De nog droogstaande beekbedding kan misschien zijn oorspronkelijke functie weer herkrijgen. Ten behoeve
van de landschappelijke waarde kan dan het oude traject langs de tennisbanen en fiets-crossterreintje hersteld
worden, zodat er tot aan het zwembad de Heerenduinen één geheel ontstaat. De beddingen in het
Soersaapgebied staan vol met kreupelhout, maar zijn redelijk goed intact gebleven.
De vijver aan de Leeuweriklaan (kaart B tussen nrs.5 6)
Of de vijver aan de Leeuweriklaan deel uit maakte van een duinrel is vooralsnog onduidelijk. De vijver
bevond zich wel midden in een duinrelstelsel, zodat een korte beschrijving hier toch op zijn plaats is.
Omwonenden trachten in 1947 door middel van verzoekschriften de vijver te dempen. Er werd aangevoerd
dat de jeugd er veel vernielingen had aangebracht terwijl men zomers van een muggenplaag te duchten zou
hebben. Het waren echter diezelfde omwonenden, die van de vijver een vuilnisbelt hadden gemaakt, zodat de
gemeente (mede dankzij de heer H.J.Calkoen) de verzoekschriften afwees. In een brief aan burgemeester
wethouders betoogde dhr. Calkoen het volgende:
'Genoemd meertje is, als één der laatste overgebleven oorspronkelijke duinmeertjes, een beter lot waard, dan
veranderd te worden in een nietszeggend plantsoentje.' De vijver maakte in de 17de -18de eeuw deel uit van de
buitenplaats Schoonenberg en werd destijds aangeduid als 'de goudvissenkom'.10 De stenen trap vormt de toe
gang tot de vijver. Een restant van de vijvervorm was vlak na de oorlog nog te zien, het diepste linker gedeelte
van de kom bestond uit secundair gebruikte kloostermoppen. 'Afgezien van de historische betekenis, is het tot
in 't begin van de oorlog, een lust voor't oog geweest, zoals het daar lag als een blinkend oog, omgeven door
mooi geboomte. In 't voorjaar met de abelen vol bloeiende katjes en later, met het tere beukengroen en de
onderbeplanting van sneeuwbes en andere heesters', aldus dhr. Calkoen.
De (H)alenbeek (kaart B nr. 8)
Het meest stroomopwaartse deel van de (H)alenbeek is verdwenen door de verstedelijking van het gebied
(Driehuis). De oorsprong lag evenals de Lievendaalse beek aan de voet van de duinen bij Westerveld, maar
kwam via een langgerekte vijver (waarin een eilandje) aan de noordkant van de Driehuizerkerkweg uit. Een
heel klein restantje van de vijver met water is nog aan de westzijde van het spoor te zien, terwijl aan de oostzij
de van de spoorlijn een groter stuk vijver intact is gebleven. Het vijvergedeelte op de begraafplaats werd voor
het grootste deel gedempt, omdat de bezetter er tijdens de Tweede Wereldoorlog vuil in had gestort. Ook aan de
oostzijde van de spoorlijn werd het nodige gestort.
Via een recent gevonden gemetselde put stak de beek, middels een duiker, de Driehuizerkerkweg schuin over.
Vanaf het midden van de Da Costalaan (aanleg in 1931) vervolgde de beek haar loop via de achterzijde van het
voormalige café Gerritsen, om iets verderop het Wijk aan Zeeër Voetpad in de bocht te kruisen.
De tegenwoordige beek loopt ongeveer vanaf de Van Lenneplaan door Beeckestijn en maakt daar deel uit van
de tuinen die daar in Engelse en Franse tuinstijl werden aangelegd.
14
De beek voert een redelijke hoeveelheid water af, doordat er nog een relatief grote onbebouwde oppervlakte is
overgebleven.
In 'Het Zegenpralent Kennemerlant' van Mattheus Brouerius van Nidek uit 1730 staat het volgende vermeld:
'...Bekestein...waerschijnelijk zoo genoemt, omdat de Halebeek, uit het Hooge bij de hofstede Driehuis voort
komende, bijkans noortoost door Bekenstein heenvliet tot in het Wyker Meer...'. In vroeger eeuwen moet de
beek een grensafscheiding zijn geweest, omdat het middelnederlandse woord 'haal' de betekenis heeft van
halfdeel.11 Als een weg of sloot de grens aangaf tussen twee eigenaren, dan was men voor de helft eigenaar van
de weg of sloot ongeacht het algemeen nut daarvan.
De Middeloosche beek of de Beek door Middelloo (kaart B nr.9)
'De Middeloosche beek' of 'de Beek door Middelloo' was van origine eveneens afkomstig uit het gebied bij
Westerveld, waar blijkbaar zeer veel drangwater af te voeren viel. Hoe groot de waterafvoer in dit gebied heden
ten dage is, heb ik niet goed vast kunnen stellen.
In de naoorlogse jaren is de oorspronkelijke loop van de beek door de aanleg van de tunnelspoorlijn komen te
vervallen. Het regenwater (drangwater) wordt nu via sloten langs de spoorlijn afgevoerd. Wel is een restant
langs het Groenelaantje blijven bestaan (de beschoeiing bestaat hier uit trottoirtegels). Het deel bezuiden de
Meerweiden en ten oosten van de Rijksweg wordt steevast 'de Beek' genoemd. Op 'de Beek' kwam ook de
schouwbeek uit, die langs de vroegere Heereweg (nu Hoofdstraat en Rijksweg) liep. 'De Beek' voert water van
de duinen en hoge gronden af naar de ringsloot van de Noord-Spaarndammerpolder; het vroegere IJ en
Wijkermeer.
Reeds in 1395 wordt in verband met korentienden de Middeloosche beek genoemd over het gebied van 'ter
Beeke tusschen Darengheest ende Smaelgheest totter ander eijnde scheyt totter Beeke tusschen Hoge Gheest
ende Adrichem',12 dus tussen de Middeloosche beek en Engelmundusbeek.
'De beek langs de Dreef' (kaart C nr.III)
Van de boerderij Kruidberg begint de beek die vroeger ongeveer langs de Dreef op de Rijksweg uitkwam.
Tegenwoordig komt de bovenloop via de spoorwegsloten op de Middeloosche beek uit, terwijl het deel ooste
lijk van de spoorlijn gedeeltelijk gedempt, vergraven en door middel van een noord-zuid verbinding aangeslo
ten is op de Schipbroekerbeek. De beek liep dus vóór de aanleg van 'de Dreef' in 1958 vanaf de Kruidberg,
onderlangs het vroegere buiten Papenburch, de Hagelingerweg kruisend, om vervolgens in oostelijke richting
uit te komen op de Schouwbeek langs de Rijksweg. Bij de aanleg van het viaduct naar de Velserbroek is de
beek bij de rijksweg omgelegd. Na het uitschrijven van een prijsvraag draagt het viaduct officieus de naam
'erop of eronder', maar reeds vóór de prijsvraag was de naam 'Dreefbrug' per 23 april 1987 officieel vastge
steld.
De Schipbroekerbeek (kaart C nr. 11)
De vroegere Schipbroekerbeek liep vanaf het terrein Jagtlust langs de voormalige pachtboerderij van de bui
tenplaats Duin en Kruidberg. De beek kruist nu de spoorlijn.
15
10 RANH, Hypotheekkantoren Haarlem 1811-1838, deel 30 akte 13.
11 K.J. Kan, Stromen in Zuid-Kennemerland - toen en nu, Haarlem 1993.
12 ARA, Leenregister Holland, boek V, E, fol. 188.