Nieuwsberichten.
De opbrengst van grasgewas en gras
beliep f 1682.
Ter vervanging van open goten door
overdekte riolen werd 2335 besteed.
Het onderhoud der pompen en drinkwa
terfonteinen werd uitgevoerd voor ~f 748
's jaars.
Ter voorziening in de behoefte aan wa
ter binnen de gemeente stond de Raad
f 5000 toe tot het doen van de noodige
onderzoekingen ten behoeve van een avant-
projet eener eigen waterleiding. Omtrent
de verkregen uitkomsten kunnen nog geen
mededeelingen gedaan worden.
De directie der Duinwatermaatachappij
verzocht, de afgebroken onderhandelingen
weder op te nemen. De Raad antwoordde,
genegen te zijn voorstellen in overweging
te nemen die overeenstemden met de ont-
werp-overeenkomst door den Raad in 1888
vastgesteld.
Omtrent rivieren, kanalen en vaarten
vallen geene bijzonderheden te vermelden.
De gemeentereiniging is belast met het
diep- en schoonhouden der gemeentewate
ren en het ledigen der faecaliënputten. In
1889 eischte dit werk met inbegrip van
het ledigen der vergaarbakken ruim 2800.
Voor waterverversching behoefden in
1889 door de weersgesteldheid geene uit
gaven gedaan te worden.
De houten wallen waren in onderhoud
voor 794, de steenen voor 983 's jaars.
Twee nieuwe vakken walbescboeiing
waren aangenomen voor ruim f 2200.
Het onderhoud der bruggen kostte 6861,
en de vernieuwing en verbreeding van
den bovenbouw der Kruisbrug, waarvoor
18450 was uitgetrokken, eischte f 1250
meer, terwijl na het afbreken ook vernieu
wing van den onderbouw werd noodig ge
acht. Hiervoor bleek 7790 noodig te
zijn.
De Haarlemmersluis te Spaarndam vor
derde eene uitgaaf van f 19.30.
Omtrent de straatverlichting meldt het
Verslag, dat op 31 December 1889 in ge
bruik waren 1137 gewone en 14 buiten
gewone lantaarns, welke met inbegrip van
toezicht enz. een uitgaaf van ƒ22.721,975
eischten. In twee maanden voldeed de
lichtsterkte niet aan de overeenkomst. De
recognitie van de gasmaatschappij aan de
gemeente bedroeg f 466.32.
Het materieel der Brandbluschmiddelen
is in eigen onderhoud. De uitgaven be
droegen 32 68.495.
De algemeene begraafpaats verkeert in
goeden staat. Het onderhoud heeft plaats
in eigen beheer. In 1883 werden er ter
aarde besteld 1129 lijken. De inkomsten
der begraafplaats beliepen 10896,95
Wordt vervolgd.')
Vrijdag is in Vereenigde vergadering
der beide Kamers de zitting der Staten-
Generaal door den Min. van Binnenl.
Zaken namens den Koning gesloten. Alles
ging daarbij gewoon in zijn werk. De
Minister werd in de Staatsie-koets afge
haald, geëskorteerd door huzaren, opge
wacht door eene Kommissie en door den
Voorzitter der Vereenigde Vergadering,
en sprak toen eene korte rede uit voor
een zeer weinig talrijk gehoor. ErVaren
toch maar enkele Kamerleden opgekomen,
en waren de gerezerveerde tribunes al
redelijk bezet, op de publieke tribune kon
niemand komen, daar het slot van de
daarheen voerende deur onklaar was. Het
toespraakje was slechts een opsomming
van de in het afgeloopen zittingsjaar tot
stand gekomen wetten, en, nadat deze
opgezegd was, werd de Min. weder uit
geleid door de Kommissie, en brachten de
huzaren hem wéér naar huis.
De heer M. P. E. Groshans, ont
vanger te Haarlem (accijnsen), heeft met
ingang van 1 October a. s. eervol ontslag
gevraagd. Sedert 1852 was genoemde
heer op versohillende plaatsen als Rijks
ontvanger werkzaam.
HAARLEM, 16 September 1S90.
Maandag namiddag te half twee
had de plechtige inwijding plaats van het
nieuwe Paleis van Justitie in de Jansstraat
alhier.
Tot bijwoning van deze plechtigheid wa
ren in de audiëntiezaal tegenwoordig de
leden van de rechtbank, de advocaten en
procureurs, de beambten, alsmede vele
burgerlijke en militaire autoriteiten en
verdere genoodigden, terwijl het zeker
aandacht verdient, dat de Minister van
Justitie, de Heer Jhr. Mr. G.L. M. H. Ruijs
van Beeren broek deze eerste zitting met
zijne tegenwoordigheid vereerde.
Nadat de genoodigden hadden plaats
genomen werd de komst van het Gerechts
hof aangekondigd en door het publiek
staande ontvangen, waarna de Minister
binnengeleid en evenzoo staande ontvangen
werd.
Z. Exc. nam daarop het woord en ver
klaarde gaarne tegenwoordig te zijn bij
de plechtige ingebruikstelling van het
Paleis van Justitie en dat het blijkbaar
was, dat Haarlems ingezetenen getuige de
ruime opkomst dit feit naar waarde wis
ten te schatten.
Vervolgens trad Z. ExcJ in eene be
schouwing omtrent de geschiedenis van de
rechtspraak, bijzonder te Haarlem.
Haarlem bezat reeds zeer vroeg een
rechtsprekend college. Een sluier bedekt
evenwel de allereerste wijze van recht
spraak. Deze was in overeenstemming met
de autonomie der gemeenten en stonden be-
hekend onder den naam van schepenen
banken en deze rechtsbedeeling bleef eeuwen
bestaan.
In de dertiende eenw strekte Haarlems
ressort zich uit tot in de nabijheid van
Amsterdam.
In 1473 werden de Provinciale hoven
gesticht, benevens de Hooge raad, waar
van als zetel Haarlem was aangewezen,
maar te 's Gravenhage gevestigd bleef.
De wijze van rechtspleging bleef ech
ter vrij verward, tot dat in 1798 in deze
eene algemeene regeling plaats vond.
In 1806 werd het hof van appel ge
vestigd en onder koning Bodewijk Napo
leon werd een Wet, regelende de reoht-
spraak, ingevoerd.
Na de inlijving van Holland bij de
Eransche republiek werd den 18 October
1810 bepaald dat ons land zoude
onderworpen zijn aan de rechtbank te
Parijs. Haarlem, Leiden, Alkmaar en
Goriuhem bleven hunne gerechtshoven be
houden.
Bij de Wet van 1827, regelende de
rechterlijke organisatie, werd bepaald dat
Haarlem als achtste kanton voortaan zou
ressorteeren onder Amsterdam en had stel
lig de rechtbank verloren, ware niet in
middels de Belgische revolutie uitgebroken.
Weer werd Haarlems gerechtshof be
dreigd in 1876, toen alweer het voor
stel werd gedaan het naar Hoorn te ver
plaatsen. Maar de storm werd weder be
zworen.
Naarmate den loop der tijden bleek
echter het oude rechtsgebouw ongeschikt,
waardoor in 18S6 besloten werd tot den
bouw van het nieuwe Paleis van Justitie.
Overeenkomstig de vroegste wijze van
wetgeving, bovengemeld, ware? de ge
rechtsgebouwen steeds eigendom der ge
meenten en werden hiervoor meestal de
raadhuizen aangewezen. Dit was ook te
Haarlem het geval. De gevel van het
Haarlemsche raadhuis toch draagt nog im
mer het beeld der Justitia, terwijl ook
vervolgens het oude gerechtsgebouw in
de Zijlstraat kosteloos bij het rijk in ge
bruik was tot 1861. Sedert had het rijk
het gebouw in huur. Dat thans te Haar
lem van wege den Staat een nieuw ge
bouw is daargesteld, mag aangemerkt
worden als een bewijs, dat thans de toe
stand blijvende mag genoemd worden.
Met den wensch, dat de magistratuur
bij voortduring hare gewichtige, moeie-
lijke en verhevene roeping zou blijven
gevoelen, werd het Paleis van Justitie
vervolgens namens 's Konings Regeering
aan de Rechtbank en het Kantongerecht
overgedragen.
Boen nam de President der Haarlemsche
Arrondissementsrechtbank, de Heer Mr. S.
J. A. van Walchren, het woord, Na dank
aan Z. Exc. den Minister en het publiek
voor de betoonde belangstelling in het be
houd van de Haarlemsche rechtbank,
sprak de President als zijne meening uit,
dat door de nieuwe stichting elk ophef
fingsmotief was vervallen en trad daarna
in eene beschouwing omtrent de geschie
denis van het rechtswezen gedurende de
laatste zestig jaren, in hoofdzaak overeen
komende met het besprokene door den
Minister van Justitie, doch aangevuld met
enkele bijzonderheden, zooals bijv. den he-
vigen strijd, gevoerd over de opheffing van
de Haarlemsche rechtbank en wees er op,
na eene korte beschouwing der geschie
denis van het gebouw in de Zijlstraat
sedert 1840, o.a. met finantieele hulp van
Provinciale Staten tot stand gekomen, dat
met de uitbreiding der gemeente meer en
meer de ongeschiktheid ervan bleek. Zoo
was voor de getuigen geen plaats dan de
corridor, voor de wachtenden aan het Kan
tongerecht diende de trap tot wachttkamer,
terwijl voor de verschillende hooge rech
terlijke ambtenaren geen genoegzamejplaats
beschikbaar was, zoodat het nieuwe gebouw
in eene lang gevoelde behoefte voorziet.
Tevens nam de President deze gelegen
heid te baat den Minister te verzoeken,
het daarheen te willen leiden, dat de nog
immer openstaande plaats in het college
aldus aangevuld en dus weder op vijf
gebracht werd.
Na nog den dank gebracht te hebben
aan allen, die op eenige wijze hadden
medewerkt aan het tot stand brengen van
het nieuwe Paleis van Justitie werd de
eerste bijeenkomst in het nieuwe gebouw
gesloten.
Het fraaie gebouw met zijn neten gevel
en hardsteenen trap is keurig eenvoudig
ingericht. Behalve de reeds genoemde
audiëntiezaal bevatten de beide verdiepin
gen de vertrekken voor de rechters, het
personeel en de getuigen, alsmede het
Kantongerecht. De woning voor den con
cierge, de cellen voor de beklaagden, de
lokalen voor de archieven en de plaats
voor het centrale verwarmingstoestel bevin
den zich in het sousterrain.
Het blijft te bejammeren, dat een goed
overzicht van het geheel eigenlijk niet
goed mogelijk is omdat de enge Jansstraat
geen plaats aanbiedt, waar het schoone
gebouw, anders dan zeer in 't verkort,
kan gezien worden. De heer Eijsnagel,
aannemer te Aarlanderveen, was belast
met de uitvoering en er kan gezegd wor
den, dat hij zijne taak met eer vervulde.
Onder de jonge vereenigingen, hier
ter stede in de laatste jaren opgericht,
mag de schermvereeniging „Ripperda" met
eere genoemd worden. Onderscheiden ma
len namen hare leden, in den korten tijd
van haar bestaan, van af Juli 1888,
aan schermwedstrijden deel en meest
al kwamen zij bekroond uit den strijd
terug. Zaterdag en Zondag gaf „Ripperda"
opnieuw een bewijs van gezond en krachtig
leven, bij den door haar georganiseerden
schermwedstrijd aan „de Phoenix." De
regeling in haar geheel en de goede gang,
welke viel op te merken, bewezen, dat er
bjj „Etipperda" mannen met zaakkennis
in het Bestuur zitting hebben en de le
den over het algemeen met toewijding en
ambitie de nobele schermkunst beoefenen.
Omstreeks twee uur Zaterdag nam deze
wedstrijd een aanvang. De Heer E. Allan,
daartoe beleefd door „Ripperda" uitgenoo-
digd, sprak vooraf een sierlijk en kern
achtig openingswoord. Spreker wees op
de waarde van het schermen voor den
welstand van het lichaam, op de beteeke-
nis van deze kunst bij de vorming van
geest en gemoed, besprak daarna eenigszins
uitvoerig de Fransche scherm methode en
bracht ten slotte in schoone woorden de
beoefening van de schermkunst in ver
band met de liefde voor Koning en Va
derland. Een luid applaus volgde zijne
toespraak.
De schermers konden gebruik maken
van den plaukenvloer, in de open lucht,
en vonden daar een vrij ruim terrein om
elkaar te bekampen, terwijl de toeschouwers
er van rondom' den strijd konden gade
slaan.
Het eerst waren de nieuwelingen, zij
die nog geen prijs hadden behaald, aan
de beurt. Ze werkten met degen, sabel
en korten stok. Zes en dertig heeren, van
verschillende vereenigingen, hadden zich
laten inschrijven. Menig partijtje werd
met belangstelling gevolgd, ondanks de
bewering van de kenners, dat de wijze
van schermen niet voldeed aan de rege
len der voorgeschreven Fransche methode.
In deze afdeeling werden prijzen behaald
door de volgende heeren: Voor degen:
1ste prijs M. C. Broekmeijer van „Sparta
Haarlem; 2de prijs J. de Vries van
„de vrije wapenbroeders," Amsterdam
ode prijs J. Hoefsmit van „Oranje,"
den Haag. J
Voor sabel: lste prijs H. van Dijk
van „Progessus," Rotterdam; 2de
prijs H. J. Nijhuis van „O. A. S. C."
Amsterdam 3de prijs J. Lunema van
„Excelsior," den Haag.
Voor korten stoklste prijs A. Citroen
van „O. A. S. C." Amsterdam; 2de
prijs J. Eraikin van „Mars," Haarlem;
3de prijs J. P. Keijzer van „Progessus,"
Rotterdam.
De volgende afdeelingen, waaraan mees
ters, prevöts en amateurs op verschillende
wapens deelnamen, waren natuurlijk be
langrijker. Zij duurden van 7 uur 's a-
vonds tot ongeveer middernacht en werden
voor een gedeelte nog den volgenden dag
voortgezet. De heeren Broers en Huijkman,
beiden van de onderofficieren vereeniging
„Mars alhier, behaalden o.a. elk een
eersten prijs, resp. op geweer en korten
stok. Het gewichtigste deel van het con
cours had evenwel Zondagmiddag plaats,
dJ. de wedstrijd voor colonnes en carrés
en het schoonschermen. De jury daarvoor
bestond uit de Htereu G. Hesss en M.
Eterman van Amsterdam, Jac. Koopman
van Rotterdam, J. G. Martin, A. A.
Sprenger, J. Nierop en A. J. Robin van
Haarlem. Zij nam op het plancher plaats,
want ook nu kon de strijd, dank zij het
prachtige zomerweder, buiten plaats heb
ben. Het publiek was zeer talrijk en ver
lustigde zich in een werkelijk interessant
schouwspel. Met eenige verbeeldingskracht
kon men zich in het oude Griekenland,
ten tijde van de Olympische spelen, wa
nen. De heer Joh. Martin maakte met
de leden van „Sparta," in eene keurig
uitgevoerde degen-colonne, een kranig
figuur en kreeg met 36t/2, fan de 42
te behalen punten, een laten prijs.
„Oranje" uit den Haag voerde met on
overtroffen eenheid en nauwkeurigheid
eene serie bewegingen uit met geweren
en werd daarvoor met 39Vs punt beloond
met den lsten prijs. De Heer Jac. Koop
man bracht een dertiental leden van de
Rotterdamsche Turnvereeniging in het
krijt. Hun geweer-colonne gaf door de
schoone standen van de kloekgebouwde
turners veel te genietentoch kon de
jury geen prijs toekennen, door de vele
vergissingen van sommige heeren. „Excel
sior" uit den Haag was gelukkiger, het
verwierf een tweeden prijs. Overbodig is
het, te zeggen, dat het publiek door lui
de hoera's en handgeklap zijne ingenomen
heid betuigde. Als nu nam het schoon
schermen een aanvang. Daarvoor werden
41 deelnemers opgeroepen. Beschikbaar
waren 6 prijzen en voor hem, die het
hoogste aantal punten behaalde, een prach
tige statie-degen, uitgeloofd door den Heer
S. de Jager alhier. De jury lette bij de
beoordeeling: a op salut en gevechtstand,,
b op aanval en pareeren, c op voor- en
achterwaarts gaan en d op het erkennen
van toegebrachte stooten. Zij bepaalde een
maximum van 20 punten, voor de zeven
jury leden derhalve 140 punten. De
uitslag van dezen schoonheidwedstrijd was
zeer vereerend voor „Ripperda." Niet min
der dan drie harer leden behoorden tot
de overwinnaars. Die uitslag luidde als
volgt: Geofge L. Smit 132f punten, S.
D. Hamburger Amsterdam 126% punten,,
Job. Martin 125 punten, A. J. Rongen
Amsterdam 118% punten, A. Wijdoogen
118 punten en H. Koopman, den Haag,
116 i/a punten. Bovengenoemd zestal
kampte, na eenigen rusttijd, om den cham-
pionsprijs, eene prachtige zilveren bo
kaal, aangekocht door de directie van
„de Phoenix." Het ging er bij dezen
strijd vinng toezelden hebben wij zoo
mooi zien trekken. De einduitslag werd
met spanning verbeid. Hij luidde, omstreeks
elf uur: Joh. Martin, overwinnaar! Deze
ontving alzoo de gouden medaillle en won
tevens het meesterschap als schermer op
den degen. De beker als kampioensprijs
wordt bet eigendom van den winner, als
hij hem tweemaal achtereen of driemaal
in het geheel verdiend heeft. Het volgend
jaar wacht ons dus weder een schermwed
strijd. Hopen wij, dat hij in alle opzich
ten dat schoone feest dat zijn groote
succes dankt èn aan „Ripperda," ènaan
de directie van ons sportterrein èn aan
den leider den Heer A. J. Meijerink
moge evenaren.
1.1. Zaterdag avonl is door de politie
alhier bekeurd de bierhandelaar en slijter
C. Br. ter zake het verkoopen van ster
ken drank in het klein zonder de daartoe
vereischte vergunning.
Markt van 15 September.
Aardappelen Aangev. 280, verk. 280 H.L.
L. pr. f 1.50 H. pr. 3.25 pr. H.L.
Appelen Aangev. 190, verk. 119 H. L.
L. pr. f 3.00 H. pr. 9.00 pr. H.L.
Peren Aangev. 290, verk. 220 H.L.
L. pr. f 2.75 H. pr. 11.00 pr. H.L.
Reereboonen Aangev. 410, verk. 410mand.
L. pr. f 0.60 H. pr. 1.55 pr. mand.
Snij boonen Aangev. 1650, verk. 1610mand.
L. pr. 0.50 H, pr. 1.55 pr. mand.
Boter. Aangev. 348, verk. 348 K. G.
L. pr. 1.25 H. pr. lt30 p. K. G.
Biggen. Aangev. 95, verk. 81 stuks.
L. pr. 8.00 H. pr. 19.00 p. stuk.
ORGELBESPELING
in de Groote- of St. Bavokerk alhier, op
Donderdag 18 Sept 1890, des namiddags van
23 uur door den Heer W. EZERMAN.
PROGRAMMA.
1. Preludium en FugaJ. S. Bach.
2. AndanteCh. Bach.
3. SonateMailly.
a. Allegro maestoso.
b. Andante.
c. Allegro con brio.
4. Liedcr olrne WorteMendelssohn.
5Finale.