STOUTENBEEK'S
MODEHUIS
ORIETTA, DE DIEVEGGE
CE VECPW EN PAAR Hejis
DE TUNNEL TUSSEN DE GRENZEN
TWEEDE BLAD
PLEIN 10 HAARLEM
Onpractische kinderen -
Schuld van de ouders!
No. 36. 6 SEPTEMBER 1935
DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT
5
Ik hecht geen geloof aan de beweringen
van mannen. Je hebt me lief? - Geef
mij het onweerlegbaar bewijs
van je liefde en Ik
zal je geloven."
Door CORRADO ROSSI.
Ik had haar op een mooie herfstdag bij de
rennen leren kennen en haar betoverende
schoonheid had onmiddellijk een diepe indruk
op mij gemaakt. Een schoon, elegant schepsel,
stralend in het geluk van haar achttien jaar.
Haar grote ogen ontmoetten herhaaldelijk, naar
het mij toescheen, mijn nieuwsgierige en be
wonderende blikken; doch die eerste dag moest
mijn bewondering zich met een korte, vormelijke
conversatie tevreden stellen. Het heerlijke
wezentje had mij geheel betoverd. Was ik
werkelijk verliefd op haar? Ik, op mijn leeftijd,
als een schooljongen.
Enkele maanden later ontmoette ik haar voor
de tweede maal op een gemaskerd bal. Die
avond scheen ürietta mij nog schoner, nog lief
talliger, nog begerenswaardiger. Wij dansten
met elkaar en spraken samen. En toen ik het
bal verliet, bestond er voor mij geen twijfel
meer aan: ik was tot over de oren verliefd!
En nu begon er een reeks dagen vol kwelling:
ik kon Orietta maar een keer in de week zien.
Dat maakte mij treurig en prikkelbaar. Op een
keer ontmoetten wij elkaar nog eens met ge
meenschappelijke vrienden in een café. Toen
wij later gingen wandelen, gelukte het mij -
of gelukte het ons, ik weet het niet ons van
de anderen af te scheiden. En daar bekende ik
Orietta mijn liefde. -Ze keek mij aan, glimlachte
slechts ironisch en vroeg:
„U hebt mij lief? Ach ja, werkelijk? En sinds
wanneer dan wel?"
„O, spot er niet mee, Orietta! Je weet het
zelf. Je moet het toch gemerkt hebbenal
maanden lang
„Al maanden? En u zegt 't pas vandaag?"
„Ik kón 't je niet dadelijk zeggenIe
zoudt me niet geloofd hebben!"
„Ik geloof u nu ook nog niet! Ik hecht als
regel geen geloof aan de beweringen van man
nen. En u geloof ik al helemaal niet.
„Waarom mij juist niet? Ik verzeker je, ik
heb je oprecht lief."
„Je hebt mij lief? Uitstekend, bewijs het me!
Geef me een onweerlegbaar bewijs van uw
liefde en ik zal u geloven."
„Goed. Maar zeg me dan in elk geval, hoe
je erover denkt."
„Ik zou zeker geen bewijs van u verlangen,
als
leder ander zou in mijn plaats geheel tevreden
gesteld zijn door dit antwoord en zich in de
zevende hemel hebben gevoeld. Ik niet. Ik kan
onzekerheid, uitstel en halfslachtigheid niet uit
staan. Ik was daarom teleurgesteld en ontmoe
digd en ik nam mij zelfs voor mijn hartstocht ie
onderdrukken en dit hardvochtige meisje ie
vermijden en ie vergeten.
Doch op zekere avond tijdens het carnaval
ontmoette ik Orietta weer bij kennissen. Ze
kwam me al in de voorkamer tegemoet en be
groette me met haar beminnelijkste glimlachje.
Ik kon 'teefiteV rfet-gcvoel -niet van- me afirettcrn,
dat ze harteloos was en zich vrolijk wilde
maken over mij.
Ik trok mij in een klein salon terug, waar ik
mij diep in een armstoel begroef, om eenzaam
en treurig in mijzelf te gaan zitten mokken,
terwijl daarbinnen iedereen vrolijk was en lachte
en pret maakte. Daar hoorde ik plotseling uit
de grote salon, waar gedanst werd, opgewonden
stemmen door elkaar klinken. Ik haastte mij
erheen en vond allen in de grootste opwinding.
Ik vernam, dat de gastvrouw, toen ze een
ogenblik naar haar kamer ging, een klein
juwelenkistje daar opengebroken had gevonden,
terwijl haar kostbaar paarlencollier was ver
dwenen. Het personeel werd aan een strenge
visitatie onderworpen en de Commandatore
Guarelli, een oud-rechter, deed daarop het vooi
de hand liggende voorstel, dat alle aanwezigen
zich „spontaan" aan een fouillatie zouden onder
werpen. Dat was natuurlijk een buitengewoon
pijnlijke kwestie, doch allen namen het voor
stel aan.
Terwijl de Commandatore Guarelli met de
gastvrouw de visitatie op het personeel uit
voerde, had ik mij bij een groep gasten ge
voegd, die het incident druk bespraken. Plotse
ling voelde ik een lichte aanraking op mijn
schouder. Ik draaide mij om; het was Orietta.
Ze keek mij met een smekende, verwarde blik
aan. Ik verwijderde mij een weinig verlegen
van de groep en toen ik vlak bij haar was,
fluisterde ze mij met nauwelijks verstaanbare
stem toe:
„Als je werkelijk van mij houdt, tracht dan
het eerst gefouilleerd te wordenDan
kom je dadelijk hier bij mij terug om iets van
mij aan te nemen, dat ik je zal toesteken
Ik voelde mijn bloed in de aderen verstijven.
Ik keek Orietta verschrikt aan, doch deed dai:
mijn best, onbevangen te glimlachen en ant
woordde even zachtjes:
„Ik heb het begrepen."
Een gevoel, dat ik niet met woorden zou
kunnen omschrijven, doorhuiverde mij. Het was
een hevige pijn en tegelijk een soort wellust.
Ik dacht er in dit ogenblik aan, tot welke laag
heden, tot welke dwaasheden de liefde een
mens drijven kan.
Het meisje had mij met een nauwelijks merk
baar hoofdknikje bedankt; ze stond tegen een
stoel geleund met haar gewone uitdrukking van
trotse onverschilligheid. Een paar minuten later
sprak ze met luide, rustige stem:
„Wat duurt dat lang!"
„De Commandatore Guarelli is ook een man,
die de dingen grondig doet!" merkte iemand op.
Toen trad er weer doodse stilte in; een stilte,
die iedereen als hinderlijk ondervond, doch die
mij tot een ware kwelling werd.
Toen was het ogenblik daar, waarop de Com
mandatore en de gastvrouw weer binnentraden.
Mijn hart sloeg wild en ik was zeker doodsbleek
geworden. Doch ik onderdrukte mijn opwinding
en verzocht met een stem, die onverschillig
moest klinken, als eerste gefouilleerd te mogen
worden.
De Commandatore Guarelli glimlachte om
mijn „jeugdig elan", zoals hij het noemde, en
doorzocht mij onmiddellijk. Toen hij klaar was,
deed ik een stap achteruit en stond naast
OriettaIk voelde de aanraking van haar
hand, die mij een klein pakje toestak, dat ik
in ongedwongen houding ongemerkt aannam en
even ongemerkt in mijn zak liet verdwijnen. Ik
leunde tegen de muur en bleef daar rustig staan,
uiterlijk volkomen kalm; doch in mijn hoofd
dwarrelden en raasden de dolste gedachten door
elkaar.
Het onderzoek der gasten leverde geen enkel
resultaat op. Plotseling bemerkte ik, dat Orietta
mij weer genaderd was en mij lang aanzag.
Toen vroeg ze met een stem, die ik niet van
haar kende:
„Geloof je nog steeds, dat je mij lief hebt?"
Ik aarzelde eerst, doch antwoordde toen: „Ik
ben er zeker van. Geen haar minder dan
vroeger."
„Ook na wat ik gedaan heb?" „Ook na wat
je gedaan hebt."
„En je bent bereid, om tóch met me ie
trouwen?" „Op staande voet, als ie. wilt."
Tóen ervoer ik door de gloeiende blik. die' ze
mij toewierp, de onweerstaanbare, almachtige,
boven alle menselijke en natuurwetten verheven
kracht van de vrouw! Ik voelde mij bijna ge
lukkig in dit avontuur, bijna trots op de on
gehoorde schande, die ik op mij had genomen.
Luide kreten riepen mij uit deze toestand van
vervoering wakker. De Commandatore Guarelli
en de gastvrouw kwamen triomfantelijk het
salon binnen en riepen:
„We hebben het parelsnoer! We hebben de
schuldige gevonden!"
Ik had nauwelijks tijd, deze woorden te horen
en het doodsbleke gezicht van een bediende ie
zien, of Orietta greep mij bij de arm en trok
mij mee naar het kleine salon, waar ik mij In
liet begin van de avond in mijn treurige over
peinzingen had verdieptToen nam het
meisje, over het hele lichaam bevend, mijn
hoofd tussen haar handen en fluisterde mij toe:
„De dievegge aanbidt je! Nu heb ik het be
wijs van je liefdeNu geloof ik ie!"
En zij bezegelde deze woorden met een
lange kus.
Ik kan hier nog aan toevoegen, dat Orietta's
pakje een gouden ring en twee stukjes choco
lade bevatte; de chocolade heb ik opgegeten,
de ring heb ik mij aan de vinger laten steken
en Orietta heb ik getrouwd.
door VICTOR EISHER.
Hebjedie leuke nieuwe
modellen van BLEIJLE
al gezien? 't Is gewoon
niet te geloven dat in
zuiver wol zulke mo
dieuze modellen ge
maakt kunnen worden.
En een pasvorm
zo vind je ze alleen
maar bij de echte
BLEIJLE kleding.
De BLEIJLE kleding
kan bij elke gelegen
heid worden gedragen,
is haast onverslijtbaar
en behoudt de fraaie
pasvorm tot het laatst.
TELEFOON 15624
ZICHTZENDINGEN OP AANVRAAG
Behagelijk achterover geleund in de kussens
van zijn eerste-klas-coupé rolt de welgestelde
vacantiereiziger door het Amerikaanse land
schap. Gevaren of moeilijkheden bestaan er
niet voor hem, aan geld ontbreekt het hem niet,
zijn pas is goed in orde. Hij wordt beleefd toe
gesproken door de douane en de trein dondert
over de grens tussen Argentinië en Chili.
Ik ben in Zuid-Amerika wel twintigmaal
staatsgrenzen over gegaan, doch slechts een
enkele maal met papieren, die in orde waren.
Of ik had geen vermogensbewijs, dat bijna
overal verlangd wordt, óf ik bezat geen geld
voor de in die tijd voor mij onbetaalbare visum
belasting. Doch gelukkig bestaan daar allerlei
verborgen paden, die geen politie- en geen
douanebeambte weet te vinden. Wat zou er ook
anders van het „vreemdelingenverkeer" over
blijven?
Ditmaal echter stond ik voor een „onover
komelijke moeilijkheid. Wanhopig keek ik
naar het machtige massief van de Aconcagua,
de koning van de Zuid-Amerikaanse Andes.
Als een geweldige grendel schoof hij zich tussen
mij en Argentinië, voor het ogenblik het land
mijner dromen. Ik was in Chili weer eens aan
de dijk gezet en kon tengevolge van de sal
petercrisis geen werk meer vinden. Daarom had
ik mij van Valparaiso langs de Transandino-
spoorweg tot aan het laatste Chileense douane
station te voet omhooggewerkt. Daar zat ik nu
besluiteloos wat te doen en keek met verlan
gende blikken een condor na, die zich al hoger
en hoger in de blauwe lucht verhief en eindelijk
naar het Oosten verdween. „Was ik maar een
vogel!", verzuchtte ik. Doch ik was maar een
wereldreiziger zonder contanten en daarom gold
mijn tweede, nog veel smachtender blik de
glinsterende strepen van de rails, die achter een
machtig houten heg in de spelonk van de grote
Andestunnel, waar halverwege de grens door
loopt, verdween. „Was ik maar eerste-klas-
passagier". Maar dat was ik nog veel minder.
Op grond van vroegere ervaringen sloot ik
vriendschap met den eenzamen douane-beambte
van het grensstation en het succes bleef niet uit.
„Ik denk' dat ik u vandaag nog ierug zie!" riep
hij mii lachend na, toen hij het zware hek van
Quebrachohout, dat de ingang van de tunnel
afsloot, weer achter mij dicht deed. „No le
hace!" (dat geeft niet) riep ik terug en stapte
verder in het duister. Spoedig had ik de lengte
van mijn passen aan de afstand tussen de
dwarsliggers aangepast, stak een van de twee
meegenomen kaarsen aan en drong steeds dieper
in de duisternis, die mij reeds geheel omringde.
De lucht werd dikker en zwaarder, koude rook
walmen kropen mij tegemoet. Druppels vielen
spettend van de zoldering en de muren van de
tunnel, het enige geluid in de doodse stilte.
Ik zal misschien een goed uur hebben ge
lopen, de tweede kaars was tot een stompje
afgebrand, toen ik in de verte eindelijk een
flauwe lichtschemering ontdekte, de uitgang
van de tunnel aan de Argentijnse kant. Weldra
had ik de eveneens gesloten poort bereikt, ik
klauterde er over heen en sprong den Argen-
tijnsen douane-beambte in de armen. Pas en
vaccinebewijs kon ik niet vertonen in Chili
waren namelijk de pokken uitgebroken en,
wat erger was, ook geen goudstuk, dat mis
schien het gemis van alle documenten had kun
nen vergoeden. Doof voor al mijn overredings
kunst, schoof hij mij in de donkere spelonk,
waaraan ik juist ontkomen was, terug. Toch
gaf hij mij nog de menslievende raad, mij te
haasten, want met een goed uur zou de inter
nationale trein de tunnel passeren. Op mijn ver-
Kopjes wassen, tafeldekken, bedden afhalen, in
de tuin werken, boodschappen doen, enz.,
is werk voor de kinderen!
Ze moeten de betekenis van kleine plichten
al vroeg leren!
Door Mevr. G. C. MEYERSCHWENCKE.
„Ons kind is zo onpractisch", hoort men
moeders wel eens zuchtend zeggen.
Is het nodig, dat er onpractische mensen en
kinderen zijn, indien zij reeds van hun prilste
jeugd getraind zijn om alle dingen, zelfs de
kleinste, goed te doen?
De tegenwoordige tijd kan geen rekening
houden met onpractische mensen en niemand
heeft het recht om storend te werken of anderen
met onnodige dingen lastig te vallen, enkel en
alleen omdat hij onpractisch is.
De kinderen moeten er reeds vroeg aan ge
wend worden handenarbeid te verrichten, het
geen op andere leeftijd veel moeilijker valt om
hiermede te beginnen.
Vroeger moesten de kinderen veel meer „aan
pakken" en het is een feit, dat de flinkste
mensen in hun jeugd niet al te zeer ontzien zijn.
De geestelijke stromingen van deze tijd
werken het in de hand, dat de meeste ouders
hun kinderen gaarne „iets meer" zien worden.
Het gevolg hiervan is, dat zij verder moeten
studeren, zelfs al zou de geestelijke inspanning
ook te groot zijn en een opleiding tot handen
arbeid veel meer in hun lijn liggen. Vele moeders
nemen haar kinderen te veel uit de hand, omdat
zij alles vlugger en beter zelf doen, inplaats hen
te leren en leiding te geven. Het is verkeerd
toegepaste moederliefde, indien men de kinderen
liever laat spelen, inplaats van hun een taak op
te dragen, die uitgevoerd moet worden.
Is het wonder, dat vele dromerige kinderen,
welke niet tot allerlei werkjes worden aangezet,
in hoger sferen blijven leven inplaats van met
de werkelijkheid vertrouwd te raken en met beide
benen op de grond te staan?
Vele moeders gunnen zich geen tijd om
meisjes zowel als jongens te leren hun handen
uit de mouw te steken. Alle huiselijke bezig
heden kunnen door beiden gedaan worden, er
behoeft geen bepaald jongens- of meisjeswerk
te zijn. Beide geslachten moeten leren kopjes
wassen, tafeldekken, bedden afhalen, in de tuin
werken, boodschappen doen en wat zich ook
moge voordoen. Allerlei kleine reparaties aan de
was, knopen en bandjes aanzetten, kunnen reeds
door kleine meisjes gedaan worden, terwijl de
jongens hamer, nijptang en verfkwast kunnen
leren hanteren.
De lust tot werken wordt bij kinderen opge
wekt, indien zij zien, dat zij inderdaad hulp
kunnen bieden.
De huiselijke bezigheden moeten niet uit
gevoerd worden naar gelang kinderen er lust in
hebben, doch de opgelegde taak moet uitgevoerd
worden, waardoor zij de betekenis van kleine
plichten al vroeg leren begrijpen. Liefde en ge
duld zullen onmisbaar zijn bij de taak, waar
voor moeders zich gesteld zien, doch deze
eigenschappen zijn onafscheidelijk verbonden
aan het moederschap.
Kinderen tot practische mensen op te voeden
is een heilige plicht, want de jeugd van heden,
is het volk van de toekomst. Hetgeen wij nu en
later nodig hebben zijn practische, bruikbare
mannen en vrouwen, die in staat zijn mede te
arbeiden aan de opbouw der maatschappij.
Moeders, die haar kinderen in deze zin hebben
opgevoed, zullen zich niet zuchtend hebben te
beklagen over haar onpractische kinderen, doch
zullen ervaren, dat zij tot krachtige mensen op
groeien, die de levensstormen het hoofd weten
te bieden en tenslotte zullen overwinnen.
O, DIE MUGGEN!!
Het prettigste vacantieverblijf, de mooiste
wandeltocht kan totaal verstoord worden indien
men geplaagd wordt door muggen. Er zijn
weliswaar enkele bekende middeltjes om hen
tijdelijk op een behoorlijke afstand te houden,
ö.a. sigaren-rook en nagelolie, doch afdoende
helpen deze niet. Sommige mensen nemen een
of ander chemisch preparaat mede, om de
jeukende pijn te verzachten als zij door muggen
gestoken zijn.
Men is in de meeste gevallen echter niet ge
noeg op de hoogte van de eisen, welke de be
handeling van een muggenbeet stelt. In de
eerste plaats moet de wonde plek onmiddellijk
nadat de mug deze veroorzaakt heeft, behandeld
worden. Gewoonlijk gebruikt men zeep en
ammoniak, doch voor het gebruiken van vaste
alcaliën moet gewaarschuwd en voorzichtigheid
betracht worden, daar dit te veel irriterend
werkt. Het allerbeste is zuivere alcohol, die men
in een klein flesje bij zich kan dragen en waar
van het gebruik veel aangenamer uitwerking
heeft dan die van ammoniak. Zwelt de omtrek
van de beet erg op, dan worden compressen
met eau de goulard opgelegd.
Wat de muggen betreft, die onze woon- en
slaapkamer binnendringen, deze moet men zo
veel mogelijk trachten te weren door gazen
horren voor de geopende vensters te plaatsen
of bij gebrek hieraan, spant men eenvoudig
tulle voor de openingen.
Indien men, vooral 's avonds, buiten zit, voelt
men op de meest onverwachte ogenblikken, dat
de een of andere mug een aanval pleegt en
hals, armen, gelaat noch benen zijn veilig voor
hen. Veelal voorkomt men het steken door de
verschillende lichaamsdelen met olie of zalf in
te wrijven, wier geur muggen op een afstand
houdt en die bij apothekers en drogisten te ver
krijgen zijn.
Het meest bekend is nagelolie. Doch de nar-
zoek wierp hij mij nog een kaars na en ik
haastte mij in het duister terug.
Na een half uur lieten mijn verbrande vingers
het laatste stompje kaars vallen. Blindelings
sprong ik verder van dwarsligger naar dwars
ligger. De tunnel leek mij eindeloos. Wat had
de douane ook weer gezegd? Over een uur?
Het scheen mij, of ik al urenlang onderweg was.
Mijn voeten, vermoeid van het eeuwige sprin
gen gleden van de gladde dwarsliggers, ik viel
met het voorhoofd op het koude ijzer. Half ver
doofd bleef ik liggen. Doch wat was dat? Een
ijzige schrik schoot door mij heen; mijn oor, dat
op de rails lag, ving een dof, verwijderd rollen
op. Vol ontzetting richtte ik mij op, drukte mij
tegen de ruwe, onbewerkte tunnelmuur. Zou er
tussen muur en machine ruimte zijn voor een
sidderend mensenleven? Zo stond ik kostbare
minuten, bevend van angst en koude, over
stroomd door de druppels, die langs de muur
neerliepen. Doch er was niets te horen. Ik
ZOMERJAPON
VOOR KOELERE
DAGEN.
1493.
Een flatteuse.
meer gekleede ja
pon voor een don
keren dag.
Rok en lijfje zijn
aan een puntig
middenstuk gezel
beiden vrij ruim.
de rok klokt, aan
het lijfje zijn een
voudige gladde
mouwen gezel,
die evenals de
kraag gegarneerd
worden met een
effen strookje.
Patronen ver
krijgbaar in de
maten 42 en 46 a
f 0.58.
m
FRAAI MODEBLAD KOSTELOOS.
Lezeressen, die ineéi Keus willen hebben, vei
vijzen wij naar „Het Practisch Modeblad", da
voor abonné s tegen inzending var 12 ct. porti
Dij de moderedactrice var iit olad kosteloos te-
beschikking staat Er is eer. snip- en naaicursu
n opgenomen en geeft den abonné's bovendiei
-echt op een gratis knippatroon. Hebt U al he
raaie zomerr.umme! van het modeblad aange
i-aagd?
GOEDE KNIPPATRONEN
Patronen Kunnen iet Driet aangevraagd wor-.it
net opsluiting var t C.58 in postzegels aar d-
Moderedactrice van dit blad, Roelofsstraat 10c
:e s-Gravenhage.
cotische werking hiervan veroorzaakt bij ge
voelige naturen meermalen hoofdpijn. Het beste
is om een smeersel te bereiden van nagelolie,
lanoline en glycerine, hetgeen men heel goed
zelf kan mengen. Het is een onschuldig en
zuiver middeltje, waarvan het vet langzamer
hand in de huid dringt, dat goed werkt.
Minder bekend is Perzische insectenpoeder,
die echter niet in de vorm van poeder, doch als
vloeistof aangewend wordt. Men vermengt deze
met spiritus van 70%, doet het in een flesje,
schudt flink, giet het na enige uren over in een
ander flesje, waartoe men in een trechter een
stukje neteldoek of dun zakdoekje legt, zodat
de poeder achterblijft. De huid wordt met deze.
oplossing ingewreven en houdt de muggen op
een afstand.
Knoflook en kamfer verjagen hen tevens,
doch vele mensen vinden de geur hiervan minder
prettig. Het beste helpt in de regel het inwrijven
met een stuk toiletzeep over de beet, terwijl
Ichthyol eveneens goed is.
Zijn er in de slaapkamers muggen, die indien
men zich reeds ter ruste heeft begeven met on
heilspellend gezoem rondvliegen en trachten een
slachtoffer te vinden, dan is het de moeite van
het opstaan waard, hen te verdrijven en spuit
men met een der vele in de handel zijnde vloei
stoffen, welke ook tegen mottenverdelging wor
den aangewend.
ZONNEBADEN LANG NIET ALTIJD EEN
„ONSCHULDIG VERMAAK".
Blonde mensen kunnen er minder goed tegen!
Het pigment der huid beschermt ons.
Het begrip zonnebaden is zeer veelzijdig en
de toepassing ervan zo verschillend, dat men
eenvoudig versteld staat over de wijze, waarop
velen hierbij te werk gaan.
Zonnestralen kan men nimmer zonder meer
als een onschuldig geneesmiddel op zich laten
inwerken, evenmin als men een bepaalde door
den arts voorgeschreven dosis medicijnen wille
keurig sterker of alles tegelijkertijd zal nemen.
Men weet, dat de nadelige gevolgen van een
dergelijke handeling niet uit zullen blijven, doch
meent, dat men de zon naar eigen goeddunken
zo lang men dit wenst op de huid kan laten
schijnen.
Indien men de ultra violette stralen te lang op
de huid laat inwerken wordt deze niet alleen
gloeierig en rood, doch op het laatst zullen er
zelfs blaren of open plekken op de huid ont
staan. De laatste zullen meermalen littekens
geven, zodat men in dergelijke gevallen nu niet
bepaald kan zeggen, dat de zonnebaden gelaat
of hals een mooier aanzien geven, en dit te
bereiken, is voor velen het doel.
Een te ver doorgevoerde zonnekutir kan ook
zeer nadelige gevolgen hebben voor de ogen,
vooral indien men geen gekleurde bril heeft
opgezet en kan zelfs tot blindheid leiden. De
haarwortels zijn evenmin bestand tegen de felle
zonnestralen, terwijl zij op de duur de weefsel
cellen, welke zich onder de opperhuid bevinden,
vernietigen.
Het centrale zenuwstelsel kan ernstig worden
aangetast, hetgeen zich uit in moeheid, hevige
haastte mij langs de muur verder, tot de enkels
wadend door water en slijk.
Plotseling hoorde ik vlak voor linij een dof
gedreun. Een nieuwe ontzetting greep mij aan,
ik drukte mij tegen de muur, tot de scherpe
kanten der stenen mij in het lichaam boorden.
Doch ook ditmaal wachtte ik vergeefs op de
beide gloeiende ogen van de trein, het Waren
alleen maar sterren, die er voor mijn ogen
dansten, en die gaven geen licht. Mijn laatste
krachten bijeenrapend, rende ik verder. Daai
stootten mijn kniëen tegen hard gesteente, ik
viel. Bij het flikkerend licht van mijn laatste
lucifer zag ik, dat een machtig rotsblok zich van
de muur had losgemaakt en de rails bijna ge
heel versperde. Dus dat was het rollen en dreu
nen geweest, dat ik voor de naderende trein had
gehouden. En deze trein moest binnen enkele
minuten de tunnel passeren en zou hier zijn
ondergang argeloos tegemoet snellen! Ik wrong
mij langs de hindernis heen en liep of mijn leven
er van afhing trouwens dat deed het' en
hoofdpijn, soms zelfs overgeven en duizelingen.
In ernstige gevallen van zonnebrand heeft men
zelfs bloeduitstortingen geconstateerd, welke
vaak een dodelijke afloop hebben.
Eveneens is het ernstig te ontraden om een
koud bad te nemen of te gaan zwemmen, indien
men verhit is, daar hierdoor hartafwijkingen en
andere ernstige stoornissen kunnen ontstaan.
Men moet- over het algemeen op warme
dagen niet zonder hoed in de zon lopen en
zorgen, dat de bovenste rugwervels beschut
zijn, óf door een breed gerande hoed óf door
een zijden doekje.
Behalve genoemde niet ongevaarlijke ver
schijnselen kan de inwerking van de ultra violette
stralen ontstekingen van het slijmvlies ten
gevolge hebben. Men vraagt zich dan af, hoe
men toch aan zo'n lastige neusverkoudheid in
de zomer komt. Het is echter geen gewone ver
koudheid, doch een ontsteking van de neus-
keelholte, door te sterke bestraling. Veel hangt
natuurlijk af van de constitutie der betrokkenen
en het is opvallend, dat mensen met blond of
rossig haar en een gevoelige gelaatstint en huid
zeer ontvankelijk zijn, aangezien zij minder
pigment hebben, een kleurstof, die zich in huid
en haar bevindt en de kracht der zonnestralen
verzwakt. Donkere typen ondervinden minder
nadelige gevolgen, omdat hun huid meer pig
ment bevat.
NorvGuize mensen moutensteede bij alle- be
stralingen hoofd en gelaat goed bedekken.
Zonnebaden mogen in den beginne slechts
enkele minuten duren en nimmer langer dan een
uur worden voortgezet, terwijl dan liefst het ge
hele lichaam aan de zon moet worden blootge
steld, en niet slechts enkele lichaamsdelen. Slechts
door zonnebaden op de juiste manier te nemen,
zal men de heilzame werking op het gehele
organisme ondervinden en zal het gehele lichaam
mooi, gelijkmatig bruin worden.
Wie overigens geen gelegenheid heeft, om
buiten zonnebaden te nemen, of zich daarin ver
hinderd ziet door voortdurend slecht of donker
weer, behoeft ze zich daarom niet te ontzeggen.
Men kan ze immers thuis nemen, door bestraling
met de speciaal tot dit doel geconstrueerde
lampen, zoals b.v. het systeem-Hanau.
Niet alleen dat deze bestraling in niets ten
achter staat bij de echte zonnebaden, maar zij
bieden tevens nog het onschatbare voordeel, dar
zij geen enkel van de gevaren opleveren, waarop
wij in het bovenstaande wezen.
KINDERVERZORGING.
Kleine wonden.
Indien kinderen in de tuin spelen en zich
wonden aan een of ander, waaraan aarde zit,
moet de grootst mogelijke aandacht aan het
schoonmaken van de wond besteed worden.
Men behoeft zich bij het verlenen van hulp
niet overbezorgd te tonen, doch de wond moet
onmiddellijk uitgewassen worden met warm
water en een desinfectiemiddel. Jodiumtinctuur
is het meest aan te bevelen, doch de huid wordt
hierdoor bij sommigen geïrriteerd, beter is dan
om waterstofperoxyde te gebruiken of een op
lossing van superol.
Wanneer de wond schoon is en uitgebloed
(het is juist goed indien er bloed wegvloeit)
dan legt men er een compres van boorwater of
eau de goulard op, een stukje gutta percha en
verband en na enige dagen kan men volstaan
met een lapje gaas en met boorzalf kruiselings
opgebrachte reepjes leukoplast. Iedere morgen
en avond moet een schoon gaasje worden op
gelegd en wat boorzalf, waardoor het vormen
van een harde korst wordt voorkomen.
VERWIJDEREN VAN VLEKKEN.
Vruchtenvlekken verwijdert men uit tafel
linnen met waterstof of citroensap. In sommige
gevallen bewijst warme zure melk goede dien
sten, waarna men het goed met lauw water
naspoelt.
bovendien het leven van honderden passagiers.
De douanebeambte hief juist de hand op ten
teken, dat de trein kon vertrekken, toen een
brullend Alto 1" („Halt!") uit de tunnel klonk.
Een smerig, druipend, bloedend wezen kwam
hijgend aangehold. „De rails zijn door een rots
blok versperd!" schreeuwde ik met mijn laatste
krachten en zakte in elkaar.
Toen ik de ogen weer opsloeg, stonden het
gehele treinpersoneel en alle passagiers om mij
heen en een jonge dame deed al haar best en
met succes om de inhoud van een reus
achtige cognacfles in mijn body te gieten. De
hindernis werd uit de weg geruimd en met een
vertraging van verscheidene uren kwam de
trein te Las Chuecas, het Argentijnse grens
station, aan, natuurlijk niet zonder mij, den
redder. Argentinië stond voor mij open. „Geluk"
moet je hebben, dat is dikwijls beter dan de on-
berispelijkste pas.
W*
1493