HAARLEMSCH Eerste Blad. [No. 21. Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 86.' Tiende Jaargang. 144. van WOENSDAG 14 Maart 1888. telephoonnummer telephonische verbinding met AMSTERDAM. ABONNEMENTSPRIJS Per drie maandenf25. franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk. Prijs per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsrnimte. VERSCHIJNT: Dinsdag- en Vrijdagavond. Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Mijnheer de Redacteur! U zult wel denken, dat wij U en „Volksbelang" geheel en al vergeten heb ben, misschien wel, dat we ook al als lid bedankt hebben. Dat is toch niet waar, neen, dat zou ons onmogeiyk zijn. Maar ik ben eenige dagen ongesteld geweest. Ik heb geleden aan de verkiezingskoorts, maar we hebben op 6 Maart een poeier ingenomen en we zijn weer gezond. We hebben weer het een en ander bepraat en we zeiden tegen elkander: komt, laten we den redacteur van het advertentieblad weer eens wat schrijven, laat zien, wat hebben wij hem het laatst meegedeeld. O, ja, we hebben U het laatst verteld van die vergadering, waarin de Heer Levy candidaat werd geBteld. Nn moeten we vertellen, zeide ik, van de lezing van Dr. Schaepman, die den volgenden dag sprak, maar dat vindt Pol niet goed. Hij zegt, dat is niet van „Volksbelang" en bovendien wil hij er niet aan, omdat hij •er niet geweest is. Als dat dan niet kan, dan de lezing van Mr. Levy. Die was op Woensdag van de volgende week. Weer leidde een ander de Vergadering en wel de Heer Prins, dien U nog wel kent, M. de K. uit een vorigen brief. Die mynheer kon het ook zeer goed, evenals de Heer Krelage. En wat zullen wij U nu van die lezing van Mr. Levy ver tellen. Het gras is ons voor de voeten weggemaaid, want verleden Dinsdag, pre cies op den dag der verkiezing, kregen we een boekje, waarin zijne rede geheel en al staat. Als U zoo'n boekje niet ge kregen hebt, dan wil ik U het mijne gaarne eens een paar dagen leenen, maar ik moet het terng hebben, want er staat veel moois in. De heer Levy droeg met een heldere, welluidende stem, zijne rede voor. Hij werd dikwijls toegejuicht en luid ook. Wat wist die man vele zaken duidelijk te behandelen Dat kwam vooral, omdat hij niet zooveel tijd zoek bracht met over zijne buitenlandsehe reizen en het buitenland te spreken. Hij gaat zeker zoo dikwijls niet op reis als de Heer Sanders en wellicht, dat hij daarom meer de dingen behandelde, daar wij in ons land in het vervolg vooral op zullen te letten hebben. Ik vond dat wel zoo prao- tisch en practisch leek de Heer Levy mij dan ook over het algemeen wel toe. Lees maar in zijn boekje. Hij zou wel willen beginnen met leerplicht in te voeren, en dat wel, omdat het in Engeland ook is en daar wel kan werken. Het is zonder ling. De Heer Sanders beriep zich dikwijls op het verschil tussehen Engeland en ons land om te bewyzen, dat men hier iets niet kan invoeren en de Heer Levy deed het juist om te bewijzen, dat het wel kan. Wie van die twee heeft nu gelijk M. de R.? Wat wij vast geloofden is, dat de werklieden van den Heer Levy meer steun kunnen verwachten, dan van den Heer Sanders. Levy acht den tijd gekomen, dat de ordelijke Nederlandsche werkman tot de stembus toegelaten kan worden, en de heer Sanders wil dat recht verleenen aan de burgers tot den gezeten werkman, want hij meent, dat ze eerst eens zooveel moeten leeren ondervinden als de Engelsche werklieden. Hij zou mis schien wel willen, dat ze eerst allen En- gelschen werden, en daar zullen onze werklui toch wel voor bedanken. Over belasting, weerplicht, vrijhandel of bescherming werd ook duidelijk, zoo precies gesproken. Daar had men nu meer aan, dan aan hetgeen de Heer Sanders zeide, al was het nog zoo mooi. Een mensch mag toch wel weten, hoe zijn vertegenwoordiger over de zaken denkt en wat hij wel zou willen helpen tot stand brengen. Dat kwam men van den Heer Levy goed te weten. Het debat was kenrig. Drie sprekers beantwoordden de Heer Levy uitvoerig en degelijk. Dat had u moeten hooren, M. de R.Eerst een sociaal-democraat, dien hij op zijne on dankbaarheid en onverschilligheid wees. De beantwoording van eene vraag over het kiesrecht was vooral mooi. Daar bleek uit dat Mr. Levy iederen meerderjarigen mannelijken Nederlander wel kiezer wilde laten worden, zoolang niet bewezen was, dat hij het niet waard was. We waren zeer tevreden over die voordracht. Er waren wel een 300 menschen en toch hadden er meer kunnen zijn. Maar het was een ongelukkige avond. Er was toen ook juist een mooi concert en daar schij nen meest al die bekende voorstanders van Mr. F. S. te zijn geweest, want die waren niet in «de Kroon*. Den Zondag daarna, M. de R. was er om twee uur in «Weten en Werken* eene gewone ver gadering van »Volksbelang«. Die verga dering was gewoon en toch bijzonder. Niet het bestuur, maar 15 leden hadden verzocht die vergadering te beleggen. Wie die 15 heeren waren, werd niet gezegd en wat ze te zeggen hadden, hoorden we wel wat te laat. De voorzitter gaf eerst het woord aan een ander dan een van de 15. Wij gelooven nu niet, dat dit juist was. En daar werden we nn weer ont haald op courantengelees, nogal een artikel over persoonlijke kwesties. Dat iemand kon opstaan om zulk lezen te verdedigen met een beroep op de vorige vergadering waar ook uit eene courant gelezen werd, begrijp ik niet. Op die vorige vergadering was het om een candidaat aan te bevelen, wiens programma in die courant gedrukt stond. Toch wenschten Pol en ik wel, dat er niets anders was gedaan dan couranten gelezen, daar houden we nog al van. Het zou in ieder geval beter geweest zijn dan wat men verder deed. Het was niet veel beter dan elkaar zoo wat uitmaken van onwaar te zijn, van zijne medeleden ver dacht te willen maken, foei, wat eene vergadering. Als het zoo verder gaat, dan lijdt »Volksbelang« er schade bij. Ein delijk werd eene motie aangenomen, waar bij men uitmaakte, dat men elkanders daden maar niet zou beoordeelen. Daarmee konden we naar huis gaan. Jammer dat eenige heeren als lid van «Volksbelang* bedankten. Het zijn er van hen, die Mr. F. S aanbevolen hebben. Misschien, dat die nu wel eene nieuwe kiesvereeniging oprichten, zooals wij n reeds vroeger zeiden, onder den naam «Farneombe Sanders*. Strenge reglementaire bepalingen ter wille van de partij-discipline zijn voor Volks belang* noodig, en de HH. van de vroe gere Vrijzinnige kiesvereeniging knnnen zich toch niet onderwerpen aan de be slissing van eene vergadering, waar het oordeel van een meubelmaker evenzeer wordt gehoord en beoordeeld als dat van een advocaat, omdat «Volksbelang* zeer terecht begrijpt, dat de belangen van allen besprokenbeoordeeld en behartigd moeten worden. Nu spijt het ons, M. de R.l, dat wij niet op de vergadering geweest zyn, die den dag daarna gehouden is, ook in „de Kroon" en waar een advocaat uit Am sterdam heeft gesproken. Van die verga dering was ons niets bekend. Den vol genden morgen hoorden wij er van spreken en lazen wij er van in de courant. Die advocaat moet glad wezen. Hij heeft Mr. Levy aanbevolen, maar ach, wat heeft dat weinig geholpen! De Heer Sanders is er met glans gekomen, zeide Pol, maar ik beweer, dat de glans er best af kan, het is een vreemd verschijnsel, dat bij de eerste stemming de kerkelijke partijen een libe raal stemmen. Er gebeuren toch rare din gen Helaas, ook al nit rassen- en geloofs haat is Mr. Levy tegengewerkt. Droevig is dit verschijnsel Wat zyn de verkiezingen slecht afge- loopen voor de liberale partyWas niet het plan van den Heer Sanders aange nomen, maar dat van Mr. v. Houten, een gansch ander beeld van de natie zou de Tweede Kamer zijn, omdat het algemeen erkend is, dat de ordelijke Nederlandsche werklieden van Mr. Levy, op politiek gebied meer ontwikkeld zijn dan de klasse van burgers, aan wie thans het kiesrecht niet meer wordt onthouden. M. de R.l 'Als „Volksbelang" op de meetings nu toont, dat het ernst was, toen het beloofde de belangen des volks ter harte te nemen, dan stroomen de vrienden toe, dan zal „Volksbelang" medewerken tot de verspreiding van j uiste begrippen over politieke en maatschappe lijke vraagstukken. M. de R.l wij danken u beleefd, voor de plaatsing onzer brieven. Wanneer Haarlem wederom aan verkiezingskoortsen lijdt, hopen wy Uwe alom bekende wel willendheid nog eens in te roepen. Wees hartelijk gegroet door Castor en Pollux. Keizer Wilhelm- Het is thans gebleken dat het Reu- ther-telegram van Donderdagnacht half drie, den dood van keizer Wilhelm vermel dende, onjuist wasde keizer is Vrijdag ochtend tussehen acht en negen uur overle den. Onze koning ontving in den ochtend het telegraphisch bericht dienaangaande. De zit tingen van den Rijksdag en van het Pruisi sche hnis van afgevaardigden zyn onmid dellijk verdaagd en alle scholen, alsmede vele bureaux zijn gesloten. Omtrent de laatste oogenblikken van den overledene verneemt men het volgende: Aan het sterfbed waren al de te Berlijn aanwezi ge bloedverwanten des keizers bij een. Donderdagmiddag had Z. M. van Prins Bismarck een roerend afscheid ge nomen. Na de flauwte, die den keizer in den vooravond overviel, is de lijder steeds ijlende gebleven en vervolgens kalm af gestorven. De nieuwe koning heeft den naam Frederik III aangenomen. De Kroon prins zal als keizer zijne residentie vestigen te Chariottenburg. Keizer Wilhelm I werd den 22 Maart 1797 geboren. Hij was de tweede zoon van Friedrich Wilhelm III van Pruisen. De beroemde koningin Louise was zijn moeder. Zyn voorliefde tot den militairen stand deed hem zeer vroeg ïh den dienst treden. Naardien zijn jeugd viel in den tijd dat Napoleon's legerbenden als het ware Duitschland overstroomden en Prui sen vernederden, groeide hij op onder 't wapengedruisch van zijn tijd en reeds op 16 en 17 jarigen leeftijd nam hij deel aan de krijgsverrichtingen van 1813 en 1814. Na in 1829 gehuwd te zyn met prinses Augusta van Saxen-Weimar, kwam in 1840 zyn broeder Friedrich Wilhelm aan de regeering en verkreeg hy, als vermoe- delyken troonsopvolger, den titel van prins van Pruisen. Het huwelijk met prinses Angusta was in de eerste jaren niet gelukkig. Zooals genoegzaam bekend is, beminde de keizer prinses Elisabeth Radziwill en hy wilde deze huwen, maar de prinses nam zyn offer niet aan, gaf hem zijn woord terug en trok zich terug in een klooster. Hierbij kwam nog, dat prinses Augusta zich aan het eenigszins stijve Pruisische hof niet op haar gemak gevoelde, en de vergelijking van dit met het hofleven te Saksen-Weimar dus niet in het voordeel van het eerste besliste. De tijden hebben in de verhouding evenwel verbetering ge bracht en de laatste jaren mocht deze zelfs hartelijk genoemd worden. De vele aan slagen op het leven van den keizer hebben hiertoe het hunne bijgedragen. Zooals bekend is, was het jaar 1848 voor bijna geheel Europa een woelig jaar, maar voornamelijk Berlijn deelde in de ongunst van den revolutietijd. Koning Friedrich Wilhelm IF had zijn goeden Berlijners een grondwet beloofd en zich tevens verbonden het ministerie Bodel- schwing, by het volk zeer gehaat, te ont slaan. Het volk eischte nn ook, dat de koning vertrouwen zou op zyn volk en hij als bewijs daarvan de miltaire wacht posten, die het paleis omringden, zou doen inrukken. Op dit punt gevoelde de koning zich verplicht te weigeren en eischte daar entegen, dat de volksdrommen van voor het paleis zouden vertrekken. Daar wordt op het volk geschoten. Prins Wilhelm, nooit by het volk bemind, schrijft men toe hierin de hand te hebben en de volkshaat treft hem in die mate, dat de koning genoodzaakt was zijn broe der als veiligheidsmaatregel naar de ves ting Spandau en later naar Engeland te zenden. Deze tocht geleek zeer veel op een vlucht, want als koetsier vermomd vertrok hij naar dat land. Toch werkte zyn verblijf in Engeland heilzaam op zijn ontwikkeling als Btaatsman. Zyn omgang met de meest beroemde Engelscheu uit dien tijd, bewerkte by hem een ommekeer van denkbeelden, die vooral aan het licht kwam, toen de Pruisische tegenstanders van een grondwet, die hem tot heden als een martelaar voor hun zaak beschouwd hadden, hem bij zijn terugkomst niet meer vertrouwden, ja, hem door hunne intriges van het hof verwijderd wisten te houden, wat te gemakkelijker viel, omdat de koning langzamerhand het werktuig geworden was van een party reactionairen, die Pruisen geheel in haar macht had. Prins Wilhelm werd Coblenz als woon plaats aangewezen en hier rijpten bij hem de denkbeelden omtrent de leger-reorgani- satie, die hij, aan de regeering gekomen, wist te verwezenlijken. Inmiddels was 's konings geestestoestand meer en meer achteruitgaande en dit gaf in October 1858 aanleiding tot de aan vaarding van het regentschap over Pruisen, en dit wel ondanks de machtige party, die hem sedert lang den voet dwars zette. Toen prins Wilhelm op den leeftijd van 64 jaar gekomen was, dus in 1861, werd hij tot den troon geroepen door het overlijden van zijn broeder en kraoh- tens de Pruisische grondwet. Hij nam den naam Wilhelm I aan en zijn lievelings denkbeeld, reorganisatie van het leger, door hem beschouwd als middel om Prui sen onder de Staten van Europa te hand haven, werd al spoedig met kracht ter

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1888 | | pagina 1