CE VCCCW EN KAAR HuiS
MENSCHENKENNIS
TWEEDE BLAD
De Vierdaagsche
HET KORT VERHAAL
Vervolg Plaatselijk Nieuws.
GEMENGD NIEUWS.
BIOSCOOP
Een laatste blik in
den koffer.
No. 30. 27 JULI 1934.
DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT
5
Nog één dug, en de vierdaagsche
Heeft dit jaar weer afgedaan,
En u hebt het kunnen lezen:
Het is schitterend gegaan!
't Weer was voor zoo'n marsch
[uitstekend;
Beter kon het waarlijk niet.
En de goede stemming uitte
Zich vaak in een vrooliik lied.
't Wandden wordt steeds populairder;
Wel drieduizend! Heerejee,
Nog een beetje propaganda
En half Neerland kuiert mee!
Want wie thuis bleef, zegt natuurlijk:
,,'k Doe het ook het volgend jaar."
Nu, wanneer men eerst wat oefent
Is er niet het minst bezwaar.
Hebt u twee gezonde beenen
Dan geef 'k u een goeden raad:
Ga een poosje ernstig trainen
En begin dan niet te laat.
Zoo"ti vierdaagsche is een krachttoer,
Die dient niet te licht geschat!
Tippelaars en tipp'laressen
Hebben hun bekomst gehad!
Velen zullen aanstonds zeggen:
„Jongens, dat was een corvée!
Om vier dagen te marcheeren
Dat valt werkelijk niet mee!"
't Is nu spoedig afgeloopen:
Eén marsch is er nog te doen;
En u zou het niet gelooven:
'k Voel me frisch nog als een hoen!
'k Hoef geen wondjes te genezen,
k Eet en drink en slaap nog goed,
'k Ben zoo fit als 't maar kan wezen,
k Heb geen blaartje aan m'n voet.'
Ik heb waarlijk niet te klagen;
'k Ben met d'afloop best tevree
k Heb ni ook niet vermoeid die dagen,
Want ik deed er niet aan mee
CONCERT IN GROENENDAAL.
Zondag 29 Juli van 35 uur zal de Harmonie
„Eensgezindheid", directeur de heer Betz, een
concert geven in Groenendaal.
Programma.
1. Germanentresse, marsch van
H. L. Blankenbourg.
2. Ouverture, Fantastique van A. Govaert.
3. Luciënne, Polka pour piston van G. Housieaux.
4. Les Clockes de Comeville van R. Planquette.
Pauze.
5. Le Glorieux van D. Dax.
6. Pastorale suite van Ph. Vlessing.
7. Cyclamen van Gabriel Alliër.
8. Fantasie naar motieven van Mendelsohn van
A. Floris.
Met de nummers 2 en 6 behaalde het corps
op het concours bij St. Michaël een eersten prijs
in de afdeeling uitmuntendheid, waardoor het
naar de Eere-afdeeling promoveerde.
ORGELCONCERT No. 4 IN KAPEL
„NIEUW VREDENHOF".
Op Maandag 30 Juli 1934, om 8.15 uur n.m.
(precies), zal de heer Egbert Vos, organist der
Kapel, wederom een orgelconcert geven, ditmaal
met medewerking van Mejuffrouw Hendrica
Hessels (cello).
Programma.
1. Praeludium und Fuga e. kl. t., J. S. Bach.
(Orgel.)
2. Suite G. gr. t., J. S. Bach.
a. Praeludium, b. Allemande, c. Sarabande,
d. Gique.
(Cello-solo.)
3. a. Trio b. kl. t., J. S. Bach.
b. Prière Op. 37, Jos. Jongen.
(Orgel.)
4. Sonate F. gr. t., W. de Fesch.
a. Praeludium, b. Allemande, c. Sarabande,
d. Menuetto.
(Cello en Orgel.)
5. a. Andantino, C. Franck.
b. Poco Lento,
c. Adagio.
(Orgel.)
6. Andante, G. Mann.
(Cello en Orgel.)
7. Sonate a. kl. t., F. Borowski.
a. Allegro ma non troppo, b. Andante,
c. Allegro con fuoco.
(Orgel.)
BRONSTEESCHOOL.
Uitslag examens.
Van de Bronsteeschool slaagden bij de j.l. ge
houden examens:
voor toelating tot de H.B.S. B te Haarlem:
Carel van Amerongen, Tens van Dijk, Joop
Freudenborg, Henk Heeren, Cas Jeekel, Dick
Tollenaar, Willy Werker en Thea Schouten;
voor de Middelb. School voor Meisjes: Corrie
Becking, Elba Botje, Hermien Duiker, Aagje de
Klerk, Anneke Leyds, Willy Mul, Nora Post,
Fietje Posthumus, Mia Reynders, Bep Thon en
Gerda Koster;
voor het Christelijk Lyceum: Hans Pauw,
Wim Schoenmaker en Ineke Hage;
voor het Kennemer Lyceum: Thea Schouten;
voor het Gymnasium: Kerst Blaauw, Leo
Noorderhaven en Lenie de Gast;
voor de H.B.S. A: Willy van Manen;
voor het R.K. Gymnasium voor Meisjes:
Ankie Peper;
voor de Middelb. School voor Meisjes
,,'t Kopje": Molly van Erk, Mia Reynders en
Ankie Peper.
door J. VAN SANTEN.
't Was even half drie 's middags.
John Williams, directeur van Williams en
Williams Ltd., Bondstreet, Londen, werd uit zijn
privé-kantoor geroepen om persoonlijk een def-
tigen klant te woord te staan.
Lord Winston zat met zijn echtgenoote op de
rieten stoeltjes voor de toonbank en begroette
William's onderdanigen groet op zeer beleefde
manier. Ook Lady Winston deed volstrekt niét
uit de hoogte.
Echte aristocraten, dacht hij.
Dat kan je zóó zien. O.W.'ers en dergelijke
menschen, die niets van huis uit gewend zijn,
stellen zich altijd min of meer aan. Werkelijk
gedistingeerde menschen hebben dat niet noodig.
Lord Winston legde Williams nog eens uit,
ofschoon hij het reeds aan den bediende had
medegedeeld, dat hij uit het Noorden kwam, jop
een vrij eenzaam landgoed woonde, tijdelijk in
het Grand Hotel logeerde, en plotseling ge
dwongen was een vrij kostbaar halssnoer te
koopen voor zijn nichtje. Zij zou over enkele
dagen trouwen. Als er niet zoo'n haast bij het
geval geweest was, zou hij liever gewacht heb
ben, totdat hij weer thuis was en daar, bij een
firma in de naburige stad de bestelling opge
geven hebben. Men leverde daar betrouwbaar
en.... prompt.
Nu had hij gehoord, dat Williams en Williams
Ltd. een zeer goede oude reputatie hadden en
daarom was hij naar de zaak gekomen om een
keus te doen.
„Ik hoop, dat ik U niet teleur zal stellen/' zei
Williams nederig. „Gelukkig zijn we tegenwoor
dig prachtig gecollecteerd in colliers."
Hij liet den bediende het eene prachtstuk na
het andere op de toonbank neerleggen en sprak
gezellig met den ouden Lord over alles en
nog wat.
Ook Lady Winston mengde zich af en toe in
het gesprek, maar zij lette beter op de colliers,
die haar voorgelegd werden, dan haar man, die
dan vrijwel spoedig de keus aan haar overliet.
Na een half uurtje had Lady Winston haar
keus gedaan. Een vrij kostbaar parelsnoer, zelfs
voor een winkel als die van Williams en Wil
liams Ltd.
Het parelsnoer werd ingepakt. De klanten
stonden op.
„Op het moment heb ik niet zooveel geld bij
me; brengt U het me nog vanmiddag met de
kwitantie?" vroeg de Lord.
Beiden bogen diep en openden de deur voor
de hooge klanten.
„Ik ga zelf, over een uurtje," zei de directeur.
„Dat begrijp ik," antwoordde de bediende,
met een lichten nadruk op het eerste woord.
„O, neen, daar niet van, weet je, geen vuiltje
aan de lucht, maar het staat beleefder, be
grijp je?"
De bediende dacht het zijne van de beleefd
heid van den chef, maar ging er verder niet
op in!
Williams liep onophoudelijk zenuwachtig zijn
kamer door en keek voortdurend naar de klok.
Eindelijk was het tijd om naar het hotel te gaan
en hij verliet den winkel met het collier onder
zijn arm.
De taxi bracht hem binnen een kwartier aan
het opgegeven adres en toen hij aan het bureau
naar Lord Winston vroeg, zei de klerk hem, dat
hij reeds verwacht werd. Eenige oogenblikken
later stond hij aan hun tafel, in de hotelkamer,
waar het echtpaar hem verzocht plaats te nemen.
„Eer U het pakje openmaakt, moet ik U ver
tellen, dat ik me een beetje vergist heb, meneer
Williams," zei de Lord. „Ik had gedacht genoeg
geld in contanten te hebben, om het collier te
betalen, maar U weet wel, op reis...."
„Komaan, meneer Williams neemt immers
even lief een chèque," viel Lady Winston hier in.
Williams stond nog steeds voor den stoel voor
de tafel. Heel even bedacht hij zich. Toen zei hij,
terwijl hij zijn hoed weer opzette, en zich naar de
deur wendde: „Pardon, onze firma neemt géén
chèques aan, het spijt me.... maar...."
Het einde van zijn mededeeling ging verloren,
want Williams had de kamer al verlaten eer het
zoover gekomen was. Hij zag niet de uiterst ver
baasde uitdrukking, die op het gelaat van den
Lord en de Lady tevoorschijn was geroepen
door zijn plotseling verdwijnen met het collier.
Ook hoorde hij de vrij bitse opmerking niet, die
de Lord zich aan zijn adres liet ontvallen.
En, als hij de uitwerking van zijn overhaasten
aftocht al had opgemerkt, hij zou er nog d )or
gesterkt zijn in de overtuiging, die zich plotse
ling van hem meester had gemaakt, dat hij een
onverantwoordelijke domoor was geweest, toen
hij zich door de eenvoudige manieren van zijn
klanten had laten overtuigen, dat hij met werke
lijke aristocraten te doen had. Hij was niet alleen
woedend om het bedrog, maar minstens even
verontwaardigd over zijn eigen gedrag.... zijn
eigen.... gebrek aan menschenkennis, een eigen
schap, waarop hij zich nogal liet voorstaan!
Vandaar zijn plotselinge woede. Dat zooiets hèm
zou overkomen! Maar ze zouden zien, dat ze bij
hem aan het verkeerde adres waren geweest.
in het kantoor terug gekomen, sloot hij zich
op, om den bediende geen gelegenheid te geven,
tekst en uitlegging te vragen. Hij nam den haak
van de telefoon en telefoneerde lang en ernstig
In het kantoor teruggekomen, sloot hij zich
naar den winkel, stelde den bediende op de
hoogte van het geval, door hem mede te deelen,
dat hij direct gedacht had met oplichters te doen
te hebben gehad. Daarom was hij persoonlijk
met het colier naar het hotel gegaan en had de
politie op de hoogte gesteld van zijn bevinding.
F.en uur daarna werd hij aan de telefoon ge
roepen en de bediende volgde het gesprek be
langstellend, met de oogen door de ruit en met
het gehoor door de geopende deur.
Opvangen van het gesprokene deed hij niet
veel; daarentegen zag hij duidelijk aan de
gloeiend roode kleur op William's gezicht, dat
het gesprek een minder aangename mededeeling
voor hem behelsde. Het eenige wat hij duide
lijk hoorde was:
„Dan heb ik me vergist.... vreeselijk jammer....
alle schijn was ook tegen hem.... enfin, ik zal in
ieder geval mijn excuses aanbieden.... jammer
van zoo'n bestelling, dat begrijpt U.... en vooral
zoo'n mooie connectie...."
Toen het telefoongesprek ten einde was en
Williams weer in den winkel terug was, was de
bediende bezig één der étalage-kasten grondig
te reinigen.
„Ik ga even een wandelingetje maken," zei de
directeur, „over een kwartiertje ben ik weder
terug."
Bij de eindexamens M.U.L.O. slaagden:
voor diploma A: M. E. C. Jutte, H. M. L. Jutte,
C. J. Clay, J. Clay, G. M. Vos, L. S. May, G.
Hamringa, L. A. Ex, A. van Veen, J. H. van
Capellen, K. van Drunen, M. P. van Os, P. J.
Bos, P. A. Tibbe, W. Schoolderman;
voor diploma B: W. J. Kaufman;
voor het toelatingsexamen tot de M.T.S.: R.
Timmerman.
DE RIJKSPOSTSPAARBANK EN DE
POSTGIRO.
Een aanbevelenswaardige spaarmethode.
Alle dingen moeten worden aangeleerd, zoo
ook het sparen. Hoe beter methode, hoe beter
resultaat kan worden verwacht.
Ter bevordering van het sparen werden in den
loop der jaren reeds verschillende middelen be
proefd en diverse methoden toegepast. En niet
zonder succes. Als men hoort van de enorme
bedragen, die bij de Rijkspostspaarbank en
de particuliere spaarbanken zijn belegd, dan
kan zelfs de vraag rijzen of de top nog
niet is bereikt. Doch wie den blik ook eens
over de grenzen laat gaan en ziet wat vele
buitenlandsche spaarbanken hebben weten te
bereiken, hoe veel hooger daar het gemiddeld
saldo-tegoed is en hoe belangrijk het aantal
inleggers verhoudingsgewijze boven dat in
Nederland uitsteekt, zal wel niet langer durven
volhouden, dat ook in ons land voor de particu
liere spaarbanken in het algemeen en voor de
Rijkspostspaarbank in het bijzonder nog geen
terrein braak ligt.
Om weder een deel van dat braak liggende
terrein te bevruchten wordt sedert eenige jaren
door de Rijkspostspaarbank gelegenheid gegeven
te storten of over te schrijven op haar post
rekening 200.000 met opdracht het bedrag bij te
schrijven op een met kantoor en nummer aan
geduid spaarbankboekje. Omgekeerd kan van
het spaarbankboekje via postrekening 200.000
geld worden overgeschreven op elke post
rekening. Van deze methode wordt steeds meer
gebruik gemaakt. Toch blijkt telkens nog, dat
al te veel rekeninghouders van het bestaan daar
van onkundig zijn.
Vooral het stelsel der periodieke overschrij
vingen is aanbevelenswaardig. Men verzoeke het
Centrale Postgirokantoor een zeker bedrag per
week, per maand of per kwartaal van zijn post
rekening af te schrijven ten gunste van de
Rijkspostspaarbank (prk. 200.000) onder vermel
ding van het spaarbankboekje waarop de bij
schrijving wordt verlangd. Dit verzoek behoeft
slechts éénmaal te worden gedaan en de Giro
dienst zorgt er voor dat periodiek het opgegeven
bedrag wordt overgeschreven. Welk een prac-
tische, eenvoudige gelegenheid om ongemerkt
voor zichzelf, zijn kind of kleinkind.of wie dan
ook, een kapitaaltje bijeen te brengen. Vandaar
dat deze wijze van sparen met recht kan worden
genoemd: Een aanbevelenswaardige spaar
methode.
LUXOR-THEATER.
In Luxor-Theater draait deze week:
Peggy mijn Kind".
Peggy McConnell, de moederlooze dochter
van een ouden lerschen visscher, wordt erf
gename van een groot fortuin. In het testament
is evenwel bepaald, dat zij drie jaar lang moet
inwonen bij Mevrouw Chichester, een familielid
van haar moeder, die haar opvoeding zal vol
tooien. Mevrouw Chichester ontvangt hiervoor
een jaarlijksch inkomen, dat haar in staat stelt,
te blijven wonen in het oude landhuis van de
familie. Tevens is bepaald dat haar vader haar
nooit terug zal zien.
Ondanks de luxe van haar nieuw tehuis is
Peggy niet gelukkig. Zij mist haar vader zeer.
Het eenige lichtpunt in haar leven is Jerry, een
jong advocaat, die de uitvoering van het testa
ment geregeld heeft, doch Jerry verlooft zich
met Ethel Chichester. Intusschen heeft Peggy
bemerkt, dat Ethel verliefd is op Kapitein Brent.
Peggy's vader, die bang is dat zij op den duur
te veel naar hem zal verlangen en daardoor de
voorwaarde van het testament niet zal nakomen,
door hem toch terug te zien, weet Jerry over
te halen het bericht te verspreiden dat hij op
zee omgekomen is.
Ethel besluit zich door Brent te laten schaken,
doch Peggy doet alles om haar hiervan terug te
houden en om te beletten dat Jerry's hart ge
broken wordt, gaat zij naar Brent, waar zij door
zijn vrouw en haar advocaat gevonden wordt.
Om Ethel te beschermen weigert Peggy nadere
inlichtingen te geven en de geheele familie
Chichester is zeer onder den indruk van het
schandaal.
Peggy besluit terug te gaan naar Ierland en
als Jerry bekent dat het bericht over haar vaders
dood onjuist is, wil zij niets meer met hem te
maken hebben en gaat terug naar de oude
omgeving en haar vader.
Eenigen tijd later wordt in het Iersche vis-
schersdorpje de verjaardag van Peggy gevierd.
Ondanks de vroolijkheid om haar heen voelt zij
zich niet gelukkig, maar in den tuin ontmoet zij
Jerry, die haar in zijn armen neemt en haar ver
telt, dat Ethel alles bekend heeft.
De dag van het vertrek....
Is alles wel ingepakt.
De kleerenkast ziet er ongewoon leeg uit; alle
laden staan open en overal in de kamer heerscht
wanorde. De koffers staan op den grond, tot
boven toe volgepakt. Zoo ziet het er meestal uit
op den dag, dat wij met vacantie gaan. Wij zul
len hier nu niet spreken van de overdreven voor-
zichtigen, die reeds drie dagen van tevoren
alles, wat zij willen meenemen, volgens een zorg
vuldig opgestelde lijst hebben ingepakt. Zulke
menschen beleven juist de onaangenaamste ver
rassingen, wanneer zij zijn aangekomen op de
plaats, waar zij hun vacantie denken door te
brengen. Zij moesten iets, wat reeds ingepakt
was, weer uit den koffer nemen en hebben toen
juist dat nuttige voorwerp verder vergeten.
Het gewone zal zijn, dat eenige uren voor het
vertrek van den trein de reeds ingepakte koffers
worden afgesloten. Een verstandige vrouw zal er
juist met het oog op dit moment nog wat
plaats in overlaten, zoodat dingen, waar op het
laatste moment aan gedacht wordt, nog mee
kunnen. Haar man komt misschien aan met een
lijvig boek, waarvoor hij het heele jaar lang
nooit goed tijd kon vinden. Nu wil hij het eens
rustig lezen en doorwerken. Met een zucht
maar dan een onhoorbare zoekt de huisvrouw
er een plaatsje voor, waar het door zijn gewicht
geen onheil kan aanrichten. Vlak daarna zoo
is nu eenmaal het leven komt haar dochtertje
aan met een lievelingspop, waar zij noode van
kan scheiden. Ook de pop kan, als de koffer op
de juiste wijze gepakt is, nog wel een plaatsje
vinden.
Daar staat nu de bagage, klaar om te worden
weggehaald. Na de drukte komt een kort oogen-
blik van rust, waarin men kan denken: „Is alles
wel ingepakt? Heb ik niets vergeten?" Het is
beter, om dit denken te doen, voordat men de
koffers definitief heeft afgesloten. Met de garde
robe behoeft men zich niet lang bezig te houden;
wat dat betreft wordt er eerder te veel dan te
weinig meegenomen. Het is veel belangrijker
om na te gaan, of ook de kleinigheden in den
koffer zijn gedaan, die voor een beschaafd
mensch nu eenmaal onmisbaar zijn geworden.
Is de tandenborstel, die u vanmorgen nog als
gewoonlijk bij de waschtafel gebruikte, wel mee
gegaan? Hoe staat het met de eau de cologne,
talkpoeder en de dingen, die men noodig heeft
voor de verzorging van den huid, de nagels e.d.
Van alles moet een voorraadje worden meege
nomen, aangezien men niet zeker is, in de plaats
van bestemming de merken te kunnen krijgen,
waaraan men gewend is. Ook postpapier en
schrijfgereedschap wordt meegenomen. Het
doosje met sieraden moet een plaats vinden in
het handkoffertje, dat men voortdurend bij zich
draagt.
De voorwerpjes, die men steeds bij de hand
moet hebben, bevinden zich natuurlijk in het
handtaschje en bij den man in zijn kleeding,
d.w.z. in zijn reispak en niet in zijn gewone pak,
dat thuis is blijven hangen. Is ook het naaigerei
niet vergeten. Zijn er schoenleesten, kleeren-
hangers en een kleerenborstel meegenomen? Dat
alles moet men bij zich hebben om daarbuiten
te kunnen genieten, en daarvoor gaat men juist.
Te vervangen zijn die dingen buiten moeilijk of
niet; in elk geval kost het geld. Daarom is het
beter om vijf minuten rustig na te denken, eer
men de koffers sluit.
WAT ETEN WE DEZE WEEK?
Zondag: Tomaten-sla, Kalfsborst, Witte capu-
cijners, Aardappelen, Karnemelkpudding.
Maandag: Koud vleesch, Worteltjes, Aard
appelen, Wentelteefjes met vruchtensaus.
Dinsdag: Gehakt, Stoofsla, Aardappelen,
Vruchtentaartje.
Woensdag: Versche worst, Bloemkool, Aard
appelen (Kropsla) Ananaspudding.
Donderdag: Runderlapjes, Snijboonen, Aard
appelen, Bessen en Frambozencompöte.
Vrijdag: Koude gebakken schol, Komkommer
sla, Gebakken aardappelen, Citroenrijst.
Zaterdag: Tomatensoep, Gebakken spek,
Tuinboonen Aardappelen.
VRUCHTENTAART.
300 gram bloem, 125 gram boter, 125 gram
suiker, 3 eierdooiers, 1 theelepel bakpoeder,
tikje zout, 1% pond aalbessen, 200 gr. suiker.
Bijzonder smakelijk is het om in deze weken
van zomerfruit eens als afwisseling een vruchten
taartje tot dessert te geven.
Veel werk vereischt de bereiding niet, dus be
ginnen we vlug met de eerste noodzakelijke voor
bereiding, n.l. het zeven van de bloem met de
bakpoeder of desverkiezende het zelfrijzende
bakmeel. We doen het in een kom, of pan en
kneden met koele vingers het deeg van de bloem,
boter, fijne suiker of lichte basterd, de eier
dooiers en een tikje zout.
Een niet tè diepe vorm wordt beboterd en ge
voerd met het uitgerolde deeg.
We zorgen vooral voor een flink opstaand
kantje, zoodat de bessen niet boven het deeg
uitkomen.
De aalbessen worden gewasschen, afgerist en
met de 200 gram suiker bestrooid.
Nu en dan omschudden en op het deeg gelegd,
waarna de taart gedurende ongeveer 30 a 35
min. in een middelmatig warmen oven wordt
gebakken.
EENVOUDIGE ANANAS-PUDDING.
1 Liter melk, 90 gram maizena, 100 gram sui
ker, 2 eiwitten, kl. blikje ananas, citroen, een
paar Iepels suiker, 1 lepeltje maizena of sago.
We openen het blikje, vangen het vocht op,
waarvan we met de sap van een halve citroen,
2 eetlepels suiker en 1 lepeltje maizena een
sausje maken, dat we na het koken goed laten
afkoelen.
De stukjes ananas worden verder fijn gehakt,
terwijl de melk aan den kook wordt gebracht op
1 d.L. na, waarmee wij de maizena aanmaken.
Kookt de melk, dan lossen we eerst de suiker
erin op, roeren daarna de aangemengde maizena
er doorheen en laten de pudding even door
koken.
Het eiwit wordt stijf gekookt en door de pud
ding geroerd, die nog even moet doorkoken,
waardoor we geen kans hebben, dat het eiwit
slap wordt. We nemen de pan nu van het vuur,
kloppen nog even flink met de garde, doen de
gesneden ananasblokjes in de pudding, die over
gebracht wordt in een met koud water omge-
spoelden steenen vorm en na het storten opge
diend wordt met de reeds gereedgemaakte saus.
KARNEMELKPUDDING.
Vu, Liter karnemelk, sap van 6 citroenen,
350 gram suiker, 12 blaadjes witte en 5 blaadjes
roode gelatine, 1 d.L. kokend water.
EENVOUDIG JAPONNETJE
van geruite wasch-stof.
7236
De zomer vraagi
telkens variatie
in de keuze der
japonnetjes, het
geen mogelijk ge
maakt wordt door
de inderdaad bil
lijke prijzen, die
het mogelijk ma
ken nog eens wat
extra te naaien.
Ons model, van
'n aardig vroolijk
ruitje heeft een
puntig overslaand
voorpand met
kleine smalle
shawlkraag. Het
geheel bestaat uit
een lijfje, dat zich
voortzet tot op
heuphoogte, met
om het middel 'n
ceintuur. Het bo
venstuk wordt op
de rok gestikt, die
'n gladde achter
baan heeft en aan
de voorzijde naar
binnen gevouwen
plooien, waardoor
de onder wijdte
ruimer wordt.
Patronen verkrijgbaar tot en met maat 4P>
MODERNE
GARNEERING.
Een donker ja
ponnetje kan weer
een geheel nieuw
aanzien krijgen,
indien er een
Schotsch geruite
tafzijden hals en
mouwgarneering
bij gedragen
wordt.
Smalle plooitjes,
tot niet toe uit
loopend zorgen
voor ruime vo
lants.
Patronen van 't
garnituur in alle
maten verkrijg
baar voor 25 cents.
GOEDE KNIPPATRONEN.
Patronen kunnen per briet aangevraagd wordei.
met bijsluiting van 0.58 in postzegels aan de
Moderedactrice van dit blad, Roelofsstraat 109
te 's-Gravenhage.
De patronen worden U tegelijk met een num
mer van ons nieuwe Modeblad, waarin ongeveer
50 modellen zijn afgebeeld, toegezonden. Denkt
U er vooral aan, de juiste maat en het nummer
op te geven.
•pv
We zetten de gelatine in ruim koud water te
weeken gedurende ongeveer 10 minuten en los
sen de suiker op in de verwarmde, vooraf ge
zeefde citroensap. Twee citroenen worden vooraf
gewasschen en geraspt, waarna de geraspte schil
door de karnemelk wordt geroerd met de afge
koelde citroensap en suiker.
De gelatine wordt uit het water gehaald en
flink uitgeknepen, daarna opgelost in het kopje
heet water en nadat het niet te warm meer is,
eveneens door de karnemelk geroerd, die we
laten staan tot ze drillerig wordt. Af en toe
roeren om te voorkomen, dat de gelatine zakt,
daarna overgieten in een met koud water omge-
spoelden vorm.
WENTELTEEFJES MET VRUCHTENSAUS.
12 sneetjes oud brood zónder korst, '/2 Liter
melk, 2 eieren, 50 gr. suiker, 2 theelepels kaneel,
1 fleschje vruchtensaus (besch. zie onder dit
recept).
De eieren worden geklopt met suiker en ka
neel, waarbij de melk gevoegd wordt. In deze
vloeistof dompelen we de sneetjes brood en
stapelen ze op elkander, zoodat het vocht er
goed in kan trekken.
In de koekepan smelten we boter of delfrite
en bakken de sneetjes aan beide kanten licht
bruin, waarna wij ze op een langwerpigen schotel
leggen, liefst in het midden iets hooger en het
geheel overgieten met de saus.
Desverkiezende kunnen wij inplaats van saus,
jam op de wentelteefjes doen, b.v. abrikozenjam.
De saus kan ook gemaakt worden van:
2% d.L. sap en 1 d.L. water, 50 gram suiker
en 1 paplepel sago.
BESSEN- EN FRAMBOZEN-COMPöTE.
500 gram bessen, 500 gram frambozen, 250
gram suiker, 3 d.L. water, 1 lepel sago, 2% d.L.
slagroom.
De bessen worden gewasschen en afgerist,
terwijl we de frambozen zorgvuldig nazien of
er geen kleine wurmpjes in de opening zijn.
Het water wordt aan den kook gebracht en de
suiker er in opgelost, waarna de bessen en de
frambozen in de vloeistof worden gedaan, die
echter niet moeten doorkoken, doch slechts om
het kookpunt moeten blijven gedurende 5 min.,
daarna scheppen we de vruchten voorzichtig eruit
met de schuimspaan en brengen ze vervolgens
over in een glazen schaal, binden het vocht en
gieten het, nadat het een weinig is afgekoeld,
over de vruchten.
Even voor het opdienen, dus als de compote
geheel en al koud is, garneeren wij den boven
kant met wat stijfgeklopte room.
CITROEN-RIJST.
200 gram rijst, 8 d.L. water, zout, 250 gram
suiker (basterd), sap van 3 citroenen en de zéér
dun gesneden schil van 1 citroen.
We wasschen de rijst totdat ze volkomen hel
der is en zetten ze daarna op met de 8 dl. of
kleine theekopjes water, zout en de citroenschil
en laten ze langzaam gaar koken, liefst op een
asbest plaatje en niet te groote gaspit.
Is de rijst gaar, dan roeren we er de gezeefde
citroensap en de lichte basterdsuiker door en
doen de toespijs in een glazen schotel.
De rijst is niet zoo droog als gewoonlijk, doch
dit is bij citroenrijst véél smakelijker.