H JA A
Eerste Blad.
No. 51. Uitgave van DE ERVEN LÖOSJES, Gedempte Oudegracht 86.
Vijftiende Jaargang.
144.
van WOENSDAG 28 Juni 1893.
Nieuwsberichten.
TELEPHOONNDMÏIRR
TELEPHONISCHE VERBINDIN8
mat AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandent —,25.
franco p. poet —,40.
Afzonderlijke uommera 3 centen per stuk.
Prijs per AdTsrteHtie vac 3 tot 5 regels 25 cents, elke regel
meer 5 cents, groeie letters naar plaataraimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond
Advertentiën worden aangenomen lot DINSDAG en VRIJDAG des middag» ten 12 «re, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
„ONZE LEESTAFEL".
Onlangs verschenen werken, op aan
vrage ter bezichtiging te verkrijgen bij
De ebven Loosjes, te Haarlem.
SIGUfil), (ALFRED HEUENSTJERN'A).
Het testament van Jonas Darman. Naar
het Zweedsch door Ph. Wijsman.... f 2.75.
LOUWERSE, P. Verhalen. Met vier
plaatjesgeb. 1.60.
REULE, Nz. ANT. S. De erfenis.geb. 1.
HUYGENS, CONSTANTIJN. Koren
bloemen. Met aanteekeningen vau Dr.
J. van Vloten. 2e druk herzien en met
vele aanteekeningen vermeerderd door
H. J. Eymael9.60.
Bloemlezing uit de liederen van Jan Jansz.
Starter. Bijeengebracht en van inleiden
de levenschets en aanteekeningen voor
zien van Dr. C. H. Ph. Meijer,-—.30.
Karei ende Elegast. Opnieuw uitgegeven
en toegelicht door Dr. J. Bergsma... „—.30.
BLOM, JOH. De invloed der gymnastiek
op de ontwikkeling van den mensch,
in verband met de wetten der erfelijk
heid .50.
PIK, J. Het munt vraagstuk.50.
Buitenlandeche nieuw verschenen werken
SCHWALB, KARL, IUustrirtes Buch
der Pilzegeb. 3.25.
STEIN, FR1EDRICH VON, Das Laster.
Roman3.25.
ARNOUS, H. G. Korea. Marchen nnd
Legenden nebst einer Einleitnug über
Laud uud Lente. Sitten und Gebraache
Koreas1.95.
MÜLLER, Dr. Franz Carl, Handbuch
der Neurasthenie7.80.
HOLTZMANN, Dr. ADOLF, Die neun-
zehn Bücher des Mahabharata7.80.
SCHMIDT, RICHARD, Das Kathakautu-
kam des 9rivara verglicheu mit Dscha-
mi's Jusuf und Zuleikha. Nebst Text-
proben1.30.
ZOLA, EMILE, Le docteur Pascal1.90.
VINOT, LÉON, Etude sur les Tremble-
ments de Terre1.90.
D1LLAYE, FRÊDÉRIC, Les nouveautés
photographiques. Anueé 1893 2.75.
FOLIN, LE MARQUIS DE, Pêches et
Cha9ses zoologiques1.90.
Bovenstaande werken zijn voorhanden
bg de boekhandelaars de erven Loosjes
Tweede Kamer. Na debat, waaraan de
heeren Cremer, vau Honten, Hartogb,
Hintzen en de Min. van Kol. deelnamen,
werd in de zitting van Dinsdag art. 37
der Bedrijfsbelasting zonder hoofdelijke
stemming goedgekeurd, 't Is na zóó vast
gesteld, dat particulieren, reederijen en
Stiohtingen, die in Indië patent- en in
komstenbelasting betalen, ontheven wor
den van de Nederlandscbe bedrijfsbelas
ting voor het in Iodië betaalde bedrag,
ten hoogste tot de hoofdsom van bet hier
versohaldigde, en vennootschappen tot
ten hoogste */s van bet hier versohnl-
digda.
Art. 3844 werden goedgekeurd. Art.
45 werd goedgekeurd, nadat de Min. van
Fin, een am. van den beer Bahlmann
bad overgenomen, waardoor slechts over
legging rereischt wordt van het nittreksel
der balans afrekening, voor zoover daar
uit blijken winstnitkeoringen of uitdeelin-
gen. Bij art. 46 verklaarde de Min., dat
de aanslagbiljetten vrij van zegel znllen
zijn. Bg art. 47 (strafbepalingen bij
overtredingen) nam de Min. een am. over
van de Komm. van Rapp. om de niet-
beantwoording of niet dnidelgke beant
woording der gevraagde hizonderheien,
niet onleend aan de kasboeken, balans enz.
niet strafbaar te stellen. Een am. van
den heer Levy, om in het algemeen over
treding van art. 34 strafbaar te stellen,
werd verworpen met Cl tegen 10 st.
Een am. van de Komm. van Rapp. om
niet strafbaar te stellen verkeerde aan
gifte van sommige bizonderheden, waar
van de Min. de beslissing aan de Kamer
had overgelaten, werd aangenomen met
64 tegen 16 stemmen. Art. 47 werd toen
goedgekeurd. Op art. 48 werd, na debat,
waaraan de Min. en de heeren v. d. Kaay,
Hnber, Beelaerts van Blokland, Heems
kerk en van Honten deelnamen, aangeno
men met 53 tegen 18 stemmen een am,
van den beer Levy, om de strafbare fei
ten van fhkalen aard als overtredingen te
besohonwen. De art. 4855 werden goed
gekeurd.
Besloten werd tot toelating van den
heer Valette, het nieuw gekozen lid voor
Gouda.
In de zitting van Woensdag zgn na
eenig debat overgenomen door den Min-
van Fin. amendementen van de Komm.
van Rapp. om na art. 55 in te voegen
de volgende bepalingen: 1° om in bet
eerste belastingjaar inkomsten wegens tg-
deHjke werkzaamheden (in het vorige jaar)
niet te berekenen 2° om voor inkomsten,
die naar het gemiddelde der drie laatste
kalenderjaren moeten worden berekend,
het eerste jaar van invoering te doen ge-
sohieden naar het ontvangen bedrag, met
inachtneming van de nooiige afwgkingen,
en de twee volgende jaren naar den maat
staf van het eerste jaar. Deze nieuwe ar
tikelen werden goedgekeurd. Een am. der
Komm. van Rapp. tot invoeging van een
nienw art., bepalende, dat rednktie zal
worden verleend ten bate van inkomens
beneden f 4500 zoolang het personeel
niet is herzien, werd toegelicht door den
heer van Houten, bestreden door den Min.,
en daarna ingetrokken. De heer Pgttersen
stelde hetzelfde voor, voor inkomens be
neden f 4000, en slechts tot een bedrag
van 1 pet. werd na debat verworpen met
43 tegen 30 stemmen. De heer Conrad
stelde voor, doch trok na ernstige bestrg-
ding van den Min. weèr in een am. om
rednktie toe te staan voor vaste trakte
menten. Op art. 56 nam de Min. over
een am. van den heer Levy om het dwang
middel van inlegering (garnisairs) niet bg
de Bedrgfsbelasting toe te passen. Op art.
58 (invoering belasting 1 Mei 1894) was
door den heer Gerritsen voorgesteld de
invoering der Bedrgfsbelasting onbepaald
nit te stellen, daar hg ontkende de be
voegdheid dezer Kamer tot invoering, en
noodzakelgk achtte eerst de herziening
van het personeel af te wachten. Toen
de voorsteller in zgne inliohting zeide, dat
zgn politiek geweten nog niet zoo raim
was als dat van andere leden der Kamer
verzocht de Voorzitter hem zioh te mati
gen. De heer Gerritsen beweerde, wel van
zgn politiek geweten te mogen spreken. Hg
beweerde verder, dat zg, die deze wet
steunen, onkruid zaaien. Het am. werd
verdedigd door den beer Harte, en bestre
den door de heere» v. d. Kaay en Tydens,
die in elk geval verlaging van den drnk
der lagere klassen gewenscht achtten. Na
beatrgding ook door den heer van Honten
en den Min. werd het am. verworpen met
53 tegen 25 stemmen. De heer Harte en
zgne vrienden, en de heer Seret en zgne
vrienden zoo werd verklaard zon
den vóór het am. stemmeD, en dat heb
ben zg dan ook gedaan. De heer A. Mack-
kay heeft er tegen gestemd, omdat uit
stel tot herziening van het personeel zgns
inziens te ver ging. Art. 58 werd goed
gekeurd. Eene door den heer Levy voor
gestelde slotbepaling, om de vrijheid te
waarborgen aan belanghebbenden, waar ze
verkiezen mochten handel, beroep, nering
oi bedrgf uit te oefenen binnen der gren
zen der wet, werd bestreden door de hee
ren Roëll, v. d. Kaay van Honten, van
Alphen en den Minister, en toen door
den voorsteller ingetrokken. De beraad
slagingen over de Bedrgfsbelasting zgn
geëindigd, nadat de Min. nog een am.
van den heer van Alphen had overgeno
men. om in den konsiderans het verband
met de Vermogensbelasting nitdrnkkelgk
te konstateeren.
Aan den heer Farncombe Sanders ver
klaarde de Min. van Binnenl. Zaken, dat
het Regeeringsantwoord op het ontwerp
in zake de Haarlemscbe duinwaterleiding
binnen een niet te ver verwgderd tgdstip
zal inkomen. De heer Brantsen v. d. Zgp
heeft verlof gevraagd en gekregen om te
interpelleeren over de maatregelen tot be
perking van den hooi-nitvoer.
In de zitting van Donderdag interpel
leerde de heer Schepel de Reg. over de
onvoldoende zorg voor de haven te Delf-
zgl, met het oog op de vaart op de Eems,
ofschoon voor de vaart op Holland mil
joenen worden besteed. De Minister van
Bnitenl. Zaken en van Waterstaat enz.
ontkenden het gemis aan zorg, maar we
zen op de noodzakelgkheid van snbsidiën
van Provincie en Gemeente. De beeren van
Honten en Schepel ontkenden, dat die
subsidieën absoluut noodig waren, en
meenden, dat de Reg. van Staatswege moest
zorgen voor eene behoorlgke diepte der
haven te Delftzgl en aansluiting aan spoor
weg en kanalen. De beer Schepel zon
bg de Staatsbegrooting op de zaak terng
komen. De heer Tydens interpelleerde over
het verbod van invoer in Dnitschland
van paarden, al zgn zg ingespannen of
bereden, wat het grensverkeer zeer schaadt.
De Min. van Bnitenl. Zaken verklaarde,
dat blgkbaar door de Duitsche tolbeamb
te het verbod eener Pruisiesche verorde
ring, om zonder kenring paarden enz in
te voeren, te letterlgk is opgevat. De
Dnitsche Reg. heeft beloofd die verkeer
de opvatting te znllen doen ophouden.
De beeren Goeman Borgesins en Henne-
qnin drongen aan om onzerzgds tegen
over onze naburen zoo weinig mogelgk
verbods bepalingen te maken, ten einde
represaille-maatregelen te voorkomen. De
Min. verklaarde, dat, als de definitieve
onderhandelingen met België over de faoi-
liteiten aan de grensbewoners bg vee
vervoer en beweiding zgn afgeloopen, een
internationale regeling met Dnitschland
en België zal worden voorbereid betref
fende in- en uitvoer van wederzgdsch
vee. Het OBtwerp betreffende bekraohti-
ging der overeenkomst tnsBohen den Staat
en de Holl. Spoorwegmaatschappg voor
aankoop der Geldersoh-Overgselsehe lo
kaalspoorwegen en den lokaalspoorweg
Enschedé Oldenzaal werd bestreden door
de heeren v. Benoingen en Mees als on-
gewensoht voor den Staat, in de bestaan
de spoorwegtoestanden, en verdedigd door
den Min. van Waterstaat enz., die, op
aandrang van de heeren van Kerkwgk,
Smeenge en A. van Dedem, verzekerde
alles te willen doen om de tot standko-
ming van den NoordoosterBpoorweg te be
vorderen, maar evenals de Min. van Fin.
verzekerde hg, dat de belangstelling der
plaataelgke besturen moet worden geëisoht.
Hat ontwerp werd aangenomen met 29
tegen 28 stemmen. De voorloopige rege
ling opziohtens ie handelsbetrekkingen met
Spanje werd aangenomen. Het ontwerp tot
verhooging der Indisohe Begrooting voor
de uitvoering eener proeve met de opi
umregie werd krachtig bestreden door de
heeren Bool, Cremer en Kenchenins, en
verdedigd door den heer Sohimmelpen-
nick v. d. Oye en den Min. van Kol.
In de zitting van Vrijdag heeft de
heer Brantsen v. d. Zgp geïnterpelleerd
over het voornemen der Reg. om den
hooi uitvoer te verbieden, met het oog
op de behoefte hier te lande en de aanlok
kelijke voorwaarden voor invoerin het bui
tenland. Hg dnidde het der Reg. ten kwa
de, dat zg den hooinood in Frankrgk
in de Staats courant publiceerde. De Min.
van Bnitenl- Zaken antwoordde, alle voor
prod aceerenden belangrg ke berichten te heb
ben geplnbliceerd op eigen aandrang. De
Reg. was niet voornemens nitvoer van
hooi te verbieden, en zon dan door znlk een
verbod stellig overscbrgden de bevoegd
heid haar gegeven bg de wet van 24
Jnni 1870. De heeren Tgdens, Plate en
Mntaers juichten toe, dat de Reg. geen
verbod wil uitvaardigen, terwgl de hee
ren A. van Dedem en de interpellant dit
zeer betrenrden, en de verantwoorde-
lgkheid op de Reg. wierpen, welke de
Min. ten volle dorst aanvaarden, door
de toestanden hun natuurlijken loop te
laten. Bg de tweede lezing der bedrgfs
belasting zgn eenige wgzigingen aan
gebracht, waarvan alleen het am. der
Komm. van Rapp. tot toevoeging aan art.
3 van woorden die de Reg. had laten
vallen, aanleiding gaf tot debat, welk
am. werd aangenomen met 47 tegen
11 stemmen. Het wetsontwerp in zgn
geheel werd aangenomen met 55 tegen
34 stemmen. Het wetsontwerp tot ver
hooging der Indische begrooting (nitvoe-
ringsproef met de opiumregie) werd aan
genomen met 58 tegen 20 stemmen. De
heer Hartogh heeft ingediend een wets
ontwerp wgzigingen van het Wetboek
van Bnrgerlgke Rechtsvordering (parti-
eele herziening van meer dan 100 artike
len).
Een schouwspel, ongeveer overeen
komende met een dergelgk, afgespeeld in
den Dnitschen Rgksdag, was de vorige
week waar te nemen in de Fransche ver
tegenwoordiging. De afgevaardigde Mille-
voye had met den noodigen ophef onthul
lingen aangekondigd. Ter tafel gebracht
met het doel om te bewgzen, als zonden
Fransche staatsdienaren en Fransche bla
den van Engeland geld ontvangen hebben
voor het verschaffen van zekere doonmen-
ten, bleek de volkomen onbetrouwbaarheid
dier stukken. Zg moeten afkomstig zgn
van een Engelsehman op St. Mauritius,
die zelf de paperassen schreef en verzon.
Het blgkt, dat de Franschman er in-
geloopen is. Om het spel te volmaken wil
hg de zaak aan een rechterlgke uitspraak
onderwerpen, en heeft in verband daar
mede ontslag genomen als afgevaardigde.
Het vuurtje was aangelegd en onder
houden door Bonlangisten. Hun hoofdman,
Deronléde ziende, dat alles tegenliep en
de overige kamerleden het niet erg on
doorzichtige stuk helder uitlachten, heeft
mede zgn ontslag genomen en de Kamer nam
ten slotte de volgende motie aan:
„De kamer, haar verachting uitspreken
de over de schandelgke lasterpraatjes, en
betreurende dat men 's land) tijd mat
gdele disonssiën heeft laten verloren gaan,
gaat over tot de orde van den dag."