KERSTMIS» TWEEDE BLAD 16 DECEMBER 1938. No. 50. DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT 5 Met een verveeld gezicht liep Henk van 't Sant door de Kaiverstraat, in de richting van den Dam. Bah, ook alweer niets ge daan, hier. 't Werd tijd, dat-ie terugging naarja, naar wót feitelijk? Londen? Parijs.... Boedapest? Och, allemaal het zelfde goedbeschouwd, of-ie nu hiér zat, of daar! Maar dit, dit bezoek aan Holland, na ól die jaren van afwezigheid, dit was hem tegengevallen! Hij bleef staan voor 'n winkelruit, waarachter juist de lichten aanfloepten. Maar.... wat had hij hier dan ver wacht? Waarom blééf hij dan nog? Wat zócht hij hier? Hij, die hier alles had achtergelaten, nu negen jaar geleden? Die had gebroken met.... met vroéger, met., thuis En opeens wist hij het! Thuis, ia.dót was het, waarom hij was terug gekomen, dat was het, wat hij zocht, datZ'n gedachten dwaalden terug naar vroeger, heel vroeger, toen er zelfs nog geen Letty was geweest, en plots zag hij het tafereeltje voor zich, op Kerst avond thuis! Vader, Moeder, zij drieën...! Het waren hoogtepunten geweest in z'n jongensleven, deze avonden, wanneer het buiten donker werd en binnen de lamp aangloeide met een warm, rood licht. En later op den avond, als de kaarsjes wer den ontstoken aan den grooten Kerstboom uit den trein stapte, en met kloppend hart de tunnel doorliep, onder het station. En opeens ja, wist hij nögmaals met volkomen zekerheid, dat dit het was, wat hij had gezocht in Holland, dit en niets anders Hij passeerde den overweg, sloeg rechts af. Wat was het hier stil en rustig, en vooral, wat was het hier mooi met die blinkendwitte sneeuw, die lag als een pak, waardoor je voeten geruischloos waadden. In de verte, zachtjes, luidde een kerkklokHij bleef staan en haaide diep, diep adem. Achter een venster dans ten kleine lichtjes. Net als thuis, dacht hij, en verhaastte weer z'n schreden. Dan, eindelijk: de breede laanhet hek, de tuin, en in de verte, schemerig tusschen dé boomen wat waren die ópgeschoten, bemerkte hij vlug het huis! Hij bleef staan, aarzelend, terwijl z'n hart klopte hoog in z'n keel. Dan lichtte hij de klink op. Stil en ongerept lag de sneeuw rond de woning, geruischloos vielen de vlokken, dichter en dichter.Kerstavond Op z'n teenen sloop hij nader. Dóór was het raam, waarvan precies als vroeger de gordijnen waren opengeschoven. Hij moest zien nog iéts dichterbij te komen, dan kon-ie ziénVoorzichtig zette hij z'n voet op een afstekend stuk steen, dan in de voorkamer.één voor één, door Vader. Met z'n allen zongen ze dan Kerst liederen, die moeder begeleidde op de piano. Maar het toppunt van heerlijkheid was wel, wanneer er buiten sneeuw lag, zooals nü, en ze mochten sómen naar de kerk, door die stille, stille lanen, waar langs de menschen gingen, zwijgend, in devote verwachting Als roérloos daar de boomen stonden, dik bevracht met een donzig pak sneeuw, waarover het maan licht een zacht, melkachtig licht spreidde. Hij balde z'n handen tot vuisten. O, dat.... dót nog éénmaal te mogen be leven; die heerlijkheid van dat stille, on gerepte wonder daarbuiten, waar ze nog stéeds woonden, z'n ouders: het Kerstfeest thuis Toénwas Letty in z'n leven ge komen. Eén jaar waren ze verloofd ge weest, waarna ze zwichtte voor den joligen lach van z'n broer, diens grenzeloos up- timisme en z'n altijd gereede willigheid tot het maken van grapjes. Hij had net moeten begrijpen: ze hóórde niet bij hem, den stillen, ernstigen jongen ze hoorde bij Arno, meer, véél meerMaar hij kón niet begrijpen, toen, hij wilde niet. en in het oogenblik van z'n grootste verbijs tering was hij gevlucht, wég.de wereld in... uit het huis, dat hij voorgoed den rug had toegekeerd. Let en Arno waien getrouwd, had Ans hem geschreven, z'n zuster en.... ze waren gelukkig! Negen jaar had hij rondgezworven, tot het heimwee hem te machtig werd; en zoo was hij dan nu weer terug in Holland, nochtans zonder een bepaald doel. Achter hem speelde de Munttoren z'n tingelend wijsje: half vijl. Met een luk stond hij stil. Wat dééd hij hier? Wat stond-ie hier, dwaasverloren in de roezige drukte van een binnenstad. Waarom ging hij niet? Het was zoo ver niet.... 'n half uurtje met den trein, en hij kon thuis zijn! Thuis, waar misschien even als vroeger de gordijnen nu ópen waren, de kerstkaarsjes brandden en waar hij kon zién, enkel maar ziénDót alleen zou al genoeg zijn, dón kon-ie teruggaan, en in z'n oogen zou hij mee dragen het beeld van den Kerstavond ginds, waar ze nu allemaal bij elkaar zou den zitten: Vader, Moeder, Ans met haar man en ookzij tweeën, Letty en Arno. Vreemd, dat hij daar nu opeens zoo rustig aan kon denken, dat hij ze noémen kon, méételde in gedachten, als hoorden ze tot hun kringetje. Iets, dat hij vroeger nooit, nóóit had gedaan. Hij deed aarzelend een paar passen terug. Och, het was dwaasheid, wat hij wilde. Ais een bedelaar voor het hek staan, zooals je dat op plaatjes wel zag Maar tegelijk wist hij. dat z'n besluit vast stond: hij ging! 'i '•"as even half zes, toen hij in Uussum Hallo man, wat doé je daar Met een ruk draaide Henk zich om. Voor hem stond een klein tiguurtje, stevig op z'n beentjes geplant, terwijl twee groote, ronde oogen hem vragend aan keken. Een Engelsch petje hing wat scheel op één oor, en een wollen das was onhan dig om z'n nek gedraaid kennelijk het werk van hemzelf. Hij droeg geen ias. scheen zoo uit huis te zijn weggeloopen Hallo! Henk was z'n eerste verbouwe reerdheid alweer te boven jongmensch, moet jij niet in je bed liggen, inplaats van door tuinen te dwalen Het joggie had een diepe minachting voor zooveel onwetendheid. Huü smaalde hij me hebbe nog geeneens gegeten. En 't is toch zeker Kerstmis? Ja, herinnerde Henk zich en streek over z'n voorhoofd hij was kinderen ontgroeid, merkte 'n-ie natuurlijk, da's waar. je moet eerst eten. En 't is Kerst mis, ja. Dan mag je later opblijven, hè? Het kereltje vond het niet noodig, er antwoord op te geven Later opblijven met Kerstmis was vanzelfsprekend. Jij ook zeker? wilde hij alleen weten toe' je ook zoo klein was, bedoel ik. Hij wees een centimeter oi tien van den besneeuwden grond. Ja, knikte Henk natuurlijk, ik ook Ik mag reüze laat opblijven, ver klapte hij met 'n ernstigen hoofdknik als me eerst hebben gegeten, hè, en dan nog véèél later 's Jonge! bewonderde Henk maar vertel 'es.wie zijn „me" Het ventje keek hem onderzoekend aan, sprak danNou, Opa toch immers, en Oma en Tante en Oom, en.... en.... Pappie en Mammie Er ging een schok door den man tegen over hem. Dus.... dus een jongen van Ans, z'n zuster? Er kwam een bittere trek om z'n mond. Was hij er dan zóó uit, dat ze hem dit niet hadden geschreven Hij taxeerde het kereltje vluchtig: twee, twee en 'n half.... Een drift welde in hem op. Dit had hij toch moeten wéten? dat-ie.... oom was Hoe heet jij, man? vroeg opeens het heldere stemmetje. Henkantwoordde hij vlug zeg jij maar oom Henk, goed? Maar dan moet ik ook weten, wie jij bent? Zoo stellen alle groote menschen zich aan elkaar voor! onderwees hij. O, even een peinzende uitdrukking op het grappige jongenssnoetje; dan kwam er vlug achteraan: Ik ben Timmy en ik ben weggeloopen uit de kamer om de sneeuw. Maar 't sneeuwt nou geeneens meer. Vin' U sneeuw ook zoo fijn, oom Henk? 'tis net of het koud is en toch is het warm. Gek, hè? Tante Ans zegt.... Wié?? Henk's oogen sperden zich wijd open, terwijl z'n handen opeens, als steunzoekend zich vastgrepen aan de smalle schoudertjes van het kind. „Tónte" Ansgroote goedheid! Hij voelde hoe een hevige ontroering hem aangreep. Dus, was dit kind, dit grappige ventje, dat zoo alleraardigst met hem stond te bab belen, vanvan hóór, Letty? Hij slikte met moeite iets weg uit z'n keel, dan sprak hij schor, en streek onhandig troostend over het plots bedrukte snuitje: Nou, stil maar.... heb ik je aan 'tschrikken gemaakt, kleine baas? 't Is alweer over, hoor! Zoo.... dus, dan heet jij Timmy van 't Sant! knikte het kereltje trotsch. Op dat moment naderden om den hoek van het huis vlugge voetstappen en een lichte stem, waarin de angst doortrilde, riep Timmy's naam. Tegelijkertijd werden de struiken uiteengebogen. Maar jon getje, wat doé je hier? Waar ben je ge bleven? We zoeken je allem De stem brak af en twee groote, wijd geopende oogen bleven rusten op het ge zicht van den man tegenover haar. De zelfde oogen van Timmy, zag Henk en slikte twee maal vlug achter elkaar. Letty! sprak hij dan, en wachtte. Henk! haar stem trilde jij....? Ja, ik! Hij schraapte z'n keel; dan sprak hij opeens en het was of een last van hem was afgevallen ik kon het niet langer uithouden daargindsik moest wég, terug naar Holland, naar hiér! Hoe. hoe góót het Ze knikte hem toe, haar gezicht stond ernstig. Goed, dat zie je. En jij? Jij, Henk? Heb je kunnen.... vergeven? Ons allebei? Het was als een fluistering van den wind, zoo zacht had ze gesproken. Hij knikte langzaam, als werd het hem nü pas, op dit oogenblik, bewust. Ja, dót heb ik! Negen jaar is een heele tijd. Mis schien al éérder ook, maar dat ben ik me met bewust geweest. NV heb ik vergeven, ja, en het is stil in mvi geworden. In het begin dacht ik niet, hier ooit nog te zullen terugkeerenlater werd dat anders kwam het verlangen, het heimwee, dat drong. Je wordt ouder ook en dan zie je alles anders. Hij glimlachte, en opeens, spontaan, stak ze haar hand uit. Dus, vrienden? Neen! sprak hij meêr! Zwager en schoonzuster, als je 't goed vindt. En ga nu naar binnen, Let, ze wachten op je. En jij dan? Ze keek verschrikt naar hem om. Ik kom.... vanavond nog, maar je moet me éven laten. Ik heb zóóveel te ver werken gehad ineens, ener wacht me nog meer. Ik bedoel.... Arno! Wil jij hem bij me sturen, Letty? Ik zou hem liever hiér ontmoeten, alleen Goed, ik zal hem sturentot straks dan, Henk! Het was vijf minuten later, dat ze tegen over elkaar stonden, de beide broers, en wéér voelde Henk een prop in z'n keel, die niet weg wilde. Arno, kerel Omstreeks Kersttijd heerscht op Groen land duisternis! Dat wil zeggen, de bewoners van dit uiterste deeltje van het wereldrond zien er niet, zooals wij, de zon. Niettemin mag dit begrip „duisternis" niet al te letterlijk worden opgevat, al kan men het dan ook in deze streek slechts enkele minuten per dag zonder lamplicht stellen, want glanzend en strak staat daar nagenoeg heel den dag, aan een helderen hemel, de maan. Zelfs in de middaguren schijnt deze zóó, dat haar stralen als het ware één lichtende brug vormen over de dichtgevroren zee. Stil en wijd is hel sneeuwlandschap, waarboven de sterren flonkeren.... en onbeschrijflijk mooi, de kleurenpracht die vanuit den hemel ovei dit alles neerdaalt. Want de zon, die wel is waar voor vele maanden schuil gaat de Poolnacht duurt van November tot emde Januari zendt vanachter den horizont haar stralen, die in wondere kleuren zich afspiegelen tegen de wolken en de sneeuw nog ééns zoo wit doen schijnen, tegen het diep blauw van den hemel. Juist in den Kersttijd is dit spel van lichtende kleurschakeeringen het aller mooist en het zou de moeite loonen, ei eens een kijkje te kunnen nemen! In fees telijke pracht, als het ware, spant zich het hemelgewelf: een stralende krans van Poollichl, waarin de sterren oplichten. De huizen der nederzettingen zijn dik met sneeuw bedekt. Door de vensters schemert weken aaneen, dag en nacht, een flauw licht Daarbinnen wordt gewerkt aan de voor bereidingen voor het Kerstfeest. Reeds weken ervóór is men druk bezig de spe ciale feestkleeding gereed te maken, en niet enkel de vrouwen, doch ook mannen en zelfs kinderen helpen hieraan mee. De voorraad bont, die gedurende den zomer werd weggeborgen, wordt te voorschijn gehaald. Daar is in de eerste plaats het zoogenaamde Sealskin het prachtige zee hondenbont waarvan de vrouwen haar Kerstkleederen vervaardigen. De grovere soorten dienen voor mannenkleeding. Uit wit bont, dat dikwijls zeer groote waarde heeft, maakt men slobkousen. Alles rijke lijk bestikt met garneering in velerlei kleuren. Een groote, bestikte kraag vol tooit het geheel. Onafgebroken schier werkt men voort, zoowel dag als nacht en niet zelden hoort men de Groenlandsche vrouwen elkander begroeten met den zin „Ik heb van nacht geen oog dicht gedaan", wat ons misschien eenigszins onwaarschijnlijk in de ooren klinkt, evenwel inderdaad op wóórheid berust. Want niet alleen aan de kleeding wordt zorg besteed. Ook de wan den van de kamers ondergaan, volgens oud gebruik, een grondige verandering. Zijn ze dikwijls reeds op kunstzinnige wijze beschilderd, thans, tegen Kersttijd, worden zij nog eens extra versierd met bontge kleurde platen, die men niet zelden knipt uit oude tijdschriften of welke men koopi in de winkels. Meest bijbelsche voorstel lingen. betrekking hebbend op het Kerst feest; doch ook volstaat men wel met een Maar ook de ander was ontroerd, en zwijgend even, stonden ze tegenover elkaar. Dus.... het is voorbij? informeerde hij dan. Henk knikte. Ja, het is voorbij! Negen jaar heeft het geduurd, en dat was lóng genoeg. Ik was 'n dwaas, een drift kop. Ik was blind, dat ik niet wou zien, dat Letty méér bij joü paste, dan bij mij. Ik meende, dat het 't uiterlijk was, dat haar boeide: je optimisme, je vroolijkheid. Nü weet ik beter. Je hebt haar gelukkig gemaakt, Arno, en dót heeft tusschen ons alles ge-effend, voorgoed. Ik hoop, dat we weer broers zullen zijn. Ze drukten elkaar nogmaals de hand. en opééns kwam het verlangen naar. binnen! Binnen, waar de haard brandde, de Kerstboom straalde, en waar Vader en Moeder wachtten, en Ans.... Hij keek naar het verlichte venster, en er kwam een hunkering in z'n oogen. Arno zag 't en legde z'n hand op den schouder van z'n broer. Ja, kóm! sprak hij zij hebben het meeste recht op je, enze wachten al zoo lóng! En rechtop. naast elkaar, liepen ze samen naar de voordeur, waar Arno hem liet voorgaan. Toen hij de kamer binnentrad, hadden de anderen haar verlaten, en wachtten alleen nog: Vader en Moeder Guus Betlem Jr. IN PALESTINA gaat een bijzondere wij ding uit van het Kerst feest. Duizenden verza melen zich hier op den Heiligen Avond in Wet- lehem, om den midder- nachtdienst in Christus' Geboortekerk bij te wonen. Deze kerk is ge bouwd over de plaats waar, volgens Heilige overlevering, eens de Verlosser der Wereld werd geboren. Hier wordt jaarlijks nog in het Grieksch de Kerstboodschap ge lezen, die in denzelfden nacht over alle lenden wordt verkondigd. i..ydi landschap, een gekleurde plaat of teekening. Vooral beelden uit andere ge bieden, andere landen en werelddeclen, genieten bewondering. Zijn zoowel kleeding als huis in gereed heid gebracht, dan komt het belangrijkste, het opsieren van den Kerstboom. In een kalen boomstam worden daartoe gaten geboord, waarin takken worden gestoken. Deze takken worden versierd met een sterk geurend bergkruid, dat enkele dagen voor Kerstmis op de heuvels en toppen wordt geplukt. Pas daarna komen de ver sierselen, die ook wij kennen, alsmede de kaarsen. Nergens op de geheele wereld is de gastvrijheid zóó groot, als hiér omstreeks Kersttijd, op dit afgelegen plekje aan de Noordpool, en iedere vreemdeling, die zich er gedurende deze periode mocht ophou den, wordt liefdevol bedacht met geschen ken en goede gaven. Een laatste belangrijk onderdeel van de Kerstviering op Groenland is het instu- deeren van de speciale gezangen, die men bij de kerkdiensten ten gehoore brengt. Nagenoeg alle bewoners der nederzettin gen werken hieraan mede: Pooljagers met hun vrouwen, die de kinderen meedragen op den arm jonge meisjes, knapen, maar ook ouden van dagen en zelfs kreu pelen, die zich nauwelijks nog kunnen voortbewegen; en de meest consciëntieuze dirigent van het één of andere Europee- sche symphonie-orkest kan zich nooit zooveel moeite geven, als.de leider van een Kerstkoor der Groenlanders. Tel kens en telkens weer wordt een regel her haald met eindeloos geduld en tot diep in den nacht dikwijls duren de repetities van deze Kerstzangen, die en ook dit is een bijzonderheid, die de moeite waard is, vermeld te worden, gnSfflBIfe bijna alle van „eigen bo- ftilUlHB dem" stammen, daar zoo- Iffl'Hl wej muziek als tekst meestentijds door eigen inwoners zijn vervaar digd. Een interessant voor beeld dus van nationale volkskunst. En zoo komt dan de lang verwachte Kerstavond. Op dezen avond is de kleine kerk van het dorpje tot aan de nok toe gevuld. Zij is schitterend verlicht. Een, uit Denemar ken geïmporteerde Kerstboom dus hier geen „imitatie-boom" zooals in de eigen huizen straalt voor het altaar, en is op normale wijze, als bij ons, opgesierd. Een geestelijke houdt z'n Kerstpreek. Daarna, hoewel het er stampvol is en benauwd, volgen de Kerstpsalmen, die met heilige overtuiging en vol gloed worden gezon gen. Men hééft dan ook gerepeteerd, niet waar Na afloop van den kerkdienst ziet men in de huizen kaarsen aan de kerstboomen branden, door de opengeschoven vensters flonkerend weerkaatst in de glinste rende sneeuw. Men gaat van deur tot deur, van huis tot huis om elkander een vroolijk Kerstfeest te wenschen En daarboven stralen de sterren aan een strak en oneindig uitspansel, werpt de maan haar lichtend schijnsel over de blanke sneeuwvelden en trilt het witte licht van den Poolnacht Een waardige natuuromlijsting van het Kerstfeest vooi deze eenvoudige, vrome en meesl gast vrije menschen ondei de bewoners onzei narde de Groenlanders 1 Kersttijd op Groenland MERKWAARDIGE KERSTGEBRUIKEN WIST U, DAT.... het Kerstfeest in Japan, wanneer we het zoo al thans mogen noemen, aangezien dit feest wel de meeste overeenkomst vertoont met onze Kerstviering hier te lan de, eerst gevierd wordt omstreeks de jaar wisseling Men plaatst dan namelijk twee boomen, als symbool van het duurzaam geluk, voor de huisdeur: één van pijnboomhout en één van bamboe. Op deze wijze kan het nieuwe jaar vrij en onbelemmerd z'n intrede doen Op den laatsten dag van bet jaar ver drijft men den duivel uit z'n woning, en... betaalt z'n schulden DE ITALIAANSCHE KINDEREN ontvangen met Kerstmis géén geschenken, zooals de onze! Ook kent men ei niet den Kerstboom mei z'n stralende pracht en flonkerend geschitter. Op Kerstavond trekt men in Italië van kerk tot kerk, om de daar opgestelde kribben te bewonderen. Middernacht precies lui den, alvorens de missen een aanvang nemen, alle klokken. Inderdaad is dit een moment van grootsche wijding, wanneer daar gelijktijdig al deze bronzen en zilve ren stemmen galmen in den nacht. Veertien dagen nó het Kerstfeest met Driekoningen worden de kinderen pas met geschenken bedacht. Hun kousen, die ze ophangen, zooals ónze kinderen hun schoen zetten met Sinterklaas, worden ge vuld met snoepgoed en naast hun bed vin den ze 's ochtends speelgoed en nuttiger cadeaux KEllSTPUZZLE Zoek de wensch van onze redactie Begin bij wij willen het U verklap pen de letter W en ga van hokje tot hokje. U moogt vooruit, achteruit, opzij, doch U moogt niét over de kaarsen. Aan die zijde dus, is de weg ófgesloten Wij wenschen U gaarne goed succes t uagepjsjay aqfqooiA ua agiqqniag aj-xsq ueA n uaqasuaM ftjy\ ïpmi guissojdo ai

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1938 | | pagina 3