I. C. HAAN BRANDHOUT HAARL HOUTHANDEL Eet-, Zit- en Slaap kamerameublementen J.F.KROONE VAN DE LEESTAFEL Het Boek van de Week. fototud! Foto Voorwalt HOTEL VREEBURG ZALEN VERHUUR 2 Vrf'da? 2 9 'An?. *9 41 COMPLETE MEUBILEERING BARTELJORISSTRAAT 39-41 TEL. 10250 ZONDAGMORGEN PHILATHELISTISCH BUREAU Boeken over Rotterdam VACANTIET'JD MMfó BEGRAFENIS EN CREMATIE F 37.50 PER ,1000 K.G. HaaAherg is troef VERDUISTEREN URGENT Wij en de Voedingsraad. BLOEMEN DAAL T- Tuinaanleg Vaste Plantencultuur Telefoon T4423 Woonplaats: Oranje Nassaulaan 6, Overveen Kweekerijen: Bl.daalscheweg en Dompvlöedslaan HET EERSTE GEBOD „Ik ben de Heer, uw God, die u uit Egypte, uit het diensthuis, uitgeleid heb. Gij zult geen andere goden voor Mijn aange zicht hebben; gij zult u voor hen buigen noch hen dienen." Deze woorden staan aan het begin van de geschiedenis van het Joodsche volk, eigenlijk aan het begin van de' geschiedenis der mensch- heid, op dat punt waar zij iets van de waar achtige beteekenis van dat woord begint te krijgen. Tevoren was het volk een ongeordende groep geweest, door niets anders samengehou den dan door een zekere stamverwantschap en het begin van een gemeenschappelijk verleden. Wel had het in zijn Aartsvaders reeds een rijk geloofsbezit ontvangen, maar toch, op den berg Sinai worden zij pas voor een keuze, voor de keuze gesteld: God of zichzelf, en met die keuze wordt een mensch eigenlijk pas tot mensch, en een volk pas tot volk. Daar zet dan die ontzaglijke lofzang in, die door de eeuwen heen uit de woestijn tot ons komt, in steenen en harten gehouwen: de Wet der Tien Geboden, eindeloos herhaald, eindeloos overtreden, eindeloos gehandhaafd en heilig be waard als tenslotte toch altijd weer het eenige richtsnoer. En daar staan wij dan, ook nu weer, met dat geweldige eerste gebod: gij zult geen andere goden voor Zijn aangezicht hebben, gij zult u voor hen buigen noch hen dienen. Wat moeten wij daar eigenlijk mee? Zelfs al denken we nog lang niet aan al die afgoderij van grooten omvang die altijd en overal wordt be dreven en waarbij bijvoorbeeld geld of macht in de plaats van God wordt gesteld, waardoor wij tot slaven worden geroepen: tot dienaar. Neen, als we maar heel in het klein blijven en vlak bij ons eigen huis, in ons eigen huis dan loopen we al vast. Blijken wij daar niet vaak slaven te zijn -van dingen die op zichzelf zeker onze toewijding verdienen: ons gezin, on zen beroepsarbeid, onze gezondheid, onze kunst? Houden wij ooit tijd over voor het ééne dat van ons wordt gevraagd: voor God? Kan het niet dikwijls gebeuren, dat wij op onzen dagelijkschen weg naar huis plotseling met schrik door het een of ander aan Hem herinnerd worden, en aan al het groote en heilige wat regelrecht uit Hem is? Een lente-avond of een sterrenhemel of een klein kind of de blik van een mensch die ons toevallig passeert en het is of al die machten waarvoor wij ons steeds zoo uitsloven en waar wij al onzen tijd (en elke tijd is toch: een stuk eeuwigheid) aan offeren, dreigend voor ons op rijzen en wanstaltig groot worden, als -zoovele gedrochten wier slaven wij werden, slaven vol goede bedoelingen, maar toch slaven. En boven al die gedrochten uit klinkt een Stem die waar schuwt: Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht bebben, gij zult u voor hen buigen noch hen dienen! Dan krimpen wij ineen als onder een slag, den ergsten slag die een mensch kan treffen, en wij zien de voosheid van al onze goede be doelingen en al onze plichtsgetrouwheid, zelfs van al onze „goede daden", en we tastfcn mis schien tevergeefs naar een gebed en komen niet verder dan „Heer, erbarm U!" Want het eerste en grootste gebod hebben wij vergeten, niet expres overtreden, maar veel erger: vergeten! Geen anderen god voor Gods aangezicht te heb ben, geen andere wet dan de liefde, die niet in de eerste plaats naar daden en resultaten vraagt, maar naar het geheele zijn 1 daar hebben wij eenvoudig overheen geleefd. Maar oók kan het gebeuren dat temidden van die vertwijfeling een Stem tot ons komt die ons diep verrast en vertroost doet opzien, een Stem die spreekt: „Al wat gij aan den minste Mijner broederen hebt gedaan, dat hebt gij Mij gedaan." En wanneer wij dan verward vragen: „Maar wannéér hebben wij dat dan voor U gedaan, Heer? wij hebben immers nooit tijd voor U gehad, wij hebben zelfs maar zoo zelden kunnen bidden", dan komt het antwoord: „Ook een leven zelf kan een gebed zijn, ook in den dag der kleine dingen ben Ik te vinden, niet alleen in de sterren en in den tempel, ook in uw keuken en in uw bureau, in uw jongste zoontje en in den man die naast u werkt op uw afdeeling, en in den vriend met wien gij uw avond hebt verpraat. Waar gij dacht dat gij af goden diendet, hebt'gij in waarheid God ge diend, want men kan Hem slechts waarlijk dienen door menschen en dingen heen. En dat, Mijn kind, dat deedt gij." Zoo groote verrassingen bereidt God somtijds degenen die Hem liefhebben, zoo groot, dat de mensch, zijn overvulde leven overziende, met Jacob stamelt: dus de Heer was aan deze plaats en ik heb het niet geweten!" TE OVERVEEN Bloemendaalscheweg 257 bij de Julianalaan Tel. 24419 Aan- Verkoop en van Verzamelingen ROTTERDAM Te Rotterdam ben ik geboren onder den adem van de Maas en liep ik, met mijne eigen stilte, te midden van het straatgeraas. Van zwaarbespannen sleeperswagens ben ik er passagier geweest. Door heel de stad heb ik gezworven, maar aan de kaden toch het meest. Daar lag de stoet uit alle streken, de klipper en de keulenaar, het driemastschip, zijn tuig ten hemel, en de ertsboot, vol en breed en zwaar, de Lloyd-vloot, met pxovineie-namen, alle elf, als ik mij niet vergis, de Caland en de Lady Tyler, de Scholten, die gebleven is. ,Daar lagen zij, voor alle verten gereed, elk in zijn eigen pracht. 't Is me, of ik nog hun stem hoor loeien ten afscheid, in den winternacht. Maar dit ook is, wat uit die jaren het weerzien mij te binnen brengt, dat alle geuren uit de wereld daar met elkaar waren gemengd. Naar koffie rook bet bij de Draaisteeg, aan 't Oude Hoofd naar teer en touw, naar copra langs de Spoorweghaven, naar reuzel bij het Poortgebouw, naar huiden op den Terwenakker en aan den Haringvliet naar kaas, Dan was de lucht van gist of olie en dan van jute weer de baas. Dan waren het de specerijen uit Bombay of Batavia. Naar schapen rook het in de Boompjes, naar uien op de Spaansche Ka. Naar 't Nieuwe Werk geurden citroenen en bij het Entrepot tabak. Kortom, er valt geen Teuk te ruiken, die aan dit havenbeeld ontbrak. Maar later, toen .ik op mijn tochten in aller Heeren landen kwam. kon het mij dikwijls overvallen: hiér ruikt het als in Rotterdam 1 En daarmee kwam dan in zijn volheid dat eene beeld mij voor den geest, waartegen zich ons leven teekent: de stad, waar men is kind geweest. Het is, of vanuit deze haven iets over heel de wereld drijft waardoor, waar u het lot mag voeren, ge toch binnen haar omtrek blijft. Het is of, met haar lucht ën water •n wind, zij ons heeft opgevoed n ruimte en vergezicht, de kusten an onze toekomst tegemoet. .'aart ge naar Sidney of naar Kaapstad, <aar Kobe of naar Baltimore, aart ge onder alle hemelsbreedten, aart ge alle wereldzeeën door, nooit voelt gij u geheel verlaten, als hier uw mensch-zijn aanvang nam, door wat van kinsbeen af u eigen en lief was. Dht is Rotterdam 1 Bovenstaand gedicht van Jan Prins, dat voor komt in het boek „Rotterdam in de litteratuur" typeert zoo fijn die stad, dat wij daar gaarne de bespreking van een viertal boeken over Rotter dam mee beginnen. Elke stad heeft een eigen sfeer en wie waarlijk reizen kan, zal-vreugde beleven aan het ijntdekken Het Boek van de Week: van de eigen sfeer van elke wereldstad, een er varing, niet minder boeiend dan het meest groot- sche of lieflijke landschap. Rotterdam, groote koopstad, heeft ook zoo'n karakteristieke sfeer, die men vindt in alle vier de hier besproken boeken, al behandelt elk auteur zijn onderwerp op eigen wijze, Rotterdam In de litteratuur.",, Het boek „Rotterdam in de litteratuur" is samengesteld door taul J. G. Huinchs en bevat stukken proza en poëzie. De stukken beginnen met Jan Prins en Clara Eggink, in den jongsten tijd en eindigt met een ge dicht van Joost van den Vondel op het beeld van Erasmus. Er zijn bijdragen van Bordewijk, J. M. IJssel de Sehepper-Becker, Victor B. van Vriesland (en een luguber één-actertje in een bar-lokaal), Piet van Veen (Hoog water), G. F. Haspels, J. H. Leo pold, Willem Schiirmann, Johan de Meester (Op dé kermis), J. H. Speenhoff (De Rotterdamsche bruggewachter), M. J. Brusse (Boefjes verhaal), Hildebrand (fragment uit de Camera), Betje Wolff en Aagje Deken, enz. enz. Dit. boek verscheen bij de Hollandia Drukkerij N.V. te Baarn en bevat een aantal uitstekende foto's van Jan Retel. Rotterdam zooals wij het kenden. Kees Hazelzet schrijft over Rotterdam op zijn wijze. Hij weet de oude koopmanstad voor den lezer te doen leven. Talrijk zijn de anecdotes, die hij van zijn stad weet te vertejlen, de bijzonder heden, die hij weet op te disschen. De schrijver begint met een gedicht van Huy- geiis op Rotterdam, die de Maas boven het "iT, met de „wildernis Van averechtse boomen", het op palen gebouwde Amsterdam, .prijst. In een hoofdstuk „De Rotterdammers en hun stad" geeft Hazelzet een schets van de inwoners der Maasstad en kruist dan de stad, de oude en de nieuwe deelen, door. Hij beschrijft kerken, winkel straten, haven en straten van vermaak en behalve dat, vloeit er nog allerlei smeuiigs en wetens waardigs uit zijn vlotte pen. Hazeizet's boek, uitgegeven met tal van prac- tige, forsche foto's is een bijzonder aardig bezit. J. M. Meulenhoff, Uitgevers-Mij. te Amsterdam gaf aan het boek een aantrekkelijk en goed ver zorgd uiterlijk. Ook de typografische uitvoering is uitstekend, terwijl de prijs slechts f 2.ingenaaid en f 2.90 gebonden is. „De Stad aan de Maas". D. Hans geeft in dit boek jeugdherinneringen. De journalist D. Hans is een bekend en uitnemend schrijver en hij gaf ook hier een zeer lezenswaardig boek. Het is van een heel anderen geest dan het 1-oek van Hazelzet, maar een vergelijking behoeft niet te worden getrokken. Wie Hans kent, weet, dat het boek goed is, wie van Rotterdam houdt, zal er Van genieten, wie Rotterdam slechts oppervlak kig kende, zal het meer waardeeren. Men leest in. „De Stad aan de Maas" van park en Bult, van paardetram en kermis, Delftsche bootje, bloemenmarkt, schutters en mariniers, kerken en domininees, enz. A. W. Sijthoff, Uitgevers-Mij, Leiden, gaf dit boek een keurig gewaad en voorzag het van teeke- ningen van O.'J. B. de Coninck en Vele foto's van Rotterdamsche amateur fotografen. „Echt Rotterdamsch". Inderdaad, dat zijn de schetsen uit liet straat- en volksleven der oude Maasstad, geschreven door A. Mineur. Hier is liet veelkleurig straatleven van een wereld-havenstad in uitstekende schetsen afge beeld, voorzien van typische teekeningen en fraaie foto's. Veel zorg is er aan deze uitgave door Van Staal Co., Rotterdam besteed en de schetsen zijn dat zeker waard. Door alle vier boeken waaien dezelfde pittige geuren als in liet vers van Jan Prins, in alle vier klopt de hartslag van de echte Nederlandsche wereldstad, eigen en toch ruim. J. H. VAN DER SCHOOR. o-, 'T KAMPEREILAND Wie wel eens het genoegen had, he# Kampei eiland te bezoeken, zal daarvan zeker sterk indrukken hebben behouden. Het is een bekoo. lijk landschap, met veel grasland, hooge dijkei stroomend en stilstaand water, schorren'- en biet velden en daarachter de Zuiderzee. Tenminst- die was er achter. Thans is die bezig best lar te worden; een aanwinst voor ons landbez maarverlies aan natuurschoon en bi zonder flora en fauma. Het is hier niet de plaats om voor en teg van die inpoldering uit te meten. De schrijve, van het boek ,,'t Kampereiland", (Ds.) J. S. van Sehaick, somt vele nadeelen op en noemt groote verliezen aan schoons en merkwaardigs. Maar daar staat natuurlijk veel tegenover, misschien zelfs wel het tot stand komen van nieuw land schappelijk schoon. Het boek van Ds. Van Schaick is heel boeiend geschreven en al heeft men het Kampereiland nog nooit gezien, dan zal men er toch van ge nieten. Want de schrijver, wel verre .van te preeken en gelukkig even ver van verlooche ning van ambt en persoonlijkheid, weet zeer veel te vertellen van mensch en dier, leven en bedrijf op het oude Kampereiland. Van het beschrevene zijn kaarten en vele prachtige foto's opgenomen. Natuur en mensch zijn daarop afgebeeld. De mensch die op het eiland, de IJsel-delta, werkt, de natuur die het stoffeert, de rijke vogelbevolking die het be woont. Vogels nemen de grootste plaats in de be schrijvingen van Ds. Van Schaick in. De baard- mees, de kiekendief, de roodkeelduiker enz.-zijn door prachtige opnamen en levendige beschrij ving vertegenwoordigd. Typisch is het, dat wij bij een ontmoeting met een roodkeelduiker op het Uitgeester Meer nagenoeg dezelfde ervaring hadden als de schrijver op het Kampereiland. Alleen znij onze foto's niet gelukt en die van Ds. Van Schaick zijn best. Dr. C. G. B. ten Kate, rector van het Ge meentelijk Lyceum te Kampen, schreef een in leidend woord en de heer J. Haverkamp, ge meente landbouwkundige te Kampen verzorgde een geschiedkundig hoofdstuk. De uitgave is van J. H. Kok N.V. te 'Kampen en de verzorging beantwoordt ten volle aan de reputatie van Kok. De prijs is slechts f 3,40 gebonden en f 2,50 ingenaaid. J. H. VAN DER SCHOOR. Terwijl U van Uw vacantie geniet, ontwikkelen wij Uw films van den vorigen dag en maken prachtige af drukken en vergrootingen. Bloemend weg 277, Overveen, Fel. 16012 BELAST ZICH MET BLOEMENOAAL TELEFOON STRAATWEG 4A 2 2 444 Kerkplein 16 Tel. 22271 Bloemendaa! voor Centrale Verwarming, Haard, Kachel en Industrie ROETMAN ZOON Leidschevaart 478 - Telefoon 20940 bij iedereen, die van een goede sigaar houdt! Zegt U dit niets? Sigarenmagazijn Paarlbei-g,. Bloemendaalscheweg 119, hk. Dr. D. Bakkerlaan, Telefoon 22628. „VICTORIE" Dezer dagen wordt in geheel Nederland een propaganda-blad verspreid, dat den titel draagt: „Victorie" en dat men kan beschouwen als het sluitstuk van de V-actie hier te lande. Het blad is gewijd aan de vele schitterende Duitsche overwinningen, sinds September 1939 en aan de Britsche „roemrijke" terugtochten, die daar veelal mede gepaard gingen. Onder den titel „Het Britsche leugen-drama" wordt een groot aantal Britsche en Amerikaan- sche berichten van September 1939 tot heden in herinnering gebracht, aan de hand waarvan thans iedereen de leugenachtigheid kan vast stellen. In het geheele blad, dat rijk met interessante fotoseries en vlotte teekeningen van den be kenden Claudius geillustreerd is, overheerscht de ironische en -min of meer humoristische toon, die de echte Nederlander steeds weet te waar deeren. Als een blinde door eigen woning"? Of ook des winters gerief? Nu de dagen korter worden, en de avonden langer, wordt het tijd, het verduisteringspro bleem weer ernstig te bezien. Er zijn verschillende manieren om het licht af te schermen. Men kan alleen de woonkamer ver duisteren en verder in gang, keuken en slaap kamers als een blinde op den tast alles afzoeken. Men kan ook alles eenigermate afschermen en het noodzakelijk werk en de huiselijke gezellig heid te kort doen door te kleine lichten te bran den. Men kan ook een kloek besluit nemen en een goed verduisteringssysteem toepassen, groot licht branden om bij te, werken, in de huiskamer, op al die plaatsen waar goed licht toch eigenlijk niet gemist kan worden en spaarlamp,ies op dia plaatsen waar met weinig licht kan worden vol staan. Onvoldoende verduistering op de slaap kamers, vooral op' die van de kinderen, kan i:» tijden van ziekte en onrust ernstige gevolgen hebben. Slechte afscherming van keuken en gar.g geeft een geheelen winter last. Hoe .te verduisteren. Goed verduisteren is niet ieders werk. Han dige menschen doen dat zelf, minder handigO probeeren het, tot eigen schade. Het wordt ooB soms opgeknapt door minder handige verduiste raars, die er hun werk van trachten te maken, zonder hun opdrachtgevers voor last en proces sen-verbaal te kunnen vrijwaren. De beste weg is, den erkenden vakman in den arm te nemen, den aannemer, die zijn ervaren personeel aan dit werk kan zetten en voor elk huis en elke zaak de njfïest economische en ge- makklijk aan te brengen verduistering kan aan wijzen. De bouwpatroon heeft een naam%)e verliezen hetgeen hem bij het oplossen van verduisterings problemen zeker niet zal. gebeuren. Met betrekkelijk eenvoudige middelen kan een verduisteringssysteem worden ontworpen, dat gemakkelijk te hanteeren is, niet onflsierend en afdoend. De aannemer, gewend objectieve begrootingen te leveren, zal ook een kostenberekening van afschermen van elk gebouw willen leveren en er zijn personeel met vreugde aan zetten. TEN MET LANGE TANDEN.. verdwijnt, als er bij de lunch of diner VISCH van BALM op tafel verschijnt! R.ïALEN EN VISCH -EET BALM GEWIS! \WL» tJIWJ IQ! N\<iiuk0«I /«y Bloemendaalscheweg 60 Telef. 23280 (3 lijnen)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1941 | | pagina 2