HAARLEMSCH
PREDIKBEURTEN
Eerste Blad.
No 94
Tiende Jaargang
144.
van ZATERDAG 24 November 1888.
op ZONDAG 25 Nov. 1888.
Nieuwsb erichten.
(Jitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 86
TELEPHOONNUMMER
TELEPHONISCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden,25.
franco p. post B40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk
Prijs per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT;
Dinsdag- en Vrijdagavond
Adverteniiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags tm 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Groote Kerk.
Voorm. 10 ure, Knottenbelt.
Nam. 2 ure, Hoog 4e Zondag,
's Avonds 6 ure, Moeton.
Nieuwe Kerk.
Voorm. 10 nre, Smeding.
Jans-Kerk.
Voorm. 10 ure, Snethlage.
Maandag 'sav. 6 ure, Knottenbelt.
Openbare catechisatie. Matth. 10 5 enz.
Woensdag 's av. 7 nre, Hoog.
Bakenesser Kerk.
(Voor de Kinderen).
Voorm. 10 nre, Brutel de la Rivière.
Waalsche Kerk.
Pas de service.
Christelijk Gereform. Gemeente.
(Ged. Oudegraclit).
Voorm. 10 nre, 's Av. 5 ure, Mulder.
Woensdag 's av. 8 ure. Mulder.
Klein Heiligland).
Voorm. 10 ure, 's Av. 5 ure» Schotel.
Honderdag 's av. 8 ure, Schotel.
Luthersche Kerk.
Voorm. 10 ure, Mees.
's Avonds 6 ure, Poolman.
Kerk der VereenigdeDoopsgezinden
Voorm. 10 ure, Craandijk.
's Avonds 6 nre, de Lanoy.
Bidstond voor de Doopsgezinde Vereeni-
ging tot Evangelieverbreiding.
Kemonstrantsche Kerk.
Voorm. 10 uré,Tidcman
Kerk der Broedergemeente.
Voorm. 10 ure, Weiss.
Chr. Bewaarschool. L. Heerenvest.
Maandag 's av. 8 ure, Moeton. Bijbellezing.
Luk. 9 18 enz.
Lokaal in de Oranjestraat.
Hinsdag 'sav. 8 nre, Hoog. Bijbellezing.
Lokaal v. de Jongelings-vereeniging,
Annastraat.
Honderdag 'sav. 8 u., Knottenbelt. Bijbellez.
Ds. Knottenbelt is verhinderd Maandag
26 Nov. van 6-7 ure zijne gewone cate
chisaties te honden.
De catechisaties van Ds. Moeton voor
knapen op Dinsdag 's av. 7 ure en voor
meisjes op Woensdag middag 4 nre worden
uitgesteld tot Dinsdag en Woensdag 11
en 12 December.
Nederd. Herv. Kerk.
Bennebroek.
Voorm. 10 ure, G. van Herwaarden.
Nam. 41/2 nre, G. van Herwaarden.
Beverwijk.
Voorm. 10 ure, J. C. Boon,
Doopsbediening.
Evang. Luthersche Kerk.
Voorm. 10 nre, geen dienst.
Nam. 61/2 nre, K. A. Gonlag.
Doopsgezinde Kerk.
Voorm. 10 ure, J. Sepp.
Bloemendaal.
Voorm. 10 ure Dr. Esser,
Zendeling.
Nam. 21/2 nre, geen dienst.
Heemstede
Voorm. 10 nre, geen dienst.
Nam. 21/2 nre, F. E. Haubanton,
Hillegom.
Voorm. 10 nre, M. Buchli Fest.
Houtrijk en Polanen.
Voorm. 9Ve nre, J. H. van Ar/cel,
Pred. te Bloemendaal.
Sandpoort.
Voorm. 10 ure, J. van t.oenen Martinet.
Spaarndam.
Voorm. 10 ure, H. J. Bergenia.
Veis en.
Voorm. 9'/a ure, G. A. Hoog,
Pred. te Haarlem.
Zandvoort.
Voorm. 10 ure, O. Schriecke.
Nam. 2V2 nre, O. Schriecke,
De Letterlievende Vereeniging
„J. J. Cremer"
hield Woensdag in den Schouwburg-salon
haar eersten leesavond. Voor een talrijk
opgekomen publiek trad bij die gelegen
heid als spreker op de Wel Eerw. Heer
J. W. Brouwers van Bovenkerk.
Voor wij in kennis gesteld werden met
den naam van het groote genie van Spaan-
sehen bodem, wiens leven en werken het on
derwerp der bespreking zonden uitmaken,
bracht spreker beknoptelyk in herinnering
den pas, schaarsch gevierden, gedenkdag
van Neerlands onafhankelijkheid. Hoe het
Vaderland vóór driekwart eeuw znchtte
onder den ijvuïoc
nadat hij zijn broeder, den zachtaardigen
koning Lodewyk verjaagd had, omdat deze
inde eerste plaats Nederlander wilde zijn,
waardoor het volk het onderscheid leerde
tusschen een tiran en een vorsthoe het
dwangjuk al Bterker en pijnigender druk
te hoe bijv. vijftien duizend jonge Ne
derlanders op zijn machtwoord den nood-
lottigen tocht naar Rusland mede maakten
hoe na den Volkenslag bij Leipzig de zaken
een keer namen, waardoor op initiatief
van het bekende Vaderlandsohe drietal
Van Hogendorp, Van der Duijn van Maas
dam en Van Limburg Stirum het Neder-
landsohe volk zijne vrijheid hernam, waar
door de zoon van den verdreven Stadhou
der Willem V, den 30en November 1813
den vaderlandschen bodem betrad en den
29en Maart 1814 gehuldigd werd als
souverein vorst.
Toen brak een tijdperk van vrede en
welvaart aan onder Oranje en met Oranje
en bij al onze partyschappen en verschil
van meening, besloot Spreker, zou Neder
land blijken te zijn toegedaan één par
tij: De NederlaDdsche partij.
De geestdrift van den Spreker ontlokte
een storm van toejuichingen.
Hierna ging Spreker over tot het onder
werp van den avond, den Spaanschen
dichter Caldaron de la Barca. Spreker
leidde hem in met te meer voorliefde, om
dat Nederlandsch bloed door zijne anderen
vloeide, anngezien zijne familie van moe
derszijde van Vlaam8chen oorsprong was.
Reeds op dertienjarigen leeftijd schreef
hij een drama en als knaap van vijftien
jaar was hij als student aan de hooge-
school te Salamanca. Vijf jaar later ver
wisselde hij de pen voor den degen, of
eigenlijk vereenigde hij beiden om ze te
zamen te doen dienen tot meerderen luis
ter van zijn genie, en als zoodanig woon
de hij het beleg van Breda onder Spinola
bij, aan welke omstandigheid een zijner
honderd en twintig tooneelstukken haar
ontstaan dankte.
Langen tijd is Calderon voor Neder
land een onbekende grootheid gebleven
en lang was hij zelfs in Spanje vergeten.
Onder degenen die hem het eerst waar
deerden behoorde Goethe Deze dichter
vorst noemt hem het genie dat het meeste
verstand heeft. Dat ook Spanje hem later
wist te waardeeren, bewees het Spaansche
wereldconcours aan hem gewijd.
Spreker had de vriendelijkheid twee
tooneelstukken van den dichter te analy
seeren waarvanHet laatste twee
gevecht in Spanje het eerst aan
den beurt kwam en wel voornamelijk, om
dat de zoon der Nederlanden, d« Keizer
koning Karei V, daarin de hoofdpersoon
is. Na in algemeene trekken aangeduid
te hebben, hoe de dichter den tact bezat
om de omstandigheden te doen leiden tot
de ontknooping en op elk karakter den
stempel van geestesadel te drukken, volg
den eenige citaten, die aantoonden dat
nog in dezen tijd de opvoering van een
stuk van Calderon de la Barca volkomen
gerechtvaardigd zon zqn.
Na de pauze onthaalde spreker op een
paar staaltjes van 's dichters omgang met
koning Filips IV en toen volgde de uit
eenzetting van het stuk getiteldD e
belegering van Breda. Door het
geheele stuk doet de dichter zich kennen
als Spanjaard en als Katholiek, hetgeen
hem evenwel niet in den weg staat om
de Nederlanders als een heldenvolk te
kenmerken, en den moed vandeNeder-
landsche zeelieden op deD rechten prijs
te stellen, zoo zelf dat hem de woorden
o»»to»,j. ppvon R p f. i a Ann 17 A 1 Ir
niets verlangt dan vrij te zijn.
Met een terugslag op de inleiding was
eene hij uitstek Vaderlandslievende ont
boezeming het slotwoord, dat bij de toe
hoorders opnieuw veel geestdrift wekte.
wpr|—li
De heer Domela Nieuwenhuis was Dins
dag in de Tweede Kamer, bij de voort
zetting van het algemeen debat over de
Indiesche begrooting, de eerste spreker.
Het parlementair stelsel veroordeelend, be
leed hij over Indiesche Zaken niet te
kunnen meespreken daarom zou hij slechts
zijn indruk mededeelen. Hij had geen
minister met meer genoegen begroet dan
den Minister Keuchenius, al stond deze
lijnrecht tegenover hem, want deze minis
ter was een man van kennis en karakter.
Toch zou hij tegen zijne begrooting stem
men, omdat hij de geheele Koloniale po
litie afkeurde, en zelfs het bezit van
Kolonieën verfoeielijk vond. Spreker bracht
hnlde aan den Minister, omdat hij den
moed gehad had, den heer Sol niet alleen
herstel van onrecht, maar ook schade
vergoeding te bezorgen. Wie weet, of deze
Min. niet aan Multatuli en Roorda van
Egsinga, waren zij nog in leven, herstel
van onrecht zou hebben verschaft! Ook
prees spreker het in den Min. wegens zijn
streven om den toestand in Atjeh buiten
de officieele rapporten te leeren kennen.
Hij noemde den Atjeh-oorlog een eeuwig
schandaal en spoorde de Min. aan, tot
een vergelijk in zake Atjeh te komen
pacificatie van Atjeh zou de schoonste
overwinning voor den Min. zijn. Spreker
bewonderde de Atjehnezen, en hoopte, dat
het hun gelukken zou de vreemde in
dringers te verdrijven. Hij zou tegen de
begrooting stemmen, omdat hij het Kolo
niaal stelsel afkeurde als bestendiging
van het stelsel van roofplnndering en
onrecht. Wilde de Min. medewerken, om
aan Indië terug te geven de door Neder
land gestolen 850 miljoen Na deze krasse
woorden van den afgevaardigde, die zelf
belijdt, over de Indiesche zaken niet te
kunnen meepraten, kwam de heer Mees
aan 't woord. Hij deelde verklaringen mede
van Prof. Mac. Gillavry, den gewezen
voorzitter der heri-beri-Kommiseie, waar
uit scheen te blijken, dat de Min. alleen
uit voorliefde voor den heer de Roohemont
de Kommissie zon ontbonden hebben. De
heer Zaaijer wees op de reaktie in den
hygiënieschen toestand in Indië, te ver
wachten van dezen Min. wiens gevoelens
bekend waren over de bestrijding van
syphilis en beri-beri, en over de vakcine.
De heer van Asoh van Wijck gevoelde
groote sympathie voor den Min. omdat deze
het zendingswerk wilde bevorderen. De
heer Geertsema pleitte voor minderen om
slag by de uitgifte van woeste gronden.
De heer Scbimmelpenninck v. d. Oye
was voor opinm-regie. De heer V. d. Kaag
zioh aansluitend aan den heer van Houten,
achtte 's Minister's honding ais bewinds
man weinig betrouwbaar. Hg meent, dat
de Min. mist de eigenschap om zyn per-
soonlyke zienswgze en geloof zoodanig te
beperken als zgn hoog staatsambt mede
brengt. De Min. is een yveraar voorden
godsdienst en legt gaarne in 't openbaar
belydenis daarvan af; voor een staatsman
evenwel is dit gevaarlgk. De Min is een
man van snel en krachtig handelen, die
gaarne de scherpste uitdrukkingen bezigt.
Zal hij zich als bewindsman weten te
beperken Snreker
naai-op in de zaak-bol was gehandeld. Ook
achtte hg 's Minister's opvatting van de
verhouding van den Staat tot den Islam
bedenkelyk. De heer W. K. van Dedem
betoogde, dat de Reg. den slaikbandel in
opium zooveel mogelyk behoort tegen te
gaan, en niet verantwoord is, met zich
te verbergen achter de hooge kosten,
welke geschikte maatregelen zullen ver-
eischen.
De afdeelingen werden nu getrokken,
die tot hare voorzitters benoemden de
heeren v. d. Schrieck, Tak van Poortvliet,
de Savornin Lohman, Smidt en Verniers
van den Loefï, en tot haar onder voor
zitters de heeren Clercx, Gleichman, Ree
kers, v. d. Feltz en W. van Dedem.
Woensdag werd het debat voortgezet,
en was de heer Veegens de eerste spreker,
die, nadat hg eene vraag tot den Min.
gericht had betreffende de Indiesche reke
ningen, opkwam tegen eene losmaking der
Indiesche en Nederlandsche financiën, als
door de heeren Bool en Levyssohn Nor
man was aangeprezen, alsmede tegen eene
vaststelling der begrooting buiten de Ver
tegenwoordiging. De heer Rutgers van
Rozenburg hon den Min. niet dadelyk
zgn volle vertrouwen geven. Over de
koffiekwestie, en over de gezondheidspo
litiek wilde hg niet uitweiden, 's Minis
ters handelwgze ten opzichte van de beri-
beri-kommissie keurde hg af, daar de Min.
aan zijn protégé de Rochemont het lands
belang had opgeofferd. Onverklaarbaar
achtte Spreker de benoéming van den heer
Sol tot lid der Algem. Rekenkamer, hoe
wel hg het wel goed vond, dat er wat
nieuw bloed in dat kollege kwam. 't Her
stel van onrecht aan de heeren Sol en de
Sturler gepleegd juichte bij toe; had de
Min. anders gehandeld, 't zou plichtver
zuim zgn geweest. Ook den aanleg van
de lyn Tjitjalengka-Tjilatjap keurde Spre
ker goed. Doch wat hem verhinderde,
den Min. vertrouwen te schenken was de
aanranding van het beginsel van scheiding
van Kerk en Staat door verhooging van
verschillende posten in zake het bizonder
onderwys, de eirkulaire aan zendelingen
om ben aan te sporen den Islam te be
strijden, bet blanco-krediet aangevraagd