N ieuwsberichten.
onder de leiding van Kes. Ieder muzikaal-
ontwikkeld toehoorder gevoelt terstond
het versohil in klank en ensemble; het
onderscheid tnsschen beide orkesten in
kracht van nitdrnkking en artistieke be-
teekenis, doch dit belet niet, waardeering
te koesteren voor het goede, dat de heer
Coenen met de zijnen te genieten kan geven,
't Was dan ook meer dan een sncces d'es-
time, dat gisteren avond aan het Utrecht-
sche orkest ten deel viel. De twee middelste
deelen van de A dur Symphonie (No. 4)
van Mendelssohn en de beide fragmenten
uit de suite „Peer Gynt" van Grieg, met
welk werk de heer Kriens ons reeds vroe
ger kennis deed maken, mogen zeker tot
de best geslaagde ensemble werken gere
kend worden. De ouverture „Rosamunde"
van Schubert werd naar onze meening te
veel gejaagd, ten koste van meer dan een
keurig en effectvol onderdeel.
Mejuffrouw Wally Schauseil uit Dus-
seldorf dochter van den aldaar wonenden
muziekdirecteur behaalde bij haar
eerste optreden bij de Bachvereeniging een
verdiend succes. Hare frissohe stem heeft
een mooien, vollen klank, hare voordracht
kenmerkt zich door een warm tempera
ment. Niet altijd evenwel kon deze laatste
hoedanigheid het gemis aan innigheid bij
de vertolking van sommige der gezongen
liederen vergoeden. Zoo werden Feld-
einsamkeitvan Brahms en het poëzie-
volle triegenliedvan Mozart wat al te
kloek en gespierd opgevat. Daartegenover
stond de reine en uitdrukkingsvolle voor
dracht van Mendelssohn „Auf Plügeln des
Gesanges". In de Handelsche aria, waar
mede de zangeres haar programma opende
mocht hare keelvaardigheid de aandacht
trekken.
Ongetwijfeld bezit Mej. Wally Schau
seil heerlijke talenten, die verdere ontwik
keling haar eene plaats kunnen doen ver
overen onder de zangeressen van den eer
sten rang.
De heer G. Veerman, de concertmeester
van het Utrechtsche orkest had zich even
min te beklagen over gebrek aan waar
deering voor zijn spel. Zoowel de weder
gave van het Vioolconcert" van Beethoven
als die van de Romance van Svendsen en
de Polonaise van Wieniawsky, was dan
ook van dien aard, dat men hem eene op
rechte hulde niet mocht onthouden.
Men zou den toon grooter kunnen wen-
schen, de techniek in de cadenzen van
het vioolconcert brillauter, doch onbetwist
baar kwamen naast de gebreken kwali
teiten aan het licht, die den heer Veerman
eene plaats aanwijzen in de rij van onze
begaafde Nederlandsche kunstenaars. Zijne
medewerking op dit Bachconcert droeg
het hare bij tot het welslagen van het
geheel.
B.
Tweede Kamer. In de zitting van Dins
dag werd behandeld een adres van ambte
naren bij de Rijkspostspaarbank, om leges
te mogen genieten en in de rechten van
het Weduwenfonds te mogen treden. De
heer Roëll bestreed de voor adressanten
gunstige konkluzie der Komm. van Rapp.
De Min. van Fin. opperde eenige formeels
bezwaren, en wees er op, dat de zaak for
meel reeds beslist is, maar dat, na het
door de Kamer uitgesproken oordeel, nieu
we overweging door de Reg. mogelijk is.
De heer Kerdijk verdedigde de rechtma
tigheid der aanspraken van adressanten,
en wijzigde namens de Komm. van Rapp.
de konkluzie, zoodat daarin wordt uitge
sproken de wenschelijkheid van het toe-
keunen eener persoonlijke jaarlijksche toe
lage, gelijkstaande met die, welke zij
zonden genieten, als zij leges-trekkend ge
weest waren. Deze konkluzie verviel echter
door de aanneming met 61 tegen 15 stem
men van de door den heer Roëll voorge
stelde konkluzie, inhoudende een eenvou
dige dankbetuiging aan de Reg. voor de
verschafte inlichtingen.
Na de pauze werd de militie-noodwet
aangenomen met 61 tegen 15 stemmen,
Tegen hebben gestemd de beeren Huber.
v. Velsen, Tijdens, Reekers, Lieftinck,
Schepel, de Ram, Donner, Lucassen, Mac-
kay, Beelaerts van Blokland, v. d. Velde,
van Bylandt, Seret, Veegens, Havelaar,
Lambrechts, A. v. Dedem. Keuchenius,
v. Löben Seis, Oppedijk, Heldt, Brantsen
van de Zijp, van Alphen, van der Boroh
en G. van Dedem.
De motie van den heer Schepel, de
wenschelijkheid uitsprekende van de oprich
ting van een afzonderlijk landbouw-depar-
tement, werd verdedigd door den Voorzitter
en door de heeren Tijdens en Lieftinck en
bestreden door den heer Zijlma en den Min.
van Waterstaat enz., die verzekerde, dat
zonder een afzonderlijk departement de
landbouw-belangen zeer goed behartigd
kunnen en zullen worden o.a. wordt voor
bereid een adviseerend landbonw-kollege,
en verbetering van de kleine rivieren. In
afwachting van de uitvoering van 's Minis
ters toezegging, trok de heer Schepel zijne
motie in. Daarna interpelleerde de heer
Goeman Borgesius de Reg. over den toe
stand van het krankzinnigengesticht te
's Gravenhage. Hg schetste dien als zeer
ongunstig wegens slecht personeel, on
voldoende medische verpleging en gemis
van samenwerking van direktie en genees-
heeren. Volgens verklaring van den genees
heer ligt de sohuld bij den direkteur. De
Min. van Binnenl. Zaken verklaarde, dat
eene gerechtelijke instruktie is ingesteld
naar den toestand van het Haagsehe ge
sticht. Hangende die instructie kon de Min.
geen oordeel uitspreken, maar hij ver
klaarde zich bereid, onder geheimhouding,
aan de Kamer over te leggen het rapport
der inspekteurs, waarop de instruktie is
gebazeerd. Daarmee was de interpellatie
afgeloopen. Toen was de interpellatie van
den Heer Tgdens, betreffende de langdurige
vakature voor het kommando van het re
giment grenadiers en jagers aan de beort.
Zeer ongepast bracht deze radikale inter-
pel'.ant hierbij de geruchten te pas, die in
omloop geweest waren aangaande een
konfiikt, dat gerezen zou zijn tusschen de
Regentes en den Min. van Oorlog. Deze
laatste verklaarde terecht, dat hij geen
mededeelingen kan doen omtrent hetgeen
over deze aangelegenheid in den boezem
der Reg. is voorgevallen. Hij wilde zich
echter volstrekt Diet aan de verantwoor
delijkheid onttrekken. Onderzoekingen en
overleggingen van allerlei aard waren oor
zaak geweest van de gewraakte vertragen,
maar de Min. kon verzekeren, dat geen
legerbelangen waren geschaad. De interpel-
lant was niet voldaan, en eindigde met
deze motie voor te stellen„De Kamer,
van oordeel dat de Reg. zonder goede gron
den in gebreke is gebleven inlichtingen te
geven omtrent de oorzaak der vertraging,
gaat over tot de orde van den dag." Deze mo
tie werd echter door niemand gesteund en
kwam dus niet in behandeling. De heer
v. Houten vond het wel vreemd, dat voor
de benoeming van een kolonel zulke wijd-
loopige onderzoekingen zijn noodig geweest,
maar achtte èn de interpellatie èn de motie
ongepast. In vroeger tijd zou wellicht geen
vergunning gegeven zijn voor zoo'n inter
pellatie. De heer v. Löben Seis keurde de
wijze, waarop de heer Tijdens was opge
treden, af, maar betreurde het, dat het
maanden heeft moeten duren, voordat in
een eenvoudige zaak als deze overleg was
verkregen tusschen Reg. en Kroon. Het
Handelsbladhet optreden van den heer
Tijdens besprekende, merkt zeer terecht
op: „Wat iemand toch zijn invloed wij
zouden haast zeggen opzettelijk kan
wegwerpen!' Een andere interpellatie van
den heer Tijdens betreffende de armoede
in Friesland is door hem ingetrokken. Door
den heer Keuchenius is verlof gevraagd
en verkregen om de Reg. te interpelleeren
over de tijdelijke verlenging van bet Bi-
liton-kontrakt. De heer Havelaar zal de
Reg. mogen interpelleeren in zake de spoor
wegen Venlo-Sittard en Eindhoven-Es-
scben.
t'Wordt vervolgd).
Alvorens tot herstel zijner gezond
heid of om eenige andere reden naar
Hubertusstock te vertrekken, moet keizer
Wilhelm aan Caprivi gezegd hebben, dat
hij niets meer van de crisis wenschte te
weten en verlangde, dat de rijkskanselier
de zaak in orde bracht.
Onmogelijk lijkt dat verhaal niet, in
aanmerking genomen het karakter van den
jongen keizer, maar zeer begrijpelijk is
het dat graaf Zedlitz en Caprivi geërgerd
waren. Eerst verzoekt de keizer hen het
reactionnaire volksschoolontwerp in te
dienen, daarop werpt hij het ter zijde
en brengt wanorde in het ministerie om
ten slotte „genoeg van de crisis" te heb
ben en zijn rijkskanselier de zorg en de
lasten te laten om de orde te herstellen.
Groote aantrekkelijkheid verkrijgt het
ministerschap onder zulk een constitutio
neel monarch voorzeker niet
Tegen de bedoelingen is dan ook de rijks
kanselier von Caprivi in den crisis mee
gesleept, en is door hem ontslag aange
vraagd als Pruisisch minister-president,
doch niet als rijkskanselier, hoewel de
meening bestaal, dat dit toch op den duur
niet kan uitblijven.
Dinsdag avond hesft te Amsterdam
in de Huidenstraat een treffend ongeluk
plaats gehad.
Te kwart voor achten had in den dro
gistwinkel van den heer van Eupen, per
ceel no. 33, het tweede huis van de
Keizersgracht, een ontploffing plaats, ver
moedelijk door benzine veroorzaakt. Da
delijk daarop sloeg een vlammenzee naar
buitenhet benedengedeelte van den voor
gevel stortte in de straat en verbrijzelde
in den val de zijramen van den banket
bakkerswinkel op den hoek der Keizers
gracht.
Nog grooter bleek weldra de ramp te
zijnonder het brandende pnim zag men
een man vruchtelooze pogingen doen om
zich uit het vuur te redden. Een gas
fitter der Imperial, Joh. A. Reygbart,
wierp zich met levensgevaar tusschen de
balken en steenen en trok den ongeluk
kige te voorschijn. Zijn gelaat was geheel
bebloed en zijn kleederen brandden. Spoe
dig trokken anderen hem het brandende
goed van het lijf, waarna de man naar
het Gasthuis werd gebracht.
Twee knaapjes, die op het oogenblik
der ontploffing juist voorbij den winkel
liepen, werden door het neerstortende
puim tegen het pothuis van den banket
bakkerswinkel geslingerd en voor dood
weggedragen. Een van deze is overleden.
Men had omtrent de bewoners der bran
dende huizen niet de minste zekerheid,
maar spoedig bleek, dat een tiental per
sonen gewond waren. Verscheidene wer
den zoo spoedig mogelijk per raderbaar
naar het Gasthuis vervoerd. Ook twee
knechts van den banketbakker werden
voor het fornuis staande, verwond.
Verder bekwamen verschillende perso
nen wonden door het breken van ruiten.
Daar de meesten hunner zich ter ver
binding naar hun bijzonderen geneesheer
begaven, is het juiste aantal gekwetsten
niet op te geven.
Bij het onderzoek der puimhoopen, voor
zooverre dit in den nacht geschieden kon,
werden in het voorhuis achtereenvolgens
gevonden de lijken van de echtgenoote
van den heer Van Eupen, van de 83-ja-
rige bewoonster der le verdieping, juf
frouw Broekmans, en van de vrouw van
den kruier v. Wijle, wier bijstand eenige
oogenblikken voor de ramp was ingeroe
pen.
De heer Van Eupen was tgdens de ramp
afwezig, en vond zijn geheele gezin om
gekomen. Een kind van een paar jaar ligt
nog onder de puinhoopen, in hef achterge
deelte van het gebouw, waar de brandweer
nog niet kan doordringen. Ook meende men,
dat een vrouwelijk familielid, sedert eenige
dagen bij den heer Van Eupen gelogeerd,
zou zijn omgekomen. De dienstbode is door
de ontploffing op straat geworpen en zwaar
gekwetst onder het puin vandaan gehaald.
De meest waarschijnlijke lezing van de
oorzaak is deze, dat een vat met benzine
lekte, althans men veronderstelt, dat de
hulp van juffrouw Van Wijlen werd in
geroepen om te helpen bij het schoonmaken
van den winkel. Naar men zegt, is de
dienstbode toen met een licht gekomen om
bij te lichten, waardoor de ontploffing ont
stond.
Van vijftien huizen in de Huidenstraat
zijn de gevels beschadigd en meest alle
ruiten verbrijzeld en in sommige woningen
waren de meubelen van hunne plaatsen
geslingerd.
Het lijkje van het kind van den heer
Van Eupen zijnde een tweejarig kind
is inmiddels gevonden. In het geheel zijn
dus zes slachtoffers gevallen.
HAARLEM, 25 Maart 1892.
Door de politie alhier is aangehou
den W. de R. oud 43 jaren, geboren te
Bloemendaal, die zich had schuldig gemaakt
aan diefstal van een mestvork van een
wagen aan de Gedempte Oude Gracht. Bij
zijne aanhouding had hij het voorwerp
nog in zijn bezit.
Bij de Godsdienstoefeningen der Ne-
derduitsch Gereformeerde Kerk (doleeren-
de) zal op Zondag 27 Maart 1892 in de
Noorderkerk optreden des voormiddags
ten 10 ure en des namiddags ten 6 ure
Ds. J. Langhout.
BURGERLIJKE STAND.
ONDERTROUWD.
17 Maart. P. JC. Paulen en C. L. A. Hoeve.
18 Maart. H. van de Pol en J. Uuiteneau.
23 Maart. J. Broekman en H. Hulshof. J.
Mizerus en H. Visser.
GETROUWD.
19 Maart. H. van Bilderbeek en A. Vuijk.
23 Maart. E. van Dalen en A. Zurendonk.
R. Segboer en P. Reeser.
GEBOORTEN.
16 Maart. J. E. Bougers geb. Petri z. 17
Maart. D. Bertram geb. Eikkertz. A.Bak
ker geb. Dirkse z. 18 Maart. C. van Oploo
geb. de Jong z. M. E Petri geb. Bakker d.
19 Maart. H. F. Sti elman geb. Romp d.
T. Stöver geb. van Loveren z. A. A. Kroon
geb. Zonneveld d. A van der Laar geb. Kta-
bou z. C. M. Hollernian geb. Mons d. C.
Qund geb. Stokman z 11. van Huizen geb.
van den Bos d. 10 Maart. E. de Vos geb.
Berendrecht d.— W. A. Jasper geb. Breemand.
M. Alders geb. Woestenberg z. P. O. van
Leeuwen geb. van Deursend. A.Rieugeb.
van de Raadt d. 21 Maart. W. S Smit geb.
de Pree z. D Vermeer geb van Nimwegen d.
J. Verstraaten geb. van der Rijt z. E.
Koster geb. van der Bijl z C. Lams geb.
Sowerbutts d. S. Jonker geb Elsinga d.
22 Maart. M G. van El geb. Hessels d. E.
H. van den Eijkhof geb. Dols 2 d. E. C.
Zaagsma geb Dinkelman d. E. S. Hogen-
birk geb van ltiessen d. E. ADonckerwolcke
geb. Massee d. A. Gieske geb Bulters z. -
28 Maart. B. Steenstra geb. Zeilmaker d. H.
M. Kelderman geb. Sikman d. 21 Maart.
C. Bom geb. Straatsma z. M. J. Boerlagen
geb Sweerts 2 z.
OVERLEDEN.
18 Maart. P. van der Schellingen64j. Raain-
steeg. D. C Lind 5 m. z. Leidschevaart.
A. Scbnijder geb. Saiits 56 j. Burgwal. M.
Jongejan geb. de Hollander 76 j. Voorzorg
straat. 19 Maart. A. M. Vermeij 12m.a.
Verl. Frans Halsstraat. G. C. Wijkhuizen
geb. van Oort 80 j. Jansstraat. IJ. Blokker
63 j. Koksteeg. J. Klimbie geb. Kroes 81
Gr. Heiligland. H. F. Veen 21 j. Spoorweg
straat. 20 Maart. W. E. Smit. 69 j. Gr. Hei
ligland. J. Bos 63 j. W. Geldeloozepad.
C. E. Koning 13 j. d. L. Molenstraat. A. E.
Fibbe 22 j. d. Kinderbuissinge! 21 Maart..
M. Verdel 11 m. z Gierstraat. 22 Maart.
1 E. Verkes geb. Kruijer 70 j. L. Raamstraat.
J Bon 2 m. z. L. Heerenstraat. G. Lijnzaad
4 j. d. Sopbiastraat. 23 Maart. W. de Leeuw
22 m z.deClerqstraat. M. A. Koelemij 22dg.
d. Brouwers!raat. M. W. Hartman geb Zon
neveld Z. Buitenspaarne.
VEEMARKT. 23 Maart 1892.
AangevoerdPrijs:
1 Graskalf f 10.
102 N. Kalveren 5.f 8.
12 Schapen 8.— 20.
10 Paarden.
KAASMARKT van 23 Maart 1892.
Aang. en verk. 1 stapel, uitmakend
105 kazen, wegende 197 kilogrammen-
Hoogste prijs per 50 kilogr. f 28
„Sociëteit VEREENIGING'.
Laatste Populair CON CERT, op Zondag 27 Maart
des avonds te 8 uur, van bet Gemeentelijk
Muziekkorps onder directie van den Luitenant
Kapelmeester C. P. W. KRIENS.
PROGRAMMA.
1„Les Cuirassiers i la frontiere,"
mureheTrave.
2. Ouverture „Figaro's Hochzeit".Mozart.
3. a. Eatre-acteaus „König Man
fred" Reiuecke.
b „Loin du bal," intermezzo.Gillet.
4. Cantique deNoclAdam.
5. Einleitung und Romance fiir
V ioiuncel-SoloLubeck.
Uit te voeren door deo Heer Charles Blazer..
6. Fantasie aus der Oper „Tann-
hauser"Wagner.
7. Ouverture „Prince Conti" (Le
Prés Saint Gervais)Lecocq.
8. Manola WalzerWaldteufel.
9. Grosse Fantasie über das Lied
„Gute Nacht du meiu herziges
Kind"P°PP-
Voor fluit-solo uit te voeren door den Heer
George Schmidt.
10. Rotbkappcheu (Op Verzoek). Eilenberg
aRothkdppchen's Spaziergang znr Gross-
mutter.
b. Rothkappchen klingelt und klopft an
Grossmutters Uaustbür.
c. Erzahlung rait dem Wolfe.
d. Der Jager kommt und tödtet den Wolf.
e. Frohes Wiedersehen.
11. „La Caravane," descriptive
oriental marchAsch.
1. The CaravBn is heard coming.
2The Caravan is marching throngh the town.
3. The Caravan is slowly disappearing.
12. Potpourri aus der Operette,,Die
Jungfran von Belleville"Millocker.
ORGELBESPELING
in de Groote- oi St. Bavokerk alhier op
Dinsdag 29 Maart 1892, des namiddags van
1—2 uur door den Heer W. EZERMAN.
PROGRAMMA.
1. Fantasie en FugaMozart.
2. Elsa'e Brautzug zum Müoster.Wagner.
3. Sonate No. 1J. Rheinherger.
a. Priiludiom.
b. Andante.
c. Finale.
4. ElevationSaint-Saëns.
5Finale.