Nieuwsberichten. muziekuitvoeringen in den Hout aan. Hij had het niet slechter kunnen treffen. Wat toch is het geval. Om eens te zien of hij ten minste daarin gelijk had, begaf ik mij Zaterdag avond naar het concert, gegeven door de Stafmuziek van het 4e regement, maar helaas S, uw voorstelling is ook op dit punt niet juist, want bij de uitvoering van den Strauss wals, was er een lawaai van belang, terwijl bij het ten gehoore brengen van de nummers 3, 567 en 8die dan toch zeker niet onder de lawaaimuziek zullen gerekend wordener een stilte heerschte zoo groot, dat men een speld kon hebben hooren vallen. Indien S een goed opmerker ware, zou het hem trouwens hebben moeten opvallen, dat bij de orgelconcerten ook niet altijd geschuifeld wordt. Indienzooals dat Donderdags nog al eens gebeurde, liederen van Schubert of stukken van Chopin Verhulst en Hol werden ten gehoore ge bracht, werd er ook niet geloopen en waar lag dat aan SEenvoudig hier aan, dat de muziek begrepen en gevoeld werd. Niet ieder is muzikaal genoeg ontwikkeld om Fuga's von Bach, hoe schoon zij ook zijnte begrijpen en zoolang het onder richt in de muziek niet algemeener en goedkooper gegeven wordt, zal dat nog wel zoo blijven.Doch dit mag nog geen reden zijn om van de orgelconcerten weg te blijven, evenmin als S er aanleiding in mag vinden met de muzikale ontwikkeling van de Hollanders den spot te drijven. Indien met die geringe muzikale ont wikkeling eens wat meer rekening werd gehouden en de organist eens niet uit sluitend stukken ten gehoore bracht die voor kenners zeer mooi maar voor leeken onbegrijpelijk zijn, zoudt ge eens zien S hoe spoedig het schuifelen zou ophouden. Wat ge ia uw N. B. zegt, is ook niet juist. Er zijn geen maatregelen genomen om het schuifelen te belettenMen heeft het publiek eenvoudig verzocht dit niet te doen en zóó weinig beleefd en opge voed zijn de door U aangehaalde Me vrouwen, Mijnheeren enz., dat door allen onmiddellijk aan dat verzoek is voldaan. Donderdag j. 1. schuifelden alleen de vreemdelingen, waaraan wij volgens uw bewering een lesje in de wellevendheid zouden moeten vragen. J. W. S. Het Gemeenteverslag over 1885. Vervolg. Middelbaar Onderwijs. Aan het Verslag der Commissie van Toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs ontleenen wij het volgende: De Meisjesburgerschool voor middelbaar onderwijs met vijfjarigen cursus telde in 1885 136 leerlingen. Aan deze inrichting waren werkzaam tien leeraressen en twee leeraren. Zestien jonge meisjes der vijfde klassedie zich aan het eindexamen onder wierpen, verkregen het verlangde diploma. Voor den nieuwen cursus werden 44 leer lingen toegelaten. Het gebouw ïSijft goed voldoen. De Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus voor jongens had 143 leerlingen. Veertien leeraren waren belast met het onderwijs. De uitslag van het eindexamen was zeer gunstig. De dertien leerlingen die er aan deelnamen ontvingen allen het diploma. Voor den nieuwen cursus werden 50 leerlingen toegelaten. Het toezicht op de leerlingen is er niet gemakkelijker op geworden bij de groote uitgestrektheid en onregelmatigheid van het gebouw. De Hoogere Burgerschool ter opleiding voor Handel en Nijverheid telde 57 leer lingen met 9 leeraren. Zeven leerlingen van de hoogste klasse onderwierpen zich met gunstig gevolg aan het eindexamen. Voor den nieuwen cursus werden 25 leer lingen toegelaten. De school neemt in bevolking toe. De schoollokalen voldoen goed. De verwarmingstoestel wil ook daar niet deugen, de lucht wordt er te droog door en dan moet de gieter dienst doen om de vloeren te besproeien. Omtrent de Burgeravondschool houdt de Commissie zich bezig met de vraag in hoever deze Inrichting wijziging zal behoeven om het onderwijs ook daar zoo vruchtbaar mogelijk te maken. Aan vijf der leerlingen van de vierde klasse kon het getuigschrift wegens voldoend afge legd eindexamen worden uitgereikt. Voor den nieuwen cursus werden 43 leerlingen toegelaten. Het Gymnasium werd bezocht door 99 leerlingen en 2 toehoorders. Het onderwijzend personeel bestond nit 1 rector, 1 conrector, en 13 leeraren. Het College van Curatoren vermeldt met ge noegen dat in 1885 geen mutatiën in het personeel hebben plaats gehad. Aan het eindexamen dezer Inrichting werd door 15 leerlingen en 2 toehoorders deelgenomen. Aan 14 der eerstgenoemden en een der laatsten kon het verlangde diploma worden uitgereikt. Voor den nieuwen cursus werden 16 leerlingen toegelaten. De Muziekschool van de Afdeeling Haarlem der maatschappij ter bevordering van Toonkunst had 160 leerlingen in de Pianoklassen, 57 voor de Zang-, 27 voor de Viool-, 6 voor de Violoncel- en 1 leerling in de Theorieklasse. De verzamelingen in Teyler's Stichting verkeeren in uitmuntenden toestand, even als het Bisschoppelijk Museum voor Ker kelijke Oudheid, Kunst en Geschiedenis. De Nederlandsche Maatschappij ter bevor dering van Nijverheid had zich als altijd aan verschillende zaken, Handel, Nijverheid en Kunstonderwijs betreffende,gelegen laten liggen. De beide Museums op het Paviljoen stonden belangrijke uitbreiding te onder gaan, aangezien thans bijna het geheele Paviljoen voor de Maatschappij is beschik baar gesteld. In December 1885 is een tentoonstelling gehouden van het werk van zes teeken-industriescholen in Italië, zijnde de Maatschappij door bijzondere vergunning van de ïtaliaansche regeering hiertoe in staat gesteld. Deze tentoonstelling werd bezocht door 1077 personen. De teekenschool der Maatschappij telde ruim 200 leerlingen. Het gezamenlijk bezoek der Museums bedroeg 11245. Het Departement Haarlem van boven genoemde Maatschappij telde ruim 200 leden. Het verleende aan een paar in richtingen subsidiën, waaruit de bevre digende toestand der geldmiddelen bleek. De Bibliotheek van de Maatschappij „tot Nut van 't Algemeen" met 431 leden gaf 11 139, en die der Vereeniging van den H. Vincentius de Paulo 6 275 boeken ter lezing. Het Leesmuseum telde 175 leden. De Hollandsche Maatschappij der We tenschappen had het verlies van haren Secretaris-penningmeester, den heer Prof. E. H. von Baumhauer te betreuren. De verdienstelijke overledene werd opgevolgd door Prof. J. Bosscha. Het Verslag noemt nog verschillende inrichtingen voor Wetenschap en Kunst, zooals de Vereeniging tot bevordering van Volksonderwijs, het Genootschap „Oefe ning in Wetenschappen," het Teekencol- legie „Kunst zij ons Doel," de Kunste naarskring, die ieder op zijne wijze en in zijn kring trachtten nuttig te zijn. De Haarlemsche Bachvereeniging, de Vereeniging „Haarlems Zanggenot," de Mannen-zangvereeniging „Crescendo," de Liedertafel „Zang en Vriendschap," de Afdeeling Haarlem der Maatschappij ter bevordering van Toonkunst, verkeerden in bevredigenden, de Bachvereeniging zelfs in ongekend bloeienden toestand. Het bestaan van zooveel vereenigingen van muziekalen aard getuigt voor den kunstzin van het Haarlemsch publiek. Het Gemeentelijk Muziekkorps bestaat, behalve dén kapelmeester, uit 26 muzi kanten, waar onder 8 élèves. Voor dit korps is in 1885 uitgegeven een som van 5 678.305. 'JVordt vervolgd). De bank, waarop Koning Lodewijk van Beieren en dokter Gudden beiden nog, kort voor hun doodhebben gezeten is nagenoeg opgesneden. Van de latten der zitting en den rugleuning is nauwelijks meer een derde voorhanden, de zijdeleu ningen zijn geheel verdwenen, de pooten merkelijk dunner geworden. Dag in, dag uit komen curositeiten- of reliquien- verzamelaars en snijden zich een stukje hout, zoodat binnenkort van de historisch geworden bank wel niets meer over zal zijn. Een spotvogel schreef op een nog onbeschadigd plekje: „Snijdt er maar op los: wanneer deze bank op is, komt er een nieuwe." Zoo vertelt men dan ook, dat de ijverige reliquien-verzamelaars reeds aan de derde bank zijnen er is alle waarschijnlijkheid voor. De barones James de Eothsohild is op haar kasteel Boulogne sur Seine op 32 jarigen leeftijd overleden. Zij was de vrouw van den laatst overgebleven zoon van den stichter van het huis Eothsohild. Haar salon was de verzamel plaats van al wat in Frankrijk uitblinkt op het gebied van wetenschap en kunst. Haar kunstkabinet had een Europeesche vermaardheid, maar wat meer zegt, haar liefdadigheid was onuitputtelijk en even bekend. Sommige Oostenrijkse he en Duitsche bladen beginnen nu al zonder omwegen te verklaren, dat de Vorst van Boelgarije van hun kant niet op de geringste onder steuning mag rekenen. Duitschland behoort Eusland te vriend te houden zoolang het tegenover Frankrijk niet veilig is, en Oostenrijkals bondgenoot, levert ook den Vorst aan Euslands genade of ongenade over. De intocht van Alexander in Boelgarije's hoofdstad heeft onder de grootste deelne ming van de bevolking plaats gehad, maar de gezanten van Duitschland en Oostenrijk waren niet tegenwoordig. Naar men vertelt, vermaakte de moeder van den tegenwoordigen keizer van Eus land aan haar lievelingsneef, Alexander von Battenberg, twee millioen roebels. Het geld zou echter nimmer uitbetaald zijn. Nu komt uit Sophia het bericht dat Frins Alexander Vrijdag de officie ren in hartroerende bewoordingen heeft toegesproken, en hun het voornemen te kennen heeft gegeven om de regeering neder te leggen, daar de Czaar dit ver langt, op grond dat zijne aanwezigheid in Bulgarije in strijd is met de belangen des lands. Alvorens te vertrekken, zal hij een regentschap samenstellen. Volgens zijn plan zou hij binnen twee dagen vertrekkendoch onder de officieren heerscht eene groote agitatie en is er sprake van hem het heengaan te beletten. Uit Napels word gemeld, dat de cholera zich in de omliggende streken heeft vertoond en uitbreidt. De ziekte heeft zich geopenbaard te Boscotrecasse Gragnano en Castelmare. Te Torre Anun- ziate, waar cholera dadelijk betrekkelijk velen heeft aangetast, zijn 9 nieuwe ge vallen voorgekomen en 5 dooden. De gezondheidstoestand te Napels is tot dusver goed. Een Engelsche kotter heeft heden nabij Scaham op de Hollandsche drank schuit Kendon beslag gelegd. De bemanning werd te Hartlepool gevangen gezet. Donderdag 16 September a. s. zal door het gerechtshof te 's Gravenhage de zaak behandeld worden van den heer F. Domela Nieuwenhuis. Als bewijs te meer dat het met den boerenstand in Zeeuwsch Vlaanderen verre van couleur de rose is, diene het volgende. Een tiental jaren geleden werd door een heer in de gemeente Zaamslag eene hofstede van 72 gemeten gekocht, tegen 1000 gld. het gemet. In Juli ging diezelfde hofstede over aan een landbouwer tegen 500 gld. het gemet en op dit oogenblik is zij in het bezit van een ander die haar kocht tegen 450 gld. het gemet. In een betrekkelijk korten tijd is deze hofstede een kapitale som van ƒ39.600 aan waarde achteruitgegaan. Maandag is te Amsterdam naar de celgevangenis gebracht een vagebond die op de kermis te Zaandam een inwoner der hoofdstadterwijl hij aldaar op straat in slaap gevallen waseen gouden horloge met dito ketting gerold had. Deze voor werpen heeft hij eenige dagen geleden te gelde willen maken, waarbij de politie hem reeds op de hielen gezeten heeft, doch toen wist hij uit hare handen te blijven. In het zuiden van Limburg heeft men Vrijdag avond zwaar wêer gehad. Te Maastricht werd het zoo donker en er was bij het hevige onweder zooveel wind, dat den bewoners den schrik om het hart sloeg, hoewel alles nog al zonder onge lukken afliep. Ook te Eoermond moet het boos wêer geweest zijn; er vielen o. a. hagelsteenen ter groote van een hazelnoot, en sommige kelders en woonhuizen waren door den hevigen regen ondergeloopen. Te Gulpen was de storm bijna in kracht een orkaan gelijk geworden. Op onderschei dene plaatsen zijn zware boomen ont worteld. Op de uitreis in den nacht van den 2en op den 3en dezer schijnt op de mailboot Prinses Maria een passagier over boord gesprongen te zijn. Volgens verkla ring van zijnen vriend, die hem begeleidde is zijn naam Blackhij was in het Kurhaus gelogeerd geweesten waren bij den brand al zijne goederen en waarde verbrand, waardoor hij wanhopig geworden is. Zijne achtergelaten bagage werd door zijnen vriend medegenomen. Aan den twijfelach- tigen toon die in het bericht heerscht, verbindt zich de vraag of de heer Black wel tot de passagiers behoord heeft. Terwijl Woensdag ochtend een koopman met luchtballons liep te venten op de Gedempte Gracht te Zaandam schoot een knaapje een pistool af, waar van een vonk een der ballons raakte. Het gevolg daarvan was dat alle ballons, op twee na, welke naar boven gingen, sprongen. De knal was zoo erg, dat zij die in de nabijheid waren, dachten dat er eene gasontploffing plaats had. De koopman viel bewusteloos neder, doch werd door de hulp van een paar omstan ders weder op de been geholpenterwijl zij tevens met den boed rond gingen bij de menigte, welke was toegesneld; zij mochten het genoegen smakenden koop man hierdoor zijn verlies te vergoeden. Zondag avond bracht een zwaar beschonken veldartillerist het Spui 's-Hage in rep en roer. De man was zoo dronken dat hij zich dwars over tramrails wierp en te kennen gaf zich te willen laten overrijden. Niet dan met groote inspan ning gelukte het der patrouille, geholpen door agenten en burgers, den militair naar het politiebureau aan de Nieuwehaven over te brengen. La Lutine, het schip met schatten, waarvan wij in de laatste dagen in ver schillende bladen zoo menigmaal verna men, is wel waard dat wij enkele bij zonderheden ervan mededeelen. Oorspron kelijk was het een Fransch schip. Het was echter door lord Duncan voor de Engelsche Marine veroverd. Naardien het een der vlugste schepen was, werd het ter beschikking van de „Treasury" ge steld en zoo werd het naar den mond. van de Elbe gezonden tot overbrenging van goud, zilver en brieven tot een waarde van ƒ14100000. Kapitein Skinner, de commandant, zeilde den 9 October 1799 van Yarmout uit, doch reeds voor de tijding hiervan Londen bereikte, was het schoone vaartuig aan den ingang der Zuiderzee wrak geworden. Tweehonderd mannen maakten de bemanning uit, één ervan bracht er het leven af, doch stierf reeds voor hij zijn vaderland bereikte en kon dus omtrent de ramp slechts zeer onvoldoende inlichtingen geven. De assuradeurs schip en lading waren door bemiddeling van Lloyds So ciëteit in verzekering genomen be- 1 taalden het geheele verlies en trachtten van het wrak nogte halen wat mogelijk was, doch Nederland, dat toen met Engeland in oorlog was, beschouwde het schip al» zijn rechtmatig eigendom. Gedurende de onderhandelingen wisten Hollandsche vis- schers voor ruim 9 ton aan gouden en zilveren staven te redden, waarvan 6 ton der schatkist ten goede kwam. Men meende, dat thans alle waarden gered waren, en gedurende twaalf jaren deed men niets. In dien tijd was natuurlijk het wrak onder het zand bedolven en, kostte het telkens meer tijd en moeite om iets van de schatten te vinden. Men moest nieuwe middelen zoeken om de zandlaag boven de Lutine, ter dikte van 40 voet te verplaatsen of op een andere wijze bereikbaar te maken, en nu vond de heer Ter Meulen het middel om te duiken in het zand, mits de laag niet te dik was. De Maatschappij „Wachten Visscherij op de Lutine" werd toen opgericht en nu de ondernemers zich omtrent de moeielijkheden volkomen op de hoogte gesteld hebben, heeft men grond te ver moeden, dat het doel zal worden bereikt en men „schatten" zal beginnen op te halen. Te Enschedé kwamen Zaterdag middag aan het station van den Gel- dersch-Overijsselschen locaalspoorweg twee open goederenwagens der Holl. ijzeren, spoorwegmaatschappij, geladen met afval van katoen, al brandende aanin weerwil van alle aangewende pogingen mocht het slechts gelukken een klein gedeelte te redden, terwijl de wagens voor het grootste gedeelte verbrand zijn. De goederen waren afkomstig uit Yeenendaal en bestemd voor de firma Van Dam en Co. De goederen waren bij de beurs verzekerd. Den 5en Juni Jl. had daar een zelfde ongeval plaats. In dezelfde gemeente, waar het juist kermis was, kwam Zondag de regen, die tijdens het onweder tusschen 8 en half tien viel, met zooveel geweld neder, dat enkele kramen uit elkander sloegen, waar door een aantal artikelen op straat terecht kwamen en aan de eigenaren aanzienlijke schade werd berokkend. Voor de betrekking van hoofd eener school te Beemster, met een tractement van ƒ1040 met vrije woning en tuin zijn niet minder dat 96 sollicitanten op gekomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1886 | | pagina 2