toe met tanks op geoefend. De financiële nood stijgt en
een extra tegenslag moet worden verwerkt als iemand die
de contributie bij de leden ophaalt 23 gulden in eigen zak
steekt. Maar: het eerste team wordt in het seizoen 1940
1941 kampioen van de eerste klasse afdeling Haarlem, dus
in alle somberheid valt er ook te genieten. Hein Röbken is
trainer en speler tegelijk (dezelfde Hein Röbken, die 14 jaar
later de beste slagman van de honkballers is). Op eerste
Paasdag worden de kampioenen met bloemen gehuldigd
en op een daarop volgende feestavond, die tevens dient
om de sfeer in de club te verbeteren, krijgen alle spelers
een worst van een donateur-slager.
In 1943 heeft Terrasvogels 114 leden en financieel gaat het
ook niet slecht, maar toch blijft het moeizaam. De proble
men nog maar eens op een rijtje gezet: Duitse soldaten die
doordeweeks van de velden gebruik maken en het een en
ander aan schade veroorzaken; Stormvogels, verdreven uit
het geëvacueerde IJmuiden, speelt tijdelijk op de velden
aan de Terrasweg; een consumptietent zonder consump
ties; gebrek aan ballen en voetbalschoenen; leden die in
Duitsland te werk worden gesteld. Kleine problemen in
vergelijking met het wereldleed, maar desalniettemin
problemen.
Het terrein van Terrasvogels aan de Terrasweg, met de Naaldkerk op de achtergrond
De voetbalafdeling krijgt
haar eigen bestuur en blijkt
95 leden te hebben en geen
jeugdelftal. Van alles te
wensen op de nieuwe Elta!
Een clubhuis en kleed-
andere elftallen gaan spelen op sportpark Schoonenberg
en op een noodveld van Waterloo in Driehuis.
Ondanks het feit dat de voetballers vanaf 1950 dus
speelden op allerlei "geleende" velden, was het aantal
leden na de oorlog fors gestegen. Maar in 1954 komt de
klad er in, terwijl juist op dat moment de eerste honkbal
wedstrijd werd gespeeld. En in oktober 1956 heeft
Terrasvogels weer onder de 200 leden (en daar zijn de
honkballers in meegeteld). Crisis begint zich af te tekenen.
"Hoe kan een goede en hechte clubgeest worden gescha
pen, als her en der verspreid wordt gespeeld?". Maar dit
emotionele pleidooi om een eigen thuisbasis blijkt bij de
gemeente alleen tot beloftes te leiden die niet worden
waargemaakt, althans niet eerder dan 7 jaar later, in 1963.
Dan krijgen de voetballers eindelijk hun eigen velden aan
de Elta (de honkballers en de in 1958 opgerichte softbalaf-
deling konden pas in 1978 op de Elta terecht en bleven dus
op andere sportparken spelen).
Op 26 november van hetzelfde jaar 1963 besluiten alle
leden tot een principieel andere opzet van de organisatie.
Tot dat moment heeft het algemene bestuur de verant
woordelijkheid gehad, niet alleen over het voetbal, maar
ook over de honkbal- en
softbalafdelingen. Het viel
niet meer te behappen. Te
veel werk. De bestuurlijke
scheiding wordt een feit:
geen commissies honkbal
en softbal meer, maar
aparte besturen met een
overkoepelend "omni"-
hoofdbestuur.
Een paar jaar na de oorlog laat de gemeente Velsen weten,
dat de speelvelden aan de Terrasweg zullen moeten verd
wijnen om plaats te maken voor woningen (een fenomeen
dat zich tot op heden blijft herhalen, met genoeg voor
beelden in de gemeente Velsen, redactie). RKVV Velsen
biedt in 1950 haar velden aan de Kweekerslaan aan voor
het eerste elftal, hetgeen in dank wordt aanvaard. De
kamers i.p.v. omkleden in caravans. Hein Röbken, daar is
ie weer, beheert de "kantine", de achterbak van een Opel
Kadett
stationcar Maar tenslotte worden op 2 oktober 1965
zowel clubhuis als kleedkamers opgeleverd. De kantine-
vloer bestaat uit een "kunstmarmeren tapijt", afkomstig
van Bouwes Palace in Zandvoort. Hein Röbken promoveert
en wordt de uitbater van de kantine.
22