TE
Davos een veelzijdig sneeuwparadijs.
DE INVALIDE
DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT
No. 10. 9 MAART 1934.
GEVR.
:ld
TWEEDE BLAD.
HOLLAND - BELGIË!
BONT ALLERLEI
Parsenn, ski's en zonlucht en gezondheid.
BE VECIJW EUf KAAR ÜUIS
BABY EISCHT ONZE
AANDACHT
RECEPT.
5
lezen en
al. Heer.
Opl. alle
v. leerl.
d. Blad.
V
Als België en Nederland
Zich met elkaar gaan meten,
Dan kan sportlievend Nederland
Niet slapen en niet eten!
Dan droomt men van den grooten
[kamp,
En van een overwinning:
Vijf-ruil, zoo iets.' (Na d'afloop komt
Men wel weer tot bezinning!)
Het is een feit: van allen strijd
Wie 't best den bul kan schoppen,
Doet die met onze buurtjes 't meest
De voetbalharten kloppen!
Dan zitten de tribunes vol
Met voetbal-enthousiasten,
Die tuk zijn op een wedstrijd met
De buitenlandsche gasten.
Dan klinkt uit ied're radio
De stem des ooggetuigen;
Die slaat de hoop, eerst opgewekt,
Soms onverwachts in duigen!
Dan spitsen Da en Ma en kroost
De groote en kleine ooren,
Of 't Nederland gelukken mag
In 't Belgisch doel te scoren!
Dan lijkt het wel of iedereen
Op voetbal even fel is
Men lacht en knikt, of zucht en snikt
Al naar de stand van 't spel is.
Dan gaat bij ieder keihard schot
Beroering door den lande:
Zal 't bruine monster dezen keer
In 't juiste doel belanden!
En weet men eind'lijk 't resultaat,
Dan klinkt er een hoera'tje,
Of wel, men mompelt norsch en
[kwaad:
„Wal kregen w'op ons baadje!"
Want ja, hoewel we allemaal
Sportiviteit beminnen,
Als w'eerliik zijn, dan zien we 't liefst,
Dat Nederland zal winnen!-
Door FRED. DENVER.
Eén arm!
Stanley sprak droevig, een bittere klank in
zijn stem.
Hij lag te bed, eenige kussens in den rug
steunden hem en een wit laken lag zorgvuldig
over hem heengespreid. Zijn gelaat was geel
achtig, veroorzaakt door het véle bloedverlies.
Zijn oogen stonden somber, er was niet een
minste glinstering te bespeuren, de glinstering
van levenslust en gezondheid, welke beide het
gevolg zijn van een leven buitenshuis.
Eén arm, herhaalde hijen de forsche,
gebaarde man, die aan de zijde van zijn bed
zat, legde zijn ruwe hand met bedachtzaam
heid op de zijne. En in die aanraking lag een
wereld van begrijpen, welke door geen woorden
uitgedrukt kunnen worden.
Hou je goed, jongen. Het is zóó erg niet,
als je denkt.
De ander lachte droevig.
Je bent een beste kerel, Tom, zei hij.
Maar het ziét er niet mooi uitMaar wat
gebeurt er met de ranch?
Tom wriemelde zenuwachtig aan zijn boord.
Hij had tot nog toe met opzet niet over de
ranch gesproken. Want het was op zijn ranch,
dat het ongeluk hem overkomen was, en dat er
toen vervolgens een arm werd afgezet. Een
boom werd geveld. Stanley kwam aan, zich van
géén gevaar bewust. Luide kreten trachtten hem
te waarschuwen, doch het was reeds te laat
Toen hij wegliep, trof de boom hem. Ze be
vrijdden hem uit de massa gebroken takken en
bladeren, bewusteloos, zwaar gewond. En vanaf
dien dag lag hij in het hospitaal.
Tom keek hem aan.
Wel, zeide hij, ik heb er over na
gedacht. Wanneer je weer beter bent, kan je
toezicht houden over de ranch.
Dank je Tom, maar ik dacht méér aan
Mary.
Je verloofde?
Stanley knikte, ja.
Je wilt toch niet zeggen, dat ze nu niets
meer van je weten wil? vroeg Tom, verbaasd
over deze onverwachte vraag. Waarom? Je
hebt toch al dien tijd voor haar gewerkt, voor
een tehuis voor haar. Je kan schrijven, dat ze
over moet komen en dan kunnen jullie trouwen.
je begrijpt het niet, Tom, zei Stanley
heesch. Mary zou direct overkomen als ze
wist wat er gebeurd was. Maar zij mag het
niét weten, begrijp je.
Wat bedoel je?
Zij mag het nooit weten!
Ze kwam beslist over en zou erop staan
met me te trouwen, doch wie wil nu zoo iemand
als ik met één arm? Met een verminktestel
je voorHet zou haar geheele leven ver
nietigenDat mag niet!
Uitgeput liet Stanley zich in de kussens glijden.
We blijven bij elkaar, Tom, stamelde hij.
En Tom's hand sloot zich over die van Stanley.
I
Lucht en gezondheid, zon en rustWie dat
zoekt, heeft slechts één antwoord noodig:
Davos! Nu het tragische ongeval van den Bel
gischen monarch de bergsport weer eens op den
voorgrond heeft geschoven, gaan onze blikken
weer de richting van Zwitserland, van de Alpen,
van de skisport, van de schaatssport en de
bobslee-sport uit.
Davos, het centrum van gezondheid- en
afleiding-zoekend Nederland, er bevindt zich
o.a. een Nederlandsch consulaat is, zooals de
aanhef van dit artikel reeds zegt, een veelzijdig
paradijs. Davos zelf is verre van klein, zooals
menigeen, die dit paradijsje nooit heeft aan
schouwd, meent. Het bezit drie banken, een
Röntgenstralen-instituut, groote boekhandels en
bijouteriënwinkels, een zestal periodiek ver
schijnende bladen, waaronder een dagelijks ver
schijnend politiek-getint blad, tal van rechts
kundige bureaux, een prachtig stadhuis, twee
Katholieke, twee Gereformeerde, een Engelsche,
een Duitsch-evangelische kerk en een Evange-
de kwaliteit van het ijs op peil te houden. De
Scandinavische kenners roemen dit ijs als het
fraaiste ter wereld!
De groote ijsbaan is verdeeld in verschillende
vlakken en banen voor snelloop, voor kunst
rijden, voor ijshockey en andere ijssporten.
Muziekpavilloen, tribunes, restaurants, garde
robes, en winkelgalerijen geven de permanente
vermaakssfeer, die wij zoo gaarne zoeken.
Voortreffelijke leeraren bevorderen de pogingen
van den beginner en schaven de prestaties van
den geoefende bij. Sedert 1893 vormt de ijsbaan
van Davos het tooneel voor den jaarlijkschen
strijd om het Europeesche en wereld-kampioen-
schap kunst- en hard-rijden, waar steeds duizen
den toeschouwers heen stroomen.
Het aardige is, dat de groote hotels van Davos
hun eigen, keurig onderhouden ijsbanen hebben,
waar zich, op de muziek der hotelstrijkjes, de
gasten oefenen en verschillende clubs het Cur-
lingspel beoefenen.
Het rijke ski-terrein der Alpen-glooiingen om-
Overal sneeuw, witglinsterende sneeuw.... En tóch brandt de zon op de huid, door
tintelt ons en verruimt onze longen...Zon en lucht, licht en gezondheid, sport
en vermaak dat is de gave van Davos!
lische kapel, tal van scholen, schoolsanatoria,
handelsscholen, Fröbelscholen, een ambachts
school, een Berlitz-school, muziekscholen, schil
derscholen, alsmede een hydro-biologisch station.
Verschillende hoogdrukleidingen voorzien dit
heerlijke oord van bronwater, gezond bronwater
uit de waterrijke zijdalen. Een uitgebreid
kanalisatienet, dat de geheele plaats doorsnijdt,
verbonden met de hygiënische spoelinrichtingen
der hotels en pensions, zorgen voor een ge
regelde zuivering der huizen en der lucht. De
straten worden door een hypermoderne, in
gebouwde sproei-installatie zomer en winter
stofvrij gehouden. Een nieuwste inrichting voor
vuilverbranding zorgt voor de onmiddellijke
vernietiging van het in de losse afvalvaten ver
gaarde straatvuil. Een pijnlijke reinheid heerscht
alom. Gas en electriciteit zijn de hoofdmiddelen,
welke dienen om eten te koken en de ver
branding, de rook wordt daardoor tot een
minimum beperkt.
Een 's zomers 20 man sterk en 's winters zelfs
40 man sterk, uitstekend-geschoold symphonie-
orkest zorgt voor de muzikale afleiding. Dage
lijks zijn er promenade- en andere concerten.
Een groot symphonie-concert heeft geregeld
eenmaal per week plaats. Bioscopen, operette
theater, openbare leesbibliotheek, zeer modern
georiënteerd, dat alles veraangenaamt het leven
van hen, die hier rust of afleiding zoeken.
De hygiëne is hier zoo ten top gevoerd, dat
gezonde personen hier zonder de minste angst
voor de vele long- en zenuwlijders, die hier
herstel van gezondheid zoeken, kunnen wonen.
De sterftecijfers zijn in Davos bijzonder laag.
Maar niet alleen voor zieken is Davos een
paradijs wij herinneren in dit verband even
eraan, dat de bekende Avro-omroeper Guus
Weitzel voor een half jaar naar Davos is ver
trokken om daar herstel van gezondheid op te
doen maar ook voor de liefhebbers van de
wintersport is Davos een verfijnd genietings
oord!
Davos is het klassieke oord van de ijssport.
Het bezit een groote, kunstmatige ijsbaan, de
grootste van Europa, een ijsbaan van 30.000
vierkante Meter oppervlakte! Deze baan werd in
1876 geopend en is in gunstige winters haast
120 dagen achtereen open. Een groote schare
geoefende arbeiders is dag en nacht aan het
werk, de geweldige baan in stand te houden en
ringt Davos. Het Parsenn-gebied geniet wereld
roem. De drukke ski-hut der Davoser Ski-dub
is het middelpunt van tal van de schitterendste
toeren. Geregeld hebben er prachtige skitoeren
onder deskundig geleide plaats en de inter
nationale springconcoursen op de nieuwe Bol-
genschans trekken ieder jaar vele toeschouwers.
Een mooiere sport voor oud, zoowel als jong,
is er nauwelijks denkbaar. De wekelijksche ski
cursussen hebben druk werk om alle liefhebbers
hun deel te geven.
Parsenn is de droom van duizenden.... in
werkelijkheid, Parsenn is een belofte en een pro
gramma. Parsenn werd de toets voor den ge-
oefenden rijder, het Beloofde Land voor hem,
die wil skiloopen of het wil leeren. Een Parsenn-
afvaart is „sport" en geen toeristische prestatie.
De wegen zijn bekend en duidelijk aangegeven.
Langs deze wegen, door deskundigen gezocht,
komt men op de genotvolste wijze naar het dal,
zonder meer te moeten zoeken. Men kan zich
geheel geven aan de roes der snelheid, de snel
heid, die men kan opvoeren tot een maximum.
Parsenn! De roem van dit terrein stijgt dagelijks!
Geen terrein ter wereld, dat zoo moeilijk en ge
makkelijk, zoo afwisselingrijk, zoo interessant
en zoo uitgebreid is! Geen ski-terrein ter wereld,
dat bij zulke hindernissen zoo'n volmaakte
veiligheid biedt. Na een korte rust in de stralen
de zon, daar boven op Weissfluhjoch, staat de
afvaart als een droom voor onze oogenEen
droom, die wij ten volle kunnen genieten
Wie de afrit in één tocht wil maken, vindt
overal gemakkelijke knooppunten, als b.v. de
Parsenn-hut op den rit naar Wolfgang, het Ski
huis in de Fideriser-route, en de logementen op
de klassieke Kübliser route.
Wie zich bij den rit met de Parsenn-spoorbaan
de moeite getroost, het uitzicht te genieten, zal
op het middelstation Höhenweg een prachtig
uitzicht kunnen aantreffen, een uitzicht, dat
moeilijk ergens elders zijn weerga zal vinden.
Parsenn! De hellingen, waar de sporen van de
ski's dikwijls gekruist worden door de sporen
van het talrijke wild, dat over de witte velden
de groene dennewouden opzoekt. Overal sneeuw,
glinsterende sneeuw! Zachtglooiende heuvels met
stijle neergangen, een suizende vaart door de
poedersneeuw, donkere strepen in het inaagde-
lijk-onberoerde sneeuwdek. Dat is Parsenn....
Dat is Davos....
Grondige kennis een eerste vereischte.
Regelmaat in het kinderleven.
Door W. B1RNOFF v. HAEGENBOCK.
De verzorging van het jonge kind moet hierop
gericht zijn, dat het niet alleen beschermd wordt
tegen dreigende gevaren, doch ook tegen de
komende, die zijn gezondheid en ontwikkeling
eventueel zouden kunnen tegenhouden.
Hiervoor zijn noodig, naast grondige kennis
van de verzorging van het kind een groote mate
van liefde en geduld.
Het kind kan zich, zoolang hij nog een zuige
ling is, niet uiten tegenover zijn verzorgster.
Deze uiting moet men uit zijn geschrei, zijn
hulpelooze bewegingen vast weten te stellen,
althans aanvoelen, wat hem ontbreekt of on
aangenaam aandoet.
Reeds van de eerste weken na zijn geboorte
begint de opvoeding van het kind. De arts, als
bij uitstek deskundige, ziet precies welke van
zijn kleine patiëntjes van den beginne af aan
gewend zijn aan orde, regelmaat en goede ver
zorging.
Een streng doorgevoerd program van de zijde
der moeder of verzorgster bij de gezonde
zuigeling is zéker een vereischte; in gevallen
van ziekte zal de arts eventueele tijdelijke uit
zonderingen aangeven.
Men moet echter vooral ook rekening houden
met het feit, dat baden, droog maken, poederen,
kleeden, en bovenal voeden, we zouden bijna
zeggen „op de klok" moet gaan, terwijl groote
zorg aan het bedje en de kamer der kleine
moet worden besteed.
Het is natuurlijk niet mogelijk in dit korte
bestek de zuigelingverzorging „wetenschappe
lijk" te behandelen, doch wij willen in het
onderstaande eenige wenken laten volgen.
Bij het baden moet men zorgen, dat de oogjes
van het kindje niet aanraking komen met het
waschwater, terwijl tevens alles in het werk moet
worden gesteld, om te voorkomen, dat de kleine
kou vat. Deuren en vensters moeten gesloten
zijn. In den herfst en in de wintermaanden moet
ook de kamer, waar de kleine gebaad wordt ver
warmd zijn, terwijl het water niet minder dan
35 graden Celsius mag zijn. Men overtuige zich
hiervan door een badthermometer te gebruiken.
Het baden moet vlug geschieden, en de kleine
mag hoogstens 3 a 5 minuten in het water zijn,
terwijl koude wasschingen vermeden moéten
worden.
Men legt de kleine op de handen en houdt
het lichaam in het water en we! zóó dat het
hoofdje hiermede niet in aanraking komt.
Het gezichtje wordt het laatste gewasschen,
wanneer de kleine geheel afgedroogd en in de
badhanddoek gewikkeld is. De oogjes worden
met watten uitgewasschen en men neme voor
iedere behandeling een nieuw watje. Men wrijft
het in de richting van het neusje.
Gezorgd moet worden, dat het lichaam goed
afgedroogd wordt, dat dit anders tot kouvatten
zou leiden, hierbij moet niet verzuimd worden
den gehoorgang met een opgerold dotje watten
te drogen; op dezelfde wijze wordt het neusje
schoongemaakt.
Zieke kindertjes mogen niet zonder voorkennis
van den behandelenden geneesheer gebaad
worden.
Na het afdrogen wordt het lijfje luchtig ge
poederd, vooral de huid in de plooien van
armpjes en beentjes mogen niet vergeten
worden, terwijl speciale poeder gebruikt wordt,
die bij apothekers en drogisten te verkrijgen is.
De kleeding moet warm en toch poreus zijn.
Vele tè zorgzame moeders kleeden hun
kleintjes te warm aan, een euvel, waarvan zij
moeilijk af te brengen zijn. De kleintjes vatten
daardoor veel te gauw kou, aangezien zij niet
tegen temperatuurswisseling bestand zijn.
Gummi-broekjes zijn niet aan te bevelen, daar
zij de uitwaseming van de huid tegenhouden,
terwijl de kleintjes de natte luiers veelal langer
aanhouden dan gewenscht is.
Begint het kind tegen dat hij een maand of
zeven is te kruipen, dan doet men hem een
dubbele luier aan of een luierbroekje; het laatste
kan men gemakkelijk aan het lijfje vastknoopen.
De matras en het kussen mogen niet te zacht
zijn; het best kan men hiervoor varens (ge
droogde) gebruiken, terwijl men op het eerste
laken een niet te groot stuk gutta-percha legt,
hierop een groote dikke moltonnen deken, die
aan beide kanten over de matras komt en stevig
ingestopt wordt aan de zijkanten, verder een
bovenlaken en een paar wollen dekentjes.
Het meest aan te bevelen is om twee
matrasjes tegenover elkander te gebruiken,
zoodat de een geregeld luchten kan.
Indien mogelijk, moet een jong kind tot het
vijf of zes maanden oud is op de slaapkamer
blijven, daar het hier veel rustiger ligt, dan in
de woonkamer, waar veelal druk gesproken en
misschien ook gerookt wordt, terwijl toch ook
HET VERMAKEN VAN EEN
DAMESMANTEL VOOR
KINDEREN.
2057
Bezuinigen is over
al 't parool, daar
om geven wij hier
bij twee modellen
van kindermantels
één met pelerine
voor kleine en een
reoht model voor
groote ra meisjes,
die men uit een
damesmantel kan
maken.
De mantel wordt losgetornd, uitgeklopt en
schoongemaakt met een borstel gedrenkt in
water en ammoniak, daarna met een doek
en een warm ijzer opgeperst. We kunnen nu
het patroon van een der gewenschte modellen
hierop uitleggen, zooals het voorbeeld dit dui
delijk te zien geeft.
De grootere meisjesmantel bestaat uit voor-
en achterzijde, mouwen, kraag en ceintuur
terwijl de kraag met een reepje geperst plu
che, astrakan of imitatie tijgervel, hetgeen
zeer modern Is, gegarneerd kan worden.
De kleinere meisjesmantel heeft voor- en
rugstukken, mouwen, een dubbele pelerine,
met recht kraagje. Het bijpassende hoedje
heeft een uit 1 stukken bestaande bol met
rand, die eenige malen doorgestikt wordt.
"Voor beide modellen, die gemakkelijk t te
maken zijn, worden de knippatronen geleverd
na opgave van leeftijd. Aanvragen onder Nr
2007.
VOOR ONZE LEZERESSEN.
Patronen worden toegezonden na overschrij
ving van 0.58 op postrekening 62626 van
den Modedienst Den Haag of na inzending per
postwissel of In postzegels aan de Mode
redactrice, Roelofstraat 109, Den Haag. Ge
wenschte maat en nummer 'ooral duidelijk ver
mei.!. i.
in véle gezinnen den ganschen dag de radio
aan is.
Met goed weer moet het kindje iederen dag
naar buiten, goed toegedekt, en met een wollen
manteltje en mutsje op.
Bij vorst en scherpen wind volstaat men
liever met het kind een uur in een andere kamer
te gaan, die vooreerst gelucht is en behoorlijk
verwarmd.
Met het z.g. harden van kinderen moet men
zéér voorzichtig te werk gaan, daar men met
kinderen, die een teer gestel hebben veelal het
tegendeel bereikt.
RIJSTKOEKJES.
1 ons of 1 kopje rijst, 2 eieren, 50 gram bloem,
60 gram suiker, 1 theelepel kaneel, jam, boter.
We koken de rijst op de gewone manier, door
er 3 maal zooveel water en een tikje zout bij te
doen en zetten de pan op een lage pit.
Is de rijst gaar, dan mengen we er de ge
klopte eierdooiers, bloem, suiker, kaneel er door
hen en tenslotte het stijfgelopte eiwit.Het beslag
moet nu stevig zijn, zoodat we er mooie ronde
koekjes van kunnen maken. Is het te slap, dan
doen we nog een lepel bloem er doorheen.
We smelten de boter in de koekepan, vormen
ronde koekjes van de rijstmassa, die wij aan
beide zijden bruin bakken en daarna met jam
bestrijdken, warm opdienen.
Een blikken trommel op een plank in een hoek
van het ranch-huis bevatte tal van brieven.
Regelmatig kwam zij in het begin vol. Ieder
woord, dat ze bevatte, was in de ziel van
Stanley gegrift. Doch allengs kwamen er niet
zoo veel meer. Brieven en woorden, die smeek
ten om antwoord. Maardie nóóit beant
woord werden.
Eenigen tijd, na zijn ontslag uit het hospitaal,
had Stanley zijn laatsten brief aan Mary ge
schreven, vol onwaarheden. Hij was een mis
lukking. Alles liep verkeerd. Ze moest hem ver
geten!
En haar brieven kwamen met grooter tus-
schenpoozen, om vervolgens in het geheel niet
meer te komen.
Ondertusschen legde Stanley zich met hart en
ziel op zijn werk toe. Maar het ongeluk had een
ander mensch van hem gemaakt.
- Je hebt verandering noodig, zei Tom op
zekeren dag. Vergeet het werk eens voor
een poosje.
Stanley haalde de schouders op.
Luister eens, zei Tom, trek er tusschen-
nit en zoek je kennissen eens op!
Eenige jaren waren voorbijgegaan eer Stan
ley besloot eens een uitstapje te gaan maken.
Daar, in zijn geboortestad aangekomen, werd
hij als 't ware getrokken naar de wijk waar hij
en Mary woonden. Hij had een onweerstaanbaar
verlangen haar weer eens terug te zien, zien,
of zij véél veranderd was.
Het moment, waarop hij in de hem zoo wel
bekende straat gekomen was, was het alsof zijn
hart stilstond. Wat het was, kon hij niet
zeggenHij ademde zwaarEen voorbode
van iets? Maar van wat dan?
Als in een droom stapte hij een sigarenwinkel
binnen, waar hij en Mary vroeger dikwijls heen
gingen.
De man herkende hem niet, doch Stanley hem
wel. Met een kloppend hart betaalde hij en vroeg
den winkelier hoe het ging met Mary Benschop.
De man dacht een oogenblik na en zei toen
Mary Benschop?O, U bedoelt mevrouw
ThomsonZe trouwde twee jaar geleden
Hé, dat is toevalligdaar gaat haar man.
Stanley's hart klopte onstuimig, als door een
mist keek hij de straat op. Toen vroeg hij met
een vréémde, onnatuurlijke stem:
Waswas haar man ook zoo, toen zij
met hem trouwde?
Verbaasd over de houding van den klant, zei
de winkelier:
Ja, meneer.
Oh!
En Stanley, de toonbank krampachtig vast
houdend, keek Mary en haar man na.
Want Mary's echtgenoot had maar één arm.
HnpiMi
arn i in»
SP1*"