HAARLEMSCH Eerste Blad. PREDIKBEURTEN No. 5. Uitgave van DE ERVEN LOOSJES. Gedempte Oudegracht 86. Negende Jaargang. abonnementsprijs: 7 a tddh a p ik t 100-7 op ZONDAG 46 Jan. 1887. Nieuwsberichten. «ÏÏMUD Per drie maandenf-,25. vail /A1ERDAG 15 Januari 188/. VERSOHÏJMT: franco p, post ,40. Prijs per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel Dinsdag- en Vrijdagavond. Afzonderlijk# nommer* 3 centen per stuk. meer 5 cents, groote letters naar plaatsrnimte. Advertentiën worden aangenomen tot dinsdag en vrijdag des middags ten 12 we, die alsdan too mogelijk nog viordm, geplaatst. Groote Kerk. Voorm. 10 are, Snethlage. H. Avondmaal. X»m. 2 ure, Brulel de la Riviire. Dankzegging, a Avond» 6 nre, Bar3er. Dankzegging. Nieuwe Kerk. Voorm. 10 ure, Etcher. Jans-Kerk. Voorm. 10 ore, Smeding. H. Avondmaal. Woensdag '»ay. 7 nre, Smeding. Bakenesser Kerk. Vrije benrt. Voorm. 10 nre, Hoog. Waalsctae Kerk. Veprm. 10 nre, J. Biangnis, past. a Bonen. CóUecte ponr la Sooiété centrale d'Êvan- gélisation en France. Christelijk Gereform. Gemeente. {Ged. Oudegracht). Voorm. 10 nre, '1 Av. 5 nre, Mulder. Woensdag 'gav. 7Va nre, Mulder. (Klein Heiligland). Voorm. 10 nre, '0 Av. 5 nre, Schotel. Honderdag 'sav. 7Va nre, Schotel. Lnthersehe Kerk. Vcorm. 10 nre, Poolman. 'b Avonds 6 ureMeet. Kerk der VereenigdeDoopsgezinden Voorm. 10 ure, de Lanoy. 's Avonds 6 nre, de Vries. Remonstrantsche Kerk. Voorm. 10 ure, G. van Gorkom, pred. te Amsterdam. Kerk der Broedergemeente. Voorm. 10 ure, Weiss. Chr. bewaarschool L. Heerenvest. Maand, 's av. 8 nre, Moeton. Bgbellez. Genesis 2S 1 vv. I-okaal der jongelings-Vereeniging. L. Annastraat. Honderdag 's av. 8 ureBarger. Bgbellez. Matth. 4 12 vv. Ds. Tideman zal Maandag geen les geven. De Nutslezing. De derde buitengewone vergadering met dames van bet Departement Haarlem der Maatschappij „tot Nut van 't Alge meen" bad Dinsdagavond plaats in de Sociëteit „de Kroon". De beer J. D. Henny van Utrecht vervulde de spreekbeurt door de voordracht van twee novellen. De inhond van de eerste, getiteld de vrek, komt neder op het volgende. Op een kantoor te Amsterdam zgn, behalve de chef, drie personen werkzaam de boekhouder Flink, de klerk Huis man en de volontair Kareis. Flink, een hoogstzuinig, doch uiterst bekwaam jonkman, heeft aan den spot kieken Kareis den bijnaam van de vrek te danken. De arme Flink toeh, hoewel voor een ongehuwd jongmensch een tamelijk rnim salaris bezittende, is zoo eenvoudig in zgne genietingendat Kareis en Hnisman vermoeden dat hij zgn geld opspaart en menig onhartelijk woord heeft hij te verduwen van de twee knapen, die in hnn zucht tot spotten wedijveren en hem menigmaal zgne kalmte doen verliezen. Eens hebben zg het al te bont gemaakt. Flink zet de beide knapen zoo te recht, dat zij ontzag voor hem krijgen, doch waarschijnlijk verhaast dit krachts betoon den voortgang der ziekte, waarvan Flink al lang de kiemen bg zich droeg, want Flink kon na dien tijd niet meer zgne plaats aohter den lessenaar innemen •n na drie maanden sakkelens stierf de geplaagde man aan de tering. Kareis zonde voorloopig zgne plaats bekleeden en den lessenaar van den overledene opruimendevond hij eenige brieven. De eerste de beste der brieven ver klaarde hem de reden van Flink's zui nigheid; hg onderhield, door zichzelf op allerhande wijzen te behelpen, zgne moeder en zuster. De onbezonnen Kareis, die overigens een goed hart bezit, voelt thans hoe hoogst onredelijk zgne handelwijze geweest is. Tot in het diepst van zgn gemoed geschokt, begeeft hg zich naar de stervenssponde van Flink en bij diens ïgk stort zijn overkropt gevoel zich nit in hevige jammerklachten. Het kwaad niet meer ongedaan knnnende maken tracht hg den steun te worden van Flink's moeder en zn ter en tevens een beter zoon voor zijne eigene moeder, wiereenig kind hg is. Eenige zeer aandoenlijke passages van het verhaal vormen met een fijn gevoelde kieschheid in den vorm een goed geheel. De personen vooral Flink en Huisman zgn goed geteekend en de zelfopoffering van Flink is geheel strookend met de liefde die hg voor moeder en zuster koestert. Na de pauze droeg de Spreker voor Een zilveren bruiloft. Deze humo ristische schets bevat de geheele geschie denis van het zilveren feest van een paar nit den deftigen burgerstand, te beginnen met het oogenblik waarop het plan van feestvieren tot rijpheid komt en doorloopt de verschillende gebeurte nissen der bruiloft, beschrijft het echtpaar, de kinderen, de neven en nichten, de gasten tot zelfs den ceremoniemeester, de bruiloftsliederen, de dansen, de toasten, in één woord alles wat op het feest be trekking heeft. Soms als de feestelingen in den toestand komen, dien men kenmerkt met „daar gaat een dominé voorbij" heeft er weer wat plaats dat het feestvuur op nieuw doet ontbranden, zelfs ontbreekt de onmisbare „spelbreker" niet. Over de geheele Bchets ligt de noodige frisohheid en de verschillende karakters, zeer naar waarheid, gemaald op eene manier die soms den prettigen nutslezer Justus van Maurik in herinnering brengt, en nu en dan zeer de vroolijkheid gaande maakte. De heer Henny is naar veler gevoelen op den weg een goed deklama tor te worden. Honding en gesticulatie laten niet veel te wen- schen over, en men zou niet veel hierbij te wenschen hebben als de Spreker zijn ietwat onduidelijke uitspraak weet te beschaven, vooral op bet stuk van klin kers en klanken. Het van tgd tot tgd hakkelende of stootende in de voordracht komt ons voor zijn oorzaak te hebben in een minder juiste verdeeling van den adem en niet in een gebrek der spraak organen. Beide gebreken zgn dus bij voortdurende studie wel te overwinnen. In de pauze zag men eenige leden heengaan om niet terng te komen. Wij schrijven dit toe aan de zaal, waar het zoo erg tochtte, dat alléén ons verlangen om den Spreker tot bet einde te hooren ons weerhield hnn voorbeeld te volgen. Denise. De Kouinklqke Yereeaiging „Het Ne- derlandsob Tooneel" gaf Donderdag als vierde vooretelling van het abonnement het Tooneelspel in vier bedrgren van A. Dnmas fils getiteld Denise, volgens de vertaling van Spoor. Eene eohete van het etnk kan achterwege blijven, alzoo het alweer de geschiedenis bevat van eene ongelnkkige, die, vertronwende op eeden en beloften, te laat inziet dat.nu ja, de rest sehenke men mg. De menschelijke zenden in het alge meen voor het voetlicht te brengen, even goed als de menschelijke deugden, niemand zal het afkeuren; het tooneel behoort te zgn ale de wereld. Maar in Denise komt de mensch veel te openlgk uit in zgne gebreken. Hartstochten, die men liefst onbesproken laat, grove laagheid, meineed, verblinde liefde den man eene sohande, der vrouw eene ergernis, worden erin zóó openlgk vertoond, dat alleen de gedachte, dat het stnk van Fransohe origine en dus slechts Fransche toestanden schetst, ons rnimer doet ademhalen. In den aanvang is het stik verre van helder. Het eerste bedrijf doet ons kennis maken met znlk een aantal personen, dat slechts een aanhoudend raadplegen van het pro gramma den toeschouwer in de gelegenheid stelt, zich hnnne verhonding duidelijk te maken. Twee der personen ziet men niet terog en toch blijft men ze wachten, en aan het eind van het vierde bedrijf vraagt men zich af, of de ontknooping is zooals men zich had voorgesteld. Het stnk-zelf zonden wij bij enkele lezing das niet gemakkelijk tot de meest gewenschte kunnen rekenen, doch de voortreffelijke wijze van opvoering doet veel vergeven. Mejuffrouw van Biene, als Denise, had treffend sohoone momenten. Men bewon dert in het derde bedrijf, waar zg hare bekentenissen aflegt, haar schoon spel, met zóóveel diepe smart, zóóveel innige wanhoop, zóóveel diep berouw. Mevrouw de Thanzette (Mevr. S.deVries) vertoonde ons eene vronw en moeder uit de groote wereld, zooals men schaars te zien zal krijgen. De gemakkelijkheid waarmede zg zich in allerhande moeielijke gevallen, die hare rol haar voorschrijven, weet voor te doen, is boren allen lof en Mevr. Chr. Stoetz maakt als Mevrouw Brissot een aangenamen indruk.De Martha- rol, vervuld door Mevrouw Róssing, was mede in goede handen. Van de heerenrollen noemen wij in de eerste plaats den heer Bouwmeester als Brissot. Kalm en waardig in alle omstan digheden, heeft bij een vaderrol te genieten gegeven, zóó waar, zóó goed overwogen als men zon willen wenschen. De heer Clous, Graaf de Bardannes, had hier en daar wel wat inniger kunnen zgn. In 't begin van 't eerste bedrijf waren wij bang, dat de „rollende rrr" de boven toon zon blijven voeren. Wij vergisten ons. Het herstelde zich en de heer Clous gaf verder een goede graaf te aan schouwen. In het derde bedrgf was zijn spel schoon te noemen. Het flinke samenspel ontlokte menig maal nitbundigen bgval. De rol van Fernand de Thauzette, misschien ligt het aan den schrijver van het stak kon ons niet bekoren. Het is wel niet heel opwekkend, zelfs niet voor den artist, altijd te moeten zon digen, doeh zelfs in bet öngelnk kan mea groot zgn. De overige heerenrollen geven geen reden tot nadere bespreking, doeh reden tot klagen heeft men niet. De pauze tnsschen het derde en vierde bedrgf had korter kannen zgn. De tooneelsohikking was fraai té noemen. De sohonwbnrg was goed bezet. De Eerste Kamer, weêr bijeengekomen, heeft Maandagavond mededeeling ont vangen van eenige ingekomen stukken en van dé laatstelijk door de Tweed* Kamer aangenomen wetsontwerpen.Daarna zgn de afdeelingen op nieuw saamgesteld. Ter zake van het voorkomen eener botsing tnsschen 2 treinen te Blerik bij Venloo, op 10 December 1886, is van wege de Maatschappij tot Expl. van staats spoorwegen eene gratificatie toegekend aan dan hoofdeondnetenrden remmer en den machinist. Op den tweeden Exloërmond brandde jl. Woensdag avond een arbeiderswoning geheel af. Behalve den inboedel,dieniét verzekerd was, verloor ook de eigenaar zgn leven er bij. Hij deed namelijk, na dat hg en de zijnen het brandende huisje ontruimd hadden, nog twee toohten om eenige lijfstoebehooren te redden en kwam telkens met eenige goederen aandragen. De laatste tocht echter is noodlottig ge weest, want buitengekomen viel hij be wusteloos neêr en stierf binnen weinige oogenblikken. Dit geval verwekt groote deelneming. In het Baarnsche bosch is een kolosaal dasvarken (een schadelijke hazen en konijnen verdelger) uitgegraven. Het kostte eenigen jachtopzieners des Koning* vrij wat moeite het beestdat zeer groote nagels heeftlevend te vangen. Naar men verneemt is het dier naar Artis opgezonden. Te Viierden (N.-B.) werd dezer da gen bij het uitrooien van een ond den nenbosch het geraamte van een mensch gevonden. Men vermoedt, dat dit reed* sinds den Franschen tgd aldaar verborgen is geweest Althans, volgens vermoeden, zon toen zekere G. K. op die hoogte vermoord zijn geworden. Wegens de toen heerschende woelingen Is naar de misdaad destijds geen ernstig onderzoek gedaan. Naar men aan het U. D. mededeelt worden door den minister van justitie maatregelen genomen, om den zigeuners, die in den laatsten tgd ook weder over onze grenzen willen binnenkomen naar hnn land terng te voeren, en wel in een spoorwegrijtuig 3e klasse zoo mogelijk rechtstreeks doorgaande naar Passan. Op de rails van den Staatsspoorweg bg Vucht vond men voor een paar jaren het lgk van een man, die, naar men dacht, door den slaap bevangen, door den trein werd overreden. Dezer dagen werd te Amsterdamin een twistzekere V. H. beschuldigd genoemden persoon ver moord te hebbben. V. H. werd hierop door de politie gearresteerd en beeft be kend de dader te zgn. De gewone opera-crisis is te Bot terdam weêr uitgebroken. Als er vóór 15 Feb. geen f 25.000 aan subsidie en f 30.000 aan abonnement verzekerd is loopen de Rotterdammers gevaar hunne muziekinstelling te verliejen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1887 | | pagina 1