brug* in de Donau, en zwom, ondanks
de sterke strooming die er was, bedaard
door bet koude water naar den oever.
Toen bij daar aankwam werd bij meege
nomen door de politie, die bem drong
andere kleederen aan te trekken. Hij zal
zijn stouten zwemtoer met een boete moeten
bekoopen.
In het Franache mijndistrict Anzin
beerscbt nog steeds een opgewonden stem
ming onder de werkstakers. Er is een sterke
gewapende macht op de beenom moge
lijke herhalingen van ongeregeldheden te
voorkomen.
Te Helesmes is een werkmanDebossée
genaamd, (geen mijnwerker) gevangen ge
nomen die het hoofd van een bende moet
zijn, aan wie de talrijke in die streek
gepleegde dynamietaanslagen geweten moe
ten wordenen in wiens woning men ver
scheidene dynamiet- en kruitpatronen ver
borgen vond. Hij is tot zes maanden ge
vangenisstraf veroordeeld. Nog een tweede
dynamietmanVillers genaamdis te
Helesmes gevat en naar Valencienne
gebracht.
Intusschen heeft weer een dynamietaanslag
op de woning van een niet werkstaker
plaats gehaden hebben de nog werkende
arbeiders steeds verschillende baldadig
heden te lijden. Herhaaldelijk worden er
vergaderingen gehouden.
Al bijten blaffende honden nietzij
kunnen toch gevaarlijk genoeg wezen. Dat
blijkt uit een treurig geval dat dezer dagen
te Liegnitz voorkwam. Daar is een 16-jarig
meisje zoo hevig verschrikt van een hond
die blaffend tegen haar opsprong, dat zij
bewusteloos op den grond viel, en toen
men haar weer bijgebracht had bleek het
dat de ongelukkige haar verstand verloren
had.
Een kleermaker te Arnhem had van
verschillende personen kleedingstukken om
te herstellen en om te maken ontvangen.
De klanten moesten echter lang op hun
goed wachten, terwijl thans is gebleken
dat deze heer afscheid van zijne woonplaats
heeft genomen, na eerst de hem toever
trouwde panden te hebben verkocht.
Een «koopmanuit Leeuwarden was
den 3 Januari jl. te Oenkerk om negotie
te doen en kwam ook bij den bakker K.
D. W. vragen of er ook iets te verhandelen
was, oude vodden te verkoopen waren
enz. Deze liet hem daartoe langs de ladder
op zolder, waarna door den bakker de
ladder werd weggenomen en deze den koop
man in weerwil hij al schreide en kermde
»uit aardigheids een paar uur op den
zolder liet zitten.
Yoor dat feit is de bakker door de
rechtbank te Leeuwardenwegens onge
oorloofde vrijheidsberooving, veroordeeld
zijt een lompe slungel, dat gij haar
zoo'n schrik op 't lijf hebt gejaagd."
De koetsier trachtte zich met een
grap er af te maken, maar Dacka
was tegen hem meer dan bestand;
't viel niet gemakkelijk in een rede
twist met haar het laatste woord te
hebben. Simeon gaf het spoedig op.
Mavra had zich zonder een woord te
spreken verwijderd, en, terwijl de rede
twist nog fn vollen gang was, lag zij
met haar hoofd in haar kussen bitter
te snikken.
Zij schreide van schaamte over de
ruwe vrijpostigheiddie men zich in
tegenwoordigheid van anderen met
haar veroorloofd had; en ook was er
nog wal anders, dat haar zoo schreien
deed, namentlijk hare gekwetste zedig
heid, benevens een onverwinnelijke
walging. Al ware niemand getuige
geweest van het tooneel, dan nog zou
zij dezelfde gloeiende tranen gestort
hebben. Zij had niet kunnen zeggen
waarom; had men er haar naar ge
vraagd, haar eenig antwoord zou ge
weest zijn„ik houd er niet van."
Maar zeggen, waarom, daartoe was
zij niet in slaat.
En zóó, al schreiende, viel zij in
slaap, voordat de andere, minder
fijngevoelige meisjens van hare dage-
lijksche wandeling met hare vrijers
teruggekeerd waren.
Van dezen dag af bejegenden allen
met zekere achting de ingetogenheid
van het meisjen. liet gebeurde werd
aan de Gravin meegedeeld door de
bescheiden opperkamenier, en de edele
dame wierp een onderzoekenden blik
op het jonge meisjentoen deze kwam
tot twee dagen gevangenisstraf. De eisch
was een maand celstraf.
Een merkwaardige soort van wed
ren heeft jaarlijks in een klein dorp ergens
in Wurtemburg plaats. Jaarlijks wordt
daar toch een geheele reeks van wedrennen
gehoudendie alle in hun soort van
elkander verschillen en waarvan de een
de eigenaardigheid aanbiedt, dat daaraan
uitsluitend door j eugdige herderinnen wordt
deelgenomen.
Ieder van deze meiBjes krijgt gedurende
den wedloop een met water gevulden kan
op het hoofden daar het haar verboden
is, die met de handen in evenwicht te
houdenof zelf maar even aan te raken
behoort er een vrij groote mate van vaar
digheid in het ballanceereu toe om betrek
kelijk snel te loopen en toch de kruik
niet te verliezen. Het spreekt van zelf,
dat zijdie het 't verst in deze combinatie
gebracht heeft, den prijs wint.
Merkwaardig is het hoe de wedrensters
alles probeeren om elkander te hinderen
of ongelukken met de kan trachten te
bezorgen; en dat is dan ook de reden
waarom de burgemeester van de plaats
bij gebrek aan een tweeden of adjunct
veldwachtergenoodzaakt is de meisjes
te paard te volgen en met een grooten
stok gewapend te voorkomendat zij elkaar
stooten geven en duwen of aan de haren
trekken of meer handtastelijkheden plegen,
die de patiënt in het uitoefenen van de
haar opgelegde taak hinderlijk zijn.
Donderdagnamiddag nam de Heer
J. M. IJzerman Mr. Smid, bekend door
zijn langjarige proefnemingen om brand
gevaar te verminderen, een welgeslaagde
proef met een eenvoudig en beknopt werk
tuig, om personen uit de hoogste ver
diepingen van gebouwen te redden. Aan
den voorgevel van het Ministerie van
Buitenlandsche Zaken was buiten aan een
dakvenster een haak geslagen. Langs een
door in elkaar geschoven stokken naar
boven aangebrachte lijn werd een stevig,
dik koord opgeheschendat over den haak
werd geslagenwaarvan een uiteinde be
vestigd was aan het onderdeel van het
ijzeren toestelletjedoor hetwelk het koord
over een katrol looptom op een verren
afstand over een windas op den grond
te worden afgewonden. Behalve de katrol
bevat het toestel een windvanger, een
soort van dubbel schepradom de zuiging
te verminderen bij het nederdalenen twee
ijzeren haken van onderen (aan een waar
van een stevige riem is bevestigd), die
om het lijf geslagen en om den anderen
haak moet worden omgeslagen. De werking
is nu zeer eenvoudig: het toestel wordt
omhoog getrokken, de man op het dak
pakt den riemslaat hem om zijn lichaam
bevestigd dien aan den haak en laat zich
om haar te bedienen; maar geen woord
van goedkeuring of afkeuring werd er
gesprokenen Mavra beschouwde het
als een uitgemaakte zaakdat niemand
meer om het gebeurde dacht.
De zomer begon reeds ten einde
te spoeden, toen het gewoonlijk zoo
stille adelijk verblijf, op eens hel tooneel
werd van levendige beweging en vro
lijk gedruisch. De jeugdige Graaf Ser-
gius had zijne rijtuigen vooruit gezon
den; rijpaarden en jachthonden stamp
ten en hinnikten in hunne stallen,
en blaften in hun hokken, alsof het
eenige doel huns levens was, zooveel
lawaai mogelijk in een bepaald tijds
verloop te maken.
„Wat is hij een knap raensch,
onze jonge Graaf!" zeide Dacka aan
houdend, bijna den geheelen dag,
waarschijnlijk om de vervelende uren
in de stille werkkamer aan een eind
te krijgen. „Ik was het, die hem in
mijn armen ontvingtoen hij geboren
was."
En zij herhaalde nog eens en nog
eens, met onuitputtelijk welgevallen,
het verhaal van Sergius' geboorte en
de legende zijner jongensjaren tot op
het oogenblik dat deze dibrbare schat
haars harten deel was gaan uitmaken
van het korps pagesmet koffers vol
gepakt met koeken, geleien, en alles
wat met mogelijkheid gegeten kon
worden onder den hemel.
De jeugdige arbeidsters hoorden met
onverschilligheid deze honderdwerf
herhaalde verhalen aanmaar Mavra
werd nooit moede ze aan te hooren;
't was als een soort van Evangelie
dat tot haar hart gebracht werd. Alles
zakken. Door zijn gewicht daalt hij met
het toestel langs het touw, waarover de
katrol loopt terwijl de windvanger een te
snelle nederdaling belet. Achtereenvolgens
hadden in verschillende riohtingen neder-
dalingen op die wijze plaats met het beste
succes. Indien dus aan elk bovenraam een
haak aanwezig is en de persoon die gered
moet worden eenig zelfbedwang heeftkan
het werktuig goede diensten bewijzen
vooral als het koord van dezen »touwweg«
onbrandbaar gemaakt wordt. De proef werd
bijgewoond door de Ministers van Buitenl.
Znken, Binnenl. Zaken en Oorlog, den
burgemeester, den heer Latijnden wet
houder Vaillant, den hoofdcommissaris van
politie, den directeur der gemeentewer
ken Eeinders, den opperbrandmeester Bo-
denz en enkele anderen autoriteiten, die
allen den Heer IJzerman voor zijn vernuf
tige vinding hun tevredenheid betuigden.
In eene particul. corr. uit Atjeh
voorkomende in Zutf. Crt.komt het vol
gende voor:
Den 4en Maart werd te Ager Laboe
nabij Segli gevangen genomen Mozes Cohen,
bg de Atjehers bekend onder den naam
van Toekoe-Ali. Deze in het laatst van
1880 gedeserteerde militair heeft in de
laatste jaren bg onze vijanden eene niet onbe
langrijke rol gespeeld en veel van zich doen
spreken en schrgven. Omtrent zijn gevan
genneming meldt men het volgende: Den
den dezer was hg met Vriezekalkeven
eens een berucht deserteurte Ager Laboe
in gezelschap van eenige Atjesche hoof
den bezig te beraadslagen toen een Atjeher
binnenkwam en meldde, dat er buiten
iemand was, die brandy verkocht. Ofschoon
Vriezekalk geen lust toonde zich aan dat
edele vocht te goed te doen, kon blgk-
baar Cohen zgn Europeeschen aard nog
niet geheel verloochenenen ging hij naar
buiten om een snapsvoorzeker niet ver-
vermoedende welk een strik hem gespan
nen werd. Of Vriezekalk er de lucht van 1
had, weet ik niet: zooveel is zeker, dat
hg er zich niet aan heeft gewaagd en
den dans is ontsprongen. Nauwelgks was
Cohen buiten gekomen of hg werd door
een achttal Atjehers aangegrepen en ge
kneveld, in een sampan geworpen en naar
boord van de Palembang gebracht, waar
mede hij den 5en te Oleh-leh aankwam.
Voor den prgs op zgne uitlevering door
ons gouvernement gesteld, werd hij alzoo,
door het volk, waarvoor hg zgn land ver
ried, aan zgne en hunne vijanden over
geleverd. Cohen was geheel Atjeher ge
worden, en wie hem ontmoet had, zonder
hem te kennen, zou moeilijk den Europeaan
in hem hebben gezien. Te Kotta-Radja
werd hg aangebracht, gekleed met een
pantalon, Atjeh-model, en een zwart Sin-
gapoersch topje (mutsje) op. Het bovenlgf
was geheel naakt; de muts bedekte alleen
wat in nauwe betrekking stond lot
hare goede en geëerde beschermster,
was haar dierbaar; en deze eenige
zoon, dien de hooggeboren dame zoo
innig lief had, dien zij aanbad, en
naar wiens overkomst zij zoo hartelijk
verlangde, werd voor het jonge meisjen
een bovennatuurlijk wezeneen soort
van Messias.
Op zekeren morgen in 't laatst van
Augustus, toen Mavra, die vroeg was
opgestaan, den hoenderhof overliep,
om de waschvrouw wakker te roepen,
die zich verslapen hadzag zij langs
de omheining eene troïka in galop
aankomen, met zwarte paardenmet
schellen boven hunne koppen.
»'t Is de jonge Graaf!" dacht de
kleine lijfeigene bij zichzelve; en zonder
zich den tijd totverdernadenken tegun-
nen;liep zij naar het groote hek toeen
wierp het wijd open. Op hetzelfde
oogenblik was de sehitterendeekwipage
daar; de koetsier bedwong zijn edele
dieren, en zonder uit den galop te
gaan, schoten ze als een pijl Mavra
voorbij, om tien stappen verder onbe
wegelijk stil te blijven staan aan den
voet van de hooge stoep. Zij was
als verblind; haar hart trilde onder
zij wist niet welken indruk van vreeze
en vreugde en zoo zag zij zich in
't aangezicht staren door twee groote
donkere verbaasde oogen, welker uit
drukking ook te kennen gaf, dat hun
eigenaar hetgeen hij zag met zeker
welgevallen aanschouwde.
j Wat gelijkt hij op zijne moeder!"
dacht Mavra bij zichzelveterwijl zij
het kolossale hek dichtflapte.
Zij kwam met langzame schreden!
de kruin van zgn hoofdzoodat aan alle
kanten de haren er onder uit te voorschgn
kwamen. Baardeloos in die kleeding, met
het brutale voorkomenzgne nieuwe vrien
den eigende huid gebruind door de zon,
vrij zwaar gebouwd, en den gang der
bergbewoners over zich hebbende, kon men
hem gerust voor een Atjeher houden. Overi
gens zag hg er welgedaan uit, en gaf
blgk lang geen honger te hebben geleden.
Hg was de eerste militair die deserteerde,
was met ééne vrouw (of misschien wel
meer) van zgn nieuw land getrouwd en
heeft zeker niet gedroomd, dat zijn rijk
zoo spoedig een einde zou nemen. Over
zijn verderen levensloop zal wel spoedig
beslist zijn. Cohen heeft, toen hij bij de
Atjehers was, ook getracht anderen over
te halen zijn voorbeeld te volgen, getuige
een brief, dien hij aan een zijner vroegere
kameraden heeft geschreven en hier bij
een der officieren berustende is.
De internationale zangwedstrgddie
den 17en Aug. a. s.ter gelegenheid van
de Belgische nationale feestente Brussel
gehouden wordtzalbehalve uit de ge-
zamenlgke uitvoeringenbestaan uiteen
wedstrgd in het lezen van het bladeen
voor kwartet-koor en een wedstrgd van
directeuren, welke laatste bestaat in de
uitvoering van een koor, zonder eenige
aanwijzing van nuances of anderzins. Als
prgzen zullen kunstvoorwerpenalsmede
gouden, zilveren en vergulde medailles
toegekend worden.
Voor zangvereenigingendie aan den
wedstrgd wenschen deel te nemen, zgn
inlichtingen te bekomen aan het adres van
de regelings-commissiePlace de la Bourse
No 1te Brussel.
HAARLEM, 15 April 1884.
Op de groote tuinbouwtentoonstel
ling te Hietzing bg Weenen is de firma
Nic. Roozen en Zonen op Bronsteê te
Heemstede bekroond met de gouden Me
daille als eerste prgs voor Hyacinthenmet
de verguld zilveren Medaille voor Tulpen
en met de zilveren Medaille voor Crocussen.
Afloop van de verkooping van
Huizen, gehouden den 12 April 1884
in de Gouden Leeuw, te Haarlem.
N°. 1. Stoomverffabriek met Loodsen en
Erve enz.Noorder Buitenspaarne
N°. 5, niet geveild.
N°. 2. Een stuk Weiland achter het voor
gaande, niet geveild.
N°. 3. Huis en Erve, Gedempte Oude
Gracht 53, f 6605, opgehouden.
naar de stoep toeloopentoen Sergius,
uit zijn rijtuig springende, nogmaals
naar haar omzaghij glimlachtetoen
hij hare van naiëve bewondering lin
telende blauwe oogen zag, en, haar
vriendelijk toeknikkende, ging hij de
woning zijner vaderen binnen. Eene
minuut daarna stond hij bij het bed
zijner moeder, en drukte deze hem
innig in haar armen.
Toen zij twee geheele uren met
elkander babbelende hadden doorge
bracht, en hunne thee gebruikt had
den, was het of Sergius plotseling wat
te binnen schooten zeide hij tegen
zijne moeder:
«Wat is dat voor eene nieuwe aan
winst, die gij gedaan hebt, moeder?
Een kleine Raphaël met prachtige
lokken heeft me van mo rgen het hek
geopend.
De Gravin bezon zich een oogenblik.
»0, nu weet ik het," zeide zij;
ï't is Mavra een voortreffelijk meis
jen beste jongen, 't Is een zonder
ling schepseltjen, dat mij aanbidt."
sDat doet zij terecht," sprak de
zoon met innigen eerbied. Wat doet
ge met haar?"
»'sNamiddags borduurt zij, en
's morgens bedient zij mij; maar,
Sergius, gij moet voorzichtig zijn.
In mijne woning wordt niets geduld,
dat er niet door kan; bedenk wel,
dat gij je niet moogt vermakenmet
verliefde praatjens tot mijne meisjens
te richten."
(Wordt vervolgd).