I STEUNREGELING VOOR WERKLOZEN TWEE MENSEN EN EEN MACHINE Pensionnering Wethouders BURGERLIJKE STAND Garage Van Houten TROUW-enROUWAUTO'S DE DOKTER AAN HET WOOTP Slaap en slaapstoornissen FEUILLETON mm 5 men, 150 :r. iet water :n kopjes «schilletje laten ze i ditmaal et geheel ijst bijna iensap er st wordt il van Vz ater, 100 groom, 7 laasappel >f 1 klein ïas, bren- eerst de ne, welke n minuut geknepen uitlekken, erig wor- ukjes ge- eiwit, dat engen de gespoelde ;n glazen niet meer U1TS. suiker, '/2 uits. gecombi- gebruiken custard, melk te oegen en nelk aan- n, daarna flink op- vla wint hand ook :s te heb- t aanhan- gekookt, gebonden ig zachte ber er op worden, van z.g. ere vloer- te lijden enken- en n veel te orden af inder vuil ijft, waar- ehoudt. E R N TEL. 28089 ct. jdert men Wanneer orstelt en lunne brij Togen en :wrijft, en gedrenkte vlek ver gehouden op tafel ievig met ma weer iet beide in lauw is opge- jeg droog hij soepel lOTMAN IODEN) s je kunt atsen der adden ze :r leiding )kken en een klok! gegeten, DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT AANVAARDING VAN DE RIJKSREGELING VOORGESTELD Het overbrengen van de zorg voor de werk lozen bij het college van B. en W. heeft tot gevolg, dat een steunregeling moet worden in het leven geroepen voor de vaststelling van de uitkeringen. Een punt van ernstige overweging heeft uit gemaakt de vraag, welke regeling voor het ver lenen van steun aan werklozen diende te worden voorgesteld, aangezien de uitgaven voor werk lozensteun dusdanig stijgen, dat financiële voorzieningen dringend nodig zijn. Op de begroting 1936 van Maatschappelijk Hulpbetoon is voor steun aan werklozen uitgetrokken een bedrag van 100.000.Over de periode Januari tot en met Mei 1936 is echter reeds uitbetaald een bedrag van rond 70.000.-. Daar het zich niet laat aanzien dat de werkloos heid belangrijk zal verminderen, is te verwach ten dat bij handhaving van de toepassing van de thans geldende steunregeling, het geraamde bedrag met minstens ƒ70.000.zal worden overschreden. De toepassing van de rijkssteunregeling heeft, uit financieel oogpunt beschouwd, niet alleen het voordeel van een besparing op de uitgaven, doch tevens de mogelijkheid van het ontvangen van een bijdrage, wanneer ook rijkstoezicht op de werklozenzorg wordt aanvaard. De volledige toepassing van de rijksvoor schriften zou de gemeente over 1936 een finan cieel voordeel hebben kunnen opleveren van rond 39.000. B. en W. zijn van mening dat, in verband met de algemene financiële toestand der gemeente, er alle aanleiding bestaat, reeds thans de nodige maatregelen te treffen voor het verkrijgen van het Rijk van een bijdrage in de kosten van werklozenzorg, met ingang van het jaar 1937. Daarvoor is dan nodig dat een steunregeling wordt toegepast, welke door den Minister is goedgekeurd. Voor 1936 is echter geen bijdrage te verkrijgen en daarom zouden B. en W. voor het lopende dienstjaar de rijksregeling als „eigen regeling" willen vaststellen. Het hoogste tarief bij de rijksregeling is iets lager dan in Heemstede voor steun aan werk lozen geldt. Dit hoogste tarief vindt toepassing in de grote steden w.o. ook Haarlem. B en W. zijn dan ook van mening dat de steunregeling in deze gemeente niet behoeft uit te steken boven de rijksregeling volgens het hoogste tarief. Zowel op deze grond als op grond van finan ciële overwegingen stellen B. en W. voor de steun voor werklozen te regelen overeenkomstig de voorschriften van het Rijk en daarbij toe te passen het eerste tarief. Teneinde echter de overgang van de uit keringen volgens de geldende regeling naar die volgens de rijksregeling geleidelijk te doe.n. plaats vinden, achten B. en W. het gewenst te bepalen dat een bijslag zal worden gegeven van 2/3 van het verschil tussen de uitkeringen vol gens de nieuwe en de oude regeling, gedurende de eerste acht weken en een bijslag gelijk aan (Vervolg Sport.) de Nic. Beetsschool en de Openbare School voor Lager onderwijs aan de Voorweg. De lagere scholen zullen elkaar bovendien bekampen in een 4 X 25 M. vr. slag-estafette, zowel voor de meisjes als voor de jongens. Door H.P.C. zijn vele mooie prijzen als medailles en practische voorwerpen beschikbaar gesteld. Ter opluistering van het feest zullen enkele leden van H.P.C. de zwemslagen als de school slag, de rugslag en de borstcrawl en de butterfly demonstreren. Tevens worden enige eenvoudige sprongen van de 3 M. plank ten beste gegeven. Tenslotte zal een hinderniswedstrijd plaats vinden waaraan door ca. 80 jongens en meisjes zal worden deelgenomen. Het geheel belooft een buitengewoon aardig feest te worden. H.P.C. hoopt dan ook dat vele ouders en andere belangstellenden acte de présence zullen geven. Aan de jeugd de toekomst! 1/3 van dat verschil gedurende de daarop vol gende acht weken. Een bepaling, waarbij B. en W. worden ge machtigd tot het verstrekken, overeenkomstig de rijksvoorschriften, van brandstoffen of het het geven van een brandstoffenbijslag aan werk lozen, alsmede tot het toekennen van een tegemoetkoming in de kosten van de premies der ziekenfondsen, is in het ontwerpbesluit op genomen. Op de gemeentebegroting dienen nu te wor den uitgetrokken de gelden, nodig voor de uit voering van de hierboven bedoelde steun regeling gedurende het 2e halfjaar 1936. In totaal zal derhalve dekking moeten worden gevonden voor 93.350. De scherpe ramingen voor de begroting 1936 geven slechts weinig speling, zodat, naar uit de begrotingswijzigingen blijkt, B. en W. genood zaakt zijn te beschikken over een bedrag van 57.000.van het vermoedelijk batig saldo van de dienst 1935. Het uitvoeren van de steunregeling, overeen komstig de rijksvoorschriften, brengt meer administratieve en controlerende arbeid mede dan tot heden. Uitbreiding van het adminstra- tieve personeel zal hierom dan ook niet achter wege kunnen blijven. Evenzo eist ook de controle van een zo groot aantal werklozen een goede verzorging. Reeds thans blijkt dat de werkzaamheden voor één controleur te omvangrijk zijn en daarom ver zoeken B. en W. machtiging tot het in dienst nemen van nog een controleur, die dan mede zal worden belast met de controle van de werk lozen, die, niet vallende onder de steunregeling, door Maatschappelijk Hulpbetoon worden ge holpen. De voor controle-diensten nieuw aan te nemen persoon zouden B. en W. in los dienst verband willen aanstellen op nader te bepalen salaris. Het ligt in de bedoeling een Commissie van Advies te benoemen, bestaande uit 5 leden, waaronder 3 raadsleden. Daar het voorts gewenst is met de gemeente lijke dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon in nauw contact te staan, omdat ook deze Dienst met werklozen in aanraking zal komen, zouden B. en W. een goede samenwerking willen be vorderen door aanwijzing van den voorzitter of een lid dezer Commissie, als gelegeerde van het college van B. en W. in Maatschappelijk Hulp betoon. Aangezien de bestaande verordening, rege lende de pensionnering van de wethouders, hogere aanspraken inhoudt, dan thans bij de wet zijn gesteld, moet de verordening vóór 1 October 1936 worden herzien, met handhaving Ondertrouwd: J. v. d. Linden en J. M. v. Munsteren; A. P. Voorderhaak en I. M. Groen land; W. K. Numan en A. J. Kulk; U. Fortuin en J. Imbos. Getrouwd: H. v. d. Aart met A. M. Veldhoven; J. v. d. Reep met H. v. Poecke. Bevallen: A. C. Merksv. Kouteren d.; L. GlashouwerBuster z. Overleden: J. H. L. Tentelink 75 j., wedn. Bleekersvaartweg 53 b/d Koediefslaan Tel. 28062 wasgoed, dat in een vochtige kast of zelfs vochtig vertrek opgeborgen wordt, vocht vlekken krijgt, die men echter kan verwijderen door het in karnemelk te zetten. der bestaande verordening voor de beide in functie zijnde Wethouders. In verband hiermee is een nieuwe verordening ontworpen, waarbij rekening is gehouden met de nieuwe wettelijke bepalingen, waarbij de aanspraken zijn gesteld op hetgeen ten hoogste toelaatbaar is en waarin enkele algemene be palingen uit de bestaande verordening zijn ge handhaafd. Omdat in de bestaande verordening geen bepalingen voorkomen omtrent toekenning van weduwen- en wezenpensioen zijn deze ook in het ontwerp niet opgenomen. De verordening bepaalt momenteel, dat wan neer een Wethouder door ziekte of lichaams gebreken ongeschikt is voor de verdere waar neming der betrekking, pensioen kan worden verleend tot ten minste de helft der wedde, ook al is hij jonger dan 60 jaar. De wachtgeld bepalingen zijn dan niet toepasselijk. Beneden 65 jaar is dit thans niet meer moge lijk, omdat pensioen niet eerder kan ingaan dan bij het bereiken van die leeftijd, doch in dat geval zijn wel de wachtgeldbepalingen van toepassing. In artikel 5, 3e lid van het ontwerp-besluit is nu een bepaling opgenomen, omtrent pensioen wegens ziekte of lichaamsgebreken. Dit is ge steld op de helft der wedde, omdat dit het minimum was dat volgens de bestaande veror dening toegekend zou worden. De nachtrust onze voornaamste bron van kracoten door Dr. A. VAN RIJN. De slaap is de grote vernieuwer van onze levenskracht, de goedkoopste bron, waaruit wij verse krachten kunnen putten. Het is werkelijk niet overdreven te zeggen: men kan zich gezond slapen. Eeri bekend kunstenares zei eens: „Ik blijf jong, o rdat ik veel slaap". Van hoeveel betekenis de slaap voor ons leven is, merken we eigei lijk eerst goed, als we eens aan slapeloosheid lijden. Gebrek aan slaap put de zenuwkrachten uit. In China werden in vroeger tijden misdad rers terechtgesteld, door hen voortdurend uit de slaap te houden Telkens en telkens weer v rd hun belet in te slapen, tot ze ten slotte aai zelfvergiftiging ten gronde gingen. Hoe lang en wanneer moeten we slapen? Hoe lang men slapen moet, hangt af van den leeftijd, van de constitutie en van de levenswijze van de betrokken personen. Een volwassene heeft gemiddeld acht uur slaap noodig. Wie voortdurend te weinig slaapt, teert zijn eigen levenskracht in. De beste tijd om te slapen zijn de uren vóór en kort na middernacht., De bekende Heidel- bergse specialist Dr. St ickmann heeft op dit gebied interessante proefnemingen verricht, die aantoonden, dat het vooral op de uren vóór middernacht aankomt. Hij vertelt, hoe hij als schooljongen nachten lang doorwerkte en zich dan overdag geradbraakt voelde, tot hij op het denkbeeld kwam, heel vroeg naar bed te gaan en enkele uren na middernacht op te staan. Deze slaap indeeling verschafte hem een ongekende werkkracht en alle personen, die zijn methode in toepassing brachten, hebben er uitstekende ervaringen mee opgedaan. Het is toch ook duidelijk, de natuur geeft het zelf aanals de zon daalt moet ook voor den mens de dagtaak eindigen, die hij pas weer met het aanbreken van den dag mag opnemen. De boer, die veel en hard moet werken, houdt zich nog steeds aan deze natuurlijke levenswijze en bevindt er zich wel bij, maar de stedeling heeft met behulp van het kunstlicht de natuur lijke dagindeling verwrongen. Hij blijft lang op en zou liefst tot diep in den morgen doorslapen. „De zenuwen moeten een hoge cijns betalen voor het gestolen licht" heeft een bekend arts eens gezegd. Dikwijls hoort men van mensen, die met zeer weinig slaap toe kunnen. Dit zijn meestal uit zonderingen, bijzondere naturen, die zich veelal ook eerst op hoge leeftijd met weinig slaap tevreden stellen. Bovendien zijn het doorgaans mensen, die zo tusschen de bedrijven door overdag nog wel eens „een tukje doen" hetgeen van zeer verkwikkende invloed op de zenuwen kan zijn. De kwaliteit van de slaap. Het komt en echter niet alleen op aan, dat men een bepaald aantal uren slaapt, men moet ook goed en diep slapen. Wie 's morgens niet verkwikt opstaat, heeft slecht geslapen. Bij hem is reeds een slaapstoornis aanwezig. Dikwijls vindt de ongezonde slaap of het moeilijke inslapen zijn oorzaak in het feit, dat men zijn lichaamskrachten te weinig gebruikt heeft, m.a.w. dat men lichamelijk niet moe genoeg is. In dat geval moet men 's avonds een flinke wandeling maken, ademhalings oefeningen of gymnastiek doen. Langdurige slapeloosheid is gewoonlijk een teken, dat er iets aan de gezondheid hapert. De zenuwen zijn overprikkeld, zodat men niet in slaap kan komen. Onschuldige slaapmiddelen zijn vale riaandruppels en valeriaanthee, sap van herts- hooi of honingwater. Bij vele mensen werken knoflook en uien ook slaapverwekkend. Vit- en inwendige slaapbevorderende middelen Als koude voeten de oorzaak van slapeloos heid zijn, moet men 's avonds voor het naar bed gaan een wissel-voetbad nemen. Ook koude omslagen op voorhoofd, hals of romp bevor derend het gemakkelijk inslapen, evenals zit baden en halsmassage. Van belang is ook de gemoedsgesteldheid. Met zorgen of na het lezen van opwindende lectuur kan men niet goed inslapen. Men moet zich geestelijk en lichameüjk ontspannen. De laatste maaltijd moet twee tot drie uur voor het naar bed gaan genuttigd zijn en uit licht verteerbaar voedsel bestaan. Vele menschen worden door genotmiddelen, zoals koffie, thee en tabak zoo opgewonden, dat ze 's nachts niet of slechts moeilijk kunnen slapen. Dergelijke menschen moeten het ge bruik van deze genotmiddelen achterwege laten, liefst geheel en al, want het is gemakke lijker een genotmiddel volkomen op te geven, dan het met mate te gebruiken. Dikwijls ook kunnen louter zielsconflicten de oorzaak van slapeloosheid zijn: een knagend geweten, angst voor het leven, te hoog gespan nen wensen en idealen. De slapeloze behoeft zich van de ware oorzaak van zijn lijden want dit is het inderdaad in het geheel niet bewust te zijn. De ziel wil hem echter door de slapeloosheid dwingen, zich met zijn probleem bezig te houden, teneinde ermee in het reine te komen. In ernstige gevallen zal deskundige hulp noodzakelijk zijn om het evenwicht te herstellen. In elk geval moet men bij slapeloos heid steeds op zielkundige oorzaken bedacht zijn, want slechts met een rustig gemoed kan men inslapen. Geen chemische slaapmiddelen. Een uitstekende gewoonte is het, om voordat men gaat slapen, bij het open raam of ook wel in bed gelegen, diepe ademhalingsoefeningen te maken, omdat men dit ademhalingsrhythme in den slaap voortzet. Valt men ondiep adem halend in slaap, d.w.z. met onze gewone adem haling van overdag, die door ons zittende leven, door het verblijf in gesloten vertrekken en door de stoffige groote-stadslucht altijd heel oppervlakkig is, dan zal de slaap ons niet voldoende verkwikking schenken. Het geregeld gebruik van chemische slaap middelen is uit biologisch oogpunt niet raad zaam. Ernstige, chronische slapeloosheid is een teken van grote uitputting en ziekte van het zenuwstelsel. Hier kan slechts een grondige kuur helpen, die het lichaam in staat stelt door uitscheiding van de opgezamelde gifstof fen, zijn normale toestand te herwinnen. Al naar gelang van de algemene lichaamsgesteld heid zal de arts in dergelijke gevallen een rauwkost- of een vastenkuur voorschrijven. In elk geval moet bij stoornissen in de slaap alles gedaan worden om dit euvel uit de weg te ruimen. Wie goed slaapt leeft dubbel, wie lang slaapt leeft lang! 3 Het kankervraagstuk. Een van de vreselijkste plagen, die de wereld teisteren, is de kanker-plaag. En het valt des te meer op, aangezien mén in de zogenaamde be schaafde wereld, waar de wetenschap reeds zulk een hoge graad van volmaaktheid heeft bereikt, nog steeds onmachtig staat tegen deze vreselijke ziekte. „Twintig procent van de voorkomende ziektegevallen zijn kanker", zei eens een ver maard medicus, nog kort geleden, „meer dan tien procent van alle sterfgevallen is het gevolg van kanker". En dat is een hoog cijfer, als men bedenkt, dat bij kinderen kanker niet voorkomt. Een nieuw element in het kankervraagstuk is nu de onlangs met nadruk naar voren gebrachte mening, dat de toepassing van asfalt- en teer- producten bij de wegenbouw het optreden van kanker sterk zou bevorderen. Teneinde deze kwestie^ wetenschappelijk op te lossen, gaf de K.N.A.C. aan Dr. Ir. M. J. W. Roegholt opdracht over een en ander een wetenschappelijk rapport samen te stellen. Als directeur-generaal van het Centraal Bureau van de Vereniging voor toe passing van bitumineuze wegenconstructies werd de heer Roegholt, o.i. terecht, daartoe in het bijzonder bevoegd geacht. Eenzelfde vraag werd voorgelegd aan „het Nederlandse Kanker- Instituut". Nu zal de leek zich afvragen: „Hoe is het mogelijk om kanker en asfalt met elkaar in verband te brengen? Doch zo bijzonder vreemd is het niet als men weet dat teer een van de hevigste kankerverwekkers is. De ge leerden, die het kankervraagstuk bestuderen, plegen bij muizen b.v. kunstmatig kanker te ver wekken om het verloop van die ziekte te kunnen volgen en te trachten een serum ertegen te vinden; die kunstmatige kankerverwekking bij de dieren geschiedt door middel van... teer! Dat men asfalt, dat uiterlijk met teer veel ge meen heeft, met het kankervraagstuk in verband brengt, is dus waarlijk niet zo vreemd. De rapporten der deskundigen echter gaven een ander perspectief. De heer Roegholt concludeerde dat de toename van het aantal kankergevallen geschoven moet worden op de sterk verbeterde diagnostiek, dus op het feit, dat men kanker tegenwoordig veel spoediger herkent dan vroeger. Hij wijst in dit verband erop, dat in de drukste verkeersstraten van Amsterdam de asfaltverharding per jaar }/z m.M. afslijt, hetgeen bij 15% asfalt overeenkomt met nog geen 0.0002 m.M. per dag. Een uiterst minieme hoeveelheid, die door regen en wind onmiddellijk wordt opgeruimd. Noch in de werkplaatsen, waar asfalt wordt verwerkt (voor dakpapier, buizen, enz.), noch in de fabrieken waar asfalt wordt bereid, is men erin geslaagd ook maar een enkele aanwijzing te vinden, welke verband legt tussen asfalt en de kanker! Ook in Engeland, waar de kanker opvallend sterk toeneemt, heeft men, volgens den heer Roegholt, geen enkele aanwijzing kunnen vinden en moet alles op rekening ge schoven^ worden van de verbeterde diagnostiek. Het Kanker-Instituut, de tweede deskundige, die gehoord werd, begint met te constateren, dat de sterftestatistiek van longkanker in de laatste tien jaar een gestaag stijgende lijn vertoont! Verder staat vast, zoals wij boven reeds schreven, dat teer een der ernstigste kanker verwekkende middelen is. In de laatste jaren echter wordt voor wegverharding steeds minder teer en pek gebruikt, terwijl de toepassing van natuurlijke asfaltproducten aanzienlijk toeneemt; deze laatste zijn absoluut niet kankerverwek kend. Het is zeer juist, zegt het Instituut, dat er in den beginne verband gezocht moet worden tussen de toename van het aantal longkanker gevallen en het gebruik van teer; thans echter moet men andere combinaties zoeken, daar dit gebruik van teer afneemt, terwijl de long kankertoeneemt! In dit verband acht het Instituut het niet on mogelijk, dat de toenemende verontreiniging van de lucht met roet (dat in hoofdzaak uit teer- achtige stoffen bestaat) iets, waarop reeds herhaaldelijk van velerlei zijden gewezen werd de oorzaak zou kunnen zijn van de toename der gevreesde longkanker. Vandaar ook waar schijnlijk, dat de longkanker het veelvuldigst in de groote industrie-centra voorkomt! Weer anderen leggen verband tussen de ver brandingsproducten van benzine of de daarin aanwezige verontreinigingen en bijmengingen en de longkanker. Een en ander is echter niet be wezen, doch er wordt mede geëxperimenteerd. Het Nederlandse Kankerinstituut acht het bij de huidige stand van onze kennis niet ge motiveerd, thans reeds uitgebreide maatregelen te nemen, welke wellicht binnen korte tijd ge heel onnodig zullen blijken te zijn. De toenemen de vervanging van teerproducten door de na tuurlijke asfaltproducten kan dus theoretisch niet anders dan als gunstig worden beschouwd. IEDERE PRACTISCHE HUISVROUW MOET WETEN, DAT men vetvlekken in tapijten verwijderen kan, indien men op de vlek een flink stuk vloei papier legt en hierop een heet strijkijzer plaatst. Is het papier doortrokken van het vet, dan ver nieuwt men het; Wie niet waagt, wie niet wint door J. VAN KOENE. Wanneer des middags om vier uur de bellen door de zalen van de fabriek klonken en de grote poorten opengingen, drongen de mensen zich in een zwarte stroom naar buiten. Het was nu hun tijd, die voor hen lag, die zij door brachten volgens hun idee, en iedere minuut was verloren op de weg, die hen scheidde van de vreugden van hun kleine tuin, van het samenzijn met vrouw en kind Midden tussen de anderen liep Rudolf Blankert. Droeg evenals zij onder de arm de nu lege, kleine tas, wisselde woord en groet met de kameraden. Er was echter iets vreemds aan den man, die zijn eigen weg ging. Rudolf Blankert was een uitvinder, of beter, hij wilde het worden. Meed de kleine vreugden en uit gaven van zijn kameraden, stak iedere cent en iedere minuut in zijn werk, en kwam hij thuis, dan slipte hij weer in zijn blauwe werkpak, greep naar zijn werktuigen en knutselde opnieuw tot de vroege morgen. Hij gaf zich geen moeite voor een perpetuum mobile, of voor een ander voorwerpje, om in de zak te stoppen, zonder dat de wereld er werkelijk door vooruit kwam. Door zijn werk was hij op de gedachte gekomen, en zijn uitvinding zou ook aan de arbeid ten goede komen. De veiligheidsinstallatie van de machine, die hij in zijn fabriek moest bedienen, scheen hem omslachtig en onbetrouwbaar toe. Na vele proeven en veel overleg was op een avond in grove trekken de nieuwe installatie op papier gebracht. En nu stond ze zo goed als gereed op de tafel in zijn kleine kamer en wachtte op het ogenblik, dat ze zou moeten doen, wat men van haar verlangde. Blankert had hierdoor slechts weinig tijd gehad om zich te bekommeren om wat er om hem heen gebeurde. Wanneer een man als hij zo door een gedachte wordt beheerst, houdt deze hem nog sterker in zijn ban als een ander. Op zijn gezicht weerspiegelt zich zijn werk zoals ook de kunstenaar een stempel krijgt. Agnes Lichthart en hij liepen een stuk van de weg tezamen, 's morgens en 's avonds. En hoewel hij haar niet had opgezocht, beviel de zonderling haar toch, die zo anders was dan zijn kameraden. Ze liepen samen, en terwijl anderen daarbij over balconloges spraken, waarin zij die avond zou'den zitten, of van vreemde zenders, die zij gisteren in de radio hadden opgevangen, sprak Blankert over zijn uitvinding. En het ging vanzelf, dat Agnes bij hem binnenging en zonder begrip voor de ijzeren staven en blinkende hefbomen stond, die de inhoud van zijn leven uitmaakten. Opnieuw luisterde zij geduldig toe, wanneer de uitvinder haar het werken van de installatie trachtte uit te leggen. Zij had er geen verstand van, haar ogen zagen echter het stof, dat overal lag, en haar handen ruimden de wanorde in het vertrek op. De man onderging de uitwer king van deze vrouwenhanden als iets behaag lijks, al vond hij ook menigmaal de loden buizen pas na lang zoeken op een andere plaats terug. Er waren ogenblikken, vooral nu, waar zijn werk bijna gereed was, dat hij Agnes stilletjes gadesloeg en zijn blikken van haar zorgzame handen naar het gezicht gingen. Maar wanneer hij dan weer verder dacht, dan greep de kringloop zijner gedachten hem weer. Zijn vrouw moest niet slechts vrouw en moeder en levenskameraad zijn, ze moest ook met hem kunnen denken, deelnemen aan het werken van zijn gedachten en gevoelens. Daarnaar echter stonden de ogen van Agnes Lichthart niet, en het woord bleef onuitgesproken, dat zij van hem niet ongaarne zou hebben ge hoord Zo kwam de grote dag, de dag, welke de beslissing zou brengen! Het had veel strijd gegeven, voordat de bedrijfsleider toestond, dat Blankert de oude veiligheidsinstallatie van zijn machine afmonteerde en daarvoor de zijne in de plaats zette. Het was op een avond. In een dichte kring stonden de werkbazen om den uitvinder en zijn machine. Ook van de kameraden waren er verscheidenen achter gebleven, die toch met den zonderling mee leefden of iets buitengewoons dachten te zien. En nu stond ook de directeur van de fabriek in de kring. „Vooruit nu, Blankert, op jouw verantwoording Zwaar zette de machine zich in beweging, kwam in gang, werkte als altijd. Dat echter was nu niets bijzonders, want de uitvinding van Blankert had geen betrekking op het werk zelf, maar wel op zijn veiligheid en op het geval, dat eens niet alles zo ging, als het moest. „Stop een werkbaas trok de hefboom naar beneden, de machine liep uit, stopte. Daar was niets aan! Zij, die altijd alles beter weten, en iedereen wantrouwen, die meer dan gewoon is, stootten elkaar aan. Waar bleef nu de veel besproken uitvinding van Blankert? „De machine moet werken, maar gewoon zoals altijd, en dan schakelen wij om, alsof er iets gebeurd zou zijn. Dan zullen wij zien, hoe de installatie werkt", legde een werkbaas uit. De directeur knikte. Toen echter hief hij zijn hand op. „Kunt u er mee omgaan, Blankert vroeg hij den man, die naar de machine gegaan was, om haar te hanteren. „Eigenlijk niet, "mijnheer de directeur. Geleerd en gedaan heb ik het niet, maar toch dikwijls genoeg gezien, het zal wel gaan!" Bedenkelijk schudde de directeur het hoofd. „Als u zich echter vergist en uw uitvinding handhaaft zich niet, deze verantwoording kan ik niet op mij nemen Toen gebeurde er iets onverwachts. Uit de kring der omstanders drong Agnes Lichthart naar voren. Met een enkele greep had zij de hefboom naar beneden gedrukt, die de machine aan de gang bracht. Toen schoof zij den ver bijsterden Blankert van zijn plaats, stond voor de machine en hanteerde haar, zoals zij dag in, dag uit moest doen. „Opgelet het was Blankert zelf, die nu de machine bediende. Als een roes was het over hem gekomen, voor een seconde ontmoetten zijn blikken die van het meisje, toen: „Stop!" Een plotseling stoppen, een boosaardige knak, welke na het eentonige brommen den omstan ders dubbel schrikwekkend in de oren klonk - de veiligheidsinriehting viel en werkteWeer liep de machine, weer werd omgeschakeld die twee mensen speelden voor al die anderen hun hoog spel, en het werk uit 's mans handen toonde zich de inzet waardig! „Genoeg, genoeg, Blankert, schakel maar/uit, ik feliciteer je." Rudolf Blankert stond aan de zijde van het meisje. „Hoe durfde je dat te doen?" Agnes Lichthart lachte slechts, zoals vrouwen altijd doen, wanneer ze zich zonder veel woorden in hun gehele, vreemde grootte aan den man openbaren. „Ik had vertrouwen in je!" Vast greep Blankert haar hand. In deze hand druk lag de bede om vergiffenis en een belofte. En de anderen, die op deze avond reeds zoveel buitengewoons hadden gezien, voelden, dat hun „Hoera!" voor den gelukkigen uitvinder nog iets anders gold, dat in de lucht zat en toch nog geen naam had. '.-'-■C-v-t:'--'-'' WlÜÉfcti itii.iiüi- I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1936 | | pagina 5