HAARLEMSCH
LADDERLOODS-
No. 38.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 86.
Negende Jaargang.
van WOENSDAG 11 Mei 1887.
N ieuwsberichten.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf,25.
franco p. post ,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk.
Pry's per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsrnimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 uredie alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Noord-Znidhollandselie Stoomtramweg-MaatschappijHaarlemLeiden. 1 Jan. 1887.
Haarl., HiUeg. ea Leiden 4.—f, 8.21,9.—, 10.51,11.50* 's m„ 1.48, 3.5,4.32,6.22*, 7.5 's a.
Haarlem—Hillegom 9.35, 10.45 's avonds.
-j- Alleen des Vrijdags. Vervoert ook goederen.
Baarlemsche Tramway-Maatschappij. Van 't Station 7.30 's morgens tot 10.30 's avonds.
Uit den Hout 7.50 's morgens tot 10.50 's avonds.
Yertreknre» der Spoortreinen van Haarlem. 1 Maart 1887. Naar Amsterdam: 6.52,
8.10*, 8,31.8.55*, 9.26*, 10.29* 11.57, ll.SOf, 11.46* 'smorgens, 12.55, 2.40*, 3.36,
4.16*, 5.22*, 6.19,6.47, 7.28f, 7.55*, 9.03*, 9.51*, 9.57, 10.21*. 10.59-]- 's avonds.
Van Amsterdam: 6.15, 6.50* 7.35f, 7.45* 8.20*. 8.45, 9.15*, 9.43*, 9.50*, 11.05,11.50*, 11,55.
'smorg. 1.05*, 1.20*, 3.25*, 4.10,4.32,4.55*, 5.33f, 7.30% 8.20, 8.40', 10.—11.— 'sav.
Naar Rotterdam: 7.17, 7.57f, 8.43*, 9.18, 10.13*, 'smorgens, 12.13*, 12.33, 1.46', 3.49*,
5.01, 5.564-, 7.53*, 8.49, 10.23* 'savonds.
Van Rotterdam: 6.-, 7.55*, 9.45, 10.15-j-, 10.58 'smorgens, 1.23*, 2.45*, 3.354.50, 6.18+
7.32", 7.55, 8.50*, 9.50j- 's avonds. De met gemerkte treinen zijn sneltreinen. De
met -j- zijn exprestreinen alleen le en 2e klasse.
Naar den Helder: 6.44, 10.15 'smorgens, 1.32, 5.04, 9.06 's avonds.
Naar IJmuiden: 6.15, 6.44, 10.15 'smorgens, 1.32, 4.58, 9.06 's&vouds.
Van IJmuiden: 8.01, 11.13 'smorgens, 3.04, 5.47, 9.12, 9.50 'savonds.
Naar Zandvoort: 8.11, 10.17,11.33 'smorg., 1.34, 3.51, 4.37,5.58, 8.51's av. vanaf 1 April.
Van Zandvoort: 8.34, 11.08 'smorg. 12.32, 3.13, 4.13,5.03, 6.23,9,27'sav. vanaf 1 April.
Traui-Omrii bun-Maatschappij. BloeinendaalOverveenHaarlem. 17 Oct. 1886.
Vertrekuren van Ëloemend&al (Hotel Kennemerland)8.15, 9.30, 10.50 's morgens;
12.15. 2.—. 3.25. 4.10. 6.50. 8.— 9.40. 10.15 's avonds.
Van Haarlem (Station). 7.55, 9.11, 10.10, 11.30, 's morgens, 1.28, 3.—, 4.05, 4.50
7.50, 9.03, 10.30 's avonds.
Het omrijden van de Kerk te Bloemendaal zal blijven plaats hebbel.
Dienstregeling van het Postkantoor. 1 Oct. 1886. Openstelling van hetknntoor: Dag.
van 8 's morg. tot 9 >4 nur 's av. Op Zondag van 's morg. 8 tot 10 en 's av. van 12 tot 4 nur.
Voor de storting en uitbetaling van postwissels en de invordering van gelden op kwitantiën
alleen op werkdagenvan 9 uur 's morg. tot 3 uur 's av. Voor de Spaarbank van 's morg. 9
tot 9 nur 's av.op Zondag van 8 tot 10 en van 12 tot 4 ure. Voor de Postpakketten
alleen #p werkdagen, van 'smorgens 8 tot 9)4 nur 'savonds.
Aanvang der bestellingen. Op werkdagen7.30,10.'s morgens, 1.15, 3.30, 7.9.— 's avonds.
Op Zon- en algemeene erkende Christelijke feestdagen7.30 's morgens, 1.4.'s avonds.
Lichting der hulphrievenbussen Zuiderstraat hoek Oudegracht, Gr. Houtstraat, Zijlvest,
Parklaan, Kaasplein7.—, 10.— 's morg., 2.30, 6.—, 8.30 's av. Florapark, Kampersingel.
LeidschevaartSchootersingel6.45, 9.45 'smorgens, 2.15, 5.45, 8.15 'savonds.
Des Zondags: buitenwijken 's m. 6.45 en 's av. 3.15. binnenwijken 's m. 7 en 's av. 3.30.
Lichting aan het StationRichting Amsterdam 8.5,11.25 's morg., 2.35,3.31% 5.29*, 7.23* 'sav.
Richting Rotterdam 7.52,9.13 'smorg., 12.8, 4.52', 5.51,10.18* 'sav.Rich ting den Helder
6.39, 10.10 's morg., 1.27', 4.52, 9.1* 's avonds. De met worden Zondags niet gelicht.
Telegraafkantoor. 1 October 1886. Het kantoor is geopend op werkdagen van 's m. 8 tot 's av.
10 uur, op Zon- en algemeen erkende Christelijke feestdagen van '5 m. 8—4 's av. 6—9 u.
Binuenl Telegrammen worden berekend tegen 25 cents voor de eerste 10 woordenvoor
elk tweetal woorden daarboven 3 oents.
BURGEMEESTER bn WETHOU
DERS van Haarlem, znllen op Don
derdag 19 Mei e.k., nam. ten 2%
nur ten Raadhuize is het openbaar aan
besteden
Het maken van eene nieuwe
Ladderloods tegen den achtergevel
van de Rijksleerschool aan de Zijl
vest.
De voorwaarden liggen ter lezing ter
gemeente Secretarie op alle werkdagen
van des voorm. 10, tot des nam. 4 uur.
Plaatselyke aanwijzing zal geschieden
Vrijdag vóór de besteding, des morgens
ten 10 nur door den Architect over de
werken en gebonwen der gemeente, bij
wien tevens inlichtingen zijn te verkrijgen
tnssohen den dag der aanwijzing en dien
der besteding, voorm. tusschen 9 en 10
nur aan het bureau van Gemeentewerken,
Koningstraat No. 2.
Haarlem, 7 Mei 1887.
E. A. JORDENS.
de Secretaris
(31) A. A. LAND.
Mijnheer de Redacteur.
Het was mij een waar genoegen, nadat
ik Maandagavond de uitvoering van
Crescendo had bijgewoond, mijne gunstige
meening omtrent de uitvoering der koor
nummers te zien gedeeld door de verslag
gevers van „de Oprechte Haarl. C.," „het
Haarlemsch Dagblad", „de Nieuwe Haar-
lemsche Courant", „de Spaarne-bode",
„het Handelsblad", en „de Amsterdam
mer".
Ook uw verslaggever gaf eene critiek,
die echter in de meeste opzichten lijn
recht tegenover die van bovengenoemde
verslaggevers staat.
Ik zon dan ook gaarne eenige aanmer
kingen op de bespreking van uwen ver
slaggever willen maken, „maar deze be
spreking is, welke dankbare gevoelens zij
ook wekken mocht, uitteraard boven lof
en dank verheven. Wanneer van den
Olympus een stem vernomen wordt, dan
behooren de sterfelijken in het dal te
zwijgen.
Zelfs indien zij niet in de Olympiërs
gelooven, dan is zwijgen nog het best."
U dank zeggende voor de plaatsing,
heb ik de eer te zijn, M. de R.,
Uw Dm. Dn.
S.
Zoo min als in het algemeen romans
een geheel jnist denkbeeld geven van het
leven, even weinig is hun moraal altijd
boven alle bedenking verheven. Het nieuwe
tooneelprodnct van A. Dnmas fils, Fran-
cillon, waarvan eene vertaling Vrijdag
avond werd opgevoerd door „het Neder-
landsch Tooneel" in den Schouwburg
alhier, maakt op dezen regel geene uit
zondering, neen, bevestigt dien.
Een jonggehuwd paar van aanzienlijke
geboorte is het eerste huwelijksjaar zonder
al te veel schokken te boven gekomen,
maar de jonge man begint behoefte te
gevoelen aan meer afwisseling en komt
zoo op nieuw in aanraking met den kring
zijner bekenden uit den tijd vóór zijn
huwelijk. Deze bekenden houden er 'tzij
in 't voorbij op gemerkt eene bijzon
dere zedeleer op na. De jonge vrouw, een
opgewonden persoontje, merkt de veran
derde neiging van haren echtvriend spoedig
op. Tal van scènes, meestal in 't bijzijn
van vreemden, zijn de vrucht van hare,
in het oog van den echtgenoot
te hoog gestelde eischen; zij bespiedt
haar man en zelve wordt zij nagegaan
en besproken door hare bedienden, bespot
door hare vrienden, van welke laatsten
één, zonder nu juist een vrouwenhater te
zijn, nn eens den man, dan weer de vrouw
in bijtende ironie met een stortvloed
vao argumenten vreemd aan de Neder-
landsche opvattingen omtrent huwelijks
trouw overstelpt.Welk eene wonderlijke
wereld, schetst zijn kalme redeneering.
Gelukkig, dat het eene Fransche wereld is.
Eindelijk begaat de jonge vrouw iets,
dat het jonge paar tot echtscheiding doet
besluiten. De hoofdkwestie bepaalde zich
hier tot de vraag of de vrouw doen mag
wat den man stilzwijgend wordt toege
staan. Ook hier overdrijvingde jonge
vrouw brengt, al liegende, allen, zelfs
haar echtgenoot, op een dwaalspoor, doch
slechts de juiste waarheid, alweêr uitge
lokt door vreemden, doet het jeugdige
paar tot bezinning komen, doch niet dan na
dat de list van eene vriendin, zijn negatieve
werking op het gemoed der echtgenoote
had doen gevoelen. Nog eens, wat won
derlijke wereld! Een lichtpunt in het
stuk is een ander paar jongelieden dat,
zich niet storende aan al 't gescharrel,
de praktijk verkiest boven de theorie
en trouwt.
Toch trekt het stuk de aandacht door
den overvloed van schoone tooneelen,
aangenamen toon, vlottende dialogen.
Dat de artisten van het Nederlandsch
Tooneel de opvoering waagden, pleit voor
hun zelfvertrouwen. Slechts de adel uit
den kunstenaarsstand vermag het, en
slechts de uitstekende vertolking doet veel
onbestaanbaars in 't stuk vergeten. De
dames Frenkel-Bouwmeester, S. de Fries
en Rö8sing-Sablairolles respectivelijk als
Francillon, Thérese Smith en Anette de
RiverolleR vervulden hunne rollen op eene
wijze boven onzen lof verheven. Vooral
mevron w Róssing boeide door hare naïviteit
en haren hoogst beschaafden toon. Mevrouw
Frenkel handhaafde zich bovenal in het
stille spel in het eerste en derde bedrijf,
terwijl mevrouw de Vries door haar pret-
tigen conversatietoon en haar wel over
dacht. spel ieder boeide.
De heerenrollen kwamen mede tot hun
recht. De heer de Jong als Henri de
Symeux hebben wij beter gezien. Een
soort van matheid, misschien voortsprui
tende uit zijn zonderlinge rol zelf, waarvan
de toehoorder naar de beste helft nog
moet raden, lag gedurende het geheele
stuk als een nevel over zijn anders zoo
beschaafd spel. Ook de rol van Stanis
las, vervnld door den heer Morin, geeft
geen aanleiding tot buitengewonen lof.
De stellingen, door Stanislas verkondigd,
komen ons voor meer het gevolg te zijn
van de oogenblikkelijke indrukken dan
van rijp nadenken. Waarvoor dan de
preektoon, die in het oppervlakkige ge
sprek van redekavelende Franschen niet
op zyne plaats was. De heer Clous als
Lncien, de echtgenoot van Francillon,
had schoone momenten, doch wat meer
warmte zou aan zijn overigens goed spel
meerdere belangrijkheid hebben bijgezet.
De weinig beduidende rol van Pinguet,
werd voortreffelijk weergegeven door den
heer Schulze.
Herhaaldelijk werden de hoofdpersonen
teruggeroepen, doch van eenig ander bewijs
van ingenomenheid vernamen wij niets,
en toeh ware dit bij de waarschijnlijk
laatste voorstelling in dit saisoen zeer
gepast geweest. De keur der tooneel-
literatuur werd ten beste gegeven door
het beste wat Nederland op het gebied
van tooneelkunst bezit, dochzelfs
geen bloemSpreekt dit feit van gering
schatting? Liever zien wij erin de onuit
gesproken bevestiging van het spreek
woord goede wij n behoeft geen krans.
Donderdag werd de dieknssie over de
kwestie betreffende de administratieve
rechtspraak voortgezet. De Ministers
van Just, en van Binnenl. Zaken bleven
de amendementen-v. d. Kaay en -de Geer
bestrijden, en vonden in het Regeerings-
artiekel de beste waarborgen. De heer
Houten stelde een nieuw amendement
voor, strekkende om aan de rechterlijke
macht te laten de rechtsgeschillen, ont
staande uit burgerlijke rechtsbetrekkingen
of krenking van burgerlijke rechten door
het openbaar gezag, en de overige rechts
geschillen, tenzij de wet ze brenge tot
de rechterlijke macht, te doen beslissen
door een kollege, dat dezelfde waarborgen
voor onafhankelijkheid aanbiedt als de
Hooge Raad. Dit kollege kan een afdeeling
van den Raad van State zijn. De Reg.
ontried bepaaldelijk de aanneming van
het am.-v. Houten, waarna de voorsteller
het voorloopig introk. Na een uitvoerig
debat werd het am.-de Geer-Lohman ver
worpen met 54 tegen 24 stemmen, en
het am.-v. cL Kaay ook met 54 tegen 24
stemmen. Paragraaf 7 werd goedge
keurd, zoodat de eerste alinea van art.
148 behouden blijft. De Reg. stelde
nu een nienw artiekel voor, waarin aan
de wet wordt overgelaten de opdracht der
beslissing van andere dan burgerrechter
lijke geschillen, hetzij aan den gewonen
rechter, hetzij aan een kollege van admi
nistratieve rechtspraak. Dit artiekel
werd goedgekeurd.
Vrijdag werd de diskussie hervat over
het aangehouden Hoofdst. II der Grond
wet, en wel over art. 68 (beslissing van
geschillen tnsschen provincieën, gemeenten
en waterschappen door den Koning), met
het amendement v. d. Loeff, om voor
sommige dezer geschillen, waarvan de
rechtsnatuur domineert, den speeialen
administratieven rechter te laten beslissen.
De Reg. bestreed dit amendement als be
perking van het Koninklijk gezag.
De voorsteller wijzigde nu de redaktie,
waardoor het am. naar den vorm aanne
melijker werd, en met 47 tegen 22 stemmen
werd het nu aangenomen. Paragraaf
15 van Hoofdst. II werd aldus gewijzigd
„de wet kan aan den Raad van State of
de afdeeling daarvan de beslissing opdra
gen van geschillen". De overige pa
ragrafen van het Hoofdstuk werden goed
gekeurd, en het geheels ontwerp aange
nomen met 54 tegen 14 stemmen.
Het debat over Hoofdst. V werd nu weêr
voortgezet. - De Reg. heeft 9 inge
trokken, zoodat art. 150 der Grondwet
onveranderd blijft bestaan. De beraad
slaging is gevorderd tot den Hoogen Raad.
en het amendement van den heer Greeve,
om de voorziening in de vakature onaf
hankelijk te maken van den invloed der
Kamer.