HAARLEMSCH
Eerste Blad.
SSo 19.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 86.
Zestiende Jaargang.
144.
van WOENSDAG 7 Maart 1894
TKLIPHOONHÜMMJB
TELEPHONISCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenT —,25.
franco p. poet ,40.
Afzonderlijke nommere 3 centen per stuk.
Prijs per Advertentie van 1 lot 5 regels 35 cents, elke rage?
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- sn Vrijdagavond
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middag» ten 1% ure, die alsdan zoo mogelijh nog worden geplaatst.
„ONZE LEESTAFEL".
Onlangs verschenen werken op aan
vrage ter bezichtiging te verkrijgen bij
De erven Loosjes, te Haarlem.
Mannen van Beteekenis in onze dagen. Le
vensschetsen en portretten bijeenge
bracht door i)r. E. D. Pijzei4.60
SERAO (MATHILDE). Vergelding. Uit
het Italiaanscli «Castigo" door Hanna
van Brielen3.25.
BOY-ED (IDA) Omhoog! Roman naar
het Dnit8ch- 2.70.
BROUGHTON (RHODA) Mevrouw Bligh
Naar het Engelsch door My ra1.90.
LEENT (F. H. VAN) Eerste en laatste
gedichten. Met Portret. Ing. 1.60. geb. 2.30.
Be Huisvriend. Geïllustreerd maandblad.
Jaarlijks 12 afleveringen3.
Voor 't jonge volkje. Een geïllustreerd
tijdschrift voor de jeugd, onder redactie
van P. Louwerse. 20e jaargang. Ie
aflevering. Per jaargang v. 12 afleve
ringen4.40.
Middel oederlandach Woordenboek van
wijlen Dr. E Verwijs en D. J. Ver
dam Nienwe inteekening. Eerste af
levering2.
KOCH (C. F. A.) Over hydro-, pyono-
pbrose en nierabscessen.50.
Mededeelingen over visscherij. Maand
blad in overleg met het college voor
de zeevisscherij en uitgegeven door
Dr. P. P. C Hoek. Jaargang 1894.
Januari. Per jaargang3.60.
AULNIS DE BOÜROUILL (Prof. d')
Het gewijzigd wetsontwerp over het
kiesrecht beoordeeld.05.
Buitenlandsche nieuio verschenen werken
Klinische8 Handbnch der Harn-nnd Sexu-
alorgane. Herausgegeben von weil
Prof. Dr. N. Zuelzer, rediairt von F.
M. Oberlander. Erste Abthelung. Mit
45 Abbildungen6.50.
MOLESCHOTL' (Jac.) Untersuchongen
zur Naturlehre des Menschen and. der
Thiere. XV Band. Zweites Heft1.95.
's Rede bei seiner Jubilaumsfeier
in Rom am 16 December 1892..65.
Grausamkeit und Verbrechen im Sexuel-
len Lebene 1.80. j
MARGUERITTE (PAUL) Ame d'enfant 1.90.
NOTOVITCH (NICOLAS) La vie in-
connue de Jésns-Cbrist. Cartes et il
lustrations1.90.
FRITH (HENRY) The flying horse. The
story of the locomotive and the rail
way2 30. j
Bovenstaande werken ziju voorhanden
bg de boekbandelaars de erven Loosjes
Toonkunst-Uitvoering.
De Toonkunst-uitvoering van a.s. Za
terdag geeft ons aanleiding, het voor 1
die gelegenheid op het programma ge- J
brachte werk, Seinen aus Góthe's Faust
van Robert Schumann, voor zooverre
dat op deze plaats mogelijk is, eenigs-
zins nader te bespreken en toetelichten,
ten einde sommige bezoekers daarmede
bij het aanliooren van dienst te zijn.
Dit te doen in een kort bestek, is
zeker uiterst moeielijk, èn door de uit
gebreidheid der stof en niet minder
door het verheven karakter van Goe
the's schoone tragedie.
Schumann zelve behandelde de Faust-
sage, die door heel de beschaafde we
reld haren weg gevonden heeft, met
groote voorliefde. Zijn phantasie kon,
den dramatischen inhoud en het
diepzinnig wezen der gedachten, den
vrijen teugel vieren.
Zóó groot was de liefde des toon
dichters voor dit werk, dat hij o.a. het
Slotkoor y> Alles Verganglicheovercom-
poneerde, toen hem bij de uitvoering
de eerste bewerking te druk en te
overladen, te weinig in overeenstemming
met den verheven tekst toescheen.
Het toonwerk omvat, zooals de titel
reeds aanduidt, eenige fragmenten uit
Goethe's werk, welke tot drie hoofd
deelen terug te brengen zijn, die ver-
eenigd, vrijwel een afgerond geheel
vormen.
Het eerste deel voert Faust, nadat
hij gekomen is tot het bewustzijn van
de nietigheid van alle menschelijk we
ten, uit de ideale hoogte neder in den
maalstroom van zinnelijk genot. Voort
gestuwd door de macht der duisternis,
Mephistopheles vindt hij een
oogenblik zaligheid in Gretchen's sehul-
aelooze liefde. Bij het één worden met
haar is het, alsof de liefde hem met
heilige kracht heeft aangeraakt. Doch
de booze overwint; het vreeselijknood
lot volgt zijn loop. De vertwijfeling van
Gretchen, haar noodlottig einde in den
kerker, vervult hem met onbeschrijfe-
lijken jammer; hij heeft den hoogsten
wellust gevonden en tevens de walge
lijkste toestanden doorleefd. Verder dan
ooit is hij van het volmaakte geluk
verwijderd.
Uit dit deel heeft Schumann drie
fragmenten muzikaal bewerkt, nl. 1.
Scène im Oarten, 2. Gretclien vor dein
Bild der Hater dolorosa3. Scène im
Dom, (waarin het aangrijpend Regime
van het Koor, Dies irae.)
In het tweede deel zien wij Faust
uit 's werelds ellende, gewapend met
een hooger zedelijk bewustzijn, gesterkt
door nieuwe kracht, een beter leven
ingevoerd. In onafgebroken werkzaam
heid wil hij voortaan nuttig zijn voor
de menschheid, slechts leven voor het
welzijn van anderen. Hij treedt op als
minister aan het hof des keizers. Be
giftigd met het strand des rijks, heeft
hij der zee een vruchtbaar land ont
woekerd. Zijne schepen stevenen naar
verre landen en brengen overvloedig
schatten aan. De kwelgeesten van het
menscliengeslacht, het gebrekde schuld
de ellende en de zorg trachten zijn ge
luk te verstoren. De zorg maakt hem
blind, doch dit onheil kan hem niet
nederdrukkenmet te grooter ijver
blijft hij zijn arbeid voortzetten.
Vol vreugde hooi t hij het gedruisch
der spadenzijn arbeiders zullen nu
het moeras in vruchtbaar land herschep
pen. Wat hij hoort zijn echter geen ar
beiders, maar Lenmren (booze geesten),
die zijn graf graven. In een droomge
zicht ziet hij de zegenrijke gevolgen
van zijn inspanning; in de hoogste ver
rukking waant hij de voltooiing van het
volmaakte geluk nabij. De geweldige'
inspanning zijner krachten, de vreugde
volle ontroering zijner ziel, hebben den
grijsaard echter zoozeer aangegrepen,
dat hij ontzield nederzinkt.
Het aardsche leven heeft den zoeken
den, strijdenden mensch niet gelukkig
kunnen maken. Mephistopheles en zijne
helsche trawanten willen de ziel van
Faust tot zich nemen, doch engelen
dalen neder en verjagen, onder het
strooien van rozen, de geesten der duis
ternis, terwijl zij het onsterfelijke deel
naar de gewesten der zaligheid heen-
dragen.
Schumann heeft dit tweede deel or
kestraal ingeleid met eene treffende na
tuurschildering, (4e Scène), Sonnenauf-
gang. Ariël, een luchtgeest, bescherm
geest der onschuld, beschrijft in ver
schillende strophen den nacht en het
opkomen der zon. Trompetgeschal kon
digt de dagvorstin aan. Eindelijk ont
waakt Faust, om als verjongd, het volle,
rijke leven tegen te snellen.
De 5e Scène omvat de komst der
Fier graue Wciber en Faust's Erblindiing
de 6e, of het laatste tafereel van het
tweede deel, Faust's Tod.
De hoofdgedachten van het derde
deel zijn, de redding van Faust ziel en
de hereeniging van Faust en Gretchen,
gelouterd door het lijden, gered uit de
macht van den booze.
De plaats der handeling ligt in hoo
ger, reiner sferen.
De verheven zangen van het Koor,
Waldungsie schwankt heran, Geret-
tes ist das edle Glied, Dir der ünbe-
riihrbaren, Alles Fergcingliche, wisse
len af met de enkele stemmen. In de
eerste plaats treden vier kluizenaars
(heilige anachoreten) op den voorgrond.
Pater Ecstaticus zweeft door de geheim
zinnige kracht der verrukking (extase)
op- en nederwaarts, waardoor het wor
stelend streven naar de hoogste vol
making wordt aangeduid.
Overeenkomstig de sferen (Regionen),
waarin zij zich bevinden, vertoonen de
drie overigen de klimmende geestelijke
volmaking. Doctor Marianus heet de
kluizenaar, die de hoogste, reinste sfeer
bewoont. Uit hem spreekt de meest
geestelijke liefde, de innigste vereering
voor de genaderijke maagd. Zijne ario
so, „Hier ist die Aussicht frei" behoort
tot de paarlen van het toondicht.
Van niet minder idéale schoonheid
zijn in het laatste deel de zangen der
engelen, die met de ziel naar de poor
ten des hemels opstijgen, waar zij
door een rei van zalige knapen worden
begroet.
Een glans van hooger licht bestraalt
dit deel des oratoriums.
De solisten hebben in de Faust Seinen
verschillende partijen te zingen; de
Bariton b. v. zingt niet alleen detitel-
partij, doch ook de Pater Seraphicus
en Doctor Marianus. Daar dit licht
aanleiding geeft tot verwarring, zij eene
voorafgaande inzage van het tekstboekje
of eene studie van de partituur ten
zeerste aanbevolen. Onbetwistbaar zal
met een vollediger begrip van het werk,
het genot, dat de uitvoering overigens,
aan allen zal geven, toenemen.
Welen en Werken.
De laatste of twaalfde voordracht
werd Maandagavond gehouden door
den Heer J. B. A. Saeijs met het onder
werp, China, de Chineezen en de Opi
um.
De Europeaan maakt zich in den
regel eene verkeerde voorstelling van
Chinahij denkt dan aan staartdragende
mannen, die elk verkeer met de wereld
hebben afgesloten met een Chineeschen
muur. Geheel onjuist; de Chineps
draagt zijn staart nog slechts sedert
't begin der regeering van de tegen
woordige dynastie, dat is gedurende
1646, en in het uitgestrekte rijk is voor
uitgang in vele opzichten merkbaar. Chi
na beslaat eene oppervlakte van 214 vier
kante geogr. mijlen en is dus een der
de grooter dan Europa. Het is zeer
dicht bevolkthet telt vierhonderd mil
joen zielen.
De drie hoofdrivieren vormen de
hoofdverkeerswegen, welker toestand
de Chinees zijne lichte vaartuigen jon
ken, hebben doen vervaardigen. Het
land is zeer vruchtbaarbehalve de
Europeesche gewassen levert China als
kuituurgewassen de thee in Zuid China,
waarvan de uitvoer 125 miljoen pond
per jaar bedraagt; de moerbeziënboom
en de hiermee in verband staande
zijdeteelt. Land en tuinbouw staan
er op hoogen trap, doch het aantal
huisdieren is er gering.
Rijst en visch maken het hoofdvoed-
sel uit, doch dat ook andere gerechten
niet versmaad worden, toonde spreker
aan uit een menu, dat evenwel de Eu
ropeaan zich nimmer zou verkiezen
honden- en kattenvleesch vormen de
lekkernijen. Dat de ontwikkeling er
reeds op hoogen trap stond, toen Euro
pa er nog niet aandacht, verklaarde
Spreker uit de sedeit eeuwen bestaan
hebbenden zijde-fabrikatie, het vervaar
digen van aardewerk en porselein, de
drukkunst, het buskruit, het gebruik
van brilleglazen en papieren geld, het
macadamiseeren der wegen. Hunne ge
schiedenis is beschreven tot van het
jaar 2537 voor Christus.
De Chinees gewent zich gemakkelijk
aan elk klimaat en is een geboren han
delaar. Gehoorzaamheid aan ouders en
boven hen geplaatsten is een eerste
plicht en dit verklaart het feit, dat
slechts acht regimenten, elk van 1000Ü
man voldoende zijn om de rust in het
groote rijk te bandhaven.
Een erfelijke adel bestaat er niet;
afgezien van den stand, kan elk, die
hiertoe de noodige examens heeft af
gelegd, opklimmen tot de hoogste waar
digheden. i
Ten onrechte houdt men veelal Con
fucius voor den stichter van hun gods
dienst; de waarheid is, dat deze den
eeredienst tot zijn oorspronkelijke zui
verheid wilde terug voeren.
Uit een beknopt overzicht van zijn
stelsel mag besloten worden, dat zij
vormt een kouden verstandsgedsdienst,
d e het maatschappelijk nut als hoogste
doel beschouwt.
Later woei ook naar China over het
Budhisme, welke als meer beantwoor
dend aan de behoeften des volks, ge-
reeden ingang vond, doch de gevolgen
voor de maatschappij waren niet gunstig.
Spreker gaf een overzicht van den
godsdienstvorm, toonde een godenbeeldje
en stelde zijn gehoor in kennis met de
offers en gebeden en de hulpmiddelen
hiertoe.
De overbevolking geeft den Chinees
aanleiding tot emigratie. In onzen Oost-
Indischen Archipel hebben zij zich ge
vestigd als koelis, klein- en groothan
delaars, doch het oordeel omtrent die
Chineezen luidt in den regel niet gun
stig. Zij bezitten eene groote mate van
zelfzucht en zijn niet minder dooi hun
pandjeshoizen, dan door hun optreden als
opium-pachters den landzaat ten vloek.
Spreker gaf een overzicht van den
opiumbouw en de wijze van gebruik
van het bedwelmende product en wees
de nadeelige gevolgen aan van het opi
umgebruik, een en ander gestaafd door
treffende voorbeelden, gegeven door Pe-
relaer, en toonde aan, dat opiumge
bruik slechts door gewoonte ontstond
en dus geen behoefte is.
Behalve tot de schandelijkste tooneelen
gaf de opiumpacht ook aanleiding tot
de grootste knoeierijen en heeft zij menig
trouw ambtenaar ten verderve geleid,
waardoor de invoering van de opium
regie, die den opiumhandel niet langer