Afb. 7: De blauwe trappen. Aquarel van P. Barbiers, 1813. De Zandpoort nr. 12,1995 de blauwe trappen, waaraan Jan Morren al eens een artikel heeft gewijd. Wel opvallend dat op de huidige topogra fische kaart (2007) van de Topografische dienst Kadaster deze berg niet meer vermeld wordt. Vermoedelijk is kasteel Brederode gebouwd als woonkasteel. Het wordt voor het eerst genoemd in een oorkonde uit 1321. De Wildernisse van Brederode is dan nog het hele onontgonnen gebied van strandwallen, met oude duinen, jonge duinen, deels nog bebost en veen gronden met moerassen, waar de heren van Brederode als leenmannen van de graaf het gezag over uitoefenden. Zij beschouwden het echter als hun eigendom en hadden de revenuen van de verkoop van hout, twee maal per jaar, de opbrengst van de tienden enz.. Ook het telen van konijnen, die begroeiing van het duin tegengaan, wordt gezien als oorzaak van verstuiving. Het houden van konijnen was een grafelijk recht evenals de jacht op de konijnen. Er werden duinmeiers (nu zouden we zeggen boswachters) aangesteld, die zoveel mogelijk konijnen moesten kweken, want de pelzen leverden veel geld voor de graaf op en voedsel voor de duinmeijer en zijn gezin. De oudste vermelding van het duinkonijn komt uit een oorkonde uit 1297, waarin de graaf van Holland aan zijn echtgenote het zogenaamde waranderecht verleent in de hele graafschap. Een warande was een vrije wildbaan, waar konijnen, herten en overig wild mochten worden bejaagd. In 1342 werd Dirk III, 5e heer van Brederode beleend met "die waranda van der coninen", waarmee hij de exclusieve jachtrechten kreeg voor wat toen "de Wildernisse van Brederode" ging heten. Die strekte zich overigens uit van in het noorden bij Wijk aan Zee tot ten zuiden van Haarlem. Zoals al eerder gezegd is de begren zing moeilijk aan te geven, alleen de westelijke grens bij de zee is duidelijk. De oostelijke grens is helemaal moeilijk, want er is geen kaartmateriaal uit die tijd. Gemakshalve ga ik er vanuit dat het Spaarne deze oostgrens vormde. In 1344 werd aan de buren van Aelbrechtsberg (Bloe- mendaal) door de graaf van Holland een bedrag van 28 schelling gegeven om helm te planten om het stuiven in hun deel van de Wildernisse tegen te gaan. Er was een continue belangenstrijd tussen het beplanten met helm en het houden van konijnen. In de Brederoodse duinen kreeg in 1515 het Hoogheemraadschap van Rijnland de opdracht helm te planten, in het Velsense deel, nu Mid- 37

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zandpoort | 2016 | | pagina 39