CE VCCCW EN KAAR HuiS MENSCHENKENNIS TWEEDE BLAD De Vierdaagsche HET KORT VERHAAL Vervolg Plaatselijk Nieuws. GEMENGD NIEUWS. BIOSCOOP Een laatste blik in den koffer. No. 30. 27 JULI 1934. DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT 5 Nog één dug, en de vierdaagsche Heeft dit jaar weer afgedaan, En u hebt het kunnen lezen: Het is schitterend gegaan! 't Weer was voor zoo'n marsch [uitstekend; Beter kon het waarlijk niet. En de goede stemming uitte Zich vaak in een vrooliik lied. 't Wandden wordt steeds populairder; Wel drieduizend! Heerejee, Nog een beetje propaganda En half Neerland kuiert mee! Want wie thuis bleef, zegt natuurlijk: ,,'k Doe het ook het volgend jaar." Nu, wanneer men eerst wat oefent Is er niet het minst bezwaar. Hebt u twee gezonde beenen Dan geef 'k u een goeden raad: Ga een poosje ernstig trainen En begin dan niet te laat. Zoo"ti vierdaagsche is een krachttoer, Die dient niet te licht geschat! Tippelaars en tipp'laressen Hebben hun bekomst gehad! Velen zullen aanstonds zeggen: „Jongens, dat was een corvée! Om vier dagen te marcheeren Dat valt werkelijk niet mee!" 't Is nu spoedig afgeloopen: Eén marsch is er nog te doen; En u zou het niet gelooven: 'k Voel me frisch nog als een hoen! 'k Hoef geen wondjes te genezen, k Eet en drink en slaap nog goed, 'k Ben zoo fit als 't maar kan wezen, k Heb geen blaartje aan m'n voet.' Ik heb waarlijk niet te klagen; 'k Ben met d'afloop best tevree k Heb ni ook niet vermoeid die dagen, Want ik deed er niet aan mee CONCERT IN GROENENDAAL. Zondag 29 Juli van 35 uur zal de Harmonie „Eensgezindheid", directeur de heer Betz, een concert geven in Groenendaal. Programma. 1. Germanentresse, marsch van H. L. Blankenbourg. 2. Ouverture, Fantastique van A. Govaert. 3. Luciënne, Polka pour piston van G. Housieaux. 4. Les Clockes de Comeville van R. Planquette. Pauze. 5. Le Glorieux van D. Dax. 6. Pastorale suite van Ph. Vlessing. 7. Cyclamen van Gabriel Alliër. 8. Fantasie naar motieven van Mendelsohn van A. Floris. Met de nummers 2 en 6 behaalde het corps op het concours bij St. Michaël een eersten prijs in de afdeeling uitmuntendheid, waardoor het naar de Eere-afdeeling promoveerde. ORGELCONCERT No. 4 IN KAPEL „NIEUW VREDENHOF". Op Maandag 30 Juli 1934, om 8.15 uur n.m. (precies), zal de heer Egbert Vos, organist der Kapel, wederom een orgelconcert geven, ditmaal met medewerking van Mejuffrouw Hendrica Hessels (cello). Programma. 1. Praeludium und Fuga e. kl. t., J. S. Bach. (Orgel.) 2. Suite G. gr. t., J. S. Bach. a. Praeludium, b. Allemande, c. Sarabande, d. Gique. (Cello-solo.) 3. a. Trio b. kl. t., J. S. Bach. b. Prière Op. 37, Jos. Jongen. (Orgel.) 4. Sonate F. gr. t., W. de Fesch. a. Praeludium, b. Allemande, c. Sarabande, d. Menuetto. (Cello en Orgel.) 5. a. Andantino, C. Franck. b. Poco Lento, c. Adagio. (Orgel.) 6. Andante, G. Mann. (Cello en Orgel.) 7. Sonate a. kl. t., F. Borowski. a. Allegro ma non troppo, b. Andante, c. Allegro con fuoco. (Orgel.) BRONSTEESCHOOL. Uitslag examens. Van de Bronsteeschool slaagden bij de j.l. ge houden examens: voor toelating tot de H.B.S. B te Haarlem: Carel van Amerongen, Tens van Dijk, Joop Freudenborg, Henk Heeren, Cas Jeekel, Dick Tollenaar, Willy Werker en Thea Schouten; voor de Middelb. School voor Meisjes: Corrie Becking, Elba Botje, Hermien Duiker, Aagje de Klerk, Anneke Leyds, Willy Mul, Nora Post, Fietje Posthumus, Mia Reynders, Bep Thon en Gerda Koster; voor het Christelijk Lyceum: Hans Pauw, Wim Schoenmaker en Ineke Hage; voor het Kennemer Lyceum: Thea Schouten; voor het Gymnasium: Kerst Blaauw, Leo Noorderhaven en Lenie de Gast; voor de H.B.S. A: Willy van Manen; voor het R.K. Gymnasium voor Meisjes: Ankie Peper; voor de Middelb. School voor Meisjes ,,'t Kopje": Molly van Erk, Mia Reynders en Ankie Peper. door J. VAN SANTEN. 't Was even half drie 's middags. John Williams, directeur van Williams en Williams Ltd., Bondstreet, Londen, werd uit zijn privé-kantoor geroepen om persoonlijk een def- tigen klant te woord te staan. Lord Winston zat met zijn echtgenoote op de rieten stoeltjes voor de toonbank en begroette William's onderdanigen groet op zeer beleefde manier. Ook Lady Winston deed volstrekt niét uit de hoogte. Echte aristocraten, dacht hij. Dat kan je zóó zien. O.W.'ers en dergelijke menschen, die niets van huis uit gewend zijn, stellen zich altijd min of meer aan. Werkelijk gedistingeerde menschen hebben dat niet noodig. Lord Winston legde Williams nog eens uit, ofschoon hij het reeds aan den bediende had medegedeeld, dat hij uit het Noorden kwam, jop een vrij eenzaam landgoed woonde, tijdelijk in het Grand Hotel logeerde, en plotseling ge dwongen was een vrij kostbaar halssnoer te koopen voor zijn nichtje. Zij zou over enkele dagen trouwen. Als er niet zoo'n haast bij het geval geweest was, zou hij liever gewacht heb ben, totdat hij weer thuis was en daar, bij een firma in de naburige stad de bestelling opge geven hebben. Men leverde daar betrouwbaar en.... prompt. Nu had hij gehoord, dat Williams en Williams Ltd. een zeer goede oude reputatie hadden en daarom was hij naar de zaak gekomen om een keus te doen. „Ik hoop, dat ik U niet teleur zal stellen/' zei Williams nederig. „Gelukkig zijn we tegenwoor dig prachtig gecollecteerd in colliers." Hij liet den bediende het eene prachtstuk na het andere op de toonbank neerleggen en sprak gezellig met den ouden Lord over alles en nog wat. Ook Lady Winston mengde zich af en toe in het gesprek, maar zij lette beter op de colliers, die haar voorgelegd werden, dan haar man, die dan vrijwel spoedig de keus aan haar overliet. Na een half uurtje had Lady Winston haar keus gedaan. Een vrij kostbaar parelsnoer, zelfs voor een winkel als die van Williams en Wil liams Ltd. Het parelsnoer werd ingepakt. De klanten stonden op. „Op het moment heb ik niet zooveel geld bij me; brengt U het me nog vanmiddag met de kwitantie?" vroeg de Lord. Beiden bogen diep en openden de deur voor de hooge klanten. „Ik ga zelf, over een uurtje," zei de directeur. „Dat begrijp ik," antwoordde de bediende, met een lichten nadruk op het eerste woord. „O, neen, daar niet van, weet je, geen vuiltje aan de lucht, maar het staat beleefder, be grijp je?" De bediende dacht het zijne van de beleefd heid van den chef, maar ging er verder niet op in! Williams liep onophoudelijk zenuwachtig zijn kamer door en keek voortdurend naar de klok. Eindelijk was het tijd om naar het hotel te gaan en hij verliet den winkel met het collier onder zijn arm. De taxi bracht hem binnen een kwartier aan het opgegeven adres en toen hij aan het bureau naar Lord Winston vroeg, zei de klerk hem, dat hij reeds verwacht werd. Eenige oogenblikken later stond hij aan hun tafel, in de hotelkamer, waar het echtpaar hem verzocht plaats te nemen. „Eer U het pakje openmaakt, moet ik U ver tellen, dat ik me een beetje vergist heb, meneer Williams," zei de Lord. „Ik had gedacht genoeg geld in contanten te hebben, om het collier te betalen, maar U weet wel, op reis...." „Komaan, meneer Williams neemt immers even lief een chèque," viel Lady Winston hier in. Williams stond nog steeds voor den stoel voor de tafel. Heel even bedacht hij zich. Toen zei hij, terwijl hij zijn hoed weer opzette, en zich naar de deur wendde: „Pardon, onze firma neemt géén chèques aan, het spijt me.... maar...." Het einde van zijn mededeeling ging verloren, want Williams had de kamer al verlaten eer het zoover gekomen was. Hij zag niet de uiterst ver baasde uitdrukking, die op het gelaat van den Lord en de Lady tevoorschijn was geroepen door zijn plotseling verdwijnen met het collier. Ook hoorde hij de vrij bitse opmerking niet, die de Lord zich aan zijn adres liet ontvallen. En, als hij de uitwerking van zijn overhaasten aftocht al had opgemerkt, hij zou er nog d )or gesterkt zijn in de overtuiging, die zich plotse ling van hem meester had gemaakt, dat hij een onverantwoordelijke domoor was geweest, toen hij zich door de eenvoudige manieren van zijn klanten had laten overtuigen, dat hij met werke lijke aristocraten te doen had. Hij was niet alleen woedend om het bedrog, maar minstens even verontwaardigd over zijn eigen gedrag.... zijn eigen.... gebrek aan menschenkennis, een eigen schap, waarop hij zich nogal liet voorstaan! Vandaar zijn plotselinge woede. Dat zooiets hèm zou overkomen! Maar ze zouden zien, dat ze bij hem aan het verkeerde adres waren geweest. in het kantoor terug gekomen, sloot hij zich op, om den bediende geen gelegenheid te geven, tekst en uitlegging te vragen. Hij nam den haak van de telefoon en telefoneerde lang en ernstig In het kantoor teruggekomen, sloot hij zich naar den winkel, stelde den bediende op de hoogte van het geval, door hem mede te deelen, dat hij direct gedacht had met oplichters te doen te hebben gehad. Daarom was hij persoonlijk met het colier naar het hotel gegaan en had de politie op de hoogte gesteld van zijn bevinding. F.en uur daarna werd hij aan de telefoon ge roepen en de bediende volgde het gesprek be langstellend, met de oogen door de ruit en met het gehoor door de geopende deur. Opvangen van het gesprokene deed hij niet veel; daarentegen zag hij duidelijk aan de gloeiend roode kleur op William's gezicht, dat het gesprek een minder aangename mededeeling voor hem behelsde. Het eenige wat hij duide lijk hoorde was: „Dan heb ik me vergist.... vreeselijk jammer.... alle schijn was ook tegen hem.... enfin, ik zal in ieder geval mijn excuses aanbieden.... jammer van zoo'n bestelling, dat begrijpt U.... en vooral zoo'n mooie connectie...." Toen het telefoongesprek ten einde was en Williams weer in den winkel terug was, was de bediende bezig één der étalage-kasten grondig te reinigen. „Ik ga even een wandelingetje maken," zei de directeur, „over een kwartiertje ben ik weder terug." Bij de eindexamens M.U.L.O. slaagden: voor diploma A: M. E. C. Jutte, H. M. L. Jutte, C. J. Clay, J. Clay, G. M. Vos, L. S. May, G. Hamringa, L. A. Ex, A. van Veen, J. H. van Capellen, K. van Drunen, M. P. van Os, P. J. Bos, P. A. Tibbe, W. Schoolderman; voor diploma B: W. J. Kaufman; voor het toelatingsexamen tot de M.T.S.: R. Timmerman. DE RIJKSPOSTSPAARBANK EN DE POSTGIRO. Een aanbevelenswaardige spaarmethode. Alle dingen moeten worden aangeleerd, zoo ook het sparen. Hoe beter methode, hoe beter resultaat kan worden verwacht. Ter bevordering van het sparen werden in den loop der jaren reeds verschillende middelen be proefd en diverse methoden toegepast. En niet zonder succes. Als men hoort van de enorme bedragen, die bij de Rijkspostspaarbank en de particuliere spaarbanken zijn belegd, dan kan zelfs de vraag rijzen of de top nog niet is bereikt. Doch wie den blik ook eens over de grenzen laat gaan en ziet wat vele buitenlandsche spaarbanken hebben weten te bereiken, hoe veel hooger daar het gemiddeld saldo-tegoed is en hoe belangrijk het aantal inleggers verhoudingsgewijze boven dat in Nederland uitsteekt, zal wel niet langer durven volhouden, dat ook in ons land voor de particu liere spaarbanken in het algemeen en voor de Rijkspostspaarbank in het bijzonder nog geen terrein braak ligt. Om weder een deel van dat braak liggende terrein te bevruchten wordt sedert eenige jaren door de Rijkspostspaarbank gelegenheid gegeven te storten of over te schrijven op haar post rekening 200.000 met opdracht het bedrag bij te schrijven op een met kantoor en nummer aan geduid spaarbankboekje. Omgekeerd kan van het spaarbankboekje via postrekening 200.000 geld worden overgeschreven op elke post rekening. Van deze methode wordt steeds meer gebruik gemaakt. Toch blijkt telkens nog, dat al te veel rekeninghouders van het bestaan daar van onkundig zijn. Vooral het stelsel der periodieke overschrij vingen is aanbevelenswaardig. Men verzoeke het Centrale Postgirokantoor een zeker bedrag per week, per maand of per kwartaal van zijn post rekening af te schrijven ten gunste van de Rijkspostspaarbank (prk. 200.000) onder vermel ding van het spaarbankboekje waarop de bij schrijving wordt verlangd. Dit verzoek behoeft slechts éénmaal te worden gedaan en de Giro dienst zorgt er voor dat periodiek het opgegeven bedrag wordt overgeschreven. Welk een prac- tische, eenvoudige gelegenheid om ongemerkt voor zichzelf, zijn kind of kleinkind.of wie dan ook, een kapitaaltje bijeen te brengen. Vandaar dat deze wijze van sparen met recht kan worden genoemd: Een aanbevelenswaardige spaar methode. LUXOR-THEATER. In Luxor-Theater draait deze week: Peggy mijn Kind". Peggy McConnell, de moederlooze dochter van een ouden lerschen visscher, wordt erf gename van een groot fortuin. In het testament is evenwel bepaald, dat zij drie jaar lang moet inwonen bij Mevrouw Chichester, een familielid van haar moeder, die haar opvoeding zal vol tooien. Mevrouw Chichester ontvangt hiervoor een jaarlijksch inkomen, dat haar in staat stelt, te blijven wonen in het oude landhuis van de familie. Tevens is bepaald dat haar vader haar nooit terug zal zien. Ondanks de luxe van haar nieuw tehuis is Peggy niet gelukkig. Zij mist haar vader zeer. Het eenige lichtpunt in haar leven is Jerry, een jong advocaat, die de uitvoering van het testa ment geregeld heeft, doch Jerry verlooft zich met Ethel Chichester. Intusschen heeft Peggy bemerkt, dat Ethel verliefd is op Kapitein Brent. Peggy's vader, die bang is dat zij op den duur te veel naar hem zal verlangen en daardoor de voorwaarde van het testament niet zal nakomen, door hem toch terug te zien, weet Jerry over te halen het bericht te verspreiden dat hij op zee omgekomen is. Ethel besluit zich door Brent te laten schaken, doch Peggy doet alles om haar hiervan terug te houden en om te beletten dat Jerry's hart ge broken wordt, gaat zij naar Brent, waar zij door zijn vrouw en haar advocaat gevonden wordt. Om Ethel te beschermen weigert Peggy nadere inlichtingen te geven en de geheele familie Chichester is zeer onder den indruk van het schandaal. Peggy besluit terug te gaan naar Ierland en als Jerry bekent dat het bericht over haar vaders dood onjuist is, wil zij niets meer met hem te maken hebben en gaat terug naar de oude omgeving en haar vader. Eenigen tijd later wordt in het Iersche vis- schersdorpje de verjaardag van Peggy gevierd. Ondanks de vroolijkheid om haar heen voelt zij zich niet gelukkig, maar in den tuin ontmoet zij Jerry, die haar in zijn armen neemt en haar ver telt, dat Ethel alles bekend heeft. De dag van het vertrek.... Is alles wel ingepakt. De kleerenkast ziet er ongewoon leeg uit; alle laden staan open en overal in de kamer heerscht wanorde. De koffers staan op den grond, tot boven toe volgepakt. Zoo ziet het er meestal uit op den dag, dat wij met vacantie gaan. Wij zul len hier nu niet spreken van de overdreven voor- zichtigen, die reeds drie dagen van tevoren alles, wat zij willen meenemen, volgens een zorg vuldig opgestelde lijst hebben ingepakt. Zulke menschen beleven juist de onaangenaamste ver rassingen, wanneer zij zijn aangekomen op de plaats, waar zij hun vacantie denken door te brengen. Zij moesten iets, wat reeds ingepakt was, weer uit den koffer nemen en hebben toen juist dat nuttige voorwerp verder vergeten. Het gewone zal zijn, dat eenige uren voor het vertrek van den trein de reeds ingepakte koffers worden afgesloten. Een verstandige vrouw zal er juist met het oog op dit moment nog wat plaats in overlaten, zoodat dingen, waar op het laatste moment aan gedacht wordt, nog mee kunnen. Haar man komt misschien aan met een lijvig boek, waarvoor hij het heele jaar lang nooit goed tijd kon vinden. Nu wil hij het eens rustig lezen en doorwerken. Met een zucht maar dan een onhoorbare zoekt de huisvrouw er een plaatsje voor, waar het door zijn gewicht geen onheil kan aanrichten. Vlak daarna zoo is nu eenmaal het leven komt haar dochtertje aan met een lievelingspop, waar zij noode van kan scheiden. Ook de pop kan, als de koffer op de juiste wijze gepakt is, nog wel een plaatsje vinden. Daar staat nu de bagage, klaar om te worden weggehaald. Na de drukte komt een kort oogen- blik van rust, waarin men kan denken: „Is alles wel ingepakt? Heb ik niets vergeten?" Het is beter, om dit denken te doen, voordat men de koffers definitief heeft afgesloten. Met de garde robe behoeft men zich niet lang bezig te houden; wat dat betreft wordt er eerder te veel dan te weinig meegenomen. Het is veel belangrijker om na te gaan, of ook de kleinigheden in den koffer zijn gedaan, die voor een beschaafd mensch nu eenmaal onmisbaar zijn geworden. Is de tandenborstel, die u vanmorgen nog als gewoonlijk bij de waschtafel gebruikte, wel mee gegaan? Hoe staat het met de eau de cologne, talkpoeder en de dingen, die men noodig heeft voor de verzorging van den huid, de nagels e.d. Van alles moet een voorraadje worden meege nomen, aangezien men niet zeker is, in de plaats van bestemming de merken te kunnen krijgen, waaraan men gewend is. Ook postpapier en schrijfgereedschap wordt meegenomen. Het doosje met sieraden moet een plaats vinden in het handkoffertje, dat men voortdurend bij zich draagt. De voorwerpjes, die men steeds bij de hand moet hebben, bevinden zich natuurlijk in het handtaschje en bij den man in zijn kleeding, d.w.z. in zijn reispak en niet in zijn gewone pak, dat thuis is blijven hangen. Is ook het naaigerei niet vergeten. Zijn er schoenleesten, kleeren- hangers en een kleerenborstel meegenomen? Dat alles moet men bij zich hebben om daarbuiten te kunnen genieten, en daarvoor gaat men juist. Te vervangen zijn die dingen buiten moeilijk of niet; in elk geval kost het geld. Daarom is het beter om vijf minuten rustig na te denken, eer men de koffers sluit. WAT ETEN WE DEZE WEEK? Zondag: Tomaten-sla, Kalfsborst, Witte capu- cijners, Aardappelen, Karnemelkpudding. Maandag: Koud vleesch, Worteltjes, Aard appelen, Wentelteefjes met vruchtensaus. Dinsdag: Gehakt, Stoofsla, Aardappelen, Vruchtentaartje. Woensdag: Versche worst, Bloemkool, Aard appelen (Kropsla) Ananaspudding. Donderdag: Runderlapjes, Snijboonen, Aard appelen, Bessen en Frambozencompöte. Vrijdag: Koude gebakken schol, Komkommer sla, Gebakken aardappelen, Citroenrijst. Zaterdag: Tomatensoep, Gebakken spek, Tuinboonen Aardappelen. VRUCHTENTAART. 300 gram bloem, 125 gram boter, 125 gram suiker, 3 eierdooiers, 1 theelepel bakpoeder, tikje zout, 1% pond aalbessen, 200 gr. suiker. Bijzonder smakelijk is het om in deze weken van zomerfruit eens als afwisseling een vruchten taartje tot dessert te geven. Veel werk vereischt de bereiding niet, dus be ginnen we vlug met de eerste noodzakelijke voor bereiding, n.l. het zeven van de bloem met de bakpoeder of desverkiezende het zelfrijzende bakmeel. We doen het in een kom, of pan en kneden met koele vingers het deeg van de bloem, boter, fijne suiker of lichte basterd, de eier dooiers en een tikje zout. Een niet tè diepe vorm wordt beboterd en ge voerd met het uitgerolde deeg. We zorgen vooral voor een flink opstaand kantje, zoodat de bessen niet boven het deeg uitkomen. De aalbessen worden gewasschen, afgerist en met de 200 gram suiker bestrooid. Nu en dan omschudden en op het deeg gelegd, waarna de taart gedurende ongeveer 30 a 35 min. in een middelmatig warmen oven wordt gebakken. EENVOUDIGE ANANAS-PUDDING. 1 Liter melk, 90 gram maizena, 100 gram sui ker, 2 eiwitten, kl. blikje ananas, citroen, een paar Iepels suiker, 1 lepeltje maizena of sago. We openen het blikje, vangen het vocht op, waarvan we met de sap van een halve citroen, 2 eetlepels suiker en 1 lepeltje maizena een sausje maken, dat we na het koken goed laten afkoelen. De stukjes ananas worden verder fijn gehakt, terwijl de melk aan den kook wordt gebracht op 1 d.L. na, waarmee wij de maizena aanmaken. Kookt de melk, dan lossen we eerst de suiker erin op, roeren daarna de aangemengde maizena er doorheen en laten de pudding even door koken. Het eiwit wordt stijf gekookt en door de pud ding geroerd, die nog even moet doorkoken, waardoor we geen kans hebben, dat het eiwit slap wordt. We nemen de pan nu van het vuur, kloppen nog even flink met de garde, doen de gesneden ananasblokjes in de pudding, die over gebracht wordt in een met koud water omge- spoelden steenen vorm en na het storten opge diend wordt met de reeds gereedgemaakte saus. KARNEMELKPUDDING. Vu, Liter karnemelk, sap van 6 citroenen, 350 gram suiker, 12 blaadjes witte en 5 blaadjes roode gelatine, 1 d.L. kokend water. EENVOUDIG JAPONNETJE van geruite wasch-stof. 7236 De zomer vraagi telkens variatie in de keuze der japonnetjes, het geen mogelijk ge maakt wordt door de inderdaad bil lijke prijzen, die het mogelijk ma ken nog eens wat extra te naaien. Ons model, van 'n aardig vroolijk ruitje heeft een puntig overslaand voorpand met kleine smalle shawlkraag. Het geheel bestaat uit een lijfje, dat zich voortzet tot op heuphoogte, met om het middel 'n ceintuur. Het bo venstuk wordt op de rok gestikt, die 'n gladde achter baan heeft en aan de voorzijde naar binnen gevouwen plooien, waardoor de onder wijdte ruimer wordt. Patronen verkrijgbaar tot en met maat 4P> MODERNE GARNEERING. Een donker ja ponnetje kan weer een geheel nieuw aanzien krijgen, indien er een Schotsch geruite tafzijden hals en mouwgarneering bij gedragen wordt. Smalle plooitjes, tot niet toe uit loopend zorgen voor ruime vo lants. Patronen van 't garnituur in alle maten verkrijg baar voor 25 cents. GOEDE KNIPPATRONEN. Patronen kunnen per briet aangevraagd wordei. met bijsluiting van 0.58 in postzegels aan de Moderedactrice van dit blad, Roelofsstraat 109 te 's-Gravenhage. De patronen worden U tegelijk met een num mer van ons nieuwe Modeblad, waarin ongeveer 50 modellen zijn afgebeeld, toegezonden. Denkt U er vooral aan, de juiste maat en het nummer op te geven. •pv We zetten de gelatine in ruim koud water te weeken gedurende ongeveer 10 minuten en los sen de suiker op in de verwarmde, vooraf ge zeefde citroensap. Twee citroenen worden vooraf gewasschen en geraspt, waarna de geraspte schil door de karnemelk wordt geroerd met de afge koelde citroensap en suiker. De gelatine wordt uit het water gehaald en flink uitgeknepen, daarna opgelost in het kopje heet water en nadat het niet te warm meer is, eveneens door de karnemelk geroerd, die we laten staan tot ze drillerig wordt. Af en toe roeren om te voorkomen, dat de gelatine zakt, daarna overgieten in een met koud water omge- spoelden vorm. WENTELTEEFJES MET VRUCHTENSAUS. 12 sneetjes oud brood zónder korst, '/2 Liter melk, 2 eieren, 50 gr. suiker, 2 theelepels kaneel, 1 fleschje vruchtensaus (besch. zie onder dit recept). De eieren worden geklopt met suiker en ka neel, waarbij de melk gevoegd wordt. In deze vloeistof dompelen we de sneetjes brood en stapelen ze op elkander, zoodat het vocht er goed in kan trekken. In de koekepan smelten we boter of delfrite en bakken de sneetjes aan beide kanten licht bruin, waarna wij ze op een langwerpigen schotel leggen, liefst in het midden iets hooger en het geheel overgieten met de saus. Desverkiezende kunnen wij inplaats van saus, jam op de wentelteefjes doen, b.v. abrikozenjam. De saus kan ook gemaakt worden van: 2% d.L. sap en 1 d.L. water, 50 gram suiker en 1 paplepel sago. BESSEN- EN FRAMBOZEN-COMPöTE. 500 gram bessen, 500 gram frambozen, 250 gram suiker, 3 d.L. water, 1 lepel sago, 2% d.L. slagroom. De bessen worden gewasschen en afgerist, terwijl we de frambozen zorgvuldig nazien of er geen kleine wurmpjes in de opening zijn. Het water wordt aan den kook gebracht en de suiker er in opgelost, waarna de bessen en de frambozen in de vloeistof worden gedaan, die echter niet moeten doorkoken, doch slechts om het kookpunt moeten blijven gedurende 5 min., daarna scheppen we de vruchten voorzichtig eruit met de schuimspaan en brengen ze vervolgens over in een glazen schaal, binden het vocht en gieten het, nadat het een weinig is afgekoeld, over de vruchten. Even voor het opdienen, dus als de compote geheel en al koud is, garneeren wij den boven kant met wat stijfgeklopte room. CITROEN-RIJST. 200 gram rijst, 8 d.L. water, zout, 250 gram suiker (basterd), sap van 3 citroenen en de zéér dun gesneden schil van 1 citroen. We wasschen de rijst totdat ze volkomen hel der is en zetten ze daarna op met de 8 dl. of kleine theekopjes water, zout en de citroenschil en laten ze langzaam gaar koken, liefst op een asbest plaatje en niet te groote gaspit. Is de rijst gaar, dan roeren we er de gezeefde citroensap en de lichte basterdsuiker door en doen de toespijs in een glazen schotel. De rijst is niet zoo droog als gewoonlijk, doch dit is bij citroenrijst véél smakelijker.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1934 | | pagina 3