HOE SAM EN SLOKKIE OP REIS GINGEN SKI'S MEEBRENGEN! HEEREN COSTUMES MARION'S GROTE AVONTUUR INGEZONDEN GUMMI WARMWATERZAK SPORT 2 HF FFRSTF HFFMSTFFDSCHE COURANT PREDIKBCUPTCN ZONDAG 4 FEBRUARI. Ned. Herv. Kerk, Wilhelminaplein. V.m. 10 uur: Ds. Barger. Kapel Nieuw-Vredenhof. V.m. 10.30 uur: Ds. J. C. Salverda te Hoofddorp. In beide diensten extra collecte voor Bijzon dere feestelijke doeleinden. Gebouw „Samuel", De Glip N.m. 7 uur: Diakoon G. van Eijk. Evangelisatie-samenkomst. Gereformeerde Kerk, Koediefslaan. V.m. 10 uur: Ds. A. F. J. Pieron, miss. Dien. d. Woords. N.M. 5 uur: Ds. Dondorp. (Zondag 3). Extra collecte voor de eredienst. Camplaan. V.m. 10 uur: Ds. Dondorp. N.m. 5 uur: Ds. v. d. Born. (Zondag 2). Extra collecte voor de eredienst. Onafhankelijke Religieuze Gemeenschap, Oranjeplein 9, Haarlem. V.m. 10.30 uur: Ds. A. R. de Jong. Onderwerp: „Het lijden der onschuldigen". Eglise Réformé Wallone. (Begijnhof.) Dimanche 4 Fevriér. Pas de Service, a 9 h. 15: Ecöle du Dimanche. HEEMSTEEDSE RADIOCENTRALE (Des avonds van 78 uur.) Maandag 5 Februari 1940. Sedan marsch, Groot Blaasorkest „Magyar Melody", Louis Levy en zijn orkest Da geh' ich in's Maxim, Herbert Ernst Groh Gold diggers of 1935, Reginald Dixon Gernhab' ich die Frau'n gekuszt, Herbert Ernst Groh Sweet Adeline, Reginald Dixon Ein Schif- flein fart nach Holland, Harmonika Dansorkest Kann den Liebe Siinde sein, Adalbert Lutter en zijn orkest Friihlungsglaube, Jo Vincent Pal of my dreams, London Piano Acc. Band Wiegenlied. Jo Vincent Unter den Briicken von Kfiln, Harmonica dansorkest Von der Puszta will ich traumen, Adalbert Lutter en zijn orkest Zwischen Shanghai und St. Pauli, Orkest o.l.v. E. Schneidewind Marching along together, London Piano Acc. Band Man musz auch mal 'nen Hupfer fun, Orkest o.l.v. Erich Schneidewind Schupo mars, Groot Blaasorkest. Dinsdag 6 Februari 1940. Erzherzog Albrecht marsch. Muziek en Trom melkorps immer feste mitgemacht, Harmo nica dansorkest „Swing, teacher, swing", An ton and the Paramount orkest Keep calling me sweetheart, Joe Petersen „Sally, Irene and Mary", Anton and the Paramount orkest Saw a ship a sailing, Joe Petersen In Ham burg ist es schön, Harmonica dansorkest Dixpa Hits No. 16. Reginald Dixon See- mannslos, Herbert Ernst Groh -Troikafahrt, Orkest o.l.v. Eugen Wolff Remember me, Billy Reid en zijn acc. band Steh' ich in Fenstrer Mitternacht, Herbert Ernst Groh Nachtexpress nach Warchau, Orkest o.l.v. Eu gen Wolff Hi-ha-Holland dans, Ramblers dansorkest Little drummer boy, Billy Reid en zijn acc. band Een beetje rhytme in het alphabet, Ramblers dansorkest Germania marsch, Muziek- en trommelkorps. Woensdag 7 Februari 1940. Deutschmeister marsch, Militair orkest - Duze mich, Harmonica dansorkest Le bon- heur n'est plus un reve, Tino Rossi Ram blers Radio Revue, Ramblers dansorkest Lustig woll'n wir sein, Harmonica dansork. Tchi, tchi, Tino Rossi Dixon Hits, Reginald Dixon Vesti la Giubba, Enrico Caruso My rhythm, Jungherr's Acc. Band M'Appari, En rico Caruso Wind and waves, lungherr's Acc. Band Im Radio gibt es heute Tansmusik, Eugen Wolff en zijn orkest I can't dance, Nat Conella his Georgians Wenn Matrosen mal an Land geh'n, Eugen Wolff en zijn orkest Bessie couldn 't help it, Nat Gonella his Georgians O du mein Oesterreich, Militair orkest. Donderdag 8 Februari 1940. Badenweiler marsch, Blaasorkest o.l.v. George Furst Es geht nicht ohne Liebe, Eugen Wolff en zijn orkest Mina, de rumba koningin, Ramblers dansorkest Ich kann an hiibschen Madels nicht vorübergeh'n, Eugen Wolff en zijn orkest De zingende muis, Ramblers dans orkest Dixon hits No. 15, Reginald Dixon Venus on earth, B.B.C. wireless chorus Ich kenne ein Haus in Paris, Accordeon orkest Unrequited love, B.B.C. wireless chorus An der Waterkant, Accordeon orkest Au bal de l'amour, Tino Rossi Drum seid heut' lustig, Harmonica dansorkest Paris voici Paris, Tino Rossi The strawberry roan, Big Bill Camp bell and band Trink, mein Madel, trink, Har monica dansorkest The lonesome trail ain't lonesome any more, Big Bill Campbell and Band -Unter Bayerns Ratitenbanner, Blaas orkest o.l.v. George Furst. Vrijdag 9 Februari 1940. Prins Berhard marsch, Polydor Harmonie orkest Gnad ge Frau, wo war'n sie gestern, Willy Forst Grillenhochzeit, Will Glahe en zijn orkest Bel Ami, W.lly Forst Tandelei, Will Glahe en zijn orkest -Midnight in Paris, London Piano Acc. Band „Hello Blackpool", Jay Wilbur en zijn orkest C'est aux iles d'amour, Tino Rossi Poor little romany, Lon don Piano Acc. Band El Danzon, Tino Rossi Horsey, horsey, Ramblers dansorkest Parade of the tin soldiers, Reginald Dixon Tes bras, Tango orkest o.l.v. Mario Melfi Colonel Bogey, Reginald Dixon Steeple chase, Ramblers dansorkest Pour tous, chan- te ma guitare, Tango orkest o.l v. Mario Melfi Neerlandia potpourri, Polydor Harmonie orkest. Zaterdag 10 Februari 1940. Marche du Ier Regiment de Lanciers Beiges, Militair orkest Tango, du bist doch mein Lieblingsmusik, Georges Boulanger en zijn ork. J'attendrai, Rina Ketty For you alone, Lucia, London Piano Acc. Band -Sleep, Ram blers dansorkest Sombreros and Mantillas, Rina Ketty Am schwarzen Meer, Georges Boulanger en zijn orkest Le temps des ceri ses, Tino Rossi Sweet Honolulu, London Piano Acc. Band Big apple, Ramblers dans orkest Reviens, Tino Rossi Whistle while you work, Harry Roy en zijn orkest Dixon Hits No. 16, Reginald Dixon Ma guitare qui chante, Stefano en zijn orkest With a smile and a song, Harry Roy en zijn orkest On ouvre demain, Stefano en zijn orkest Marche du 37me R. I., Militair orkest. Engelsche Import Steeds voorhanden GR. MARKT fy'GR. HOUTSTR. (Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie.) HULP IN DE GEZINNEN VAN GEMOBILI- SEERDEN TE HEEMSTEDE. Het Comité, door „Kerk en Vrede" opge richt tot het verlenen van hulp in de gezinnen van gemobiliseerden, heeft in December een aantal Sint Nicolaas- en Kerstpakketten kun nen uitreiken, dank zij de in dit blad reeds ver antwoorde giften. Er werd geregeld doorgegaan met het ver lenen van huishoudelijke hulp, stop- en naai werk, oppassen en verzorgen van kinderen. Jammer genoeg kon echter niet voor elk af zonderlijk geval een passende oplossing wor den gevonden. Daarom doen wij nogmaals een beroep op allen, maar speciaal op de dames-lezeressen in Heemstede, die een deel van hun tijd willen beschikbaar stellen, liefst met vermelding van voorkeursdagen en -tijden en het soort werk, dat zij bereid zijn te doen. Hoe groter reserve wij hebben, hoe gemakke lijker en doeltreffender wordt het werk. Daarbij nog een dringende oproep om ons financiëel te helpen. De kas is leeg en er zijn zo veel gevallen, waarbij in een dringende be hoefte moet worden voorzien. Aanbiedingen en aanvragen voor hulp, alsmede financiële bij dragen worden gaarne ingewapht bij den secretaris-penningmeester van het Comité: H. J. Blokker, Bronsteeweg 26, postrekening 227889 (bij Mevr. J. Z. VisserBrutel de la Rivière, P. Aértszlaan 9, tel. 13686, of bij Mevr. M. van Luin-Riemersma, Bronsteeweg 76, postrekening 94688, tel. 15538. HET COMITé. Beschermt U tegen de felle koude met een vanaf 95 cent Bij DROGISTERIJ J. NAN ass apotheker WILHELMINAPLEIN 17 - TELEFOON 28366 HET KORTE VERHAAL H.P.C.-NIEUWS. Uit de twee voor de Wintercompetitie ge speelde wedstrijden van het eerste zevental van H.P.C. zijn een 3-tal punten behaald. Tegen Z.I.A.N. uit den Haag werd een goede wed strijd gespeeld, waarbij de H.P.C. gedurende de gehele wedstrijd de bovenhand voerde, doch deze meerderheid niet in doelpunten wist uit te drukken. Goed samenspel tussen de voorhoede spelers bracht de H.P.C. door toedoen van Kolderie een aanvankelijke voorsprong, doch na de rust wist Z.I.A.N. gelijk te maken. De span nende kamp om het winnende doelpunt bleef echter zonder resultaat, waardoor Z.I.A.N. iets meer kreeg dan het verdiende. Dinsdag j.l. moest het eerste wederom te water tegen Poelmeer uit Leiden. In deze wed strijd werd met succes Braam als midden-voor geprobeerd, ondanks het feit, dat hij op wel zeer zware wijze werd afgedekt. Het betere samen spel der H.P.C.-ploeg moest leiden tot een over winning, en het is te danken aan den uitmunten den doelverdediger der Leidenaars, Ydens, dat de H.P.C. met een 51 overwinning uit het water ging. Voor de Kringcompetitie behaalde het Dames zevental de verwachte overwinning op D.W.R. II. Met 1—0 namen zij revanche op de onlangs geleden nederlaag. Het medespelen van Mei. Sevensma, die het enige doelpunt van de wed strijd scoorde, bleek een versterking voor de ploeg te zijn. Tegen het sterke H.V.G.B. II kon het derde zevental het niet bolwerken. Hoewel over het algemeen op sommige momenten aardig spel vertoond werd, was dit niet voldoende om H V.G.B. de baas te blijven. Toch ziet H.P.C. het verdere verloop met enig optimisme tege moet, aangezien thans de zwaarste wedstrijden achter de rug zijn. Door F. A. KONIGER. „Dus tot morgen, Annele, als het weer zo blijft. Precies om 9 uur aan het station. Ja natuurlijk met ski's!" riep hij haar nog na, toen ze al in de huisdeur stond. Terwijl Annele nog in haar bed aan den aardigen jongen, die zich als Jan Wezel had voorgesteld, lag te denken, zat deze Jan in de enige gemakkelijke stoel van zijn huurkamer, zag het knappe gezichtje van Annele voor zich en had zichzelf kunnen slaan omdat hij zich er zo lelijk had ingedraaid. Die ski's, dat was niet zo erg, die zou Paul hem wel lenen, maar hoe moest hij in één nacht tijds leren skiën? Hij had misschien toch niet zo moeten opscheppen, want niemand zou het tenslotte gek vinden, dat een jonge Hollander, die in Zwitserland een baan had ge. regen en pas tegen het voorjaar in die Daan was gekomen, nog niet kon skiën. Het was, omdat er nu toevallig nog zoveel sneeuw lag, maar anders zou niemand er verder over praten. Maar ia, toen Annele over haar ski-avonturen was begonnen, vond hij het zo dom st..an, om helemaal niet te kunnen mee praten, dat l..j allerlei wintersportverhalen bij elkaar gelogen had. En het was duidelijk, dat ze hem gelootde! Hoe kon ze anders op het idee gekomen zijn om morgen met hem een skitocht te maken! jan bad in stilte, dat het zou dooien de volgende dag. In deze tijd van het jaar was dat heel goed mogelijk. „Wat ziet hij er leuk uit!" dacht Annele, toen ze naast hem in het treintje zat, dat hen naar boven moest brengen. Ze hadden beiden ski's bij zich en maakten de indruk volkomen op de hoogte te zijn met deze mooiste der sporten. „Het dooit een beetje," zei Jan. „Zie je, hoe het van de takken drupt? Wat zonde is dat nu!" „Ach die paar druppels," lachte Annele, „daar zuilen we heus geen last van hebben. Misschien is dit de laatste dag van het jaar. En je hebt beloofd, dat je me de Telemark zou leren!" „De wat„De Telemark, dat heb je toch gisteren gezegd!" Jan kreeg het er warm Feestavond. De jaarlijkse feestavond ligt weer achter ons, en met voldoening kunnen wij terugzien op een avond met uitbundige stemming. Het harde werken van de feestcommissie is wel zeer be toond geworden. Spontaan werd aan de vele attracties meegedaan, waarbij de H.P.C.-band haar beste beentje voorzette. De band onder leiding van Dick van Gelder heeft veel bijgedra gen tot het welslagen van de avond. Met haar succesnummers, als Flip de Fluiter e.d. oogstten zij een enthousiast applaus. De feestcommissie kan met trots op haar werk terugzien, want een ieder trok te 3 uur voldaan over de zeer ge slaagde avond huiswaarts. DAMMEN. Competitie Haarl. R.K. Dambond. Dinsdagavond had een ontmoeting plaats tus sen St. Bavo A en Ontwikkeling. Over het al gemeen was St. Bavo iets sterker. De helft der partijen eindigde in remise. De uitslag was, dat St. Bavo A 13 punten behaalde en Ontwikkeling 7. van. Wat had hij allemaal voor onzin beloofd in zijn overmoed gisteren. TelemarkTele mark? Hij was al blij, als hij die onmogelijke lange latten onder zijn schoenen kon vast maken! Intussen naderden ze het oefenterrein. Hij veegde de druppeltjes van zijn voorhoofd. Was er dan nergens een uitweg? Hij benijdde de jongens met de bobsleden. Daar hoefde je maar op te gaan zitten, je hield je meisje stijf vast en je suisde naar beneden. Dat had hij in Hol land ook wel eens gedaan. Waarom lag er nog sneeuw in deze tijd van het jaar?! Het moest niet mogen! „Zo, oaar zijn we er." Jan zette zijn ski's on verschillig tegen een hut en keek Annele vragend aan. Ze stonden aan de voet van de oefenheuvel en lieten de sleden langs zich glijden. Jan lette helemaal niet op. Er zijn maar twee mogelijkheden, d-cht hij. Of ik moet toe geven, dat ik nog nooit in mijn leven op ski's heb gesiaan dan is het natuurlijk uit. Of ik moet stomweg gaan staan en me naar beneden laten glijden dan is het natuurlijk ook uit! Ik maak me in ieder geval belachelijk. „Pas op!!!" Jan hoorde het al niet meer. Voor hij wist, wat er gebeurde, was een grote bobslee tegen hem aangereden en lag hij op de grond. Toen hij zijn ogen weer opendeed, zag hij Annele's angstig gezicht. „Heb je je pijn gedaan, Jan? Hij probeerde zijn voet te bewegen. „Au! Allemachtig, die kan ik niet gebruiken. Zeker verstuikt!" Daarbij straalde hij, alsof hij de tien duizend gewonnen had. „Alleen maar verstuikt! Goddank!" Terwijl er veel mensen omheen kwamen staan en vroegen wie de schuldige was, wenkte hij den eigenaar van de bobslee, een jongen van een jaar of 13, die met een benauwd gezicht aan de kant stond. „Kom eens hier," zei Jan. „Kom, dit is voor de schrik!" Verwonderd keek de jongen naar het geld stuk in zijn hand. Nee, zoiets, hij dacht al, dat hij een draai om zijn oren zou krijgen! Annele was niet minder verbaasd, maar ze vroeg niets en steunend op haar hinkte Jan weg, tot hij naar huis gebracht zou kunnen worden. Iedere dag kwam Annele informeren, hoe het met hem ging en na een week bracht hij zijn eerste tegenbezoek. Het dooide allang en er lag al bijna geen sneeuw meer. „Eén ding moet je me zeggen," zei Annele, toen ze naast elkaar op de divan zaten, „waar om heb je dien jongen nog geld gegeven ook?" Jan keek verlegen, „je wordt boos, als ik het zeg." „Nee, ik zal niet boos worden, heus niet!" „Nou, dat deed ik omdat ik dien jongen erg dankbaar was!" „Dankbaar?" „Ja, Annele, ik kan namelijk helemaal niet skiën!" Annele keek hem lachend aan: „Het is een schandaal om me zo voor te jokken! Maar, weet je, ik kan het ook niet! Ik heb ook gelogen!" En terwijl ze elkaar kusten, tastte Annele voorzichtig achter haar rug en trok een klein, bruin bordje van de muur, dat ze onder een kussen schoof. Op dat bordje stond: „Garmisch- Partenkirchen 1938. le Prijs afdalingswedstrij- den. Annele Huber." door G. Th. Rotman (Nadruk verboden) 8990. De grote aap vloog, getroffen door een flinke stoot van de neushoorn, minstens vijf meter de lucht in, smakte met een plof neer en volgde toen zijn kroost, dat allang gemaakt had. dat het uit de voeten kwam. Sam, Siokkie en Katjemau waren nu spoedig bevrijd. De dokter zei: „Ik ga niet verder mee; ik bedank jullie, en ik raad je aan, ook terug te gaan; die familie Hippo bereik je tóch nooit, want voordat je ze gevonden hebt, ben je allang door slangen of krokodillen opgepeuzeld!" Nu, daar waren Sam en Siokkie 't mee eens. Stapman, die zich op z'n eigen houtje in veiligheid had gesteld, wa^ spoedig ge vonden en na een hartelijk ^afscheid van Katjemau werd.... de terugtocht aanvaard. 91. Het eerste doel van de reis was na tuurlijk Rondlobbes, die toch moest weten, hoe het met zijn wagen afgelopen was. Hij zat juist met een omwoeld been, want hij had vreselijk rheumatiek. „Dat treft prach tig!" dacht Dr. Dikpoot, want nu kon hij hem voorstellen, hem gratis te behandelen in ruil voor het verlies van de wagen en zo kostte het hem niets! 92. Dr. Dikpoot besloot nu, voorlopig bij zijn vriend Rondlobbes achter te blijven; Stapman kon de weg we! vinden. Rondlob bes legde hem een andere weg uit, die vol gens hem korter en gemakkelijker was en Dr. Dikpoot beloofde, dat hij mevrouw Tamos en haar broer wel de groeten van hen zou doen.'En zo trokken ze, na hun trouwe vrienden hartelijk gegroet te heb ben. huiswaarts. Stapman met Sambo en Siokkie. mmm FEUILLETON Roman van I. F. J. GROOTHEDDE (Nadruk verboden.) 23) „Zelfs ik zou je niet meer herkennen. Buiten staat mijn merrie, bepakt met alles wat je nodig hebt. De ranch van Joe ligt honderd mijl van hier. Als je vanaf de populier recht naar het Noorden rijdt, kan je niet missen. En nu.... moet je gaan. Tot.... tot weerzien, Hall, mijn lieve, lieve jongen." Ze barstte in tranen uit en viel in Hall's ar men. Lang hield hij haar omklemd, te ontroerd om iets te zeggen. Maar weer maakte zij zich los. „Ga nu, Hall, iedere minuut is kostbaar. Vaarwel, moge de Hemel ons weer tezamen brengen." „.Vaarwel, mijn lief dapper meiske. Ik zal steeds aan je blijven denken. Vaarwel, Marion." Ze gingen naar buiten, waar de merrie rustig wachtte. Hall sprong op haar rug, bukte zich nog eens naar Alarion over en galoppeerde weg. Marion liep met gebogen hoofd naar huis en schreide die nacht haar kussen nat. Toen de ochtend aanbrak, had Hall ongeveer de helft van de weg naar de ranch afgelegd, zonder dat zich enige stoornis had voorgedaan. De merrie was bepakt met dekens, voedsel, Marion's geweer en voldoende ammunitie. Maar ondanks de bepakking liep het dier uitstekend. Hall ontdekte enige papieren. Nieuwsgierig keek hij ze in. Het was een geboorte-akte ten name van Miles Bedford. Verbaasd keek Hall naar het stuk, maar een begeleidend schrijven maakte hem alles duidelijk. Het geweer, de de kens en ook de merrie droegen de initialen M.B. en daarom had Marion een geboorteakte gefabriceerd voor Miles Bedford. Ze had ook overal aan gedacht en dat het nodig was, bleek even later. Hij passeerde enig struikgewas en aan het einde daarvan stond hij plotseling tegenover twee mensen van de Bereden Politie, die hem de weg versperden met het geweer in de aanslag. Hall hield zijn paard in vroeg wat ze wensten. De oudste van de twee kwam naar voren en vroeg: „Wie ben je, waarvandaan, waarheen?" „Miles Bedford, van het Zuiden naar het Noorden. Ik ga me vestigen als pelsjager," ant woordde Hall prompt. „Hm. Afstijgen, papieren tonen." Hall voldeed aan het bevel, steeg af en reikte de geboorteakte over met de woorden: „Meer heb ik niet, ik hoop, dat het vol doende is." De oudste bekeek het papier, terwijl de ander het paard en de bepakking onderzocht. Hall kreeg het papier terug met de bemer king: „In orde. We wilden u geen overlast aandoen, maar we hebben opdracht, iedereen aan te hou den. Indien u op weg naar het noorden soms een persoon mocht zien van uw lengte, donker van uiterlijk, gezeten op een blauw-zwarten hengst, wees dan zo goed even terug te keren en ons te waarschuwen." Hall beloofde het grif, steeg weer op en gaf een kreet van pijn. „In orde," lachte de jongste, die hem aan zijn baard had getrokken, „ik wilde alleen maar even zien, of hij echt was." Hall mopperde wat en reed door, dankbaar om Marion's voorzorgen. Het scheen, dat Blue- corn er alles op had gezet, om hem te vangen. Maar zijn eigen dochter was hem te glad af. Jim Pavlick scheen zijn woordje wel goed gedaan te hebben, dat de oude Bluecorn, die hem toch niet lijden mocht, door hem bepraat was geworden. Het landschap, waar hij nu door reed, was bezaaid met struikgewas en rijk aan wild. On danks zijn sombere gemoedsstemming genoot hij van de jonge ochtend. Het herinnerde hem aan de eerste morgen in het veld. Hoe kort was dat nog geleden, maar toch leek dat tijdstip al ver achter hem te liggen. Kom, hij moest nu niet meer aan zijn verleden denken, maar moe dig de toekomst onder de ogen zien. Doch on danks zijn voornemen, om het verleden te laten varen, verwijlden zijn gedachten al spoedig weer in de Grasvallei en bij het liefste dat hij daar had achtergelaten, Marion. En telkens vroeg hij zich wanhopig af of er nog ooit een tijd zou komen, dat hij terug kon keren, om haar als bruid op zijn ranch te brengen. AI rijdend en denkend deed hij zijn ontbijt. Dat verdreef de slaap, die hem, door de een tonige schommeling van het paard, begon te besluipen. Maar toen het eten gedaan was, knik kebolde hij weer spoedig en dreigde af en toe van het paard te tuimelen. Daarom dreef hij de merrie tot een straffe galop aan en rustte niet eerder, voor hij de gebouwen van een ranch voor zich zag opduiken. Hij reed het erf op en zag juist Joe Blackburn naar buiten treden. Deze bleef staan en riep: „Er is geen werk voor je, kameraad. Als je een boterham wilt hebben, kun je die krijgen." „Heb je niks beters," bromde Hall, „geen stuk vlees met wat whiskey?" Joe staarde hem verbluft aan, boog tot aan de grond en zei: „Wil Zijne Majesteit misschien ook een hele os met een ankertje champagne? Zeer vereerd met uw bezoek en als je niet, één, twee, drie weg bent, schiet ik je weg. Vooruit, opgemar cheerd!" „Nou, nou, Joe, wat een praatjes tegen je heer en meester," lachte Hall, „maken die haar tjes je zo kribbig? Ik ben toch ook vriendelijk voor je, als je je in 'n week niet geschoren hebt?" „Wel allemachtig," riep Joe, „het is, geloof ik, Hall Pennock!" „Geloof ik? Neen, ik ben werkelijk Hall Pen nock, maar ik reis incognito, begrijp je? Het is mirakel gemakkelijk." Hij sprong van zijn paard. De verbaasde Joe kwam met uitgestrekte handen op hem toe. „Welkom, welkom op de ranch. Denkt u te blijven? Waarom heeft u die baard aangetrok ken? Vervolgt Bluecorn u? Wel verdraaid, dat is de merrie van Marion. Hoe komt u daaraan?" „Hoor eens hier, Joe, ik vind je een beste kerel, maar je moet niet altijd zoveel vragen tegelijk doen. Neem me mee naar binnen, bied me een verfrissing aan, dan zal ik je alles gauw even vertellen. Ik ben nogal gehaast, zie je! Zou je vrouw niet van me schrikken?" Joe ging hem lachend voor en spoedig zat Hall in de huiskamer zijn wedervaren te ver tellen. „Wat gaat u nu doen?", vroeg Joe, toen hij uitgepraat was, „u kunt natuurlijk hier blijven, maar ja, hoogstwaarschijnlijk komen ze wel een kijkje nemen. De oude Bluecorn schijnt u met alle geweld te willen hebben. Die Jim zal hem wat moois hebben wijsgemaakt. Het is en blijft maar: Jim. Zou het toch maar niet het beste zijn, een kogeltje aan hem te wagen? Maar neen, moord is moord. Laat ik er maar niet meer over praten, want mijn handen gaan jeuken." „Blijf jij maar rustig hier, Joe. Ik ga naar het Noorden en ik ga maar spoedig, want ik voel me hier toch niet erg gerust. Weet je wat je me bezorgen moest? Mijn hengst Black-Devil, een pakpaard, een paar geweren met flink wat ammunitie, een stevige voedselvoorraad en.... neen, dit is genoeg. De rest koop ik wel in het Noorden. Geef me nu pen en papier, dan schrijf ik even een briefje, terwijl jij dat in orde maakt," Hall schreef een korte, maar hartelijke brief aan Marion. Toen hij er mee klaar was, kwam Joe melden, dat alles gereed stond. Hall droeg hem op de brief aan Marion te bezorgen, tege lijk met de merrie en haar verdere bezittingen. Black-Devil trappelde van zenuwachtige vreug de, toen hij zijn meester's stem hoorde, brieste vrolijk en steigerde van ongeduld, om weg te komen. Hall klopte hem vriendschappelijk op de nek, slingerde zich in het zadel, reikte Joe en de snel toegelopen boys de hand, zwaaide hun een vaarwel toe en zwenkte het erf af, on der hun luide toejuichingen en zegewensen. De hengst, goed uitgerust en gevoed, tintelde van levenslust, en zette er, zonder aansporing, dadelijk een flinke draf in. Hall reed, tot de zon op het hoogste punt gekomen was, kluister de de paarden, zodat ze niet te ver konden dwa len, nam een middagmaal van brood en ge droogd vlees en strekte zich uit in de schaduw van een paar struiken, waar hij spoedig in een geruste slaap gedompeld was. Hij ontwaakte geheel uitgerust en voor de avond viel, had hij nog ruim 30 mijl afgelegd (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1940 | | pagina 2