PRIJZEN
ALBERT HEIJN
i kinderfoto's
Truus knopper
a
a
DE GEBROEDERS KNOOPENSCHAAR
0
DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT
I ARTISTIEKE AFWERKING
„HEEMSTEEDSCHE Ti P-TOP"
BINNENLANDSCH
WEEKOVERZICHT
8
8
8
0
0
VOOR ZUIDVRUCHTEN
n
B
B
B
8
8
TOONEEL
2
ORIGINEELE
I J. v. GOYENSTR. 26 - Telef. 29080
Pelterijen en bellen
Specialiteit bontmantels
b0Rtw«rkev
Schouutjcslaan 103 Jïaarlem
J^cmtels «n d\antelcostumes
van prima SngelscheStojjen-
coup« ®n ajusrkiuggegaranctetrd
Dames, als gij Uw mantel of tailleur nog
voor den I5en MAART bestelt, krijgt U
10% KORTING
RECLAME AANBIEDING IN DE
3 stukken Toiletzeep in (loos 15,cent
2 Lavendelzeep15
2 Palmzeep 15
2 groote stukken Cocoszeep 15
2 Eng. Lavendelzeep 25
2 stukken Colgate's Toiletzeep. 25
ENZ. ENZ. ENZ. ZIET ONZE ETALAGES
RAADHUISSTRAAT 90
PREDtKBglISr^N.
Zondag 11 Maart.
5e Lijdens-Zondag.
Gereformeerde Kerk, Koediefslaan.
V.m. 10 uur: Ds. Dondorp.
N.m. 5 uur: Ds. Dondorp.
Ned. Herv. Kerk, Wilhelminaplein.
V.m. 10 uur: Ds. Barger.
Kapel Nieuw-Vredenhof,
Johan van Oldenbarneveltlaan.
V.m. 10.30 uur: Ds. Briët.
Extra collecte voor de Uitwendige Zending.
Wij maken correspondenten er op attent, dat
ingezonden stukken onder schuilnaam alleen ge
plaatst kunnen worden, als naam en adres van
inzender bij de redactie worden bekend gemaakt.
VERGADERING GENOOTSCHAP VAN DEN
STILLEN OMGANG.
Woensdagavond hield bovengenoemde ver-
eeniging een zeer druk bezochte jaarvergadering,
waarin de overdracht plaats had door het
Vaandelcomité van het nieuwe vaandel aan het
bestuur.
Onder de aanwezigen waren mede vertegen
woordigd de ontwerper van het vaandel, de
heer J. Wiegman, en de firma Rietfort, aan wie
de uitvoering was opgedragen.
Na opening met den Chr. groet volgde voor
lezing der notulen.
Het jaarverslag van den secretaris memoreerde
het 12%-jarig bestaan, een steeds grootere bloei
der vereeniging en het slagen van het vaandel
comité. Het financieel verslag sloot met een
batig saldo van 2.62.
Vervolgens hield de ZeerEerw. Heer J. E. M.
Brinkman, Pastoor te Warmenhuizen, die vóór
12% jaar als kapelaan te Heemstede dit genoot
schap stichtte, een uitvoerige uiteenzetting over
de stichting en den eersten tocht, die toen van
Heemstede door de Haarlemmermeer ging. De
leden die dezen eersten tocht meegemaakt had
den, zagen zich nog eens zingend en biddend,
op het eind zich voortsleepend door de duisternis
met alleen de sterren boven zich.
In het tweede deel zijner rede behandelde
Z.Eerw. meer het geestelijk doel van den tocht,
dien hij bestempelde als een geloofsdaad, om
zoo te trachten mede te werken om, evenals de
Joden door bidden de muren van Jericho deden
vallen, ook in dit moderne Jericho de muren te
doen wegvallen en Christus de plaats te laten
innemen die Hem toekomt.
Door den heer J. Th. M. Steinhoff werd namens
de vaandelcommissie met eenige toepasselijke
woorden het nieuwe vaandel aan het bestuur
overgedragen, waarbij hij woorden van hulde
brengt aan den ontwerper, den heer Jan Wieg
man, voor het schoone ontwerp, en de firma
Rietfort voor de keurige uitvoering.
Als vaandeldrager wordt benoemd de heer
Q. W. v. d. Peijl.
Als voorzitter wordt bij acclamatie herkozen
de heer H. M. A. Wiegman.
Tenslotte volgde enkele mededeelingen be
treffende den tocht naar Amsterdam, die dit jaar
in den nacht van 17 op 18 Maart zal plaats
hebben.
Om half 11 is er een kort Lof in de parochie
kerk van den H. Bavo, waarna de tocht aan
vangt.
Zij die per tram naar Amsterdam gaan, ver
trekken om 2 uur van de IJzeren Brug.
Na den tocht zal er om 5 uur een H. Mis ge
lezen worden in de kerk „het Torentje".
Nog werd medegedeeld, dat er a.s. Zondag
om 12 uur een bijeenkomst zal zijn -van voor
bidders met het bestuur in het R.K. Vereenigings-
gebouw.
Ten slotte sprak de voorzitter woorden van
dank aan den scheidenden directeur, Kapelaan
Tesselaar, die door zijn benoeming tot Kapelaan
in Amsterdam Heemstede gaat verlaten.
In een kort antwoord zeide de scheidende
directeur het een groot voorrecht gevonden te
hebben het 12%-jarig jubileum der vereeniging
medegevierd te hebben en besloot met den
wensch dat het genootschap tot nog grooteren
bloei moge komen.
Hierna sluiting met den Chr. groet.
Nieuwe bankbiljetten van 25.en
van 10.De Zomertijd op komst.
De Nederlandsche gezant te Peking
spreekt over China in den overgang.
Voortzetting van de zaak-Onnes van
Nijenrode. Een nieuwe hoogleeraar te
Leiden benoemd.
De Directie van de Nederlandsche Bank maakt
bekend, dat zij nieuwe modellen van bank
biljetten van 25.en van ƒ10.in omloop
zal brengen. Het biljet van vijfentwintig gulden
is gedrukt in een dieproode kleur op een onder
grond van lijnen en rozetten in grijs-blauw en
geel-bruin. Aan de rechterzijde van het biljet
prijkt de beeltenis van Mr. W. C. Mees, die
tusschen 1863 en 1884 President van onze
Centrale Credietinstelling is geweest. Aan de
linkerzijde van het biljet, ter grootte van de
genoemde beeltenis, is een bijna geheel on
bedrukt gedeelte aangebracht, dat in doorzicht,
als watermerk, een naar links gekeerde Mercu-
riuskop vertoont. De achterzijde van het biljet
heeft, in tegenstelling met de voorzijde, vier on
bedrukte randen. De geheel uit guiloches opge
bouwde teekening is in paars, geel-bruin en
blauw-groen uitgevoerd en gevat in een smal
randje van ongeveer 3 m.M. Het biljet is ge
drukt op papier van ongeveer 17.5 c.M. bij
7.7 c.M.
Het biljet van stien gulden is gedrukt in een
donkerblauw tot lichtblauw overgaande tint op
een ondergrond, die gevormd wordt door even
wijdige verticale lijnen van afwisselend groene,
paarse en roode kleur, welke lijnen het biljet
gedeeltelijk overdekken. Onder den tekst van het
biljet is een groote rozet in groene, roode en
donkerbruine kleur aangebracht. Op de rechter
zijde van het biljet staat een in gravure uit
gevoerde kop van een ouden man, gemaakt naar
een origineel van Rembrandt. Op de linkerzijde
is een ruimte van gelijke grootte onbedrukt ge
laten, die in doorzicht, als watermerk, denzelfden
kop als dien van de gravure vertoont. De achter
zijde van het biljet vertoont een uit concentrische
cirkels samengestelde rozet, waarom en waar
door een grillig zich verbreedend en versmallend
lijnenfiguur loopt, dat de in de vier hoeken
voorkomende getallen „10" tot één geheel ver
bindt. Die achterzijde is uitgevoerd in de
kleuren grijs, green, paars en bruin.
De ons getoonde biljetten zijn ontworpen door
den bekenden sierkunstenaar Lion Cachet en
natuurlijk gedrukt bij de bekende drukkers Joh.
Enschedé Zonen te Haarlem. Naar ons per
soonlijk oordeel kan men de directie van de
Nederlandsche Bank, de drukkers en den ont
werper, Lion Cachet, slechts gelukwenschen met
deze twee werkelijk voortreffelijk uitgevoerde
bankbiljetten.
Al is het nog vroeg in Maart, reeds doet aller
wegen de lente haar eerste aarzelende schreden
in het jaar 1934. Wij zijn daaraan nu ook in de
Staatscourant herinnerd en wel door de publi
catie, dat de Zomertijd dit jaar zal duren van
15 Mei tot 7 October. Door de betrekkelijk late
invoering van den Zomertijd wil men zooveel
mogelijk tegemoet komen aan de bezwaren, die
de bewoners van het platteland en vooral de
boeren hadden tegen een al te vroegen aanvang
van den Zomertijd.
De Nederlandsche gezant te Peking, Mr. W.
J. R. Thorbecke, heeft in de Industrieele Club te
Amsterdam gesproken over China in den over
gang. Sedert 1911 is China een republiek. Thans
zijn de Noordelijke provincies autonoom, maar
in Midden-China zijn groote gebieden in de
macht van de zoogenaamde „Roode Legers",
die van Moskou uit worden geleid en gefinan
cierd. Dat gebied omspant 60.000 vierkante
mijlen met 30.000.000 menschen en legers ter
sterkte van 150.000 tot 200.000 soldaten. Gebrek
aan wegen, verkeersmiddelen, telefoon en radio-
telegrafie verzwaren den strijd der Chineesche
regeering tegen deze communistische expansie.
De kansen voor de buitenlanders, zelfstandig in
China te werken, zijn verminderd, maar vergroot
zijn onze kansen tot samenwerking met de
Chineezen. Voor Nederland dient een belangen
vertegenwoordiging van Nederlandsche en
Nederlandsch-Indische voortbrengselen in China
in het leven te worden geroepen. Zoo zouden
wij ons nieuwe kansen en een nieuw arbeidsveld
kunnen verzekeren.
Staag rolt de zaak-Onnes van Nijenrode verder
voor de strafkamer van de Amsterdamsche
arrondissementsrechtbank. De kasteelheer weet
met bewonderenswaardige hardnekkigheid zijn
lezing van inbraak, of „verhuizing", stijf en
strak door te voeren en kan op iedere vraag van
den president een antwoord geven, dat nog goed
is ook en hem, als verdachte, nimmer belast,
zoodat er in dit geval slechts twee mogelijk
heden schijnen te bestaan. Of de kasteelheer is
werkelijk aan alles onschuldig en verdedigt dus
zijn onschuld tegen een officier van justitie, die
hem tot een vermoedelijk niet lange gevangenis
straf veroordeeld wil zien. Of de verdachte is
wèl schuldig aan dpn gefingeerden inbraak, op
touw gezet om de verzekerings-maatschappijen
op te lichten, maar dan is zijn houding voor de
rechtbank er een, die geen beroeps-misdadiger
hem zou kunnen verbeteren.
Tot gewoon hoogleeraar in de Nederlandsche
taalkunde aan de Rijks-universiteit te Leiden is
benoemd Prof. Dr. O. G. Kloeke te Hamburg. Ge
boren te Schagen op 10 Juli 1887, studeerde
Prof. Dr. Kloeke te Amsterdam, Groningen en
Leipzig in de Germaansche talen. Als lector was
hij werkzaam aan de universiteit te Hamburg en
werd vervolgens leeraar te Winschoten, Alkmaar
en Leiden, waarna hij een tijd te Bonn als
plaatsvervanger werkzaam was aan de bekende
Bonnsche hoogeschool. Het merkwaardige
geval deed zich dus voor, dat de Leidsche
gymnasiasten Duitsch leerden van een Bonn-
schen professor in het Nederlandsch! Sedert
1925 was hij te Hamburg een der leidende
figuren in het „Germanische Seminar" en nu
keert hij eindelijk terug naar onze oudste
Vaderlandsche hofl^eschool, wat voor de stu
denten in de Nederlandsche taalkunde te Leiden
slechts wetenschappelijke winst kan beteekenen.
MAARTSCHE BUIEN
MAARTSCHE KATJES.
Als Maart weer komt, begint het bloed harder
te stroomen. Alles, wat den mensch prettig aan
doet, belichaamt deze naam in zich. Middag-
zonneschijn lokt ons naar buiten, de blauwe,
smettelooze hemel doet ons alle doorstane koude
van herfst en winter vergeten. Zoo zacht en teer
is de lucht geen ruwe, rauwe Oostenwind,
geen harde Noorderstorm, geen opgeslagen
kragen, maarsneeuwklokjes en de blauwe
Scylla, die in perken en in de bosschen vroolijk
het voorjaar inluiden met hun klokjes. De
struiken gaan heel, heel langzaam uitloopen. Als
een fijne sluier ligt het over de twijgenDe
kastanjeknoppen zien eruit, of zij gelakt zijn en
de seringenstruiken zijn met dikke, groene tros
sen versierd. Alles staat klaar om het signaal
van het voorjaar af te wachten en op de eerste
klanken daarvan met volle kracht de taak van
het ontwakende leven ter hand te nemen.
Om de met katjes getooide boomen zoemen
weer insecten: de bijen vliegen weer uit en
probeeren, hoe de eerste lentehoning smaakt;
dikke hommels brommen ongeduldig. De lucht
zingtEn men denkt aan bloeiende linden,
die een zomersch vogelenkoor herbergen; maar
dat is nog een zomerbeeld, waartoe dit insecten-
gezoem slechts het voorspel is
De akkers beginnen kleur te vertoonen. het
winterzaad ontspruit, eerst nog aarzelend, dan
brutaler, stevigerOp de nog onbezaaide
velden wordt gespit en geëgd geëgd en ge
ploegd. Maart is voor de boeren een maand vol
drukte. Als het weer goed blijft en „Maart zijn
staart ditmaal niet roert", kan er hier en daar
reeds gezaaid worden. Ook de tuinlieden hebben
thans ieder uur van den dag noodig, het om
spitten van den tuingrond is een vermoeiend en
tijdroovend werk, maar als het grasveld verleden
jaar kale plekken is gaan vertoonen, blijft er wel
niets anders meer over. Een pas gezaaid gras
veld behoort immers bovendien tot de bekoor
lijkste voorjaarsboden, die wij ons kunnen
indenken?
Op al deze vragen geeft Maart ons antwoord
maakt Maart zichzelf tot de maand der on
zekerheid, van het vermoeden, van de hoop. Is
het niet zoo, dat de zomer ons zèlden dat brengt,
wat wij ons in Maart ervan hebben voorgesteld?
Onze fantasie werkt thans sneller, daar ons
bloed sneller stroomt; en hoe meer wij de lente
naderen, hoe sterker ons hart klopt, hoe ge
lukkiger voelen wij ons in onze jeugd, in onzen
ouderdom. Dat is de taak van de vóór-lente; zij
maakt ons tot hopenden, die in verwachting van
de vervulling hunner fantasieën, weer opleven.
Ook de ouderen van dagen schenkt de Maart-
maand zijn beloften en verwachtingen ook
zij zullen weer behagen scheppen in hun leven,
dat zij nog niet uitgeleefd hebben. Thans komt
de gemakkelijker helft van het jaar, een helft,
die wij getroost en met een hart vol overgave
tegemoettreden.
1
a
a
Van Zaterdag 10 t/m Vrijdag 16 Mrt
EXTRA AANBIEDING
Pruimedanten
Appelen stukjes
H
schijfjes
a m
Calif. Peren
Abrikozen
Tutti-Frutti
extra
Sulfana Rozijnen
Sundried l'/2
Studentenhaver V2
PER
PON
D
vO
O
O
c
ct.
25
22
W
30
27
29
27
ff
33
31
ft
25
23
ft
30
28
ft
25
23
ft
32
30
tl
37
35
It
45
42
21
19
II
29
27
II
20
17
II
16
14
pond
22
ff-
22
a
1
1
1
WINKELS 40
GOOR GEHEEL
NEDERLAND
R. 88
RIJWIEL VERMIST.
Aangifte is gedaan van het vermissen van een
heerenrijwiel uit de rijwielbergplaats van het
badhuis.
RIJWIELDIEVEN GESNAPT
Nadat bij de politie alhier aangifte was ge
daan van diefstal van een rijwiel vanaf een
bouwwerk aan den Binnenweg, trok de politie
er per motor op uit en het mocht haar gelukken
de daders té Bennebroek te achterhalen. Het
bleken twee in Amsterdam wonende jongens van
16 en 17 jaar te zijn. Zij waren nog in het bezit
van het gestolen rijwiel en zijn na bekentenis in
verzekerde bewaring gesteld.
VEELBELOVENDE JONGELIEDEN!
Door een sigarenwinkelierster aan den Heeren-
weg was aangifte gedaan dat uit haar winkel
lade een bedrag van ongeveer 15.was
ontvreemd. Het is de politie thans mogen ge
lukken de daders van dien diefstal op te sporen
en aan te houden. Het zijn drie jeugdige te
Heemstede wonende personen. Nader blijkt dat
de politie een goede vangst heeft gedaan. Bij
hun verhoor bleek, dat zij zich den laatst-
verloopen tijd aan verschillende kleine diefstallen
hadden schuldig gemaakt, zoowel op den open
baren weg als in winkels, waarbij ook nog
andere jongens zijn betrokken. De aan
gehoudenen zijn ter beschikking van de Justitie
gesteld.
Aangifte is gedaan van het vermissen van een
laschapparaat uit een in aanbouw zijnd perceel
aan de Heemsteedsche Dreef.
OVERZICHT DER WERKLOOSHEID.
Bij het plaatselijk orgaan der arbeidsbemidde
ling kwamen in den loop dezer week 359 aan
biedingen in van werkzoekenden, t.w.:
41 grondwerkers,
7 metselaars,
12 schilders,
18 timmerlieden,
13 opperlieden,
105 bloemistarbeiders,
101 losse werklieden,
13 metaalbewerkers,
4 kantoorbedienden,
3 bouwkundig teekenaars,
2 bakkers,
40 werkzaam in andere beroepen.
STADSSCHOUWBURG
Fritz Hirsch Operette.
„Wenn die kleinen Veilchen blühen".
Damen und Herren, ich muss Ihnen leider
mitteilen dass Friedel Dotza.... dit begin van
een mededeeling door Fritz Hirsch bij den aan
vang van bovengenoemde voorstelling op Maan
dagavond j.I. deed van vele zijden een wel
gemeend „och" aan de lippen ontglippen.
Doch gelukkig was de mededeeling niet zoo
verontrustend als velen wel gemeend hadden,
want Friedel Dotza was een weinig verkouden,
hetgeen per slot niet veel aan het succes van de
operette heeft tekort gedaan.
Wanneer Eritz Hirsch naar Haarlem komt
kan hij van veel belangstelling verzekerd zijn.
Waarvan dit succes? Is het de zang of is het
gegeven zoo boeiend?
Och neen, het is uitsluitend, naar wij meenen,
de aankleeding van het geheel dat de Fritz
Hirsch operretes zoo doet trekken. Bovendien,
hetgeen Eritz Hirsch zegt, klinkt zoo aardig, dat
hij al direct het gewenschte contact heeft met
het publiek.
Ook de operette „Wenn die kleinen Veilchen
blühen" is schitterend vah décor en costumee-
ring. I11 het eerste tafereel vertelt Vater
Katzensteg (Fritz Hirsch) aan Fritz Gutbier
(Herbert Klopt) van de streken die papa Gut-
bier in zijn jeugd heeft uitgehaald en dan zien
wij in de daaropvolgende 4 tafereelen het ver
haal voor onze oogen afspelen, om in het zesde
tafereel weer tot het uitgangspunt terug te
keeren.
Mede tot het succes van deze operette hebben
bijgedragen: Elly Krasser, Friedel Dotza, Kathe
Slijn, Fritz Geiger, Herbert Weissbach en Man-
tred Laske.
Een uitbundig applaus was een welverdiende
belooning. Fr.
STADSSCHOUWBURG.
Zondag j.I. werd in den Stadsschouwburg
voor de derde maal „Phaea" door het Van
Dalsum ensemble opgevoerd en wij waren
wederom verrukt over de vele goede kwaliteiten
van dit bijzondere stuk.
In hoofdzaak meenen wij uit dit stuk te
kunnen distilleeren' den strijd tusschen idealisme
en techniek als kenmerkend voor onzen
modernen tijd. Want aan het eind wordt de
dichter in zijn droom- en waandenkbeelden van
verbroederingsgeest, van anti-oorlogsgezindheid
moreel gedood door de macht der techniek, die
hem met zijn in 't oog van techniek en geld
zucht dazende ideeën opzij schuift.
Zoo hebben wij de wrange waarheid ook uit
dit stuk te puren, dat er geen plaats meer is
voor idealisme in deze wereld, waarin wij leven.
Gelukkig dat er, niettegenstaande het velen
doet wanhopen aan het bereiken van een
gesteld ideaal, nog steeds menschen gevonden
worden, die blijven vasthouden.
Menschen die gelooven door het „Frappez,
frappez toujours" eenmaal resultaat te zullen
bereiken.
Wij meenen dat dit van harte is toe te juichen,
zoo ook het streven van de vereeniging „Het
Groot Nederlandsch Tooneel", die ondanks de
bedroevend geringe belangstelling voor haar
voorstelling „de Groote Reis" van enkele weken
geleden, toch nog eens naar Haarlem wil komen
om een voorstelling te geven.
Zaterdag 17 Maart zal n.l. in den Stads
schouwburg, des namiddags half drie, „de
Groote Reis" als schoolvoorstelling voor leer-
KINDERVERTELLING
DOOR G. TH. ROTMAN
83. Gelukkig wisten Jodocus en de boer, die
intusschen weer overeind gekrabbeld waren, er
raad op. Jodocus klom op de schouders van den
boer en nu moest Pieter probeeren, om op
Jodocus' schouders terecht te komen. Beurt om
beurt strekte hij z'n korte beentje uitJa,
hoor, 't lukte! Wip, daar stond hij op Jodocus'
schouders en hield zich met moeite in balans....
84. Ach, het zou allemaal zoo prachtig ge
gaan zijn, als een booze wesp het spel maar
niet bedorven had! Dit kwaardaardig en arg
listig gedierte kwam stilletjes aangevlogen, zag
den dikken speknek van den boer, die zoo ver
leidelijk in de zon glansde, zette zich er op neer
en boorde er haar giftigen angel in
85. „Au!' riep de boer en sloeg z'n hand
aan z'n nek. Maar hierdoor verloren ze alle drie
hun evenwicht; Jodocus wankelde en zwaaide
met z'n armen; Pieter probeerde vergeefs weer
de telefoondraden te grijpenen daar ging
de heele menschelijke toren overstag hoor, net
als een fabrieksschoorsteen, die opgeblazen
wordt, of als 'n boom, die omwaait.
86. Nu was de weg, waar ze zich bevonden,
een zeer drukke verkeersweg; alles wat van het
dorp naar de stad of terugging, kwam er langs.
Juist op het oogenblik, dat onze vrienden omlaag
stortten, kwam wéér een auto voorbij gesnord,
waar Pieter precies bovenop viel. Hij zakte
subiet door de kap heen en werd zoo, steeds
spartelend als een visch, meegevoerd.