kan worden afgelost. Maar de kloostergelofte houdt hem aan de kartuizerorde gebonden. Vrienden van hem doen bij enkele doctoren aan de universiteit van Parijs een wat scheve voorstelling van zaken teneinde te bewerkstelligen, dat de indertijd door Jan en Johanna afgelegde kloostergelofte niet bindend zijn. Dat lukt. Paus Gregorius XII in Rome bekrachtigt deze verklaring door beide echtelieden dispensatie te verlenen, waardoor ze het klooster kunnen verlaten. Het lijkt dus allemaal gunstig voor het echtpaar uit te pakken, ware het niet, dat het kloosterbestuur weigert Jan van Brederode te laten gaan. Men tracht hem op andere gedachten te brengen. Bovendien wordt de zaak opnieuw aanhangig gemaakt bij diezelfde universiteit èn bij de tegenpaus Benedictus XIII uit Avignon. Deze besluit geen dispensatie te verlenen! Een patstelling. Snode plannen Jan van Brederode blijkt geenszins van plan het hele proces af te wachten en verlaat eigenmachtig het klooster. Maar met deze actie is hij er niet. Belangrijk is, dat zijn vrouw Johanna eveneens het klooster verlaat, aangezien zij de feitelijke erfgename is, zodat de erfgoederen haar kunnen toevallen. Maar ook deze kloost erleiding weigert haar te laten gaan. Opnieuw neemt Jan van Brederode het heft in eigen hand en trekt april 1410 met een groep gewapende lieden naar Wijk bij Duurstede om zijn vrouw, desnoods met geweld, te ontvoeren. De bisschop van Utrecht die ook zo zijn belangen blijkt te hebben trekt na overleg met Jacob van Gaesbeeck (tot dan de wettige erfgenaam) met een legermacht eveneens naar Wijk bij Duurstede, neemt Jan van Brederode gevangen en levert hem over aan Jacob van Gaesbeeck die een kerker voor hem heeft gereserveerd. Maar Jan van Brederode blijkt ook op een ander front buiten de waard te hebben gerekend: zijn vrouw Johanna van Abcoude geeft, al dan niet onder dwang, duidelijk te kennen het klooster helemaal niet te willen verlaten. Ze blijft en overlijdt een jaar later in 1411. Met deze gebeurtenis gaan de erfgoederen definitief aan Jan zijn neus voorbij. Maar ook daarmee is de kous nog niet af. Als straf moet Jan van Brederode nog 2 jaar in gevangenschap door brengen. Te wapen Als Jacob van Gaesbeeck hem dan uiteindelijk vrijlaat, neemt hij, een illusie armer, de wapenen op en sluit zich bij verschillende groeperingen aan en neemt deel aan diverse veldtochten. Van vriend naar vijand De aanloop naar zijn laatste veldslag in 1415 bij Azincourt is opmerkelijk te noemen. Het betreft een veldslag tussen de koning van Frankrijk en die van Engeland. Als hij als ervaren strijder zijn diensten aanbiedt aan Franse zijde, wordt hij vernederd door hertog Jan zonder Vrees van Bourgondië, die laat weten hem niet te vertrouwen, aangezien hij zijn kloostergelofte ook niet trouw is gebleven. Gegriefd sluit hij zich aan bij de tegenpartij, het leger van de Engelse koning Hendrik V, om op te trekken tegen de Fransen. Tijdens deze veldslag sneuvelt hij. Zo komt er op 25 oktober 1415 een eind aan een turbulent en bewogen leven van de 7e Heer van Brederode. Afb. 7: FrederikIII van Blankenheim is als bisschop van Utrecht en landsheer van Sticht en Oversticht verantwoordelijk voor De bronvermelding van dit artikel is te vinden op het geestelijk en wereldlijk gezag in zijn gebieden. Hij trekt, pagina 56 gezien zijn hoge leeftijd, ten strijde in een draagstoel tegen Jan. Deze wordt gevangen genomen en overgedragen aan Jacob van Gaesbeek, beoogd erfgenaam van de bezittingen van de Brederodes. 46

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zandpoort | 2016 | | pagina 48