Voor 'teerst op reis.
schepen in de haven te vernielen. De noo-
dige voorzorgsmaatregelen zijn genomen.
De Suddeutsche Preste bevat een
vermakelijk bericht omtrent den stand der
onderhandelingen tnssehen Pruisen en de
Eoomsche Curie. Het Vatikaan zou ge
vraagd hebben, hoe Pruisen zich houden
zou, indien de vraag der teruggave van
Eome aan den Paus werd opgeworpen.
«Ongeveer zoo, als wanneer werd gespro
ken van de teruggave van Metz en Straats
burg aan Frankrijk", zou het Pruisiesche
antwoord hebben geluid.
Naar het Vaderland verneemt,
hebben de heeren Mr. Vissering, oud
minister van Fin., van Kerkwijk, lid der
Tweede Kamer, en Dr. Oudemans, hoog
leeraar te Utrecht, bedankt voor het lid
maatschap der jury voor de tentoonstel
ling, waartoe zij benoemd waren door den
Minister van Koloniën.
Te Parijs is eene tentoonstelling
van voedingsmiddelen geopend. Er zal
een wedstrijd van koks aan verbonden
worden. Twee en vijftig dezer kunstenaars
hebben zich reeds aangegeven Zij zullen
ieder op zijn beurt een dinee klaarmaken
de jury zal deze gebruiken en na het laatste
dinee uitspraak doen. 't Zal moeilijk val
len, hierover een onpartijdig oordeel te
krijgen. De laatste koks toch zullen in
oneindig slechtere konditie zijn dan de
eerste, daar zij met de ontredderde digestie
hunner beoordeelaars rekening te houden
hebben.
De te Kotterdam heerschende pok
ziekte heeft, teugevolge van de daaruit
voortvloeiende uitgaven voor onteigening
ten laste van 's Eijks schatkist, het be
schikbaar gestelde bedrag van f 21,000
uitgeput. Eeeds nieuwe vorderingen zijn
bij bet Departement ingekomen tot een
gezamentlijk bedrag van ruim f 2000.
Er is dus voorziening noodig ter bestrij
ding van deze en nog te verwachten uit
gaven, die waarschijnlijk vrij aanzienlijk
zullen wezen, doch waarvan het bedrag
uit den aard der zaak niet met juistheid kan
geraamd worden. Daarom is een krediet
van 39,000 aan de wetgevende macht
aangevraagd.
Uit Harlingen wordt gemeldDe
hoofdoorzaak van het uitwijken van zoo
vele arbeidersgezinnen uit het noorden en
westen van Friesland naar Amerika moet
gezocht worden in het nagenoeg verdwijnen
van den vlasbouw, die gedurende de laatste
vijf jaren telkens minder is geworden
tengevolge der daling van de vlasprijzen.
Het vlas eiseht van het oogenblik dat het
opkomt tot aan de aflevering telkens ar
beid waardoor de bouwman als 't ware
steeds in voorschot is; natuurlijk rekent
hij op terugontvangst van dat gelden bij
de lage prijzen der laatste jaren is hem
in dezen zoo menige teleurstelling berok
kend dat hij het niet meer geraden acht,
dezen tak van landbouw te beoefenen.
Volle arbeiders verdienen 8 cent per uur,
de mindere 6 centBij zulke verdiensten
gaat men lichtelijk over tot emigreeren.
Ook koolzaadanders een belangrijk pro
duct in deze strekenwordt weinig ver
bouwd in aanmerking van den ontzaglijken
voorraad, welke van dit artikel nog van
vorige jaren overig is. (Z. O.)
De omweersbuien van de laatste da
gen hebben op verschillende plaatsen scha
de berokkend door brand. In den Haag is
een ongeluk veroorzaakt,'t welk bewijst,
dat de telefoondraden toch niet geheel en
al zonder gevaar zijn.
De bliksem heeft den telefoondraad van
den stoomtram tusschen Loosduinen en het
stationten huize van den Heer J. W. van
der Ark, getroffen. Hij volgde den tele
foondraad die zich boven in de deur ope
ning van genoemde herberg ombuigt en
daar zijn eindpunt vindt in de naast het
buffet staande batterp. Nog voor die batterij
bereikt te hebben werd de draad afgebro
ken en stond het voorhuis een oogenblik
in lichte laaie gloed. Glazen werden van
het buffet geslagen en de toonbank bescha
digd maar persoonlijke ongelukken hadden
niet plaats. De huisgenooten waren geluk
kig spoedig van den schrik bekomen.
In een spoortrein tusschen Katin
gen en Hösel, in Eijn-Pruisenheeft een
ontploffing plaats gehad. De Westf. Ztg.
verhaalt daaromtrent: De machinist ont
dekte, niet ver van Hösel, midden in het
bosch, aan een schijnsel op de boomen,
dat een der waggons in brand stond. Hij
liet onmiddelijk den trein stilhouden en
het bleek nu, dat de brand in een coupé
derde klasse was uitgebroken, blijkbaar
tengevolge van een ontploffing.
De portieren waren aan beide zijden
open en op de loopplank stond een passagier
jammerend te roepen om zijn vrouw, die
met nog vier andere passagiers bij het ont
staan van den brand uit den waggon was ge
sprongen terwijl de trein in volle vaart was.
De arme vrouw werd een eind weegs ver in
een erbarmelijken toestand gevonden en zij
overleed nog vóór zij te Kettwig, waar
heen zij vervoerd werd was aangekomen.
De vier anderen zijn ook ernstig gewond.
Twee passagiers in den aangrenzenden wag
gon sprongen mede in hun angst daaruit, en
een hunner verrekte zich een schouder.
Het ongeluk ontstond door vuurwerk
dat een der passagiers, een handelsreizi
ger, in den zak had, en dat door de wrij
ving tegen de bank ontplofte. De reiziger
zelf kreeg ernstige brandwonden aan de
handen en het hoofd.
Ongeveer duizend Weener brood
bakkers zijn Zaterdag naar het lokaal der
bakkersvereeniging getrokkenen hebben
daar vensters, deuren en meubelen kort
en klein geslagen. Eerst na een gevecht
met de woelige bakkersslaagde de politie
er in de orde te herstellen.
Ook het huis van den voorzitter der
vereeniging werd aangevallen door een ben
de van 400 mannen. Een voorname reden
tot ontevredenheid voor de bakkersknechts
is, dat er, na de werkstakingvele nood
hulpen van buiten in dienst blevenwaar-1
door zij nu zonder werk zijn.
Door een vonk van een locomotief is
te Union City, in den Amerikaansehen
Staat Indiana, een brand ontstaan die,
door hevigen wind aangewakkerdzich i
snel verspreidde en het beste gedeelte van
de handelswijk der stad in de asch legde.
Koninginhof, in Bohemen, een plaats
van 6000 inwonersis ook voor een groot
gedeelte door brand vernield.
De Schalt van Perzië is onlangsnaar
Britsch-Indische bladen verhalen, leelijk
gefopt. Hij had den Kltan van Bokhara
eenige klokken met speelwerkspiegels en
dergelijke ten geschenke gezondenen de
Khan beantwoordde die beleefdheid met de
toezending van zes jonge meisjes van on
geveer 16 jaren voor den harem van den
Schah.
De odalisken werden echter onderweg
met hare begeleiders door de Turkomannen
gevangen genomen. De Schah bood nu als
losprijs voor ieder der gevangenen vier
officierskruisen van zijn zonne en leeuwen
orde, maar de roovers vonden lieve jonge
meisjes de schoonste decoratie en weigerden.
Eindelijk echter werd men het eens, dat
de Schah voor iedere odaliske een losgeld
van ƒ2000 zou geven.
Zoo kwamen dan eindelijk de lang ver
wachte schoonen te Teheran aanmaar
tot zijne groote verontwaardiging ontdekte
toen de beheerscher van Perzië dat de
Turkomannen de jonge meisjes gehouden
hadden, en hem in plaats daarvan zes
oudere exemplaren uit hunne harems ge
zonden hadden.
In een schouwburg van de Engelsehe
stad Bury, had dezer dagen een akelig
tooneel plaats. Bij de opvoering van »de
Negerhut»» had men de bloedhondendie
George Harris bij zijn vlucht moesten
vervolgen, door een ongelukkig verzuim
niet gemuibanden de drie groote dieren
vielen in allen ernst op den acteurdie
voor Harris speelde, aan.
Zij wierpen hem op den gronden hij
liep groot gevaarverscheurd te worden.
Door tu8schenkomst van een der medespe
lers, een krachtige neger, en den direc
teur van den schouwburgwerden de woe
dend geworden dieren met groote moeite
eindelijk bedwongen.
Het publiek verkeerde ondertusschen in
groote opgewondenheid. De gordijn viel;
maar een half uur later kwam de gewonde
acteurwiens vrij ernstige kwetsuren
inmiddels verbonden warenweder op het
tooneel en speelde zijn rol met groote koel
bloedigheid verder af.
Er zal in Augustus a. s. te Berlijn
eeu aeronautische tentoonstelling gehouden
wordenwelke voornamelijk ten doel heeft
een overzicht te geven van de verschillende-
plannen tot het bestuurbaar maken van
luchtballonsen waar ook alles zal opgeno
men worden wat op het gebruik van lucht
ballons betrekking heeft.
Eerstdaags zal de groote brugdie
over de East-rivier heen Brooklyn met
New-York verbindt, geopend worden.
Met den bouw van deze reusachtige brug
werd in 1870 begonnenalleen het bouwen
van de zuilen heeft zeven jaren opgehou
den, en thans eerst, na ruim 13 jaren, is-
het werk voltooid.
De brug heeftmet haar beide glooiend
afloopende toegangswegen een lengte van
5,989 voeten. Het middengedeeltewaar
de schepen onderdoor varenis van de eene
zuil naar de andere 1,585 voeten en het
geheele hangende deel van de brug is 3,455»
voeten lang. De hoogte is in het midden
135 voet boven de oppervlakte van het
water, bij hoog peil.
De feestelijke opening van die brug was
op 24 Mei bepaald. Maar die datum ergerde
de Ieren te New-York zeeromdat het de
verjaardag van Koningin Victoria isen
zij de opening op dien dag als een belee-
diging voor hen beschouwden. Zij dreigden,,
de brug met dynamiet te vernielenals de
datum niet veranderd werden de New-
Yorksche gemeenteraad heeft nu verzocht r
dat de opening op 30 Mei bepaald zou
worden.
Men schrijft aan de Leidsche Courantr
«Donder in Meiis gras in de wei», zegt de
boervooral nu daarbij de lang gewensch-
te regen gekomen is. Het is zeer groei
zaam de weide komt in het grashet vee
(-Naar 't Hoogduitsch van L. Man now).
3)
Verbaasd staarde de man mij aan;
hij scheen mij als een onnoozel schep
sel te beschouwenmaar verwaardig
de zich niet meer mij antwoord te
geven, doch liep met een medelij
dend schouwderophalen de kamer
uit. Zoo bleef ik dan tot op den
middagtijd in mijne kleine kamer,
maar toen verliet ik, om niet verder
argwaan te wekken, het huis, opdat
de menschen mochten meenen, dat
ik in een der restauraties het middag
maal ging gebruiken.
Zoo liep ik langs de grootste
banketwinkels en restauratiesvan
waar de verleidelijkste geuren mij te
gemoet stroomden, en de heerlijkste
lekkernijen mijn oog in verzoeking
brachten, waardoor echter mijn ver
langen om mijn honger te stillen
steeds meer geprikkeld werd, en ze
ker liet die honger zich nog meer
gevoelen, juist door het bewustzijn,
dal ik van alle middelen ontbloot was,
om mij het noodigsle te verschaffen.
Eenige koperen muntslukjens, ten be
drage ongeveer van een halven gro-
schen, waren nog aanwezig in de
veelbeteekenende portemonnaie. Vast
beraden trad ik den eersten den bes
ten worstwinkel binnendoch de ele
gante uitstalling en de talrijke kalan
ten joegen mij zulk een angst aan,
dat ik juist van plan was, den win
kel weder te verlaten, toen de win
kelier, die mij had zien binnenkomen,
op gebiedenden toon eenigen omstan
ders gelastte, voor mij plaats te maken
waarna hij zich met vrij wat zachter
stem zich tot mij wendde met de vraag,
„wat de jufvrouw verlangde?"
Dit alles bracht me nog meer in
de verlegenheid, en met schuchteren
schroom verzocht ik hem, eerst de
kalanten die vóór mij in den winkel
gekomen waren, te helpen.
„Maar, mejufvrouw," antwoordde
de jonge man zeer galant, „die men
schen kunnen wel wachten, wees zoo
goed te zeggen, wat gij verlangt te
.hebben".
Nadat ik, om niet langer de aan
dacht van het publiek te trekken,
hem gezegd had, wat ik verlangde
te koopenvroeg hijhoeveel ik er
van wenschte te hebben.
„Voor zes pfennige", antwoordde ik
fluisterenden ik kreeg eene kleur al
vuur. De bediende des winkelierss
die nog even te voren zoo beleefd
en onderdanig geweest was, staarde
mij met verbaasden blik aan.
„Voor zes pfennige!" herhaalde hij
ongeloovig.
Ik knikte toestemmend, maar sprak
geen woord.
„Nu, dan maar knoflookworst",
liet hij er half spottend op volgen,
en zonder mij verder het woord te
gunnen, zeidehij, op mij wijzende, zich
tot den juist binnenkomenden winkel
jongen wendend: „geef aan deze
dame voor zes pfennige knoflook
worst!"
Ik waagde het nauwlijks de oogen
op te slaan, want ook de aanwezige
kalanten, die zich na mijn binnen
komen met bijna eerbiedige ingeto
genheid achterafgehouden hadden
kwamen nu weder bij de toonbank, en
mompelden tamelijk luide hun hatelijke
opmerkingen. Zeker zou ik, onder an
dere omstandigheden, na dit alles zon
der het verlangde gekregen te hebben
den winkel uitgeloopen zijnmaar de
honger beheerschle thans alle andere
gevoelens, en ik bleef, totdat mij het
sober ontbijt overhandigd was dooi
den jeugdigen winkeljongen, die de
eenige in dezen kring was, in wien
zich eenig menschelijk gevoel open
baarde, en die mij dientengevolge
ook ruim de maat gaf. Zoo spoedig
ik kon, liep ik nu de straat in, waar
ik angstig op het vrij groote voor
plein van een aanzienlijk huis een
rustig plekjen zocht, om ongestoord
mijn sober maal te kunnen verorberen.
Hongerig als een wolf, at ik mijn
needrig middagmaal op, en door de
gretigheid, waarmede ik mijn honger
stilde, had ik er niets van gemerkt, dat
op den achtergrond 'van het groote
voorplein een jong man mij met de
grootste belangstelling had gadegesla
gen. Hij was uiterst elegant gekleed
en van middelbare grootte, doch de
geestelooze uitdrukking van zijn ge
laal, alsmede zijne geheele houding
boezemde mij meer vrees dan ver
trouwen in, en op hetzelfde oogenblik
dat ik me weder gereed maakte om
van daar te gaan, kwam hij vlak voor
me staan, en sprak op eigenaardig
vertrouwelijken toon„hebt ge zoo'n
haast, mooi juffertjen? Wie een zoo
karigen maaltijd met zooveel eetlust
gebruikt, heeft het zeker lang zonder
moeten doen."
Ik ontstelde er van, toen de jonge
man mij zoo onverhoeds aansprakik
aarzelde een oogenblik, en een blos van
verlegenheid overtoog mijn gelaat.Daar-
door aangemoedigd, sprak hij op steeds
vertrouwelijker toonterwijl een zon
derlinge glimlach om zijne lippen speel
de: „schoone onbekende, wie gij ook
wezen moogt, in geen geval mag ie
mand deze afgeperkte plaats verlaten»
zonder verklaard te hebbenmet welk
voornemen bij er gekomen is, daar,"
zoo liet hij er met grappige opgewon
denheid op volgen, „deze plaats mijn
eigendom is. Mag ik u daarnaar vragen?""
De loon en de wijzewaarop hij dit
zeide, vermeerderde slechts mijn af
keer van hem. Hem met geen blik»
Iaat slaan met een antwoord verwaar
digend, poogde ik hem voorbij te
loopen, doch hij trad mij in den weg,
en staarde mij met brutale onbeschoft
heid aan. Mijn hooghartigheid kwam
in opstand legen dit onridderlijk ge
drag van een man tegenover een hul
peloos meisjen, en'1 was voor mij een
grooter nederlaag dan die, welke ik
eenige minuten in den winkel had
moeten ondergaan. Ik richtte mij in
mijne volle lengte op, en zeide op
een toonwaaruit verontwaardiging
en minachting duidelijk genoeg spra
ken: „laat me los, mijnheer!" „Niet
zonder.eerst tol te betalen," antwoord
de hijterwijl hij zich over me heen
boog en me poogde te kussen. „On
beschaamde!" riep ik ontsteld uit, en,
voordat zijne lippen de mijne konden
aanraken, had ik hem met bijnaboven-
menschelijke kracht van me geslooten;
de uitgang was vrij, en ik van
hem verlost.
Bijna ademloos vloog ik de straat
door. 't Was vreeselijk heet in de zon
mijn hart klopte haast hoorbaar, en
moede en afgemat als een opgeschrikte
ree bereikte ik mijne woning. Toen
ik weder den voet zette binnen het ho
tel garni, dat ik een paar uur geleden
verlaten had, voelde ik mij als van
een drukkenden last bevrijd en kon
ik weer vrij ademhalen.