer Luden antwoordde leukjes,
dat hij meende, dat de Raad in dergelijke
aangelegenheden toch wel eens gekend
mocht worden, bij welke gedachtenwisse-
ling het bleef. Niettemin komt het ons
voor, dat B. en W. menig raadslid zou
den verplichten, door dergelijke vragen te
voorkomen door een weinig meer mede
deelzaamheid. Het is, zacht gezegd, eigen
aardig, te moeten vernemen, dat de
bouwplannen voor een nieuw politie-bu-
reau en een, nieuw gebouw voor Openbare
Werken gereed of zoo goed als gereed
zijn zonder dat de Raad op de hoog
te wordt gebracht, terwijl het niet min
der aanbeveling zou verdienen, de o.i. ge
rechtvaardigde verlangens van den heer
Posthumus Meijjes, om den dienst van
Publike Werken niet uit te breiden tot
werkzaamheden, die op het terrein der
particuliere onderneming "bshooren, on
der het oog te zien en voor de toekomst
•-Ssï- j.TtS*!;. t.6 -
Kan het begrootingsdebat in dezen
niet iets uitwerken? Dat staat voor de
deur. Immers, de voorzitter deelde mede,
hiervoor den vierden Donderdag van No
vember te willen bestemmen, zoodat we
in slachtmaand tweemaal le plaisir de
nous voir zullen hebben.
o
ONDERWIJS AAN
SCHIPPERSKINDEREN.
Het Schoolfonds voor Schipperskinde
ren „Schuttevaer" heeft menigmaal de
aandacht van het krantenlezend publiek
gevestigd op de noodzakelijkheid van ge
regeld lager onderwijs aan schipperskin
deren.
Hoewel reeds vele vereenigingen zich
beijveren dit onderwijs mogelijk te maken
door het verstrekken van financieele bij
stand aan de schippers voor de huisves
ting hunner schoolgaande kinderen aan
de wal, zijn er toch nog altijd duizenden
kinderen van 8 tot 14 jaar, die nog nooit
een school van binnen hebben gezien.
De toestanden in de binnenvaart zijn
verre van rooskleurig en vele schippers-
gezinnen verkeeren op den rand van ar
moede. Geen wonder dat deze schippers,
hoe gaarne ze ook zouden willen, hun
kinderen niet zelf in de gelegenheid kun
nen stellen het voor het geheele leven zoo
noodzakelijke onderwijs te genieten.
De Schoolfondsen doen wat zij kunnen,
doch zouden veel meer kunnen doen, als
de middelen zulks zouden veroorloven.
De Vereeniging Schoolfonds voor
Schipperskinderen „Schuttevaer", welke
haar pupillen door 't geheele land heert,
doet een beroep op de medewerking, van
allen, die wél het voorrecht hebben hun
kinderen naar school te laten gaan.
Bijdragen, hoe gering ook, worden
gaarne ingewacht bij den penningmees
ter, den heer J. H. Bergmann, Prins
Hendrikkade 47a of op de postrekening
der vereeniging, Amsterdam no. 155561.
o
DE PROEFMOBILISATIE VAN
DE BURGERWACHT.
Aan het einde van het verslag van de
proefmobilisatie van de Burgerwacht in
ons vorig nummer zijn, te beginnen met
de woorden: Het is ons niet duidelijk
enz., enkele aanteekeningen geplaatst.
Ten einde mogelijk misverstand te
voorkomen wordt hierbij medegedeeld,
dat deze beschouwingen van redactiewe-
ge aan het verslag van onzen verslagge
ver werden toegevoegd.
o
INGEKOMEN PERSONEN.
Mevrouw K. SedeynVellema, Kenne-
merweg 18, Bloemendaal; A. A, Aberson,
Sparrenlaan 4, Aerdenhout; J. A. Steman
Bloemendaalscheweg 203, Overveen; V,
C. Lindeman, Boschlaan 65, Bloemen
daal,