Derde Blad.
van ZATERDAG 4 Februari 1893.
JN ïeuwsberichten.
Eerste Kamer. Maandag was eerst
Hoofdst. VU der Staatstbegrooting {ï'inan-
ciën) aan de orde. De eerste spreker de heer
Sassen, vroeg, of de bestaande regeling
ten aanzien van den suiker-akoijns zon
worden verlengd, en zoo niet, welke, dan
de voornemens der Keg. waren. De heer
van Lier drong aan op opneming in
het pensioenfonds van de leeraren aan
de gymnasia in gemeenten verplieht tot
het onderhonden van gymnasia. De heer
v. Swinderen achtte het niet verleenen
van subsidie aan de kerkelijke gemeente
op het Ëildt onrechtvaardig. De heer de
Savornin Lohman bestreed krachtig znlk
een subsidie als onrechtvaardig en onbil
lijk; de snbsidieën mochten volgens zijn
oordeel in geen geval uitgebreid worden.
De heer Alberda van Ekestein drong
aan op opneming van onderwijzers bij
het Lager Onderwijs in het pensioenfonds.
De heer v. d. Breggen wees op den hooge-
ren akoijns voor inlandsch dan voor bni-
tenlandsch vleesch. De Min. van. Fin.
kondigde aan, dat spoedig gereed zal ko
men een ontwerp tot wijziging der sui
kerregeling, waarbij als tijdelijke over
gangsmaatregel zal worden voorgesteld ver
hooging van het cijfer voor rendement en
het cijfer voor het totale productie 32
miljoen, terwgl verlaagd zal worden de
f 6 per 100 Kilogram. De heer Rahnsen
bestreed die voortzetting van protektie.
De heeren Bultman en Sassen juichten
den voorgenomen maatregel toe. Verder
verklaarde de Min., dat uitstel van uit
voering der belastingwetten tot groote
financieele en fiskale moeilijkheden aan
leiding zou geven in zake de kerkelijke
snbsidieën en de overige punten bleef deMin.
bij zijn vroegere verklaringen. De begroo
ting van Financiën en Hoofdstuk XL
Onvoorziene Uitgavenj werden goedge
keurd. Aan de orde was toen Hooldst.
VIII Oorlogmet de Vesting begroo
ting en de suppletoire begrootingen. De
heeren Fokker, Kahasen en Prins ont
wikkelden hnnne bezwaren tegen de plan
nen van den Minister. De heer de Savornin
Lohman verklaarde in een nijdige rede,
waarin hij den Min. van Binnenl. Zaken
al de sohuld gaf van de vertraging der
defensie regeling, dat hg tegen het Hoofd
stuk zou stemmen, omdat hg geen mil
joen meer wilde toestaan zonder oplossing
der dienstplicht-kwestie. De heer Fran
sen v. de Putte bestreed den vorigen spre
ker met kracht, en was van oordeel, dat
de tegenwoordfge Minister getoond heeft,
dat het hem ernst was met de defensie.
De heer Melvill van Lijnden was blijk-
baar een voorstander van de plannen des
vorigen Ministers, meer dan van die van
den heer Seijffardt.De heer de Savornin Loh
man traohtte zioh te verdedigen tegen den
heer Fransen v. d. Putte. De Min. van
Binnenl. Zaken toonde aan, dat de door
den heer Lohman tegen hem gerichte be-
sohnldiging ten eenemale bezijden de waar
heid is. De heer de Savornin Lohman
zeide daarop, dat, indien dan de Min.
van Binnenl. Zaken de regeling der defen
sie niet tegenhield, dan al de sehuld
rustte op een Min. van Oorlog. De Min.
van Binnenl. Zaken konstateerde dat de
heer de Savornin Lohman erkend heeft,
dat hij voor zijne beschuldiging geen be
wijs kon aanvoeren, er gaf hem den raad
voortaan beschuldigingen achterwege te
houden, voor welker gegrondheid schijn
nooh schaduw aanwezig is. De suppletoi
rs begrooting van het vestingstelsel
werd aangenomen met 36 tegen 2 stem
men. De suppletoire begrooting van oor
log werd zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd; de vestingbegrooting aan
genomen met 36 tegen 2 stemmen. De
begrooting van Hoofdst. VIU Oorlog
werd aangenomen met 34 tegen 4 stem
men, die van de heeren van Nispen tot
Pannerden, de Savornin Lohman, v. d.
Breggen en Doedes Brenning. Daarna
werden goedgekeurd de suppletoire be
grooting van Waterstaat voor 1892 en
de Spoorwegbegrooting voor 1893. Een
aanvang werd gemaakt met de behande
ling van Hoofdstuk IX {W aterstaat). De
heer van Lier vroeg eene subsidie tot
verbetering van het Oranje-kanaal en van
het Weerdinger-kanaal.
In de zitting van Dinsdag werd het
den vorigen dag aangevangen debat over
Hoofdst. IX 1tVater staat enz.) voortge
zet. De heer Fokker drong aan op Staats
monopolie der telefonen, en op eene be
tere zorg voor duin beplanting op Sohou-
wen. De heer van Hennep keurde de
tegenwoordige dubbele tijdregeling af en
wenechte terugkeer tot den vroegeren
toestand, of, indien verandering noodig
is, overgang tot den Midden- Europeeschen
tijd. Wil de Min. niet den zone-tijd be
perken tot den inwendigen dienst der
spoorwegen, dan vroeg Spreker eene wet
telijke beslissing voor de tgdregeling. De
heer Alberda van Ekenstein drong aan
op verbetering der haven te Delfzgl, de
heer Wertheim op verbetering van het
lot der telegrafisten. Deze spreker ver
klaarde zich tegen eene nieuwe verande
ring der tgdregeling en wilde den invloed
van den bestaanden toestand op de lan
den iu Europa afwachten. Ook de heer
Melvill van Lynden was van dit gevoe
len. De heer Fransen van de Putte wees
op de slechte uitkomsten der spoorweg
overeenkomsten voor den staat en voor
het personen- en goederen vervoer. De
heer Bnltman drong aan op uitbreiding
van den postdienst ten plattelande. De
Min. van Waterstaat enz. verklaarde dat
Staats-exploitatie in zake de telefonie in
een niet te ver verwijderd tijdstip ge-
wenscht was. Wat. de tijdregeling-kwestie
betrof, had de Keg. geen pressie uitge
oefend, en zij meende zich op dit oogen-
blik van inmenging te moeten onthou
den. De Keg. moet de spoorwegovereen
komsten uitvoeren naar haar geest.
Hoofdst. IX werd aangenomen. Aan de
orde was toen Hooldst. X {Koloniën).
Bg de begrooting voor Suriname ver
klaarde de Minister van Kol. aan den
heer Wertherm, dat eene rechtstreeksche
Staats-ondersteuning van de indnstrie on-
gewenscht was, maar dat wel de voor
waarden voor ontwikkeling verbeterd, en
immigratie van Javanen moet worden
bevorderd. Hoofdst. X werd aangenomen,
nadat de Min. op de vraag van den
heer van Gennep bevestigd had het par-
tioulier bericht, dat de bevolking van
Zuid-Guinea aanvankelijk onze expeditie
gunstig ontvangen had, maar later den
postmeester overvallen en de bezetting
bestookt heeft. Nadere beriohten ontbra
ken. De heer van Gennep ried zachtheid
aan, en de Min. verklaarde, dat dit in
zijn geest was. De Kamer is gescheiden.
Voor het oogenblik is het kalm in
Frankrijk ten opzichte van de Panama
kwestie; dit zal waarschijnlijk wel niet
lang duren, want het publiek blijft steeds
naar nienwe onthullingen vragen en als
er nog iets te onthullen is, dan zal de
pers het wel kunnen mededeelen. De finan-
cieele instellingen zullen het misschien hier
en daar kwaad te verantwoorden hebben.
Zoo ontstond dezer dagen een paniek te
Vesoul, te Lnre en te Luxernit. De spaar
ders aldaar hebben hunne bg de postspaar
bank gedeponeerde gelden ternggevraagd,
in eerstgenoemde plaats onder omstandig
heden, welke van zinneloozen schrik getuig
den. De politie, niet bij machte de orde
te handhaven, moest de hulp inroepen van
de gendarmerie, eenige honderdduizenden
franken zgn in weinige dagen opgevraagd.
En volgens correspondenties van daar zon
den uitdrukkingen onder de samengestroom
de menigte als: „Ik zal wel oppassen dat
het met mijn geld niet gaat als met Pana
ma 1" maar al te duidelijk de reden er van
hebben doen kennen.
In de woelige zitting der Fransohe
kamer, waar over de geheime fondsen werd
beraadslaagd, zeide op een der rumoerigste
oogenblikken de heer de Ranel, aldus deelt
Ednard Durranc, kamerverslaggever der
Justicemede, dat hij acht of tien dagen
geleden Arton op een der straten van Pa
rijs had ontmoet, die zgn horloge uitha
lende tot een zijner vrienden zeide „Daar
staan we nn reeds tien minuten, zonder
dat ik gearresteerd ben. Er is volstrekt
geen gevaar, dat men mij in heohtenis zal
nemen 1" Inmiddels schijnt Arton het toch
raadzaam geacht te hebben zich tijdelijk
uit de voeten te maken, eerst naar Bel
gië, terwijl hij voornemens scheen, ook
Nederland met een bezoek te vereeren.
Tot heden schijnt hij nog niet gearriveerd.
Bij een spoorwegongelnk, dat Zater
dag te bimmering bij Weenen plaats had
zgn 31 werklieden gewond, waarvan twee
ernstig.
De Duitsche keizer is Vrijdag vier
en dertig jaar geworden, welk feit feeste
lijk is herdacht ook in het bijzijn van den
Kussischen kroonprins, waarin men een
nieuwen waarborg wilde zien voor den
vriendschappelijken geest, thans tusschen
de hoven van Berlijn en St Petersburg
heerschende is.
Naar het Hblad verneemt, is de
commisie tot leniging van den nood
der werkloozen te Amsterdam onmiddel
lijk aan het werk getogen. Een groot
aantal kaarten zgn verzonden naar de
verschillende werklieden vereenigingen,
stichtingen van liefdadigheid en ook aan
een aantal bijzondere personen, die dage
lijks met de werklieden in aanraking ko
men. Het verzoek is daarbij gedaan, die
kaarten in te vollen of te doen invullen
met de namen van werkloozen (geheel
onverschillig of zij tot hunne vereeniging
behooren), die naar hunne meaning voor
ondersteuning in aanmerking moeten
komen.
Die kaarten worden daarna door de
commissie ten spoedigste gecontroleerd,
en wanneer werkelijk gebleken is, dat
hulp noodig is, zal dadelijk ondersteu
ning verleend worden.
Een niet onbelangrijk bedrag is reeds
als giften ingekomen, maar dat bedrag
is bij lange na niet voldoende om in
den nood van zoovelen, al was het maar
eenigszins, te voorzien.
De 200 huzaren, die in het Old-
ambt gedetacheerd waren, zijn gisteren
naar hunne garnizoenen teruggekeerd. Zij
werden vervangen door detachementen
infanterie, terwgl in de versohillende
dorpen twee huzaren achterblijven voor
ordenancen-dienst. Te Winsohoten komen
30 infanteristen, te Bellingwolde en Beer-
ta 20, te Sappemeer 30, te Noordbroek
20 en te Scheemda 20. Te Winschoten en
Sappemeer worden de kapiteins gedeta-
oheerd, hoofden der infanteriemacht. De
maréchansée blgft aldaar op dezelfde
sterkte.
In een glasblazerij te Amsterdam
geraakte een jeugdige werkman tussohen
eene machine, met het gevolg, dat zgn
beide beenen verbrijzeld en schier afge
rukt werden, een der armen mede ern
stige verwonding bekwam en de borst
kas was ingedrukt. Meer dood dan levend
werd de arme werkman naar het Gast
huis vervoerd.
De jonge koning van Spanje heeft
de mazelen, vermeldden de Spaansche bla
den, doch de geneesheeren verklaren, dat
het eene lichte aandoening van roodvonk is.
Verwondering wekt het feit, dat bg veel
gebrek aan brood in Knsland, te Odessa
en andere graanstapelplaatsen de nitvoer
zoo gering is, waardoor ontzettend groote
partgen beschikbaar moeten zgn.
Naar bericht wordt, is Dinsdag ochtend
vroeg Zante, de hoofdstad van het eiland
van denzelfden naam, door eene vreeselij
ke aardbeving geteisterd, nadat Zondag
eenige aardschokken te Athene waren waar
genomen. Tot op dit oogenblik is het aan
tal slachtoffers onbekend. Slechts weet men,
dat er twee lijken gevonden en vele per
sonen gekwetst zgn. Er zgn verscheidene
huizen vernield. Onder de inwoners heersch-
te eene groote paniek. De minister van bin-
nenlandsohe zaken zond aanstonds troepen
met tenten en proviand daarheen.
Door de Fransohe Kamer is eene
wet aangenomen strekkende tot straf
baarstelling van hen die het pnbliek aan
sporen tot het terugnemen van hunne
inlagen nit de spaarbanken. Na het ver
wekken van eene hevigen aanval op de
regeering der republiek, behaalden de
voorstellers eene groote overwinning door
de aanneming der wet.
Zeven jaar geleden werd een herber
gier te Grosspondincze in Hongarije ver
moord. Zjjne weduwe werd gearresteerd
en zij bekende de daad bedreven te
hebben met behnlp van een politie agent,
Drauklitz genaamd. Zij werd ter dood
veroordeeld, doch haar straf in levenslan
gen dwangarbeid veranderd, en haar mede
plichtige tot 15 jaar dwangarbeid. Thans
heeft de vrouw bekend, dat Drauklitz
niet de minste schuld aan den moord
heeft; zij had hem slechts beschuldigd
om verzachtende omstandigheden voor
haar eigen sohuld te kunnen aanvoeren.
Vijftienhonderd arbeiders der Hon-
gaarsche geweerfabriek hebben het werk
Te Pest gelooft men, dat de werksta
king in de wapenfabrieken sedert lang
was voorbereid door Pruisische werklieden.
Des morgens begaf een delegatie van werk
lieden zich naar den directeur ter over
handiging eener petitie, waarin verhoo
ging van loon werd gevraagd, zoomede
wgziging der bestaande reglementen. Op
de weigering van den directeur staakten
1500 man den arbeid en dwongen ook
hen, die nog aan het werk waren geble
ven, daarmede op te houden. De politie
neemt maatregelen, om de vrijheid van
den arbeid te besohermen.
Een liefdesdrama is dezer dagen
te Ostende afgespeeld. Een mnzikant
van het 3de linieregiment keerde terug
van het concert der Kursaal naar de
kazerne. Nabij het station werd hg in
gehaald door een jong meisje, dat zijne
minnares was geweest, doch waarmede
hij sedert eenige maanden gebroken had.
Zonder een woord te spreken, wierp
het meisje den inhond eener kom vitri-
hol naar het hoofd van den muzikant.
Het meisje nam de vlncht en keerde
niet meer in hare woning terng.
Later heeft men haar afziohtelijk ver
minkt lijk op den spoorweg, nabg Osten
de, gevonden.
De ongelukkige heeft zich laten over
riden. Het hoofd was verpletterd, als
ook een deel der sohonder; meer dan
éen trein moet over haar heen zgn ge
gaan.
De ongelukkige was slechts 22 jaar oud
In den St. Pietersberg nabg Maas
tricht waren Zondag namiddag 5 jongens
van 12 tot 16 jaren zonder gids afge
daald en daarin verdwaald geraakt. Den
geheelen nacht werd te vergeefs naar
hen gezocht, tot het eindelijk Maandag
ochtend een bewoner van St. Pieter, den
heer Ferdinand Sohols, mocht gelukken
de vermisten op te sporen en van een
wissen dood te redden. Er zullen thans
maatregelen worden genomen om dezen
onderaardschen doolhof niet meer zoo ge
makkelijk toegankelijk te maken.
De gemeenteraad te Leiden heeft
besloten een rechtsvordering in te stel
len tegen de „Leidsche Duinwatermaat
schappij," die beschnldigd wordt aan haar
afnemers gedeeltelijk Rijnwater te hebben
geleverd, dat door eene geheime leiding
heet te zgn aangevoerd.
Bg het ontruimen van een turfbak in
het stadhuis te Schiedam zgn de archieven
der vroegere gilden ontdekt. Van versohei-
dene waren de archiefkisten versierd met
schilder en beeldhouwwerk.
In die van het gilde van St. Elog be
vonden zich voorwerpen van gedreven of
op andere wijze zeer fraai bewerkt ko
per; in die van het gilde van St. Cris
pin bevonden zioh meesterstukken van
borduurwerk in zijde, fluweel en zil
verdraad.
Hoewel deze laatste, evenals de schrif
turen veel hebben geleden van vocht,
sohimmel enz., wordt getracht, al wat
nog eenigermate voor bewaren gesohikt
is, te conserveeren.