MAVRA.
geboren. Reeds op 4-jarigen leeftijd trad
zij te Amsterdam in de kleine rollen op.
Achtereenvolgens behoorde zij tot een ge
zelschap onder directie van Mej. Otting,
dat 's -winters vast in Zeeland speelde en
's zomers het land bereisde; tot dat van
de h.h. Cup, Obelt en Koning, 't welk
in Friesland werkzaam was; nogmaals tot
dat van Mej. Otting, en vervolgens
op 15-jarigen leeftijd, tot het gezelschap
van den Haagschen schouwburg onder
directie van Hoedt en Bingley. In later
jaren nam haar echtgenoot de kunstschil
der I. C. Yalois hiervan de leiding over
en voerde haar tot 1876. Mevr. Yalois
Sablairolle8 trad daarna te Rotterdam eerst
onder directie van de hh. Le Gras, Yan
Zuylen en Haspels, en daarna onder die
van den heer W. van Zuylen op. Zij is
daar nog.
Nadere bijzonderheden kan men vinden
in een met warmte geschreven feuilleton
van den heer Jan C. de Yos,inde N. R.
Ct. van Donderdag.
In het Algemeen Politieblad staat
gesignaleerd Karl Graszer, oud 32 jaren
schrijver uit Aichig, distrikt Bayreuth,
gestalte groot, haar en knevel zwart, kleur
bleek; draagt een gouden bril, zwarten
hoed en blauwe overjas, en reist waar
schijnlijk met Babette Reichert, naaister
uit Augsburgmet wie hij naar Engeland
of Amerika wil.
De Beiersche Regeering heeft zijne uit
levering aangevraagd wegens diefstal met
verzwarende omstandigheden van 3000
mark in Beiersche pandbrieven van 500
en 300 nominale waarde. Wordt verzocht
hem op te sporenaan te houdende
gelden in beslag te nemen en onmiddelijk
bericht te zenden aan het Departement
van justitie.
De heer W.J. Grippeling, genees-,
heel en verloskundige te Overveenhoopt
a. s. Woensdag den dag te herdenken waar
op hij voor veertig jaar zich als zoodanig
in die gemeente vestigde. Naar wij ver
nemen, heeft zich uit de gemeentenaren
eene commissie gevormd, en bestaat het
voornemen om dezen dag den bij jong en
oud algemeen geachten geneesheerdie nog
steeds met onverflauwde opgewektheid
zijne taak vervult, niet onopgemerkt te
laten voorbijgaan.
Een laaghartige schurk heeft door
het openbreken van een lessenaar aan een
hoogbejaarde, arme, bijna blinde vrouw
te Middelburg haar ganschen schat, on
geveer f 30, bedrijfskapitaal voor haar
negotieontstolen. De dader is onbekend.
In het jongste nummer van de
Academy maakt de heer Ed. Naville, de
ontdekker van het oude Pithom (van Exod.
1: 11), opmerkzaam op een reisverhaal
van omstreeks het jaar 370 na Christus.
Deze reis is gedaan door eene vrouw
uit Frankrijk naar Palestina en Mesopo-
tamiede beschrijving er van is door den
Italiaanschen hoogleeraar Gamurrinini in
de boekerij van Arezzo gevonden, zij is
echter zeer geschonden en slechts voor
het kleinste deel bewaard gebleven. Dit
gedeelte handelt evenwel juist over den
tocht door Gosen naar Tanis, Jeruzalem
en verder naar Edessa en Haran. De rei
zigster verhaalt hoe haar nadat zij Arabie
verlaten en de Egyptische grens over
schreden hadPitliom werd gewezendat
(Naar het Fransch van Henri Gréville.)
i)
„Wie is dat?" vroeg de Gravin,
en zij bleef staan voor een jong
meisjen van vijftien of zestien jaar,
dat over een borduurraam gebogen
zat. Het jonge meisjen stond op,
wierp zich driemalen op den grond
voor hare meesteresse, rees weder
overeind en bleef toen staanmet de
handen langs hare zijden hangende,
het hoofd even neêrbuigend onder den
onderzoekenden blik der Gravin, die
haar door haar lornjet nauwkeurig
opnam.
,,'t Is het nieuwe meisjen, mevrouw,"
antwoordde de eerste kamenier, naar
voren tredende met het air van gewicht,
't welk een diensttijd van dertig jaren
aan iedereen geeft, onverschillig welke
de betrekking is, die hij of zij bekleedt.
„Zij is de dochter van Foma, uit het
dorp Ikonine. Zij is op hare beurt
toen als vesting dienst deeden daarnevens
He'rode plek waar Jozef zijn vader had
ontmoet. Yan Héro ging zij twintig (Ro-
meinsche) mijlen verder naar Ramses.
De heer Naville is niet weinig inge
nomen met de vondst van den Italiaanschen
oudheidkundige, welke in alle opzichten
bevestigtwat hem uit zijne opgravingen
in die oorden gebleken was.
De Italië zegt van een persoon, die
omtrent de zaken van het Vaticaan goed
ingelicht pleegt te zijnvernomen te hebben
dat de paus eiken dag 15,000 lire uit
geeft aan jaargelden bezoldigingen van
pauselijke ambtenaren, personen van zijn
hofhoudingkardinalenmindere prelaten
enz. Bij deze 15,000 lire zijn nog de
toelagen aan de katholieke scholen en de
uitdeeling aan de armen te Rome te voegen.
Men berekent dat het Yaticaan jaarlijks van
acht tot tien millioen lire uitbetaalt. Deze
uitgaven worden bestreden deels door de op
brengst van den St.-Pieterspenningdeels
door het nagelaten vermogen van Pius IX.
Te Lage Zwaluwe doet tegenwoor
dig, naar de N. 11. Ct. verneemt, een
ongetrouwd man veel van zich spreken,
doordien hij met kwistige hand zilver en
papieren geld wegschenkt en uitdeelingen
houdt van levensbehoeftenkleedingstuk-
ken en visscherszeelaarzen. Soms zijn die
giften aan behoeftige menschen uitstekend
besteedmaar vele anderen maken er mis
bruik van. Ook sterke drankenz. en zelfs
champagne wordt door hem kwistig uitge
deeld. De man schijnt, wat dit alles betrof,
het voorbeeld te willen volgen van de
millioenenjuffrouw, ofschoon dit niet al
te uitlokkend schijnt. Ook hij beweert,
dat zijne geldmiddelen onuitputtelijk zijn.
Woendagmiddag vervoegde zich een
in ondertrouw zijnd paar bij den ambtenaar
van den burg. stand ten raadhuize te
Kralingen, om zich in den echt te laten
verbinden.
De vader van de bruid had echter zóó
veel gebruik gemaakt van sterken drank
dat hij op de vraag, of hij bereid was
toestemming te verleenen tot het huwelijk
van zijn dochter, geen antwoord kon
geven.
Bruid en bruigom moesten daarom on-
verrichterzake huiswaarts keerenen papa
werd in voorloopige bewaring genomen.
's Gravenhage telde op 1 Jan 131,417
inwoners, nl. 59,919 mn. en 71,498 vr.
Te Amsterdam heeft een geval van
oplichting plaats gehad, dat van groote
vindingrijkheid getuigt:
Twee heeren spelen in een koffiehuis
eene partij biljart. Een hunner stoot bij
ongeluk met zijne queue een grooten spiegel
in. De eigenaar van het café komt tot
hemen verzoekt hem de schade ten be
drage van honderd gulden te voldoen
waartoe de heer terstond bereid is. Hij
heeft echter zooveel geld niet bij zich,
maar zal het gaan halen, en biedt aan
zijn horloge en kettingin pand te geven.
De persoon, met wien hij gespeeld heeft
verklaart in staat te zijn hem het benoo-
digde geld te leenen, dat de ander met
veel verontschuldigingen en betuigingen
van dankbaarheid aanneemt. De gedienstige
persoon zal terstond de zaak uit de wereld
makenals de koflfiehuishouder maar geld
terug heeft van duizend gulden. Deze
hier gekomen om haar ouders obrok
te voldoen; hij is te Moskow."
„Die boerenmeisjens zijn tot niets
in slaat," zeide de Gravin, met een
uitdrukking van lusteloosheid op het
gelaat„wat denkt ge dit meisken te
laten verrichten?"
„Zij borduurt niet slecht, mevrouw;
heb de goedheidzelve maar eens te
zien. Zij kan aan 't borduren gezet
worden. Dit hier is voor de toilettafel
van Mevrouw de Gravin."
De edele dame, die in erge mate
bijziende was, onderzocht het borduur
raam zoo nauwkeurig, dat de top van
haar neus in aanraking kwam met
het doek.
„Dat is niet slecht," sprak zij.
„Kom eens hier, kleine meid!"
Het meisken trad naar voren, en
de Gravin nam haar nu even nauw
keurig in oogenschouw als zij 't
borduurwerk gedaan had.
„Wat ziet zij er lief uit! Hoe
is je naam?"
„Mavra."
Het woord kwam als een adem-
tochtjen over de rooskleurige lippen.
in zijn schik dat hij zoo spoedig zijne
schade ziet vergoedgeeft f 900 terug
en schenkt den heeren een glas witten Port.
Na eenigen tijd gaan de heeren weg. Het
bankbiljet is valschdat had de koffiehuis
houder in zijne blijdschap zoo gauw niet
bemerkt. Schadeeen gebroken spiegel en
900.
Te Bazel-Angst, het oude Augus
ta Rauracorumheeft de heer Gessier een
schat van tusschen de 1600 en 1700 Ro-
meinsche munten gevonden. De ondste
zijn van keizer Yalerianus (253263).
De meeste zijn van den Gallier Posthu
mus, die door Yalerianus tot landvoogd
van Gallie benoemden door zijne solda
ten tot keizer uitgeroepen was. Eenige
zijn ook van Gallienus, den zoon van
Yalerianus, en diens echtgenoot Salonna.
Voor de numismatische geschiedenis van
Duitsch Zwitserland wordt deze vondst
als eene groote aanwinst beschouwd.
Wederom zooals reeds met een
enkel woord is gemeld treft Breda een
financieele ramp, ditmaal niet tengevol
ge van een diefstal aan het postkantoor
maar door de veel verechrikkelijker om
standigheid dat de kassiersfirma J. Reyn-
ders hare betalingen heeft gestaakt. Tal
van personen zijn daardoor of gedeeltelijk
geruïneerd of lijden een gevoelig verlies.
De firma bezat het vertrouwen der bur
gers, en menig klein burger vertrouwde
haar zijn zuur verdiende spaarpenningen.
Thans loopt het storm aan de woningen
der beide firmanten, B. en H. Filbry,
om afdoening der loopende zakendoch
ieder krijgt ten antwoord, „men moet
geduld hebben dan kan alles nog terecht
komen." Er moeten soms hevige toonee-
len voorvallen tusschen de firmanten en
de geldschieters. Intusschen zijn de cre
diteuren opgeroepen ter algemeene verga
dering op Zaterdag a. s.ten einde over
hunne gemeenschappelijke belangen te
raadplegen.
Het is bekenddat de redactie van
het Engelsche weekblad Nature sedert
maanden hare kolommen openstelt voor
al wat strekken kan tot verklaring van
het schitterend avond- en morgengloeien
sedert September 1883. De bijdragendie
het uit alle oorden der wereld ontvangt
zijn verassend en in merkwaardige wijze
overeenstemmend. Allen dringen tot het
aannemen van een oorzakelijk verband
tusschen de uitbarsting op Krakatau en
die allerwegen waargenomen luchtver
schijnsels. Wel treden er nu en danook
in de Naturegeleerden opdie op the
oretische gronden aan de juistheid dier
verklaring twijfelenmaar dan komen er
telkens weder feiten aan het licht, welke
eiken twijfel omverwerpen. Eene van de
jongste bijdragen is een bericht uit Col-
laroy, een afgelegen hoek in Nieuw-Hol-
land, 150 Eng. mijl van Sidney, waar
men blijkbaar nog geene kennis droeg van
hetgeen over het allerwegen waargenomene
door de geleerde wereld werd gegist. De
heer Fr. Spofforth schrijft van daar na
melijk dd. 29 Jan 1884, dat ze er dezen
zomer (het is daar zomer, als het [hier
winter is) zulke merkwaardige zonsonder
gangen hebben waargenomen. De zon gaat
vuurrood onder, en dan duurt het voort
tot na middernacht. Men geeft allerlei
oorzaken op, maar men kan het er niet
over eens worden.
„Een ander vreemd verschijnsel", schrijft
hij verder, „is de ontzaglijke massa stof,
zelfs hier, waar gij zoover het oog reikt
aan alle kanten niets dan boomen aan
schouwt. Er zijn dagen, dat het gehee-
le landschap in één nevel van stof is ge
huld en niemand kan zeggenvan waar
dat stof komt. Het is altijd het sterkst
in den morgen.
Toen de koopman R. K.uit Wij-
chengisteren ochtend in het logement
Be Roode Leeuw te Nijmegen ontwaakte,
ondekte hij tot zijn niet geringen schrik
dat men in den nacht zijne portemonnaie
waarin eene aanmerkelijke som aan goud
en zilvergeld was geweesthad geledigd.
De logé, die den nacht op dezelfde ka
mer had doorgebracht, was heimelijk ver
dwenen.
Dit Ylaardingen wordt gemeld:
Het sloepschip Jacob, schipper J.
den Draakkwam binnen met verlies van
éen man der equipage, die in de Noord
zee door een stortzee werd overboord ge
slagen. De ongelukkige, die een goed
zwemmer was, heeft een harden dood
strijd gehadwant nog wel 10 a 15 mi
nuten lang, zag men hem in de verte
met de golven worstelen, totdat hij ein
delijk in de diepte verdween.
Alle pogingen om hem te redden wa
ren te vergeefs. De man was eerst kort
gehuwd.
De Herv. diaconie te Wageningen
heeft eene belangrijke aanwinst van on
roerende goederen verkregen, ter waarde
van ongeveer f 20.000, door eene wils
beschikking van wijlen Mej. Z. Jansen,
die dezer dagen aldaar is overleden.
Uit Harlingen wordt gemeld: In
onze gemeente woonde een jong mensch
wiens vader zich schatrijk had geërfd ent
die het verworven geld minder als eigen
dan wel als aanvertrouwd goed beschouwt.
Bedoeld jongmensch was, als genietende
de voordeelen, van het gemeentewezen
voor eenig bedrag aangeslagen in den hoof-
delijken omslag. Van hier vertrekkende,
had hij nog 10.50 te voldoen aan de ge
meente, doch weigerde later dat bedrag
aan te zuiveren, en toen hij per deur
waarder tot betaling werd gesommeerd,
werd dien vertegenwoordiger van de ei-
scheres eene akte van onvermogen voor
den neus gehoudenen gezegd bedrag kwam
derhalve voor op de lijst van oninbare
posten. Dit gaf een der raadsleden dezer
dagen, toen bedoelde posten den raad ter
roieering werden voorgedragende opmer
king in den monddat hij levendig be
treurde dat de familie van het voormalig
raadslid en kantonrechter zoodanig in posi
tie was verminderd, dat, om de kwijting
van een bedrag van f 10.50 te ontgaanhet
armenrecht was aangevraagd, welke op
merking met een niet te weerhouden gelach
werd ontvangen.
Door het stukslaan van eene ruit,
wist men zieh Dinsdagavond toegang te
verschaffen tot het kantoor der directe
belastingen te Boksmeerhetwelk in een
onbewoond huis wordt gehouden. In de
lade van een lessenaar, die werd openge
broken, vond de dief een goed gevulden
zak en fluks schijnt hij alles in den steek
te hebben gelaten om zich met dien zak
uit de voeten te maken. Hoe groot moet
„Ge moet wat luider spreken, als
gij er prijs op stelt, dat we je verslaan
zullen," liet nu de eerste kamenier
zieh op knorrigen toon hooren.
Mavra zag haar met hare groote
blauwe oogen verschrikt aan, sloeg
ze toen weêr neêr en zeide niets.
„Ga zitten en ga weêr aan je
werkzeide de Gravindie blijkbaar
aardigheid had aan dit nieuwe speel-
popjen. Ylug en bevallig nam nu het
jonge meisjen weder plaats op de houten
banken de naalddie zij stevig tus
schen hare vlugge vingers hieldging
in en uit het doek, met dat korte,
scherpe getik, dat als 't ware een
prikkel is voor de beweging der hand.
„Dat is goed, ga zoo maar voort,"
zeide de Gravinwier zenuwen onaan
genaam aangedaan werden door de re
gelmatigheid der beweging.
Zij keerde nu aan het jonge meisjen
den rug toe, de zware, rijke plooien
van haar ochtendjas sleepten langs den
met zorg glad gewreven dennenhouten
vloer, en zoo verdween zij door de
deur, die door de eerste kamenier
eerbiedig achter haar gesloten werd,
De Gravineene volleerde vrouw des
huizes, was gewoon dagelijks een
bezoek aan dit vertrek te brengen,
dat uitsluitend gebruikt werd voor het
vrouwlijk personeel, dat bij haar in
dienst was. Mavra bleef alleen achter
in de werkkamer, een groot, goed
verlicht vertrekeenvoudig gemeubeld
met tafels en stoelen ten gebruike van
de vrouwen en meisjens, die onver
anderlijk verbonden waren aan de
dienst dier adelijke dames, die zoo
goed haar hoogen rang wisten te
handhaven in die gezegende dagen
van het lijfeigenschap. Op dit uur
was de werkkamer ledig. Sommige
vrouwen waren aan 't wasschen, an
dere aan 't strijken, sommige ook aan
't schoonmaken en afstoffen van alle
voorwerpen in het voor het persoonlijk
gebruik der Gravin bestemde vertrek,
dat deze even te voren verlaten had.
Het jeugdig boerenmeisjenliet, ter
wijl zij hare naald omhoog hield ge
heven hare rooskleurige hand rusten
op den rand van het borduurraam en
staarde om zich heen.
Wat een menigte geborduurde japon-