Jacob Theodoor Cremer (1847-1923) Jacob Theodoor Cremer wordt in 1847geboren in Zwolle. Hij krijgt al jong belangstelling voor Indië. Vanaf zijn zeventiende is hij werkzaam bij handelsmaatschap pijen in Arnhem en Rotterdam. In 1867komt hij in dienst van de Nederlandsche Handel-Maatschappij. In 1868 vertrekt Cremer naar Indië, waar hij bij de 'Factorij' in Batavia komt te werken. Vijfjaar eerder (1863) was een expeditie onder leiding van de Javaanse tabaksplanter Jacob Nienhuys op on derzoek gegaan naar Deli (een deel van Sumatra) waar peper en tabak werden geproduceerd. De bevindingen waren zeer positief. In 1869 wordt door Nienhuys in samenwerking met de NHM de Deli Maatschappij opgericht. Als Nienhuys van wege zijn gezondheid teruggaat naar Nederland, wordt Cremer een baan als administrateur aangeboden bij 'de Deli'. In 1871 vertrekt hij naar Penang en brengt het door zijn inzet en grote kennis tot hoofdadministrateur. Onder leiding van Cremer breidt de Deli Maatschappij zich steeds verder uit. Als er een nieuwe regeling voor de arbeidskrachten op de plantages dreigt te komen, die voor planters weleens minder gunstig zou kunnen uitpakken, treedt hij op als spreekbuis voor alle planters, o.a. in zijn geschriftEen woord uit Deli aan de Tweede Kamer". Hij heeft succes: in 1880 wordt de zogenaamde 'koelie-ordonnantie' aangenomen. Deze regelt de rechten en plichten van de planters en de arbeiders vrijwel geheel volgens de denkbeelden van Cremer. Begint twintigste eeuw komt er veel kritiek op deze regeling. Een onderzoek maakt duidelijk dat er ernstige misstanden zijn op de onderne mingen op Sumatra. In 1879 weet hij de belangen van de planters te bundelen in de Deli-Plantersvereniging en stimuleert hij mede door zijn geschriften de oprichting van de Deli Spoor weg Maatschappij en de Koninklijke Paketvaart-Maat- schappij (KPM); van de laatste is hij lid van de Raad van Bestuur. In 1883gaat Cremer voor zijn gezondheid terug naar Nederland, maar hij blijft, naast zijn eigen handelsacti viteiten, ook zeer actief voor Indië. Hij wordt de eerste directeur van de Deli Spoorwegmaatschappij en richt in 1884 de Nederlandsch-Indische Landbouw Maatschap pij op. Daarnaast is hij van 1884 tot 1897lid van de Tweede Kamer voor de Liberale Unie, van 1897-1901 Minister van Koloniën en van 1901-1905 opnieuw lid van de Tweede Kamer. In 1895 koopt hij Duin en Kruidberg en laat daar een nieuw huis bouwen in neorenaissancestijl. Het is gevuld met prachtige kunstwerken, waaronder beroemde Ne derlandse schilderijen. De Cremers, zeer rijk geworden door hun in Indië vergaarde kapitaal, voeren een bijna vorstelijke leefstijl. In 1907 wordt hij door Koningin Wilhelmina benoemd tot president van de Nederlandsche Handel-Maatschap pij. Dit blijft hij tot 1912, in 1914 gevolgd door de benoe ming tot Commissaris van de NHM. In oktober 1918 wordt hij de gezant van de Koningin Wil helmina in Washington om de verstoorde verhoudin gen met de VS te herstellen. Daar wordt hij ernstig ziek. In 1920 keert hij terug naar Nederland, waar hij in 1923 overlijdt. De indrukwekkende begrafenis op Westerveld trekt nationaal en internationaal grote belangstelling. Viering van het 50-jarig jubileum van de Deli Plantersvereni ging op 23 april 1929. Groepsfoto bij het standbeeld van J.T. Cremer sr. in Medan. najaar 2019 Stichting Santpoort Bron: Foto W.T.Uhlenhuth, Collectie Tropenmuseum Amsterdam 44

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zandpoort | 2019 | | pagina 46