Min. van Binnenl. Zaken, (loch zonder sukces. Bij art. 137 buitengewone subsi- diëen aan de gemeenten) betoogde de heer Oppedijk de noodzakelijkheid, om bij de uitkeering niet alleen te letten of er school geld werd geheven, maar ook of dit be hoorlijk is. De Min. zon dien wenk in acht nemen. Een am. van de heeren Beaufort en Goeman Borgesios om art. 139 met 16G6,66Vj te verhoogen, ten einde het snbsidie voor de Kweekschool voor be waarschoolonderwijzeressen te Leiden te behouden, werd na verdediging en bestrij ding verworpen met 43 tegen 38 stemmen. Artt. 139142 werden aangenomen. De «de afdeeling {Kunsten en Wetenschappen) was nu aan de beurt. De heer van Delden sprak een afkeurend oordeel uit over de wijze, waarop het Rijk te werk gaat, om zich in 't bezit te stellen van oude ar chieven, dagteekenende van vóór de Fran sche wetgeving hier te lande. Op onrecht matige wijze worden ze aan de gemeenten ontnomen. De Min. van Binnenl. Zaken kwam onmiddellijk daartegen op en ver zekert, dat het Rijk dan alleen die ar chieven tot zich neemt, wanneer de ge meenten ze niet kunnen bewaren. De heer Roëll sloot zich aan bij den heer van Delden, die bleef protesteeren tegen de wijze waarop de onteigening plaats had. De Min. bleef echter volharden bij zijn overtuiging, dat het Rijk het recht heeft de bedoelden archieven op te vorderen. De heer Rutgers van Rozenburg drong aan op toezicht op van wege het Rijk of met Rijkssusidie gerestaureerde monu menten. De heer v. Kerkwijk beval de ondergeschikte ambtenaren bij het Penningkabinet voor lotsverbetering door traktementsverhooging aan. Hij achtte het niet voldoende, dat de Minister alleen den Direkteur bedacht had. - Artt. 143179 ■werden aangenomen.De heer Levyssohn Norman stelde de wenschelijkheid in 't licht van de uitgave van een praktiesch ingericht parlemetair jaarboek; er moest dan een premie worden uitgeloofd voor het bijwerken van de parlementaire ge schiedenis sedert 1848. De Min. ant woordde, dat hij niet kon verzekeren, deze, ook door den heer Heldt gesteunde wen8chen te zallen voldoen. De begrooting van Hoofdst. V is zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Zaterdag werd eerst Hoofdst. VIIa {Nationale Schuld) zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen. Daarna ving het algemeen debat aan over Hoofdst. YIIb {Financiën). De heeren Mees, Ker- ■dijk, van Houten en Verniers v. d. Loeff ontwikkelden hun ernstige grieven tegen den Minister over zijn stilzitten en niet nakoming der beloften, bij de verkiezingen en in het program van aktie uitgesproken. De heer Kerdijk zou tegen het hoofdstuk stemmen. De heer v. Houten daarentegen wekte zijne geestverwanten op, er voor te stemmen. Zoolang de ministerieele partij tevreden is, is het voor de linkerzijde een -onvruchtbaar werk, tegen de begrooting te stemmen, 's Ministers onvoorzichtige verklaring ten aanzien van de militaire uitgaven, acht hij wel bedenkelijk, maar hij vindt daarin geen motief om tegen te stemmen, daar de Kamer de Reg. kan tegenhouden, indien zij in deze richting te ver mocht gaan. De heer de Savornin Lohman ontkende, dat het program van ak tie verloochend werd, dat trouwens de Reg. niet bindt; deze wil echter met voorzichtigheid te werk gaan, en verdient daarom vertrouwen. Ook de heer Verniers v. d. Loeff keurde het onvoorwaardelijk toegeven aan de militaire eischen af, waar doorontevredenheid zou blijven bestaan. De Min. van Fin. achtte het onverantwoor delijk, het verval onzer marine te be stendigen, en de heer Schimmelpenninck v. d. Oye was van hetzelfde oordeel. Overigens hield de Min. vast aan zijne toezegging: regeling der plaatselijke be lastingen, van de schoolwet, in verband met de grondbelasting, van de zoutakcijns in verband met wijziging van heffing der invoerrechten, verlaging van de suiker- akcijns. Een aantal artikelen werden aan genomen, na debat. De heer v. Kerkwijk drong aan op strenge toepassing der wet, in zake de Staatsloterij, zoodat er aan de Kollekteurs geen loten meer uit gereikt worden dan zij verkoopen. Ook wenschte hij afschaffing van de debitan- ten. Eene stem liet zich hooren„de loterij afschaffen", waarop de heer v. Kerk wijk antwoordde, dat men dan ook het pekuleeren in fondsen op de beurs moest afschaffen. De Min. verzekerde dat er zoo veel mogelijk op werd toegezien, dat de kollekteurs niet meer loten ontvangen dan zij verkoopen in Art. 42 {nieuwe secun daire triangulatiewerd met 53 tegen 15 stemmen aangenomen. Het geheele Hoofd stak werd aangenomen met 57 tegen 12 stemmen. Tegen stemden de heeren Heldt, Gildemeester, Lieftinck, Domela Nieuwen- huis, Schepel, Levyssohn Norman, Kerdijk, Zaayer, Hartogb, Gleichman, Goekoop en Hiutzeu. Daarna was Hoofdst. VIII (Oorlog) aan de beurt. De heer Seyffardt wenschte afschaffing van den majoorerang, eene betere regeling van de traktementen en toelagen der officieren en geleidelijke opheffing der Pupillenschool. De heer Löben Seis besprak de cantines. De heer v. Vlijmen drong aan op rechtmatige be handeling van officieren en bescherming van de godsdienstvrijheid bij de militairen. De heer Domela Nieuwenhuis bestreed het geheele hoofdstuk, op grond van de steeds stijgende uitgaven, en wees op de nood zakelijkheid, daaraan een einde te maken in het belang der volksontwikkeling. Vol gens spreker is een politieleger voor ons land voldoende, verder beweerde hij, dat wie voor een hooge oorlogsbegrooting stemt, de sociaal-demokratie in de hand werkt, omdat het militarisme een der trawanten van het kapitalisme is, een tweesnijdend zwaard, dat zich keert tegen hem, die het gebruikt. Tegen sociaal-de- mokraten helpen zelfs geen soldaten. Het verkoopen van jenever in de kazernes keurde spreker af. In de zitting der Tweede Kamer van 18 Dec. werd de behandeling vanjloofdst. VIII der Staatsbegrooting Oorlogvoort gezet. De heer Fabius drong krachtig aan op publikatie van het rapport der Staatskommissie, zoowel om belangstelling te wekken, als om antimilitairisme tegen te gaan. Hij is een voorstander van groote openhartigheid in krijgszaken, en van zui nigheid, althans zoolang de legerwetten er niet zijn. Deze spreker en de heer Gil demeester bestreden den verkoop van ster ken drank in de cantines. De heer van Kempen kwam op tegen elke pressie van wege het Departement ten gunste van Eigen Hulp. De heer Lieftinck was van gevoelen, dat het eindcijfer van 35 miljoen eene te hooge assurantiepremie is, vooral omdat het verre van bewezen is, dal wij geassureerd zijn. De heer de Vries Bergurnwas ook tegen drank- verkoop in de cantines, en drong aan op aanschaffing van legerpaarden hier te lan de. De heer Heldt beval aan de ge legenheid .t°t vrijwillige oefening in den wapenhandel voor jongelieden uittebreiden tot gemeenten, waar geen garnizoen is, en te stellen op uren, dat ook kinderen van ambachtslieden er gebruik van kunnen maken. De Min. van Oorlog zag voor alsnog geen reden tot opheffing van den majoorsrang, en achtte het aanhouden van de Pupillenschool wenschelijk. Of er drank mocht geschonken worden in de cantines, moest naar 's Ministers gevoelen overge laten worden aan het zelfstandig oordeel der korpskommandanten. Wat men van het gebruik van drank vertelde, was over dreven; indedaad is het gebruik gering. De Min. was geen lid of voorstander van Eigen Ilulp en zou onderzoeken, of er van wege het Departement pressie werd uit geoefend. Wat de opmerking betreffende beperking van gewetens- en godsdienst vrijheid betrof, verzekerde de Min., dat hem, hoewel hij trouw zijn godsdienst plichten waarnam, nooit iets van onver draagzaamheid gebleken was. Tegenover den heer Domela Nieuwenhuis hield de Min. staande, dat ons land verdedigbaar is, mits men zich behoorlijk voorbereide. Naar bezuiniging streefde hij. Na afloop van het algemeen debat ging men over tot de behandeling der artiekelen. Toen de heer Fabius den afgevaardigde van Schoterland, die allerlei vragen naar détails tot den Min. richtte, het verwijt richtte dat die afgevaardigde wegbleef nit de sek- tievergaderingen, antwoordde de lieer Do mela Nieuwenhuis, dat hij zich niet wilde blootstellen aan beleedigingen in eene be sloten vergadering, wat hij na zijn ont vangst in de Kamer als van een melaat- sche onder reinen verwachtte. De heer v. d. Feltz kwam daartegen op en ver zekerde, dat hij den heer Nieuwenhuis éénmaal in eene sektievergadering ontmoet had, en dat toen dien afgevaardigde niets krenkends of beleedigends wedervaren was. De Schoterlandsche afgevaardigde retireerde toen, en zeide niet gezegd te hebben, dat hij beleedigd was, maar dat hij vreesde beleedigd te zullen worden. Verschillende artiekelen gaven verder aan leiding tot op- en aanmerkingen. O. a. keurde de heer Heldt de kon- kurrentie af door de stafmuziekanten aan partikuliere muziekanten aangedaan en maakte de heer Domela Nieuwenhuis zich ongerust, dat de miliciens niet warm ge noeg gekleed gingen. In de avondzitting trok de heer van Vlijmen een door hem voorgesteld amendement, om te schrappen f 3000 voor de verbetering van het schiet- terrein te Hoon, na bestrijding door de heeren Seyffard, W. K. van Dedem en den Minister, weder in. Een amendement van de Komm. van Rapp., om ƒ27.000 te schrappen voor den bouw van een over dekte rijbaan te Deventer, vond een ver dediger in den heer v. Löben Seis, maar werd bestreden door den Min. en den heer Rooseboom, en verworpen met 55 tegen 28 stemmen. Een am. van de Komm. v. Rapp. om art. 94 te verminderen met ƒ12.000 voor tenten, werd door den Min. overgenomen. Vervolgens werden nog belaogrijke diskussies gehouden over de Vesting begrooting, waarbij de heer Seyffard de voornaamste spreker was, en die zonder hoofdelijke stemming werd goedgekeurd. Hoofdst. VIII werd daarna aangenomen met 68 tegen 16 stemmen. Tegen stem den de heeren Huber, de Ruyter Zylker, v. Vlijmen, Osenbruggen, Heldt, deMeyier, Lieftinck, Domela Nieuwenhuis, Viruly Verbrugge, Verniers van der Loeff, van Delden, Schepel, van Houten, de Geer, Goeman Borgesius en Veegens. In- tussohen verklaarde de heer v. Vlijmen, dat hij bij vergissing tegengestemd had. In de zitting van Woensdag werd het algemeen debat over Hoofdst. IX JVater- staal, Handel en Nijverheid) geopend. De heer Lambrechts drong aan op Rijks sub sidie voor landbouw en veeteelt in Lim burg, in afwachting van, of naast een door kamerleden in te dienen ontwerp tot hef fing van graanrechten. De heer Smidt wenschte een algemeene wet tot verzeke ring van werklieden tegen gevolgen van invaliditeit en ongelukken. De heer v. Asch van Wijck wilde beperking van het aantal ingenieurs, beperking van den zon dagsdienst op de spoorwegen, intrekking van den postpakketdienst op zondag. De heer Domela Nieuwenhuis bepleitte beper king van diensttijd, beter loon en lotsver betering van het personeel bij de spoor wegen, zoowel in 't belang van dat per soneel, als voor de veiligheid van het publiek. Naasting van spoorwegen door den Staat achtte spreker het eenig afdoende middel. Ook voor de posterij vond hij meer loon en minder diensttijd noodzake lijk, en hij wilde, dat de telegraaf beamb ten gelijk zouden worden gesteld met de postbeambten. De heer Farncombe Sanders vroeg naar de voornemens der Regeering ten aanzien van de telefonie. De heer Tak van Poortvliet bestreed het denkbeeld eener afzonderlijke afdeeling voor spoor wegen wel vond hij organizatie van den Raad van Toezicht wenschelijk. De heer Hartogh wenschte opneming in de bestek ken van Staatswerken de verzekering van werklieden en herziening van de algemee ne voorwaarden van aanbesteding. De Min. van Waterstant enz. antwoordde, dat hij eerst een volgend jaar over Rijkssubsidie voor den landbouw kon denken. Opneming in de bestekken van Rijkswerken van eene bepaling betreffende verzekering van werklieden achtte hij goed, afgescheiden van een algemeene verzekering van werk lieden. Voorloopig is een afzonderlijke af deeling voor spoorwegen onnoodig. De diensttijd voor spoorweg- en postambtena ren is niet overdreven lang. Omtrent de telefonie is de Min. nog niet tot eene beslissing gekomen. Hij zou een afzonder lijke wet indienen voor verbetering van de Waal. In België heerscht alweer de noo- dige gisting omtrent het al of niet invoe ren van het verplichte gebruik der Vlaam- sche .taal bij de rechtspleging. Alom wor den druk bezochte meetings gehouden. On der de tegenstanders zijn voornamelijk de jongere advokaten, die in het Fransch hunne studiën hebben voltooid en met de eigenaardigheden van het Vlaamsch min der goed bekend zijn, waardoor de verde diging veel van hare waarde zou verliezen. De Italiaan Succi, die zich thans te Madrid bevindt, is weer voor dertig dagen aan het vasten gegaan en heeft voor dien tijd zijn verblijf gekozen in een der Madridsche schouwburgen. Hij is, zooals telkens bij dergelijke proef geschied is, gewogen, om te zien hoeveel hij, dag aan dag, door zijn vasten aan gewicht verliest. Hij heeft 140 pond gehaald. Ook nu weer heeft hij, vóórdat hij tot onthouding van spijs over ging, uit een fleschje een drank, van welks vervaardiging hij het geheim bezit, ingenomen. Gedurende de dertig dagen zal hij een weinig gewoon water met wat mineraal water uit Vichy of Carlsbad tot zich nemen. Er is te New-York een jacht te water gelaten, dat zich op bijzondere wijze voort beweegt. Onder in het schip zijn twee ijzeren cylinders aanwezig met de monding buiten het schip. Deze wordt gesloten door eene klep welke zich naar buiten opent. Binnen den cylinder wordt automatisch een mengsel van petroleum en dampkringslucht gevoerd, welk meng sel door een electrische vonk wordt ont stoken. Door de hieruit ontstane geregelde ontploffingen wordt de klep geopend, wel ke, dus op de watermassa drukkende, de voortbeweging veroorzaakt. Het gerucht wil, dat Edison, de beroemde Amerikaansche uitvinder eene pratende courant zal uitgeven. Wie het blad ontvangt, beh»eft het slechts in zijne phonograaf te leggen en hij hoort zich de courant voorlezen. Maar 't spreekt van zelf, dat men geen enkel bericht onge- noten kan laten, tenzij men het instru ment afsluit of wegloopt, want de machine blijft aan het woord tot de krant van 't begin tot het einde is doorgelezen. Men schrijft aan de Belgische regee ring het voornemen toe de kieswet te wijzigen. De capaciteitskiezers zouden dan afgeschaft en nieuwe plattelands-kiezers in het leven geroepen wordeü, door welke wijzigingen de steden natuurlijk zeer zou den verliezen. De beperkende maatregelen door de Amerikaansche regeering indertijd geno men tegen de Chineesche landverhuizing beginnen al vruchten te dragen. Te Hong kong is men zoo ingenomen tegen alles wat Amerikaansch is, dat goederen van Amerikaansche herkomst daar niet meer geplaatst kunnen worden. Machinerieën, katoenen goederen, uurwerken, vuurwa penen en petroleum uil de Vereenigde Staten, tot dusver de voornaamste artike len van invoer, zijn in China zoo weinig meer te slijten, dat de importhuizen op de kust hunne agenten en vertegenwoor digers in Amerika verzocht hebben niets meer op te koopen of te zenden. Vele ex porthuizen in San Fransisco lijden daardoor groote schade. Gisteren kwam een vervener uit de Haarlemmermeer zich bij de Amster- damsche politie beklagen overeen knecht die tijdens zijne afwezigheid, met zijn schip waarin 26,000 turven geladen waren is weggevaren. Onder de kap van het nieuwe centraalstation te Amsterdam is Woens dagmorgen gevonden een polderwerker, die Dinsdagavond in beschonken toe stand door den laatsten spoortrein is overreden. Van het rechterbeen is de voet afgesneden, het linkerbeen is geheel verbrijzeld. De man was Woensdagmor gen volkomen bij zijn bewustzijn en werd naar het gasthuis gedragen. Voorwerpen, gedeponeerd aan het Commissariaat van Politie,die dage lijks, (uitgezonderd des Zondags, van 's middags 12 tot 2 ure voor de eigenaars terug te bekomen zijn. Een steigertouw. Eene kous. Eeni- ge wanteD. Een nieuwe broek. Twee prenten. Een wollen want met een sleu tel. Een lederen foedraal voor eene pa- rapluie. Een ring waaraan een aantal sleuteltjes. Eene hoeveelheid ledige steenkolenzakken. Een bont boezelaar. Een metalen cijfer. Een blauwe bril in nieuw geellederen étui gemerkt. Eene zwartzijden parapluie. Een nikkelen armband. Een zakkammetje in étui. Eene ijzeren hondenketting. -Een oude spoormand. Een ring waaraan een sleu tel. Een paar handschoenen. Een handmof. Een tweewielige bandwagen. Een rekenboek. Eene portemonnaie waarin een weinig geld. Eene blauwe jongensdas. Terug te bekomen bij W. Schraders, Voorzorgstraat No. 20, een geel-bruinhari- gen hond, voorzien van een lederen halsband, waaraan een eind ijzeren ketting. Idem bij den veldwachter Luijendijk, gestati- onneerd te Hontrijk en Polanen, een glad- harigen jachthond (reu) met bruingevlekte hangooren. In een der tramwaggons achtergelaten Een zakschaartje. VEEMARKT, 19 December. Aangev. Prijs. 14 Koeien f 170.a 120. 13 N. Kalveren 10.j> 6. 128 Schapen 23.13.— 11 Biggen J> 7.—- 9 Paarden 110.28. Marktbericht van 19 December. Aang. en verk. 79 stapels, uitmakende 8762 kazen, wegende 17931 K. G. Hoogste prijs per 50 K. G f 26.50.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1888 | | pagina 7