Nog in hetzelfde jaar 1822 kocht Van der Hoop van Cornells de Boer,
landbouwer enwonend in de gemeente Schoten, een stuk wei- of hooiland
gelegen in de Venen (ten zuiden van het in noot 73 onder nr. 6
genoemde weiland. De koopsom bedroeg f 1800,-.71 Door de aankoop van
de stukken land die toebehoorden aan Cornells de Boer en de voormalige
hofstede 'Bleek en Hoven' liep er een notweg over de bezittingen van
Van der Hoop naar stukken land gelegen schuin achter de hofstede
Spaarnberg. Van der Hoop wilde deze notweg verlegd hebben, zodanig dat
deze niet meer over zijn bezitting zou lopen. Hij kreeg van Hendrik
Möhringen gedaan dat de notweg verlengd mocht worden. De afspraken
werden op 5 november 1825 vastgelegd in een akte. Het is Jacobus
Klauwers, kleerbleker en wonende aan de Jan Gijzenvaart die gebruik
maakte van de weg; hij ging als belanghebbende accoord met de
overeenkomst.72 Vermoedelijk ging het hier om de notweg die nu ten
zuiden van het landgoed Spaarnberg over het land van P. Handgraaf naar
de boerderij bekend als Wüstelaan nr. 74. liep. Op 15 september 1824
verpachtte Adriaan aan de arbeider Jacobus Handgraaff een stukje grond
dat langs de nieuwe straatweg, en tegenover de voormalige hofstede
'Bleek en Hoven', gelegen was. Handgraaff kreeg toestemming om op de
grond een daglonerswoning te bouwen73. Op de kaart van F.J. Nautz
1818 - 1832, wordt de voormalige Heerenweg aangegeven als de
Bloemendaalse weg en het nieuwe huisje van Jacobus Handgraaf met
perceelnr. 335A. F.J. Nautz was de landmeter die na Van Diggelen
Velsen in kaart bracht. Zijn kaart kwam in 1832 gereed en is zeer
gedetailleerd. Aansluitend op deze kaarten werden, aan de hand van de
op deze kaarten vermelde perceelnummers, registers gemaakt met een
korte omschrijving van het perceel.74 Dankzij deze kaarten, de
registers èn aan de hand van transportakten met beschrijvingen van de
blekerij Spaarnberg was het mogelijk de inrichting van de percelen te
reconstrueren.
Op 11 oktober 1824 leende Jacobus Handgraaf hiervoor een bedrag van f
500,- van Van der Hoop, waarbij de nieuwe woning als onderpand
diende75. In september 1834 bleek dat Jacobus Handgraaf de hypotheek
van f 500,- niet kon aflossen. Op 2 oktober van dat jaar liet
Van der Hoop beslag leggen op het onderpand. Jacobus Handgraaf en ziin
vrouw Johanna Verlaarschot dienden het huis uiterlijk op 11 augustus
1835 ontruimd te hebben waarna tot openbare verkoop zou worden
overgegaan. Op 7 juli 1835 betaalde Van der Hoop een bedrag van
f 268,34 aan de griffie van de rechtbank in Haarlem als vergoeding
voor de openbare verkoop van het huis. Het huis werd toegewezen aan
Adriaan van der Hoop.76
De uitbreiding van het bezit ging onverminderd door. De reconstructie
van de oude blekerij en lusthof Spaarnberg was vrijwel voltooid en
Van der Hoop richtte nu zijn aandacht op het verwerven van het
grondgebied van de voormalige blekerij 'ZorgvrijDit doel werd in
vier fasen voltooid. Op 19 februari 1825 kocht hij van de regenten van
het Burgerweeshuis te Amsterdam een stuk hooi- of weiland gelegen in
de Venen lopende tot de Delft dat ligt ingesloten tussen eerder door
hem aangekochte percelen77.
ÏÜÜTïïrS'.'p! uT"' v- Noord-Hol,and,
34
De al reeds genoemde Catharina Rusburg was in het bezit gekomen van
een deel van de blekerij 'Zorgvrij'. Hiervan verkocht zij op 15 juni
1825 een deel aan Adriaan van der Hoop.78 Het ging hierbij om een stuk
wei- of hooiland gelegen in de Venen tussen de hofstede Spaarnberg en
de blekerij 'Zorgvrij', een notweg genaamd de Boeren of Essenlaan en
het teelland met bos van de boerenwoning 'het Courland'Adriaan
betaalde hiervoor f 1400,-. Op dezelfde datum kocht hij voor f 2000,-
van Jan Jacob Litsontvanger der directe belastingen te De Rijp en
Graft, en één van de eigenaren van blekerij 'Zorgvrij', de
boerenwoning 'het Courland' met het erachter gelegen teelland dat
vroeger bosland was geweest.79 Door de aankopen op 15 juni 1825 werd
de Middellaan de grens tussen de hofstede Spaarnberg en blekerii
'Zorgvrij 80
Op 9 november 1834 overleed Catharina Rusburg in haar woning binnen de
gemeente Velsen. Zij was de weduwe van Hendrik Braün. De erven, Maria
Braün, Hendrik Braün en Johannes Braün verkochten de laatste stukken
land van de voormalige blekerij Spaarnberg en een deel van de blekerij
'Zorgvrij' aan Adriaan van der Hoop81. Het ging hierbij om de volgende
stukken grond met opstallen binnen de gemeente Velsen (de perceelnrs.
zijn kadastraal bekend onder sectie F)
1. Een woning genaamd 'de Stolp' met erf (perceelnr. 344),
2. Bouwland (perceelnrs. 344A en 344B)
3. Duin bekend (perceelnr. 344°),
4. Bos (perceelnr. 344°),
5. Bouw- of moesland met houtgewas (perceelnrs. 350 en 351),
6. Wei- of hooiland met de vaart en het bos de Turk (perceelnrs.
356 - 359),
7. Wei- of hooiland (perceelnrs. 80, 81A en 360),
8. De helft van de Middellaan (zonder nr)
De verkoop vond op 22 februari plaats op de hofstede Spaarnberg. Voor
alle voornoemde stukken grond met opstallen betaalde Van der Hoop
f 6000,-. Op 5 februari 1836 kocht hij voor F 1900,- van Hendrik
Klauwers een stuk wei- of hooiland gelegen in de Veenen (perceelnr.
382).83 Uit de betreffende en eerder genoemde akten blijkt dat het
gebied de Veenen, dat nu ten zuiden van het Burgemeester
Eijsingaplantsoen ligt, toen achter Spaarnberg langs tot de blekerij
'Zorgvrij' doorliep.
Op 5 november 1836 kocht Adriaan van de erven van Maria de Koning, in
leven de weduwe van Matthijs Rusberg Lits, enkele stukken grond die
deel uitmaakten van de blekerij 'Zorgvrij'84. Het ging om de
navolgende stukken land (de perceelnrs. zijn kadastraal bekend onder
sectie F)
1. Een weiland en vaart (perceelnrs. 79 en 83);
2. Twee stukken weiland (perceelnrs. 81 en 82);
35
71 GAV, OAS nr. 44.
72 GAV, OAS nr. 64.
73 GAV. OAS nr. 45.
75 Zie afbeelding 2. GAV, OAS nrs. 46 en 47.
76 GAV, OAS nrs. 65-69.
77 GAV, OAS nrs. 48 en 49.
78
GAV, OAS nrs. 54, 55, 62 en 63.
79
GAV, OAS nrs. 52, 56, 60 en 61.
80
GAV, OAS nr. 116.
81
GAV, OAS nrs. 72 en 73.
82
Zie afbeelding 3.
83
GAV, OAS nr. 80.
84
GAV, OAS nr. 82. Zie afbeelding 4