In deze tijd ontwikkelde zich ook de bollenteelt
(plm. 1870), die zich vooral concentreerde aan de west
kant tussen straatweg en duinen.
[)e echte groei van de dorpskern begon pas na afloop
van de Eerste Wereldoorlog. Tussen 1920 en 1940
kwam, aansluitend aan het al eerder bestaande Kippen-
buurtje, de Elta tot stand, kreeg de (inmiddels zo gehe
ten) Bloemendaalsestraatweg in de nu officieel
Santpoort genoemde woonkern zijstraten, die, evenals
het zuidelijke deel van de nieuwe Van Dalenlaan,met
laagbouw werden gevuld. Aan de Bloemendaalsestraat
weg zelf werden, vooral na de demping van de vaart, de
nog beschikbare ruimten snel met nieuwe huizen opge
vuld. Ook het grootste deel van het Philipspark werd ge
realiseerd en men maakte een begin met de
ontwikkeling van het park 'de Neethof, waarvan de
meeste bebouwing eerst in de jaren '50 gereed kwam. In
de jaren '60 tenslotte werd de Van Dalenlaan geheel
ontsloten en verrees de hogere bouw aldaar en aan het
Van den Bergh van Eysingaplantsoen (voor de laatste
moest de Elta wijken).
£)e naar Santpoortse maatstaven stormachtige toene
ming van het aantal inwoners tot meer dan driedui
zend personen weerspiegelde zich ook in de bloeiende
middenstand. Op het hoogtepunt telde de Bloemendaal
sestraatweg met omgeving volgens informatie van de
heer Waasdorp zo'n 75 winkels en bedrijven. Iedere in
woner van Santpoort-Zuid weet, hoe het vervolg zich af
speelde. Over de op- en neergang in de laatste tachtig
jaren laten we hierna de ooggetuigen aan het woord.
Bronvermelding:
Voor het samenstellen van deze inleiding hebben wij
o.a. gebruik hemaakt van de volgende publicaties:
- Siebe Rolle, Gisteren...haast onherkenbaar(1982)
- Joke van der Aar/Siebe Rolle, SANTPOORT;Twee
dorpen in de schaduw van Brederode 1991
Hans Visser, 2004
Oude herinneringen van Bram Jonker
{-[et verhaal van
Bram Jonker reikt
het verst terug; som
mige van de door hem
aangehaalde gebeurte
nissen dateren al uit
rond 1920, uit zijn la
gere schooltijd.
De in de tekst hier en
daar tussen haakjes
geplaatste huisnum
mers zijn door de re
dactie toegevoegd
voor een snellere ori
ëntatie door de lezer.
'Het officieel als 'Jan Gijzenvaart' aangeduide kanaal
had een eigen bestemming. Het was een vaarwater
voor de blekerijen en de brandstoffenhandel en liep van
uit Haarlem tot aan de Kennemerweg in Bloemendaal.
Er was ook een heel kleine buitenplaats die zijn vuile
water op de vaart loosde. De algemene benaming voor
de Jan Gijzenvaart was dan ook 'het Stinkerdje'.
^/[ijn vader woonde op de Jan Gijzenvaart 72, nader
hand is dat nummer gewijzigd in 120. In die tijd is
ook de naam Jan Gijzenvaart veranderd in Bloemen
daalsestraatweg. De Jan Gijzenvaart is in gedeelten ge
dempt, nooit in één keer. Waar nu de Dekamarkt staat,
is hij het langst opengebleven. Alles wat zuidelijker lag,
is op een bepaald moment gedempt; dat is in 1920 ge
weest. Ik heb als kind nog in de klaarliggende rioolbui
zen gespeeld. Van de rest is het stuk tussen het
bloemenmagazijn van Jonker en de Dekamarkt het eerst
gedempt; daarna kwam het stuk van de Dekamarkt tot
aan de spoorlijn aan de beurt. Bij dat laatste werk is ook
het pompstation gebouwd. De aannemer ging daaraan
failliet, omdat hij de watertechnische problemen had on
derschat.
JAnks en rechts van de Jan Gijzenvaart lag agrarische
grond. Aan de westelijke kant werden veel bloembol
len geteeld, waarschijnlijk vanwege de kalkhoudende
grond. Aan de oostelijke kant werd veel groente ge
kweekt. Er zaten gerenommeerde tuinders, zoals Jan,
Piet en André van den Bronk. Mudde was ook een
groentekweker. Wat zij verbouwden, waaronder veel
aardbeien, ging allemaal naar de veiling in Beverwijk.
Als schooljongen moest ik soms al mee op de kar met
aardbeien met Piet van den Bronk naar Beverwijk. Piet
stond dan al voor de school te wachten met mijn pakje
boterhammen. In Beverwijk paste ik op de kar, terwijl
Piet (die niet getrouwd was) in de kroeg zat.
Qok Klauwers, die de kegelbaan exploiteerde en de
handboogschutterij tot zijn gasten rekende, had tuin
derijen aan de overkant van het spoor; dat was waar nu
het Van den Bergh van Eysingaplantsoen ligt. Hij
kweekte ook veel bessen, ook zwarte, en charterde
schoolkinderen om die te plukken. Hij verwerkte de bes
sen in sterke drank, maar er gingen er ook naar de vei
ling. Ook langs het Schoterkerkpad werden veel
groenten gekweekt.
/\an de westelijke kant van de Jan Gijzenvaart werden
groenten, maar vooral ook bollen geteeld. Op het
stuk voorbij de Dekamarkt bij de school waren dat veel
hyacinten. Daar was een bekende kweker de heer Kuil,
die ook het café (later café Dekker) exploiteerde.
[-[et langst opengelaten stuk van de Jan Gijzenvaart lag
precies, waar nu de Dekemarkt staat.
[)e brandstoffenhandel Hartog kreeg in mijn jeugd over
het water de turf aangevoerd. Geen steenkolen, die
kwamen via het station. Hartog zat daar waar nu de ga
rage van Immers is. Immers heeft de overgang gemaakt
36
Op de weg (wijdbeens) de brandstoffenhandelaar Hartog. Naast hem (met kar) melkboer Heeremansvoorganger
van Hes.
van rijtuigen naar auto's. Hij had eerst een stalhouderij,
die later is omgebouwd tot stalling voor auto's en auto
bussen. Hij knapte nogal wat tweedehands auto's op.
Aan de oostelijke kant van de Jan Gijzenvaart liep de
straatweg, en daaraan lagen de oude huisjes en de
cafés. Gelukkig zijn er nog wat van die oude huisjes
over, zoals bij de Rusburglaan. Die kant was altijd goed
bewoond; aan de andere kant is altijd agrarische grond
geweest. Er stond maar één oud huis, dat van de kruide
nier Molenkamp. Het stond, waar nu de aan- en afvoer-
oprit is van de Dekamarkt, maar veel verder naar voren
op de weg. Daartegenover, waar nu de drogisterij is, wa
ren de kleine schoenwinkel van Nieste, de tabakswinkel
van Nieuwpoort en de manufacturenwinkel van Joosten
(nrs 160, 158 en 154). Dan kwam het kleine winkeltje
van de weduwe Eisner, en dan slager Vader (nr. 150).
Dat was een gerenommeerde slager, hij bracht vlees
naar Bloemendaal en omgeving.
gij de brandstoffenhandel van Hartog waren twee
woonhuizen. Hartog woonde met zijn vrouw aan de
voorkant; langs de Jan Gijzenvaart, waar de turf gelost
werd, woonden de twee gezusters Hartog. Zij hadden
een klein schoenenwinkeltje. Je had lange turven van
hoogveen om de kachel mee aan te maken, en korte tur
ven van laagveen. Met die laatste werd o.a. de Doopsge
zinde kerk in Haarlem verw armd.
pussen de wasserette van nu (nr. 148 naast) en kapper
Waasdorp staat een pand (nr. 146), waarin groenteboe
ren hebben gezeten. Oorspronkelijk was het een post
kantoor (er is ook een postkantoor op de Duinweg
geweest). Groenteboer De Rooij heeft nooit de moeite
genomen om het raamwerk met de loketten te verande
ren. Als ik bij mevrouw De Rooij zuurkool moest halen,
kreeg ik van mijn moeder een geldstuk mee en kreeg
dan de zuurkool door het loket aangereikt. Na De Rooij
is daar een zekere Hoogland gekomen.
yoen de tabakswinkel eruit ging, is de vader van kap
per Waasdorp daar een kapperszaak begonnen. Veel
later is de zaak gesplitst in aan de ene kant een dames-
en aan de andere kant een herenkapper
YMaar de Chinees was, heeft de grote bakkerij van Ko-
bus gezeten.Zijn zoon was een zeer bekende biljar
ter. Ik speelde met een jongere zoon van Kobus. Als er
niet gebakken werd, dan speelden wij in de oven. Heer
lijk warm! De doorgang is er altijd geweest.
[n dienst van Kobus was de heer Hertier, exploiteur op
de villa Longwood. Daar was een restaurant. Er ston
den stoeltjes in de tuin, en op zonnige dagen nodigde hij
musici uit om daar te concerteren. Hertier had daar ook
een kokerij voor uitzending van maaltijden. Ik heb de
diners ook nog wel rondgebracht. Het restaurant is later