Kerstmis 1939 rr %ra fuzt Zó&iWzfarrmv? Vrijdag 22 December 1939 Haarlem en de Spoorwegen ZACHTJES RUBEÜ' ZUINIG 2!IN WEI BENZINE De Kerstboom Weerrijmpjes ooor Kerstmis rr ..boodschapt het mij, opdat ik ook kome en datzelve aanbidde." „zoo nam hij hetzelve in zijne armen en loofde God, en zeide.... mijne oogen hebben Uwe zaligheid ge- Twee reacties, uit twee werelden, op de geboorte van Christus. Herodes de Groote, de Koning van Judea, aan wien de wijzen van het Oosten hebben verteld, dat zij den ster hebben gezien van den geboren Ko ning der Joden, en die dit kind vreest en zoekt te dooden. Simeon, een rechtvaardig en godvreezend mensch, die de komst van Israëls Verlosser verwacht, door Gods Geest naar den tempel geleid, waar Jozef en Maria hun godsdienstige plichten kwa men vervullen voor het jonge kindje. Opdat ik kome en datzelve aanbidde, zegt Herodes tot de wijzen, maar hij bedoelt, opdat ik datzelve vermoorde. Mijne oogen hebben Uwe zaligheid gezien, zegt Sime on, en looft God. Eén ding hebben deze beide antipoden gemeen. Zij voelen de majesteit Gods, die is geopenbaard in dit kind. Daarom wil Herodes het vernietigen, en daarom zegt Simeon: Nu laat Gij, Heei, Uw dienst knecht gaan in vrede. Herodes voelt zich bedreigd en wil dooden om zich te hand haven. Simeon voelt zich bevrijd. Nu kan hij rustig sterven. De eeuwen door zijn er Herodessen ge weest, groote en kleine, vorstelijke en doodgewone, hooggeplaatste en onaanzien lijke, kerkelijke en onkerkelijke, die zich door dit kind in de kribbe bedreigd hebben gevoeld en gezocht hebben het te dooden. En de eeuwen door zijn er Simeons ge weest, groote en kleine, vorstelijke en doodgewone, hooggeplaatste en onaan zienlijke, kerkelijke en onkerkelijke, die zich door dit kind in de kribbe bevrijd hebben gevoeld en rust hebben gevonden. Midden in deze rumoerige, zinnelooze wereld, waarin de waarheid en het recht zijn neergeslagen door bruut geweld, waarin het wapengekletter de rede over stemt, waarin vernietiging van alles van alle kanten dreigt, waarin niets te laag, niets te gemeen, niets te onteerend schijnt te zijn, voert God onze ontredderde ge dachten naar de kribbe van Bethlehem. In landen, waar de oorlog woedt, en in landen, waar men worstelt om er buiten te blijven, zullen liederen klinken en woorden gesproken worden van Christus' geboorte. In loopgraven, duikbooten, hos pitalen, in huisgezinnen waar rouw heerscht, overal in deze verminkte en bloe dende wereld, zullen gedachten van men- schen gaan naar dit hulpelooze kind in den kribbe, waarin God aan de menschheid voor altijd de hoogste openbaring van Zijn liefde heeft geschonken. Eigenlijk is Hij nooit dichter bij ons, zelfs niet als Hij lijdt en sterft aan het kruis. Eeuwen geleden, in een stal, bij schamel schijnsel is een kindje geboren. In doeken gewonden is het in een voederkrib gelegd. Zien wij Gods Majesteit in dit kind en zeggen wij als Simeon „mijn oogen hebben Uw zaligheid gezien?" Dan zal er blijd schap in ons hart zijn, welke beproevingen ook ons dèel zijn of zullen worden. Die onvergankelijke blijdschap is de beste kerstgave, die wij kunnen ontvangen, om dat zij ons opheft boven de zorgen en het leed ortzer dagen, waarin wij dreigen onder te gaan. Bij de kribbe van Betlehem beseffen wij meer dan ooit dat geen tanks, geen slag schepen, geen bommenwerpers, geen ge schut, geen gifgassen, geen diplomaten, geen verdragen, geen conferenties de menschheid kunnen redden uit haar ver derf, zoolang de Herodessen de overhand hebben, die zoeken te vernietigen om zich te handhaven. Rechtvaardig en godvree- zend wordt Simeon genoemd, die in het jonggeboren Christuskind Gods zaligheid ziet. Zullen wij eindelijk, Kerstmis 1939, beseffen hoe verblind wij nog zijn, omdat wij zoo weinig rechtvaardig zijn en naar Gods wil handelen. Zullen we het eigen lijke Kerstfeest weer van ons afschuiven, omdat dit kind in de kribbe onze slechte praktijken bedreigt, die we niet los willen laten, of niet los durven laten, omdat we ons voor alles maatschappelijk willen handhaven als particulier, als onderne ming, als stand, als partij. Dan zal er niets veranderen, om het even of er een zoo genaamde vrede komt, dan wel deze oor log in alle felheid gaat losbarsten. Dan zijn we nog altijd Herodessen. Maar als wij op dit Kerstfeest in die krib be werkelijk Gods zaligheid zien, dan zul len wij het ook wagen rechtvaardigheid na te streven en naar Gods wil te leven. Vrede op aarde den menschen van goeden wille, zingen de engelen in den Kerst nacht. Zoolang deze vrede in de harten der menschen er niet is, kan ook die tusschen de volkeren niet komen. Intessehen gaat de spoor door met haar net over heel Nederland uit te spieiden en ook in het verbinding zoeken met het buitenland. In 't officieele verslag van den Hollandschen spoor weg in 1859 lezen we in telegramstijl: spoorweg is lang 84500 ellen. Werken en stationsgebouwen worden in goeden staat onderhouden. De maat schappij bezit 220 rijtuigen en 3 expressen- wagentjes. De locomotieven hebben 368299 mij len en de rijtuigen 8060183 asmijlen geloopen. Het getal treinen beliep 5231 door welke zijn af gelegd 324831 mijlen. Cokesverbruik één tiende pond per mijl hooger dan in 1857, verbruikt zijn 3020320 Nederlandsdhe pond. Onderhoudkosten 87844,16V2 voorl ocomotieven en 33315.69 voor de rijtuigen. Ongevallen van ernstigen aard zijn niet te berekenen. Een reiziger, die uit den nog loopenden trein sprong, werd gekwetst en is sedert overleden. Opbrengst 1283.745, 37>/2, ruim 31000 meer dan in 1857. Reizigersvervoer beliep 976433,39, dat was 81.12 van het ge heel. Goederenvervoer bracht op 227311,98'/2- Balans over 1858 11364511.04Va. Winst- en ver liesrekening voor het saldo van winst kome daar op voor o.a. 332.978,28V2. Reizigersvervoer le verde iets minder op. Goederen en vee iets meer. Er zal 50 per aandeel worden betaald. Onder houd van den weg vordert nog steeds veel kos ten, maar dat moet grootendeels worden toege schreven aan den oorspronkelijken aanleg, waar bij veel hout is aangewend. Nu worden bij ver nieuwing dwarsleggers gebezigd. 2 Mei 1860 lezen we het volgende: De raad van administratie der H.IJ.S.M. geeft Deelhebbers dezer Maatschappij kennis, dat gedurende den tijd van drie maanden van 102 uur ter hunner lezing aan het hoofdpostkan toor der Maatschappij, Rokin, Buurt E No. 136 is liggende. Een voorstel tot verandering in de statuten en heeft tevens d§ eer te berigten, dat genoemd voorstel zal worden overwogen in de tot dat einde beschreven algemeene vergade ring van Deelhebbers te houden Woensdag 4 Juli I860, des middags ten 12 ure precies in het lokaal Odeon op den Singel bij het Koningsplein te Amsterdam. De heeren worden herinnerd aan het art. 32 der statuten waarbij bepaald wordt, dat niemand in de vergadering zal worden toe gelaten, dan voorzien van zijn aandeelen, wor dende verzocht om zich te voorzien van een door hen onderteekeride lijst, waarin de nummers hunner aandeelen zijn vermeld, ten einde op de vergadering over te leggen. w.o. J. Brouwer, Ancher comm. presid. H. C Cruys, comm. loco-secr. Merkwaardig is de dienstregeling van den zomerdienst 26 April 1861. De eerste trein ver trekt dan 7 u. 30 uit Amsterdam en komt 8 uur te Haarlem aan. Vijf treinen gaan door naar Rotterdam. De laatste trein vertrekt half acht uit Amsterdam en komt 10 u. 30 te Rotterdam aan. De laatste gaat 7.45 uit Rotterdam. Aan komst 10.45 te Amsterdam. Van den beginne af heeft het spoor goede nota genomen van groote gebeurtenissen b.v. van de Nationale Tentoon stelling van Nijverheid. Van samenwerking met de Haarlemsohe Tentoonstellings-commissie ge tuigt ook de volgende mededeeling. Op alle werkdagen zal in alle steden aan den spoorweg gelegen retourbiljetten naar Haarlem worden uitgegeven tot veel verminderde vraohtprijzen voor heen en terug op denzelfden dag. Deze bil jetten gaven voor de treinen, welke niet later dan twee uur des namiddags te Haarlem aan kwamen, tevens toegang tot de Tentoonstelling. Deze tentoonstelling werd gehouden in de zalen van het gewezen gemeente-archief, van de stads bibliotheek en zalen beneden, terwijl de verma kelijkheden plaats hadden op Spaarnhoven, ee'h dik half uur van de markt. Omnibusdiensten en stoombootdiensten waren afzonderlijk daarvoor ingesteld. Tentoonstelling werd Dinsdag 25 Juni 1861 geopend en daarmede genoemde goed- koopere spoorwegtarieven. Ten bewijze van het belangrijk verkeer, het welk de tentoonstelling voor den stand der va. derlandsche nijverheid te Haarlem met de daar aan verbonden feest uitlokte, diene dat op Zon dag den 7en Juli 1.1. over den Hollandschen spoorweg zijn vervoerd 16044 personen, waar van ruim 10000 van Amsterdam naar Haarlem en terug. ■]~4oe sneller ze rijden, hoe weer benzine er verspild wordI des Ie spoediger krijgen we benzine-dislribulie en dan zon een paard voor de aulo goede diensten kunnen bewijzen I Kerstmis naderde Sneeuwvlokken dwarrelden stil omlaag en bedekten geruischloos de aarde, maakten haar tot een wit, donzig tapijt, waarover men liep met knerpende, knisterende voetstappen, welke een zwart spoor achterlieten in de ongerepte rein heid van het landschap. Met het trammetje van tien uur waren Rolf Wouters en z'n jonge vrouw naar de stad ge reden, om er kerstinkoopen te doen. Hè, vond ze, behaaglijk wegduikend in haar mantel dat is nu écht weer voor Kerst mis! en ze schudde lachend de dikke vlokken uit haar kraag. In de stad ook, was het gezellig. knus en gezellig en de winkels straalden ondanks het vroege uur licht uit, dat warm aandeed in de koude atmosfeer van het winterlandschap, buiten. Massa's kerstboomen flonkerden hen vanuit de étalages tegemoet, geschenken tor send in de meeste willekeurige verscheiden heid kooplieden ventten met rood-gebeste hulst op de hoeken van de straten. En in deze stemming van rustige gezelligheid en genoegelijke tevredenheid was het, dat Rolf z'n vrouw voerde voor het étalageraam van één der grootste en modernste zaken uit de stad. Sierlijke, elegante auto's stonden in roeke- looze hoeveelheid tentoongesteld. Rolf drukte den arm van z'n vrouw. Hoe vind je dié? informeerde hij, haar met een guitig lachje aanziende. O, Rolf....! Ze keek naar hem op met verrukte oogen het is een dot. Die donker- roode leerbekleedingde grijze lak beeldig! Ja, hè? Aardig is-ie! prees Rolf met man nelijke onverschilligheid. Aardig! Winny stoof op is dat alles, wat je er van weet te zeggen? Aardig? Een droom is het, in één woord! Een beeld! Maar jon gen ze drukte even lief z'n hand kan het nu heusch wel, zoo'n autotje? Is dat nu werkelijk niet te kostbaar, zóó'n duur Kerst geschenk? En in dezen tijd? Och nee, natuurlijk niet! weerde Rolf haastig als jij 't maar mooi vindt! Kom, we zullen eens binnen gaan kijken.... En ondanks een stil protest van z'n vrouw, duwde hij haar vóór zich uit, den winkel in. Onmiddellijk stoof een employé op hen af. Mevrouw, meneer. Dat wagentje, daar. nee, die daar staat! begon Rolf zouden we dat eens van wat dichterbij mogen bekijken? Maar natuurlijkwacht U even, ik zal een paar stoelen voor U krijgen! Zoo.... wel, ziet U eens: het aller, allernieuwste, zooals U merkt. Een model van dit jaar, dat U nog nagenoeg nergens vindt. Positief niet elekant, sierlijk.loopt ook bijzonder licht en neemt betrekkelijk weinig ruimte in. Garantie voor twee jaar minstens. zoodat dus gedurende dien tijd alle reparaties voor onze rekening zijn. Dat wil zeggen natuurlijk.niét ten gevolge van ongeval, dat spreekt. Ik bedoel hier fabricatiefouten! U ziet verder: de nieuw ste snufjes zijn erin aangebracht, de stuur inrichting is buitengewoon licht en gemakkelijk hanteerbaar en reageert bij de geringste aan raking. verder twee schijnwerpers, berm lamp mechanische claxon Rolf keek z'n vrouw aan. Nou? Hoe vind je 'm? Ze slaakte een zucht. Dol! Van dichtbij nog veel mooier dan zoo vanuit de verte, heusch! Zoo sierlijk hè? 't Is gewoon een schat. Hoe vind je dat dashbord, zeg. electrisch verlicht! Dusehinformeerde de verkoo- per, hen vragend aanziende wat denkt U, mevrouw. meneer? De condities zijn natuur lijk later te regelen.... Weer keek Rolf naar z'n vrouw. Ja, Winny, zal het deze dan maar zijn? Ze knikte, mateloos verrukt.... Kort en zakelijk gaf Rolf z'n instructies.... Toen ze even later weer op straat stonden, drukte Winny dankbaar z'n arm. O, jongen.... Rolf, ik vind het gewoon weg héérlijk. Ik ben er zóó blij mee!! Rolf lachte. Maar kind, daar hoef jij toch niet blij mee te zijn? Natuurlijk, vond ze verontwaardigd stel je voqr! Natuurlijk ben ik blij! Blij mèt.... Robbie! O, 't was z'n hartewensch, zoo'n autotje onder den Kerstboom. Wat zal-ie kijken.... Maar ik was echt bang, dat het te duur zou worden, zoo'n kostbaar cadeau, in dezen tijd. Enfin, als Opa ook niet had bijgesprongen.... Nou ja, och't- jog moet toch wat heb ben met Kerstmis! vond Rolf lachend maar 't is anders wel héél wat anders dan in onzen tijd, hè.... dat kinderspeelgoed! besloot hij, en dacht glimlachend aan den zak knikkers en den hoepel, die hij op z'n vijfde jaar met Kerst mis onder den boom had gevonden. Maar eenig, zoo verrukt als Winny ermee was. Gewoon alsof.ja, alsof 't een échte auto was die ze hadden gekocht. Ja, stel je voor.... dat duurde nog wel evenbrrr! r op öeze Boot Bevinöen zich eeniqe mannen öie nAAR huis veRUnqen Er zijn verschillende redenen om aan te nemen dat de eigenlijke Kerstboom vroeger niet de spar is geweest, die .we thans gewoonlijk als „kerstboom" aanvaarden, maar de buksboom, een zeker soort palm, bij de kweekers bekend onder den naam buxus sempervirens. In de Zuidelijke streken van Duitschland noemt men ook tegenwoordig den kerstboom nog: Buchsbaum. In een tijdschrift „Aus der Heimat", het or gaan van een Duitsche vereeniging van leeraren in de natuurkunde, schrijft Pfarrer Kappler (te Ditzingen bij Leonberg): „Deze naam toont overduidelijk aan, dat de vroegere kerstboom werkelijk de bukspalm is geweest. Maar thans kan men nog enkel van zeer oude personen vernemen dat zij zich her inneren dat de bukspalm in plaats van de spar tijdens de Kerstdagen in de woningen werd op- gested en versierd. Dit stemt overeen met de gebruiken, die men tot kort geleden nog aantrof in de Frankische streken. Daar was de Kerstboom de zoogenaam de Barbara-twijg, een tak die op Sint Barbara, d.w.z. op 4 December was gesneden en tegen Kerstfeest in bloei werd getrokken. In ons land echter zal de Kerstboom wel al tijd een spar of een andere naaldboom zijn ge weest, want toen zich hier het gebruik van den kerstboom inburgerde, was de bukspalm elders reeds geheel verdwenen. En trouwens, wij zouden ook niet graag wen- schen dat het anders was. Want wat is er schooner dan het fijn verdeelde, geveerde groen van dèn en spar, de kerstboomen bij uitnemend heid? verband bestaat tusschen de weersgesteldheden op bepaalde tijden van het jaar. De oude rijmpjes die hierop slaan zijn legio en we doen hier een greep uit enkele die we ver spreid vonden in oude geschriften, almanakken e.d.: „Vliegen op Kerstdag de muggen rond Dan dekt met Paschen ijs den grond". „Is Kerstdag vochtig en nat Ton en schuur niets bevat". „Een slappe winter Een vette kerkhof". „Kerstmis aan de wand Paschen in de brand". „Geeft Kerstmis warme zonneschijn, Dan zal er met Paschen nog houtvuur zijn". „Zit op Kerstmis de kraai nog in kalvergroen Met Paschen zal zij 't in 't sneeuwveld doen". „Een witte Kerst een groene Paasch". „Is de Kerstmis de hemel klaar Verwacht dan vrij een vruchtbaar jaar." En ten slotte nog een versje van culinairen aard: „As het kindje is geboren, Heeft de raap zijn smaak verloren". Reeds in zeer oude tijden was men geneigd om Kerstmis te verbinden met de rest van het jaar en was men de meening toegedaan, dat het weer op Kerstmis het weer van het geheele jaar be ïnvloedde. Mogelijk dat er in deze oude volksche wijsheid eenige waarheid schuilt; er is namelijk niets dat ons belet aan te nemen, dat er een natuurlijk

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1939 | | pagina 9